Camouflage moet de erkenning door het buitenland bevorderen deW UURPROEF Tweed aanvac OüfS WEKELIJKSE MODEPRAATJE Van Alle Daq Mr. Di 'TWA Adverteer Zaterdag 24 December 1949 De Oost-Duitse staat en het Westen Dertinger poogt een gesprek Oost-West tot stand te brengen Gevangene van zijn eigen spel Het lichaam boven de ziel Kerstspee dr. Korti Verzekering actief PRETTIG KERST VOORSPOEDIG I JANS0N, Vroin Meubeltransport JAC. KOOP, TE UITVOERING „En de bossi PAG 6 VRAAGT UW KLEERMAKER JL (Van onze Berlijnse correspondent) BERLIJN, Dec. Een der eerste doeleinden van de nieuwe Oost-Duitse staat is kennelijk, als zodanig door de staten in het Westen te worden erkend. Georg Dertinger, de eerste minister van buitenlandse zaken der Oost-Duitse volksdemo cratie, voert met dat doel een voorzichtige politiek, die zou kunnen worden samengevat in de formule: „Niets ondernemen, wat de Westelijke wereld zou kunnen afstoten, elk initiatief aangrijpen, dat van Westelijke zijde zou kunnen worden Oge nomen om een gesprek tussen West en Oost tot stand te brengen". Oost-Duitsland is, althans officieel niet opgenomen onder de Komin- formlanden, en Dertinger doet als of het geen aan Moskou horige sa telliet is, maar een werkelijk zelf standige staat, die uit eigen initia tieven en verantwoording handelt. Hij wil voorlopig zijn ogen sluiten voor de kloof, die de Sovjet-Unie van Amerika, Engeland en Frank rijk scheidt en zijn aandacht hoofd zakelijk concentreren op de kleine landen van West- en Noord-West Europa. Met deze groep hoopt hij de eerste contracten te kunnen leg gen, die tot een erkenning der Oost- Duitse regering zouden kunnen lei den. Het is nauwelijks te geloven, dat Dertinger slagen zal. De man, die zonder voorbehoud op de Sovjet- Russische kaart heeft gespeeld, die vier jaqr lang heeft geïntrigeerd ten gunste van de Russische bezet tingsmacht, is nu de gevangene geworden van zijn eigen spel. De bescheiden vertrekken der C.D.U. in de Jagerstrasze (Oost- Berljjn), waar hij de functies ver vulde van algemeen secretaris de zer party en tevens van door de Sovjets aangesteld gevolmachtigde, heeft hrj nu ingeruild voor een met glanzend notenhout „gestoffeerd" ministerieel kabinet in de Luisen- strasze. Hier, niet ver van de uit gebrande Rijksdag, kan men 's mid dags om één uur als voorheen het aflossen van de wacht gadeslaan. Het ministerie is een pompeus gebouw en men bereikt Dertinger slechts over zachte groene lopers en vergezeld van een bode en twee geüniformeerde agenten. Maar de smalle, vroeg vergrijsde figuur, die ér op de eerste verdieping „excel leert", is niet vee! meer dan een schijnfiguur. Zijn staatssecretaris, de communist en vertrouwensman Ackermann, houdt al zijn doen en laten nauwkeurig in het oog: bo vendien weet Dertinger, dat de eer ste Sovjet-Russische gezant, die bij zijn regering werd geaccrediteerd, machtiger is dan hijzelf. Ben excellentie zonder macht. Dertinger is een excellentie zon der werkelijke macht, maar hij is voorzichtig, intelligent en geslepen. Men moet er dan ook van uitgaan, dat zijn politiek wel zal kloppen met de doeleinden van de Sovjet machthebbers, ook al heeft ze de schijn van een neutraliteitspolitiek. Het getuigt van de waanwereld waarin de Oost-Duitse minister van Buitenlandse Zaken leeft, dat hij in deze mogelijkheid ern stig gelooft en zijn politiek hier op wil afstemmen. Ten opzichte van het vraagstuk den Duitse eenheid heeft Georg Dertinger vanzelfsprekend ook zijn eigen houding. Alleen schijnt hij hier iets realistischer te zijn, want hij wil geen pogingen tot toenade ring tot de West-Duitse regering ondernemen, zolang hij er niet van van verzekerd is, dat zijn voorstel len door Bonn in studie zullen wor den genomen. Op dit punt zou ove rigens wel eens het eerste ernstige conflict tussen de communisten in het kabinet Grotewohl en de mi