Onze Katholieke Encyclopaedie veilige vraagbaak in verwarde tijd Een uiting van culturele eenheid van de beide Nederlanden Richtsnoer voor het leven De Russen komen in Mora Goede boeken in ieder gezin Van I Optimisi Eerst wens, nu werkelijkheid Zilveren Onderricht over God Het Katholieke Jeugdboek „DE LANTEERN" Meesterlijke reportage over de mens in het rode leger De taak van het goede boek S de paden der waarheid, die een stem van node heeft en J I paus Pius xn j De Hofboekerij 9 HIER kunt U intekenen op de Hofboeker PACINA 6 ZATERDAG 24 FEBRUARI 1951 IN DEZE WEEK VAN HET BOEK, waarin het- ons vooral te doen is om onze lezers weer eens nadrukkelijk te wijzen op de werken en geschriften van de Katholieke auteurs, moge speciaal de nadruk gelegd worden op het meest belangrijke standaardwerk, dat Nederland en Vlaanderen en trouwens de gehele Katholieke wereld, bezitten: de Katho lieke Encyclopaedie, welke thans in tweede druk verschijnt bij de uitgeverij Joost van den Vondel te Amsterdam. Uitgezonderd de grote Duitse Herder kan de Katholieke Encyclopaedie de enige algemene encyclopaedie op Katholieke basis worden genoemd. Hierin liggen alle argumenten voor de noodzaak van een Katholieke Encyclopaedie reeds besloten, argumenten, ook voor de morele verplichting, die Katholieke instanties, zoals Universiteit, Middelbare Scho len, leeszalen etc. en Katholieke intellectuelen bezitten, om deze encyclopaedie te kiezen, zo zij eenmaal tot de aankoop van een dergelijk werk hebben besloten. van andere figuren op letterkun dig, staatkundig of sociaal ter rein, die werken tot stand hebben gebracht, die een blijvende histo rische waarde bezitten. Het is echter zeer goed mogelijk, dat namen van andere personen, die voor deze tijd actueel en van betekenis zijn, en daarom in de huidige encyclopaedieën niet ge mist mogen worden, in die van over honderd jaar niet meer zul len voorkomen. Zo heeft men wederom een encyclopaedie tot stand gebracht, die aan de eisen van deze tijd voldoet, en in wetenschappelijk opzicht een vergelijking met andere soortgelijke encyclopae dieën kan doorstaan. Redenen ge noeg, om dankbaar gestemd te zijn jegens hen, die in deze tijd van grote financiële lasten de totstandkoming van dit werk hebben mogelijk gemaakt. Geschiedenis Deze keuze spruit geenszins voort uit de zo vaak bij Katholieken veronderstelde mentaliteit van „hekjeszetterij". Toen op initiatief van de bekende Vondelkenner, Dr. H. Moller en onder Hoofdredactie van Prof. Ferd. Sassen, Dr. J. Sassen O.P. en Prof. Dr. G. C. H. Gorris S.J. in 1932 de eerste K.E. begon te verschijnen, mocht zij het besluitstuk der Katholieke intellectuele Emancipatie worden genoemd. Dat wil zeggen, in het begin der dertiger jaren was de intellectuele emancipatie voldoende voltrokken om de beide Katho lieke Nederlanden in staat te stellen, door een eigen Katholiek corps een encyclopaedie te doen samenstellen. Alle menselijke kennis wordt onderverdeeld in 40 rubrieken, zoals aardrijkskunde, geschiede nis, philosophie, theologie, tech niek, kunst, medicijnen, biologie, etc. voor eik waarvan een ru brieksredacteur wordt aange zocht. Deze veertig hoofdrubrie ken worden in onderdelen ge splitst, voor elk waarvan weer medewerkers gevraagd worden. De rubrieksredacteur ontvangt van de Hoofdredactie een aantal trefwoorden, die op zijn rubriek betrekking hebben en die na lang wikken en wegen en diepgaande studie op hun encyelopaedische waarde getoetst zijn. Zo ontstaat een corps van ruim 700 gespecia liseerde medewerkers, wier co- pieën worden gecensureerd door de Hoofdredactie, waarna die achtereenvolgens terecht komen bij de zetter, de illustrator, de corrector, de drukker, de expedi tie en