Rerum Novarum werd een zegen voor de arbeidersstand Hoe Don Bosco zijn zonen de weg bereidde Het aandeel van de liefde in de economische orde Macht op zich geen kwaad Het Salesiaans Missie-Mirakel Het recht van de Kerk OVERZICHT Geen herdenking zonder bezinning rook >p het rood-pluchen le glorie van het omwille van de ka- opgenomen bij deze ■n hadden er geen i zaten voor de tafel, rossige schijn van mlamp, de koppen de gezichten strak p dit gewichtig mo tels zelf voorzitter lij zat rechts van de rekende bij ieder '.wicht merkbaar op e inblazingen. De ir deed soms of hij et betijen en er zelf ik bij hoorde, maar ■en door elkaar be- •aten en de discussie rmeloos gemompel verlopen, kon hij aar voren schieten, hand kletste op de is meteen stil en hij 'lugge heldere woor- dslagingen weer een dampte. De sigaren 'ijpen kwamen voor erden gestopt uit de van Jan Winkels, irouw keek bezorgd lijnen. id, de eerste katho- ersbeweging in Ne- langrij'ke boodschap en hoogst gewichtige fo- oord." Hiervoor kreeg de Dakinmedaille, zo et Victoria Cross voor ïrs wisten dat er door i postduiven berich- eland terecht kwamen niseerden 'n tegenwa- nde uit een valkenpa- t was de bedoeling dat de duiven onderweg rikken, aanvallen en c maken. Iedereen, die in zijn bezit had, werd litsers zwaar gestraft Duitsers vermoedden een bepaald gebied e" duiven waren neer an werd alles afgezet, Lirig onderzocht, ïaar Engeland zijn ve- omgekomen. Vele elgische. Nederlandse duivenhouders heb- sven geriskeerd, doch niet onderbroken ge- ehappen, die per duif rgemeesters van Brus- Den Haag werden waren boodschappen aan de Belgische en duivenhouders „voor elke zii met hun dui- allieerde zaak en de ïgingen hebben ver- a donkere jaren van ïhap van het RCS aan ry betuigt de aanhan- iran het Corps aan de te en eindigt met de .Mogen de vogels, die 'est Europa hun laatste e vlucht doen, de we- itoool zijn van de ber- n het vrije verkeer rolkeren." streekPolitie FC-terrein in Zaandam gavond om 8 uur een strijd worden gespeeld Nederlands politie- ;n Zaans KNVB-elftal. 1ATSFONDSEN DEROM VAST 1DAM, 11 Mei. Het te van de beurs was el, dat de stemming ggingsmarkt voor de 1 in successie gunstig insdag j.l. een diepte- kt te hebben waarbij angbare papieren am- erden, is er Woensdag ag ten gunste ingetre- il investeringscertifl. en vandaag gevraagd met niet minder dan tot 91 5/8. De conver- old 90 5/8 (891/2). ielenmarkt was zo ag stiller dan vorige ls bekend, blijft de iten tot a.s. Dinsdag dus wel begrijpelijk, aepshandel zich haast ieuwe posities waagt, ïdustriepapieren wer- ale verschillen naar n geconstateerd. Olies I prijshoudend op 299 ps verloor 1 punt en >31/2 en ook Uni- »n een fractie luier, iveranderd 169 7/8. cultuuraandelen kan etzelfde gezegd wor- i de industriemarkt. elen echter, die giste- vast waren, moesten er en daar een klei- sgeven. Voor het ove- e stemming prijshou- lelen exploratie wer- am gevraagd en ste- vrjj drukke handel 70. Ook Deli Spoor- en aandelen waren ikele punten hoger. heerste er een gun- ns voor dg Indone- senteleniingen. pvaartmarkt was zeer t goed op peil, waar- raart Unie 1 punt ho- 154 1/2. ten stil en weinig Ook het agio bleef op ngewijzigd. .markt Leiden II Mei Goudse e) tot f 207 (per 100 i. 49 partijen handel dse kaas le srt. f 196 udse kaas 2e srt. f 192 