nister van Buitenlandse Zaken kunnen uitbreken, want „Imminen ce grise" in het kabinet, Walter Ullbricht heeft reeds aangekondigd flat de Oost-Duitse regering de grootst mogelijke haast wil be trachten om de Duitse eenheid tot stand te brengen. Duitse eenheid: een wapen. Dertinger's afwachtende houding die zuiver politiek gezien de enig juiste taktiek is, kan door de com munisten niet gebillijkt worden, KLEINE TIPS VOOR EEN GROOT FEEST Op de vooravond van Kerstmis zullen enige wenken, hoe wij dit feest ook thuis zo mooi mogelijk kunnen vieren, zeker welkom zijn. Dat ik my by het gever, van enkele tips nu eens niet uitsluitend tot het terrein van de mode ga beperken, wordt mij hopelijk door niemand kwaiyk genomen. Om te beginnen kiest U voor de dag van morgen een feestelijke ja pon om aan te trekken. Natuuriyk behoeft dit geen groot-gala-toilet te zijn, dat zou U alleen maar bij eventuele kleine huishoudelijke be- zighedenhinderen. Het gaat trou wens ook niet in de eerste plaats om de kostbaarheid van de japon. Dat U er verzorgder uitziet dan anders is het voornaamste. Dit maakt op Uw huisgenoten dadelijk een prettige indruk, en draagt er toe by, ook hen in een feestelijke stemming te brengen. En daar was het ons om begonnen. Ook kinderen zijn zeer ontvanke lijk voor de bekoring die van een mooi kledingstuk uitgaat. U kunt hen dan ook geen groter plezier doen, dan ze juist met zo'o feest dag, iets nieuws aan te trekken. Dit behoeft niet persé een nieuwe jurk of een nieuw pak te zyn. Een paar schoenen of sportkousen, die hij met Kerstmis voor 't eerst mag aanhebben, zullen waarschijnlijk de ogen van Uw jongen doen schitte ren van vreugde: terwijl een nieuwe strik in 'thaar al voldoende is, om Uw kleine meid in verrukking te brengen. Over die feestkleding voor de heer les huizes zal ik niet nader uitwei den. Ten eerst, zijn de kolommen an het wekeiykse modepraatje voor de vrouw niet de plaats, om het over herenmode te hebben, en ten tweede zullen de mannen dat heus zelf wel opknappen. Ik wou alleen naar voren brengen, dat een met byzondiere zorg gestreken over hemd of das die voor deze ge legenheid ook gerust nieuw mogen zijn zeker ertoe zullen bijdra gen, dat het familiehoofd de feest dag in een extra goede bui begint. Van de kleding voor ons zelf tot de aankleding van de kamer is het maar één stap. Daten wij vooral ook dit laatste niet verwaarlozen! Is het bij U geen gewoonte dat er een kerstboom opgesteld wordt, probeert U het dan eens met wat losse takken dennegroen. U icunt deze, met wat kerstboomversiering, aan de muur bevestigen. Ook klei nere takjes dennegroen, achter de schilderijen gestoken, geven de ka mer een feesteiyk aanzien. Natuurlijk heeft de kerstkribbe al een ereplaats gekregen. Heeft U ook de gewoonte om er kaarsjes bij te branden? Steek die dan ge rust allemaal aan bij het feestelijke ontbijt na de nachtmis. Dat brengt meteen de echte kerststemming in Uw huis. De met rood lint en tak jes dennegroen versierde ontbijt tafel (die U natuurlijk 's avonds van te voren hebt klaargemaakt) zorgt er dan wel voor, dat Uw huis genoten niet al te lang in vroom gepeins verzonken blijven. Nog een practische tip: Vergeet vooral niet, in de kamer waarin U ontbijten wilt, vóórdat U naar de nachtmis gaat, de kachel aan te leggen of op te stoken. De behaaglijke warmte die U dan bij Uw thuis komst tegemoet komt, zal niet wei nig tot verhoging van de gezellige sfeer bydragen. Natuurlijk zyn met net feeste lijke ontbijt niet alle mogeiy'kheden uitgeput. Uw huisgenoten zullen het zeker appreciëren, als U ook van het middageter. „werk gaat maken". Dit betreft niet zozeer de kwantiteit en kwaliteit van de spgzen, dan wel de marnier, waarop U alles opdient. Vooral op kinde ren zal de feestelijk gedekte tafel misschien nog de meeste indruk maken. Nu wij toch al bij de kinderen