uiteindelijk bij de boek handelaren en het publiek, in heel Nederland, in het Buiten land, in de Missiegebieden, ja overal ter aarde. De Katholieke Nederlanders konden toen voldoende acade misch gevormden opbrengen, wier naam een waarborg zou zijn dat de behandeling der weten schappelijke onderwerpen geheel zou zijn doortrokken van de Katholieke geest en die al het menselijke kennen en kunnen uiteindelijk op God zelf gericht zouden houden. En door wie zou den de specifiek Katholieke on derwerpen beter behandeld kun nen woyden dan door de geleer den, wier kennis gericht wordt door het Geloof en de Leer der ene, ware Kerk? Daartegenover staat, dat de neutrale encyclopaedieën de spe cifiek Katholieke begrippen en zaken dikwijls niet in voldoende mate geven aan Boeddha wordt meer ruimte gegeven dan aan Christus en dan zelfs nog fou tief commentariëren, terwijl bo vendien sommige algemeen we tenschappelijke onderwerpen wor den behandeld op een wijze, die geenszins strookt met de Katho- leike opvattingen, vooral die ten aanzien van het ontstaan van het leven en al hetgeen daarmee samenhangt. Hiermede is tevens een antwoord gegeven op de vraag, die men in alle naïeviteit zou kunnen stellen, of een Ka tholiek geleerde dan soms een betere beschrijving kan geven van de verschrikkingen der atoombom dan een niet-Katho- lieke. En dit alles klemt te meer, om dat de encyclopaedie in hoofd zaak wordt geconsulteerd door de niet gespecialiseerde intellectueel, de middelbaar scholier, wiens karakter nog gevormd moet wor den, de meer ontwikkelde arbei der, bij wie echter niet altijd ge noeg onderscheidingsvermogen verondersteld kan worden, die allen blindelings vertrouwen stel len in wat hun encyclopaedie hun leert. Zij, die wel in een bepaal de tak van wetenschap zijn ge specialiseerd, hebben hun vak litteratuur en hebben daarom trent een encyclopaedie niet van node, terwijl zij wat andere on derwerpen aangaat gelijkgescha keld kunnen worden met de zo juist genoemde niet gespeciali seerde intellectueel. De tot standkoming der 2e uitgave. De initiatiefnemer, de uitgeverij Joost van den Vondel, zocht daar toe een hoofdredactie, thans be staande uit Prof. Dr. P. v. d. Meer O.P., Prof. Dr. F. Baur en P. Fr. L. Engelbregt O.F.M. Trefwoorden Het samenstellen der trefwoor denlijst, welke de „ruggegraat der encyclopaedie" wordt ge noemd, en waarbij ook de ru brieksredacteuren en ondermede werkers zijn ingeschakeld, is het eerste werk, dat lange tijd duurt. Men startte op 1 Januari 1948 en het eerste gedeelte verscheen op 15 Mei 1949, een tijdsduur van anderhalf jaar dus, waarvan het grootste gedeelte werd besteed aan dë samenstelling der tref woordenlijst. Verouderde begrip pen moeten worden geschrapt, nieuwe toegevoegd. Hierin schuilt ook de hoofdzaak van het ver schijnen van de tweede uitgave. Behalve het feit, dat de eerste uitgave totaal was uitverkocht, was deze op vele punten ver ouderd. Door de oorlog heeft de techniek een hoge vlucht geno men, zodat alleen in dit opzicht aanvullingen en verbeteringen noodzakelijk waren. De atoom bom bijvoorbeeld, radar, penici- line etc. zijn thans alom bekende begrippen, benamingen van het geen voor de oorlog nog voor onmogelijk werd gehouden. Ook in politiek en staa'kundig opzicht is het aanschijn der aarde sterk veranderd. De beste encyclopaedie Daarbij dient men zich ook te bezinnen op de stabiliteit en actualiteit der trefwoorden. Om dit met een voorbeeld te illustre ren: de naam van de Prins der Dichters, Joost van den Vondel, zal voor alle nog komende ency clopaedieën gelden, zomede die riet oude stadhuis van Amsterdam uit 1452 met latere L voegingen met de open hal voor de rechtspraak en de speel- toren. Ets van Claes Jansz. Visscher. (Kath. Encyclopaedie). Reeds van de grijze Oudheid af bestaan encyclopaedieën, want in de vroegste tijden werd reeds de behoefte gevoeld, de weten schap in een verzamelwerk te synthetiseren. De term „encyclo paedie" is afgeleid van de Griekse woorden „en kukloi", d.i. in een kring zich bewegende, en „pai- deia", opleiding, een opleiding dus in de normale kennis, de vaste onderwijsvakken omvattende, een benaming, welke teruggaat naar de tijd van de Sophisten, de Griekse alweters, „leraren der wijsheid" omstreeks 450 voor Christus, die, toen in Grieken land de vraag ging rijzen naar formeel hoger onderwijs in let terkunde, welsprekendheid, na tuurwetenschapen, philosophie, en staatsbeleid georganiseerde hogescholen bestonden toen nog niet de steden afreisden, om voor handen vol geld, onderwijs te geven aan die het betalen kon den. Afgeronde erudiHe In vroeger eeuwen was de encyclopaedie dus het totaal van het telkens in een bepaalde tijd verwezenlijkt weten, de univer sele wetenschap omvattende, als een orgaan voor de gespeciali seerde wetenschap in tegenstel ling met die in onze dagen. Voor aleer te worden wat zij thans is, was de encyclopaedie het over zicht van de „seven vrije con- sten" ten behoeve van de school, de erfenis van de „afgeronde eruditie" der Grieken. Wat er tussen de zevende en vijftiende eeuw tot stand is gekomen, blijft compilatie van de antieke ency elopaedische wetenschap. Tot diep in de negentiende eeuw leverden onze West-Europese universitei ten het „afgeronde" universele weten aan volgende geslachten over. Dit had de verdienste dat het idee zelf van een encyelopaedi sche wetenschap aan de nieuwere tijd is overgegaan, zij het dan ook, dat de encyclopaedieën slechts door de geleerden konden worden gelezen (in tegenstelling dus tot de huidige). Langzamer hand werd de wetenschap bin nen het bereik gebracht van de niet-geleerde en voor zijn groter gemak leverde men hem die „ge kleinsde" geleerdheid op rijm. Middeleeuwen) Dan kwam de tijd (einde ze ventiende eeuw) van twijfel aan de overgeleverde wetenschap en afrekenen ook met het Christen dom als geopenbaarde Godsdienst, waarbij de encyclopaedie een ge ducht strijdmiddel werd in dienst van de moderne oppositiedrang. In de achttiende eeuw heeft de encyclopaedie haar moderne vor men uitgebouwd in hoofdzaak de systematische en alphabetische vorm. Naar de namen te oordelen kreeg in die eeuw de encyclopae die de vorm ener aangename ver breiding der eruditie onder de betere standen die de encyclo paedie zelf ver bracht van de oorspronkelijke vorm: heldere en beknopte samenvatting van het gekende wetenswaardige in lexi cale, alphabetische ordening. Van dat standpunt zijn de meeste be kende achttiende en negentiende eeuwse encyclopaedieën uitge gaan, waarbij de Franse Jesuiten stelling hebben genomen tegen de moderne tnisvattingen en dwaal philosophieën: alle wetenschap dient bepaald door de (katho lieke) godsdienst. Nu zijn er drie houdingen welke een encyclo paedie kan kiezen tegenover de zelfde wetenschappelijke gege vens: de neutrale, de strijdend anti-godsdienstige en de bewust KatholiekeEn hiermede be landen wij op de inleiding van ons artikel.... In de zefferij Tenslotte nog een enkel woord over het zetten der encyclopaedie, waaraan de grootste, ja bijna angstvallige zorg wordt besteed. De teksten worden gezet op mo notype-machines, d.w.z. in losse letters, hetgeen op de vaste re gels, met de letters aan elkaar dus. zoals die op de inter- en linotype-machines gegoten wor den, voordelen biedt met betrek king tot opmaak, het invoegen van cliché's, andere lettercorpsen etc., en tot correctie, waarbij niet gehele regels behoeven te