zijn: U vergeet toch niet het ge- meenschappeiyk zingen bij de kerstkribbe in de late namiddag? Vooral voor de kleintjes, die nog niet mee naar de nachtmis mogen en daardoor misschien ook het feestelijkeontb ijt in de vroege mor gen missen, is dit het hoogtepunt van de dag. Misschien kunnen deze kleine aanwijzingen ertoe bydragen, ook in Uw huis de echte kerstsfeer te brengen. Tot besluit wens ik U allen een Zalig Kerstfeest! PAULETTE. daar juist het probleem der Duitse eenheid een te sterk demagogisch wapen in hun handen is. Men mag dan ook gevoeglijk aannemen, dat Dertinger op dit punt zal moeten zwichten. Zijn poging Oost-Duits land buiten 't blok der Kominform- staten te houden zal op de duur eveneens schipbreuk leiden, al heeft hij hiervoor momenteel de steun der Sovjet-Russische autoriteiten. Voert deze neutraliteit echter niet tot winst op buitenlands politiek gebied, dan zal hy ook op dit punt aan de druk van zijn communisti sche collega's moeten toegeven Zelfstandige politiek wordt in de Luisenstrasze nu eenmaal niet ge maakt. Dertinger weet dit en voor zover hij dit mocht vergeten, zal Walter Ullbricht hem hieraan wel in niet mis te verstane termen her inneren. In ons blad van 16 November schreven wii, naar aanleiding van het vieze en anti-papistische boek, waarmee mr. Roothaert opnieuw de Nederlandse literatuur had verarmd, dat het toch eigenlijk hopeloos inconsequent was, dat de overheid, die angtsvallig waakt tegen alles wat op de markt komt en schade kan" doen aan het lichaam, volkomen passief en on verschillig blijft, bij de dreigende gevaren voor de vergiftiging van de ziel. Deze opmerking lokte toen een protest uit van „Het Vrije Volk". Hot blad was niet alleen zo vrien delijk deze opmerking te kwali ficeren als „zinneloos gebazel", maar zag er ook een uiting van fascistische neigingen in, welke meer en meer in katholieke krin gen opgeld deden, nl. om onwel gevallige lectuur door een verbod en inbeslagname onmogelijk te maken. Dit katholieke geschrijf noemde het socialistische' blad in strijd met de Nederlandse grondwet, welke een vrijheid van drukpers eist, behoudens ieders verantwoor delijkheid voor de wet. Kregen de katholieken hun zin, zo waar schuwde „Het Vrije Volk", dan liep de geestelijke vrijheid in ons land gevaar. Wij hebben toen aan het blad gevraagd of het op grond van deze vrijheid ook eist, dat nationaal- socialistische en anti-semietische bladen in Nederland weer onbe perkt moeten verschijnen? Of dat het blad deze geestelijke losban digheid alleen maar eist als een vrijheid om pornografische en anti-papistische lectuur zonder beperking in Nederland op de markt te kunnen brengen. Helaas hebben we op deze vraag nimmer een antwoord gekregen. Nu dezer dagen heeft de be kende literator Godfried Bomans in „Elsevier" hetzelfde thema aangesneden en daarbij de vraag gesteld, hoe het toch mogelijk is, dat een christelijke overheid in Nederland, die door verplichte in enting en een verbod van onge keurde vleeswaren zo angstvallig het menselijk lichaam beschermt, welke taak haar door geen sterve ling wordt betwist, zich van de geestelijke gezondheid van ons volk weinig of niets aantrekt. En wie maar een hand opheft, aldus de heer Bomans, om een verschij ningsverbod te vragen van porno grafische of andere zedenbeder vende lectuur, wie toezicht eist op de demoraliserende uitwerking van films, krijgt onmiddellijk in Nederland de wind van voren. Hoe meer zorg voor het lichaam hoe beter, maar elke poging om de vergiftiging van de volksziel tegen te gaan. wordt gezien als een aantasting van de geestelijke vrijheid en zelfs als fascistische dictatuur. Godfried Bomans be grijpt van deze inconsequentie niets. Maar „Het Vrije Volk" zal dit alles wel weer zinneloos gebazel noemen. Van de grote geestelijke waarde van de ziel, hebben velen in deze kringen, zelfs