wor den over-gezet De monotype geeft een volko men egale druk, daar geen enkel stofje de kans krijgt onder of tussen de losse letters terecht te komen. Zo is de K.E. ook een standaardwerk van boekdruk kunst. Speciale aandacht wordt even eens geschonken aan het plaat werk, de tekeningen die in de tweede druk aanmerkelijke ver beteringen in keuze zowel als in uitvoering hebben on dergaan. En wanneer men de tweede druk in zijn geheel in de boekenkast heeft staan en de Ionische zuilen op de ruggen der delen zich aaneenrijen tot een klassieke kolonnade, weet men zich de gelukkige bezitter van een omvangrijk en monumentaal werk, dat per slot van rekening een kostbaar erfdeel der klassieke beschaving mag worden genoemd. Maar in vele gevallen, zij het dan in andere zin, te kostbaar dan dat het tot ieders presoonlijk bezit gemaakt kan worden. Maar dat is weer een heel ander chapitreG. P. Waar echter ook het boek een belangrijke plaats inneemt in de vorming van de jonge mens, is het goed enkele woorden te wij den aan de Katholieke Jeugd lectuur ter informatie van de Ouders. Sinds 1925, toen men in Katholieke kringen behoefte ging gevoelen aan jeugdlectuur met positief Katholieke inslag, heeft zich, op initiatief van de Fraters van het R.K. Jongens weeshuis te Tilburg met als pro motor Frater Ludvoinus, een Keurraad voor Kath. Jeugdlec tuur gevormd, die met mede werking van enkele Katholieke Uitgeverijen van toen af doel bewust positief Katholieke lectuur voor de jeugd van 6 t/m 18 jaar ging verspreiden. De manuscripten werden en worden thans nog, door de Keurraad gecensureerd, die elk jaar een lijst van de door haar goedgekeurde jeugdboeken uit geeft, welke de Ouders niet moeten verzuimen te raadplegen. Soms is de censuur van de Keurraad in vroeger jaren al te preuts genoemd en niet altijd ten onrechte. Waar noodzakelijk heeft de keurraad in dit opzicht haar gedragslijn gewijzigd. Van daar dat het vaak zeer moeilijk en soms onmogelijk is geweest, alle uitgaven ook geplaatst te krijgen, omdat vele Katholieken zich er doodeenvoudig niet voor interesseerden. Buiten hetgeen de Ouders zelf voor hun kinderen geschikt achten, waarbij bepaalde normen niet uit het oog mogen worden verloren kunnen zij veilig deze keuzelijst Jeugdlec tuur raadplegen, waarin alleen opgenomen zijn de boeken die het best voldoen aan de eisen, waaraan een degelijk boek voor onze Katholieke jeugd moet be antwoorden. Parallel aan de bedoelingen die de Hofboekerij heeft, waar over elders op deze pagina is geschreven, heeft de K.A.B. in het voorjaar van 1950 een eigen uitgeverij gesticht om het goede boek te brengen in ieder huis gezin, „ongeacht een ruime of een smalle beurs". Wanneer men zich als lid van „De Lanteern" opgeeft, kan men voor drie en twintig centen per week na ver loop van jaren in het bezit ko men van een eigen bibliotheek van waardevolle boeken. Hier mede heeft de K.A.B. een daad gesteld, waardoor wederom een van de punten van haar urgentie program is verwezenlijkt: de cul- Apocalypse. De vier Apocalyptische ruiters. Houtsnede van Alhrecht Dürer (1498). (Kath. Encyclopaedie). ff Hoe z ij n de Russen? Niet het regiem, niet de dictatuur van de partijmachine en de geheide pro paganda ener ideologie, maar de mensen zelf, b.v. zoals zij, een dwarsdoorsnee van een geheel volk, als soldaten in legers op marcheren? Een antwoord geeft het hier besproken boek van de Poolse emigrante Alexandra Orme, dat, na ook in Engeland, Amerika, Zwitserland en Italië te zijn ver schenen, ten onzent bij het Ne derlands Boekhuis te Tilburg toe is aan de tweede druk in een voortreffelijke vertaling van Frans van Oldenburg Ermke. In dit dagboek van de bezet ting door het Rode Leger van het Hongaarse dorpje Mora, dat men zich moet denken in de buurt van Boedapest, zijn de feiten vermeld die zich tussen 22 Dec. 1944 en 23 Maart 1945 afspeelden op het landgoed van de aristocratische figuur, die hier als „de Zwijger" raak is gekarakteriseerd, met die milde humor ook, die het lezen van dit boek tot een verkwikkend genoegen maakt. „De Russen komen in Mora" is als het scenario van een grillige en hoogst zonderlinge film. Een voortdurende, ordeloze stroom van Russische soldaten stort zich uit over landgoed en dorp, waar van de bewoners, tegen de stroom oproeiend of er door meegesleurd, al dan niet vrijwillig (een dorps- commune van boeren is al snel gevormd en het duurt niet lang eer „de Zwijger" als „fascist" is aangegeven) zo goed en zo kwaad mogelijk het voeren van een eigen bestaan uit de chaos trach ten te redden. Ook al moet men van een leger in opmars in front gebied nooit een maximum aan geordende toestanden verwach ten: de rode sprinkhanenplaag die over Mora trekt slaat op bizarre manier alle records waar van men ooit vernam. Het boek zou zo overtuigend niet zijn, in dien het gruwelverhalen bevatte van terreur, roof en moord. Het poogt veeleer een zo objectief mogelijk beeld te geven van de Russische mens zoals hij zich aan de schrijfster heeft voorgedaan. „Bijna ieder van hen beschrijft een gehele kringloop van men- haar leden en hun gezinnen. hen daartoe te brengen, dat zij erover gaan nadenken. De Iedere week komt een agent de - - - - wekelijkse bijdrage ophalen. Na drie maanden sparen ontvangt men een boek in huis. Men ver bindt zich echter voor een heel jaar telkens te sparen. Hiervoor krijgt men een viertal mooie boe ken, die voor niet-leden bijna het dubbele kosten. Het is de taak van het goede boek om de lezers een dieper uiugrcuu jc> vex wez.taiiij.tvi,. ue cux- i a turele behoeftebevrediging van g inzicht en 6©n beter begrip van de dingen bi] te brengen en hen daartoe te brengen, dat zij erover gaan nadenken. De l terugkeer van de wereld naar God moet geschieden langs de machtigste stem, welke het grote publiek bereikt, is j i heden ten dage nog steeds die van het boek ende Pers." ER IS IN VIJF JAAR TIJD heel wat veranderd in de boeken wereld. In de eerste jaren na de oorlog vonden de producten van de uitgevers grif hun weg naar het publiek, dat enkele jaren vrijwel geheel verstoken was geweest van behoorlijke lectuur. Maar naarmate de tijden veranderden, werd dat anders. En het is nu in vele gezinnen eigenlijk zó, dat het boek op de laatste plaats komt. Verschillende groepen van uit gevers hebben daarom de handen ineen geslagen en brengen geza menlijk series in de handel, die aanmerkelijk goedkoper zijn dan de boeken, die door een enkele uitgever in de handel kunnen worden gebracht. Zo heeft men b.v. de Atlas reeks, waarvan de afzonderlijke delen nog geen twee gulden kos ten, de Salamander-reeks, met boeken van f 2.50 en de Nimmer Dralend reeks, waarvan de wer ken voor de zelfde prijs verkrijg baar zijn. Voor de katholieke le zer was er echter nog niets van dien aard. De Hofboekerij. Teneinde in de behoefte aan goede en goedkope lectuur te voorzien, hebben een viertal uit gevers, De Toorts te Heemstede, Paul Brand in Bussum, Het Spec trum te Utrecht en H. Nelissen te Bilthoven, de handen ineen ge slagen en met medewerking van het Centrum der Nederlandse Katholieke Vrouwenbeweging de Hofboekerij opgericht. Deze Hofboekerij, waarin ieder uitgever een deel van zijn wer ken inbrengt, stelt zich ten doel, een serie boeken te brengen die zo gevarieerd is, dat ieder lid van de gezinnen, voor wie deze boe kerij bestemd is, daar iets van zijn gading bij kan vinden. Gezinsbibliotheek De vorming van een