zij die be last zijn met de volksvoorlichting, niet het minste benul. „De Linie" merkt dan ook naar aanleiding van dit betoog van Godfried Bomans op, dat wat de heer Bomans met zijn gezond ver stand logisch en simpel noemt, helaas voor velen, die alleen maar waarde hechten aan het lichaam en voor de belangen van de ziel niet de minste belangstelling heb ben, helemaal niet meer logisch en simpel is. En waar het hier toch gaat om de hoogste mensen rechten en de hoogste belangen, welke een volk bezit en te ver dedigen heeft, er elke dag op nieuw ernstig en vastberaden ge streden moet worden voor dit recht van de mens op zijn eeuwig geluk en voor de vrije weg daar heen. Zo is het. Dat wij in die strijd ook de socialistische pers tegenover ons vinden, moge voor velen een desillusie zijn, maar de katholieke pers zal zich hier door de dwaze bewering, het fascisme te verdedigen en de geestelijke vrijheid aan te tasten, niet in haar plicht mogen laten weerhouden. J. H. WAAROM DE DENNEBOMEN ALTIJD ZO STIL ZIJN (Slot). Op z'n mooist is de kastanje boom in die meimaand. Zo mooi bloeide geen andere boom. 'tls ook geen gewone bloesem, dachten de berkestammetjes soms; het is alsof de kastanjeboom allemaal kaarsjes opgestoken heeft. Van die prach tige witte kaarsjes, met rode punt jes er aan. „Dat is, om de lente te begroeten", had de kastanjeboom eens gezegd. En ieder jaar opnieuw haastte hij zich, om toch vooral op tijd met het opsteken van al z'n kaarsjes klaar te komen. Wanneer bij de andere bomen de bladknopjes nog maar heel langzaam opengin gen, als moest de boom eerst on derzoeken of het ook niet meer te koud was voor de blaadjes en of de winter ook wis en zeker voorbij was, dan stond de kastanjeboom al in volle bladertooi. En in het mid den van de maand Mei stak hij vast en zeker al zijn kaarsjes aan. Om die kaarsjes vonden de berke stammetjes hem de mooiste boom van het hele bos. Maar mooi was toch ook de lin deboom, waarvan elk blaadje op 'n klein hartje leek. En wat geurde hij heerlijk, wanneer hij in bloei stond! Het hele bos rook er naar. Honderden byen kwamen er dan op af en vele andere insecten. Die haalden de zoete honing uit de bloesemkielkjes. Wat had de linde boom het dan druk! De hele dag had hy visite en was er een vro lijk gezoem en gegons onder zijn groen dak. Pas laat in de avond, wanneer de vogeltjes al bijna slie pen, keerde het insectenvolkje huis waarts. Bij het weggaan zongen zij dan altyd weer: „Tot morgen, tot morgen." Dat was ook de mooi ste tijd voor de lindeboom, omdat hy dan steeds maar geven en an deren onthalen kon. Niet voor niets leek ieder blaadje op een klein hart! Uit de verte leek het zelfs, alsof alle bladeren te samen ook weer één groot hart vormden. De berkestammetjes hadden er vaak vol verwondering naar gekeken. In dezelfde tijd, dat alle insecten bij de lindeboom kwamen, pronkte de lijsterbes met haar rode besjes en lokte al de vogeltjes naar zich toe. De vogelouders ondernamen haar eerste vluchten met de klei ne vogeltjes naar de lijsterbes, die met de rode besjes scheen te roe pen: „Kom, kom". Do kleine vogel tjes keken dan alleen maar naar die rode besjes en vergaten daardoor alle angst voor het vliegen. En wanneer zij dan by de lijsterbes waren, konden zy heeriyk smullen. Dat hadden de berkestammetjes vaak gezien en zy vonden het al leen jammer, dat de zomer altijd weer zo gauw voorbij was. De win ter kon soms ook zo lang duren. Op het laatst hadden zy elkaar dan niets meer te vertellen en vroegen zij steeds aan de andere bomen, of de lente nog niet gauw kwam. Die werden om al dat gevraag wel eens kwaad op de berkestammetjes en zeiden, dat zij maar moesten sla pen. Dan hielden zich de berke boompjes maar stil en probeerden geduldig te wachten. Toch haddien zy het altyd nog veel gezelliger, dan bijvoorbeeld de boompjes in het dennebos. Daar