gezins bibliotheek is nu begonnen. De boeken van de Hofboekerij, zeven in totaal, zijn zó gekozen, dat men kan spreken van een ge zinsbibliotheek. De volwassenen krijgen in „De Sterke Vrouw" en „De Gekke Dokter", die door hun geaardheid een zekere rijpheid veronderstellen, een goede, boei ende roman in handen. Jongeren zullen in „Michaël", van de hand van Owen Francis Dudley, de schrijver van de „IJzeren Monnik", een goede, op bouwende liefdesroman vinden. Dit boek is reeds verschenen en heeft een goed onthaal gevonden. Dat was trouwens ook het geval met „De Omnibus naar het ge luk", en gelukkige keuze verhalen van onze beste vertellers, waar van het gehele gezin kan genie ten. Zo juist, vrijwel gelijk met de Boekenweek, verscheen „Gejaagd in de nacht", een boeiende roman voor volwassenen, die van span nende lectuur houden. Voor het hele gezin is ook het rijk geïllustreerde sprookjesboek over het wonderland der muziek „Zwerftochten door het Rijk der Muziek" van Helène Nolthenius, een boek, dat jong en oud weg wijs maakt in de wereld van componisten, instrumenten en muziek. En tenslotte zullen vader en zoon smullen van de boeien de reportages van Hofwijk, ge bundeld in „Het Schroefje en Ik". De Katholieke uitgevers hebben niet stil gezeten! Daar is deze Hofboekerij wel een bewijs van. Men mag dan oók niet anders verwachten, dan dat Katholiek Nederland de haar toegestoken hand zal aanvatten. Want waar in andere kringen ruim 200.000 intekeningen op series als de No- belreeks, de Juwelen-serie en de Spieghel-serie zijn binnengeko men, moet een dergelijke reeks, als de Hofboekerij biedt, onder ons katholieke volksdeel een min stens zo grote belangstelling kun nen opbrengen. Ij. S. selijke mogendheden: van ver scheurend dier tot heilige. Zoals men ieder attribuut zou behoe ven om het absolute uit te druk ken, zo zou men, om de Russen te beschrijven, ieder bekend werkwoord moeten gebruiken. Ik hou' van hen; ik hou' niet van hen; ik ben dol op hen; ik haat hen; ze ontroeren me; ze maken me bang; ik bewonder hen; ik walg van hen...." Dit citaat vindt men aan onge veer het slot van het boek: het vat de reacties samen waartoe de confrontatie met zovele Rus sen van zozeer verschillend type de schrijfster heeft gebracht. Zij vormen een bijzonder boeiend ge heel. Het boek geeft een pakkend beeld van de Russische leger- organisatie: het vechten in kleine benden, die geheel op eigen be nen staan, geen relatie houden met andere legeronderdelen, zich zelf voorzien van onderdak en leeftocht zodat geen man groter persoonlijke uitrusting behoeft dan zijn machinepistool en een lepel, in de schacht van zijn laars gestoken. Het tekent karakteris tieke eigenschappen van de Rus sische mens zoals ze zich „te velde' voordoen: een grote per soonlijke luiheid van iedere man afzonderlijk, die alles zoveel mo gelijk voor zich laat doen; de wodka, die in staat is offensieven tegen te houden totdat iedereen zijn roes heeft uitgeslapen; de grenzeloze verveling van alle mannen die tenslotte geen groter plezier kennen dan praten, over hun eigen levensgeschiede nis en die van de wederpartij, waarbij hun fantasie geen gren zen kent. „Heel Rusland moet wel zonder arbeiders en landbou wers zijn", zo constateert Alexan dra Orme, „want de soldaten die ik ontmoette waren allemaal be drijfsleiders, grote toneelspelers of zangers uit Leningrad, Odessa, Kiev". De Russische soldaat is een paradoxale verschijning. Hij zou een schrikwekkend en gevaarlijk creatuur moeten" zijn. Want hjj heeft geen discipline en geen godsdienst als tegenwicht, en van kindsbeen af is hem inge pompt dat Europa bewoond wordt door bloedzuigers die hij behoort te vernietigen. Maar als je hem nader