heerste altijd een plechtige stilte en de kleine bomen durfden nau- weiyks met elkaar te fluisteren. Haast geen enkele vogel ging naar het dennebos toe en zelfs midden in de zomer was het daar altijd schemerdonker. Dit hadden de po pulieren, die heel ver konden kij ken omdat zy zo groot waren, eens aan de wilgebomen verteld en de berkestammetjes hadden het ge hoord. Zy vonden het maar wat zielig voor die arme kleine denme- boompjes. Maar wat was er nu toch zo in eens wel in hun naaste omgeving te doen? Opgewonden bewoog de wilgeboom zijn takken op en neer, zodat hij de eikeboom wakker stootte, die zich verschrikt de slaap uit zijn ogen wreef. De populieren beefden van top tot teen en konden van opwinding en schrik haast geen woord er uit brengen. De kastanje boom was inmiddels op z'n tenep gaan staan om te zien wat er toch wel aan de hand was. Angstig ke ken de berkestammetjes in 't rond. Wat zou er dan toch in 's hemels naam gebeurd zijn? Eindeiyk waren de populieren wat gekalmeerd en vertelden wat zy zagen. In het dennebes waren mannen met heel grote bplen bezig, een aantal bomen om te kappen. Ja, nu hoorden de anderen ook de doffe slagen en daar tussen in het gekraak van vallende bomeni Het werd heel stil in het bos. Be droefd stonden al die bomen voor zich uit te staren en van hun tak ken en twijgen vielen dikke tranen droppels op-de grond. Fluisterend vertelden de populieren, dat de mannen de omgekapte bomen op geraapt hadden en ze wegdroegen. Het duurde enige dagen, voordat de bomen in het bos van hun schrik bekomen waren. Zij konden even wel niet weer vroiyk worden. Steeds moesten zij aan die arme denneboompjes denken. Hoe zou het hen wel verder vergaan zijn! Opa eikenboom kon er zelfs niet van in slaap komen. Ook niet, toen de winter opnieuw een heeriyk warme sneeuwdeken over hem uit spreidde. Door die sneeuw werd het nog stiller in het bos en nu leek het werkeiyk, alsof alle leven weg gestorven was. Alleen de populieren waren nog even druk als altyd. Die konden trouwens nooit eens helemaal rus tig zijn. Altyd waren er wel wat van de bladeren of takken in be weging. Nu hadden zg weer hun toppen ver voorover gebogen. Dan konden zij de straatweg zien en een paar huizen van een nabg dorp. Hierover hadden zy de andere bo men vaak iets verteld. Maar op het ogenblik hadden die toch geen zin om te luisteren. Die zaten nog maar steeds over het lot van die arme denneboompjes te piekeren. Natuurlijk dachten de populieren daar ook nog wel aan, maar zy hadden daarboven zoveel afleiding, dat zy gauwer konden vergeten. Maar nu staan zij dan toch ineens hun ogen uit te wryven. Hebben zij dat wel goed gezien? Het begint ai donker te worden en zy moeten heel scherp kgken. Er is echter geen vergissing mogelijk: in elk van de huizen daar in het dorp staat een van de denneboompjes levensgroot voor het raam. En op alle takken en twy'gen zijn kaarsjes gestoken, die een helder licht ver spreiden. Iets van dat licht kunnen zelfs de andere bomen zien, die niet zo groot zyn als de populieren. Zij raken er maar niet over uitge praat! Een eind verder in het bos staan ook de demiebomen naar die licht jes te kyken. De grootsten onder hen weten wel, dat de mensen nu Kerstmis vieren. Zy vinden het een hele eer, dat zy daarvoor elk jaar opnieuw een denneboom in hun huis halen, en dat die dan met al die brandende kaarsjes het sym bool mag zijn van het licht, dat het Kerstkind door zgn komst in de wereld gebracht heeft. Daarom be waren de dfennebomen het hele jaar door een eerbiedig stilzwijgen. En ofschoon zij allemaal tegen het af scheid van het bos opzien, hoopt toch iedere denneboom in stilte, dat ook hij eens een kerstboom mag worden. TANTE HERMIE. MGR. DR. JAC. BRUNING 25 JAAR PRIESTER Heden, Zaterdag 24 December, viert de Hoogeerw. Heer Mgr. dr. Jac. Bruning, minutant-archivaris van de