leert kennen, ga dan met hem om als hij niet dronken is, eet met hem uit één bord, rook samen jouw of zijn laatste siga ret, dan zul je gewaar worden dat nergens ter wereld zoveel goede mensen zijn als in Rus land". Zoveel goede mensenHet boek bevat een prachtige blad zijde, die een oudere Russische adjudant-onderofficier beschrijft terwijl hij de H. Mis bijwoont: „zijn gezicht verrukt, als in ver voering, terwijl de lege gezichten van de Hongaarse boeren slechts plichtmatige verveling schenen uit te drukken. De Rus had de bezielde, ontstegen uitdrukking van de Middeleeuwse mens. Wat voor grenzeloze reserves aan ge loof en godsdienstigheid leven er in dit volk?" De Russen in Mora: zij blijken, bjj alle anecdotische schildering van hun hebbelijkheden en primi tiviteit (de grenzeloze manie om alles wat in hun handen valt te demonteren: auto's, fototoestellen, klokken; de oude piepende boe renkar met het door een officier bestelde bad dat hem na een maand aan het front wordt be zorgd en die maar rond blijft rijden omdat die officier nu on vindbaar is en telkens weer op duikt temidden van oprukkenae tanks, uitgebrande huizen, gedode paarden) ook in dit boek tenslotte de veelsoortige vertegenwoordi gers van het mysterie van hun volk, dat wellicht en ondanks alles, tóch geroepen blijft tot een boodschap aan de wereld, waar van nu nog slechts de Voorzienig heid de precieze inhoud kent. Ingang Maandag 26 gewijzigd. Wij laten ALKMAAR HEERHUGOWAARD OBDAM HOORN ALKMAAR HEERHUGOWAARD OBDAM HOORN HOORN OBDAM HEERHUGOWAARD ALKMAAR HOORN OBDAM HEERHUGOWAARD ALKMAAR Houders van wee tot nu toe gebruik ken van de bus die Hoorn vertrok, mo bruik maken van de 6.28. Alleen op werkdag volgende bussen: ALKMAAR Gi „De Duinstreek" (T Nieuwendijk ie Ber ningswoord het afg zen lieten niets te even de verlaging schap over uit, dat ontwassen schijnt afgevaardigden va heette hij van hart» Er werd medede! van data en tijd de ringen. Die zijn Di Maart te Castrïcum verweide aan de Ru 8.30 uur, te Schoorl terrein om 11 uur en op de Kaasmarkt i Centrale keuring te Vrijdag 20 April in hout. Leden, die hun willen veranderen v naar 3 of 2 weekse, nog tot 1 Maart opg controleur. Per bedr kost de 3 weekse cc extra, de 2 weekse f Voor leden die 2 melkcontröle toepas nemen van extra mi boden. Bij 4 weekse men verplicht een e: te nemen van de kot ben gekalfd, ui terlij 1 na de vorige monst van de koeien die ka drie weken voorafga volgende monsternan extra monster worde Het is niet toegest: een veehouder de rr op de dag van proefn weggezonden. Slechts zonderlij ke gevallen, deling van de contr van een vastgesteldi king worden afgew neer een monsterr weggestuurd worder koeien de melklijste lopende jaar niet erk De secretaris-pen de heer v. d. Oord, een financieel overzi afgelopen jaar. In v het feit, dat de vei jaar haar 25 jarig jul wierp hij een korte de afgelopen jaren, vereniging groeide van J20 tot 112. Bove de vereniging Zuid i vereniging Zuid is o beste verstandhoudi oude vereniging afge saldo '49 bedroeg saldo '50 bedraagt f! mens de kascommissi heer v. d. Woude de orde. De penningmt décharge verleend. De heer N. Kaag clamatie herkozen al In de financiële com in de vacature v. d. heer J. Kroon benoe gevaardigden naar dt gadering op 28 F Hoorn te houden, noemd de heren v. d, van Assem. Fokveedag bii jubileum Hoewel het bestuu ning was dat het zil leum van de verenig gevierd kon worder fokveedag, had het t< ten en moeiliikhed opgezier en had het besloten de vergader stellen, het jubileum vieren met een feest Er gingen in de stemmen op voor en houden van een fok Titels: Michat de Nacht Zwerftochten

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1951 | | pagina 6