H. Congregatie der Oos terse Kerk, in Rome zijn 25-jarig priesterfeest. Mgr. dr. J. Bruning werd 19 Juni 1897 te Soest geboren. Zijn philosophische en theologische stu dies deed hij aan het Pauselijk Collegium Ürbanum „De Propa ganda Fide" te Rome. Op 24 Dec. 1924 werd hij door wijlen Kardi naal van Rossum tot priester ge wijd. In 1925 promoveerde hij te Rome' tot doctor in de theologie. Na de beëindiging zijner studies vertrok Mgr. Bruning naar Pa lestina, waar hij tot 1936 pastoor was in Ajlun in Transjordanië. Op 1 Febr. 1937 volgde zijn benoeming tot minutant-archivaris van de H. Congregatie van de Oosterse Kerk. Op 20 Juli 1943 benoemde Z.H. de Paus hem tot Geheim Ka merheer. Mgr. dr. J. Bruning is een ge ziene persoonlijkheid in de krin gen der Nederlandse kolonie te Rome. In Nederland geniet hij vooral bekendheid in journalis tieke kringen als Romeins mede werker van Nederlandse katho lieke dagbladen. Rode Kruis-kalender Van het hoofdbestuur van het Nederlandse Rode Kruis ontvin gen we een prachtig verzorgde kwartaalkalender van het jaar '50. De heer Doeve was bereid gevon den zijn talent ten bate van de ge zondheidsdienst aan te wenden en maakte een viertal zeer sugges tieve illustraties. Een der bladen stelt het devies „Inter Arma Ca ritas" voor met een gesymboli seerde figuur van Florence Nigh tingale, terwijl de drie overige bladen de drie vredestaken van 't Nederlandse Rode Kruis, nl. hulp bij rampen, informatiebureau en bloedtransfusiedienst naar voren brengen. Voor het Nederlandse volk een prachtige gelegenheid om eens kennis te maken met het feit. dat het Rode Kruis ook in vredestijd hulp verleent aan de in nood verkerende mensheid. BIJ DE KOK IN DE KERSTKEUKEN. Orde in het rijk van de koks in de restaurants. De slagader wordt gevormd door de ovens en de fornuizen van de „rótisserie, entre-métier en saucier". De koks balanceren uiterst handig met pannen en braadsleden en schaaltjes. De chef kok vuurt de namen der bestelde gerechten in het Frans op de koks af. Voor een leek onbegrij pelijke klanken. Maar alles komt in orde en op tijd klaar. Met de feestdagen worden hier per dag 20 kippen, 10 kalkoenen en 10 hazen in jan en oven verwerkt. Neen, een janboel is het hier niet, alleen erg warm en vermoeiend FEUILLETON Uit het Engels door Clarence Budington Kelland 15 Zeg, dat je drie putten nodig hebt, da's een veertigduizend dollar. Stel, dat het klaarmaken van de grond dertigduizend kost. Dat is meer geld dan de meeste ranchers ooit bij elkaar gezien hebben. Maar van droogte behoef je je dan dan geen sikkepit meer aan te trekken, en je zou zelf je vee kun nen klaarmakenten naastebij althans." „Klaarmaken?" vroeg ik. „Wat is dat?" „Klaarmaken yoor consumptie", zei Straight. „Een beest dat zó van de ranch komt, is niet te eten zo taai. En veel te mager. Ge wicht, vet, dat maakt in ons bedrijf je winst uit. Daarom ver kopen de ranchers hun runderen aan iemand, die ze mest. Voor zoveel geld per pond. En die ke rel geeft ze goed te eten tot ze zwaar genoeg zijn. Hij levert, om zo te zeggen, per beest een paar honderd pond bij en maakt ze eetbaar. Dat noemen we klaarma ken. Zo'n man maakt zijn winst door de beesten op gewicht te brengen. Als hij daar meer voor weet te bedingen dan het hem kost, dan wrijft hij zijn handen. Lukt dat niet, dan heeft-ie een strop." „Nogal ingewikkeld," zei ik. „Valt wel mee. Maar als we zo ver kwamen, dat we putten lieten boren en genoeg voer konden la ten groeien, dan konden we ons vee zelf klaarmaken en de winst van die ander in onze zak ste ken". „Met andere woorden, je zou willen dat ik een bonk geld in de ze ranch steek." „Je hebt het natuurlijk niet," zei hij. „Misschien kunnen we het er gens op de kop tikken," antwoord de ik. „Daar valt over te denken," zei Straight, en veranderde van on derwerp. „Die dam, die Butterick aan het aanleggen is, is op het ogenblik belangrijker. Zullen we er morgen eens naar toe rijden en poolshoogte nemen?" „Mij goed," antwoordde ik. Wij aten^ Daarna zaten we op de overdekte waranda en rookten en praatten om elkaar wat beter te leren kennen. Straight begon mij hoe langer hoe beter te beval len. Wat mijzelf aangaat, ik pro beerde zo'n gunstig mogelijke in druk te maken en mogelijke voor oordelen die een man met zijn ervaring over een jong broekje dat de baas kwam spelen, wel moest hebben uit de weg te ruimen. Hij keek op zijn horloge en stond op. ,,'t Wordt tijd voor mij om m'n strozak op te zoeken", zei hij. „Voor je 't weet is het vier uur." Hij ging naar de deur, draaide zich toen om en deed een paar stappen terug. „Toen ik hoorde, dat jij kwam, was ik vastbesloten m'n congé te nemen," zei hij. „Ik had geen zin om voor een snotneus te werken. Maar ehafijn, ik ben van mening veranderd. Misschien rooien we het wel samen." „En waarom ben je van mening veranderd?" vroeg ik. Ik was be nieuwd. „Je komt er tenminste voor uit, dat je niks weet," zei hij en het volgende ogenblik sloeg de deur achter zijn rug dicht. Ik was niet onaangenaam ge streeld. Het was een raar compli ment, maar een compliment was het. Het was de eerste prettige ervaring sedert mijn aankomst op de ranch. Straight riep mij niet om vier uur maar ik was al wakker. Door de hitte had ik niet goed kunnen slapen en ik was blij dat ik op kon staan, het onmenselijk vroege uur ten spijt. Ik waste me onder de primitieve douche en zocht Straight aan tafel op. We wissel den een morgengroet en daarbij bleef onze conversatie. Nadat hij zijn derde kop koffie verzwolgen had, gingen we naar de omheining waar gezadelde paarden klaar stonden. Drie cowboys deden al hun best om me niet al te nieuwsgierig te bekijken. Straight stelde ze aan mij voor, noemde hun achter namen: Higson, Toomey en Oleo. (Wordt vervolgd) Aan de vooravo *.h.». het weti burgerlijke ovei namiddag kwar element van v komen. De kat tijdens de Rond op de bres heeft ment bedoelde onderstand in d In eerste aanle ter Götzen hier zend tegenover, hoge bedragen, c Graaf in zijn ho< ten hem kopschu heidsdienaren in v de de afgevaardi twee jaren een i ««„ten honderd 500. —en 40 tei de rest van de a De overheidsdien hike dienst zou< een laar een ond ten honderd moet nieten. Na enig ov praat, waarbii dt been styf hield. 1 Graaf zijn eis inz naren in tiideliike De minister deed zun beurt een con< accoord te verklai onderstand voor j soneel ten bedrag honderd. Wat toe Kamervoorzitter k woord ig meer en i hike weg: hij scl gadering ten einde partijen gelegenhei onderling beraad, van de vergaderin derdaad een com] bus te zijn gekoir personeel wordt ge winners en ni Voor de eerste onderstand 50 ten de eerst 500. 30 ten honderd va de activiteitswedde, ners krijgen resp. honderd. Het resi getwijfeld niet iei digen, maar het el vrijwilligheid is o toch zeker niet onl ruimd. Al met al e ces voor de jonge gevaardigde de Gr£ .Ook was er ver: ning tusen ministi over een amendei Het bedrag van 1 dat in de afvloeiini genoemd wordt, wil zien op ƒ300.—. Oc het beraad uitkom 260.Een ander de Kadt (P.v.d.A.) i ter zonder meer ovi deert overheidsdien; liike dienst vooraf) Maart 1942 en indie dienst waren naar van een desbetreffi sie met hun gezinslc overtocht naar N redelijke voorwaard dement-Meyerink (j regering de verplic! om bepaalde in dit fen regelingen binni den bij wetsontwer mer in te dienen. Nadat deze laatsi werkt was, brak ziel stemming bil de vraagt v°°r haar Flinke bes dienste, - Bureau va (WAAL1 (Het adres voor SCH Reeds to Jj De R.K. GEM. TONE H.H. Waard Noord ge dag) en 28 DEC. a.s. de heer JAC. GROE Toneelsj Voorverkoop van kaï Hoog. en I Zaalopen: 6.30 uur TWEEDE KERST ONDER DE N BAND W. BI

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1949 | | pagina 6