eidse kaas le srt. tot el matig. markt Utrecht 11 Mei Op de :aasmarkt werden aan n partijen kaas, totaal vegende 2074 kg. De en van f 1.87— f 1.95- was vlug. ZATERDAG 12 MEI 1951 PAGINA 9 Een totaal verkeerde mening zou het zijn te menen, dat de beide Pauselijke Encyclieken uitsluitend als richtlijnen voor de arbeiders zijn geschreven. Een opvatting, die helaas, zo hier en daar nog wortel heeft geschoten. Anderzijds bedenke men ech ter, dat vooral Rerum Novarum, maar ook Quadragesimo Anno, van onmiskenbare zege en invloed zijn geweest op de groei, de verdere uitbouw en de doelstellingen van de katholieke arbeidersbeweging in Nederland. En deze ontwikkeling is op haar beurt een vruchtdragend element geworden in de cultuur historie van ons volk en heeft in hoge mate bijgedragen tot de verhoging van het godsdienstig-zedelijke en culturele peil der arbeidersmassa. Op deze foto van Z.H. Paus Pius XII ziet men de even liefdevoUe als scherpe hl ik van de tegenwoordige regerende Paus, die het sociale vraagstuk met evenveel liefde als scherpte bekijkt en in talloze toespraken en brieven behandeld heeft en nog behandelt. Wacht de wereld niet met spanning op het antwoord op de vraag, of de ff. Vader in een nieuwe encycliek, dan wel in Zijn rede tot de sociale voor mannen en arbeiders, die deze week ook uit ons land naar Rome zijn vertrokken, nadere verklaringen en toelichtingen op de sociale leer der Kerk, toegepast op de moderne omstandigheden, zal geven? Eén ding staat daarbij vast: de Paus van nü zal de beginselen en hun diepere richt lijnen, zoals ze in „Rerum Novarum" en „Quadragesimo Anno" zijn gegeven, on verzwakt handhaven, gelijk Hij dat al te kennen heeft gegeven in de radiobood schap van Pinksteren 1941, toen Hij de vijftigste verjaardag van de grote sociale encycliek herdacht. Toen reeds heeft Pius XII de fundamentele grondbeginselen van een gezonde sociale orde op de basis van „Rerum Novarum" ontvouwd en aange spoord, om in de geest van Leo XIII te blijven werken voor een nieuwe orde: „Laat niet uitsterven onder u, beminde zonen, of ook maar verzwakken de drin gende stem van de twee Pausen der sociale encyclieken, die luide wijst op de zede lijke plicht van allen, die geloven in de bovennatuurlijke wedergeboorte der mens heid, om mede te werken aan de ordening van de maatschappij en in het bijzonder van het economisch leven. Dat is een heilige plicht voor iedereen!" Het is derhalve alleszins ge rechtvaardigd, in het kader van de herdenking der sociale encyclieken, op deze plaats een kort woord te wijden aan de ge schiedenis der Katholieke Arbei dersbeweging en temeer, omdat de KAB in de laatste tijd nogal eens een punt van discussie uit maakt. De beginjaren van de katho lieke arbeidersbeweging in ons vaderland zijn weinig overzichte lijk. Belangrijk feitenmateriaal wacht nog steeds op een nadere verklaring van de hand der his torici. Waarom kwam de activi teit onder de katholieke arbeiders zo laat tot stand? „Zelfs 10 jaren na de oprichting van Patrimoni um?", zo schrijft de katholieke historicus en kenner van de ge schiedenis der negentiende eeuw, prof. Verberne. En hij geeft dan, hoewel onder voorbehoud, zelf het antwoord met de woorden: „de katholieke leiders uit die ja ren hebben hun aandacht en ac tiviteit meer gericht op de school strijd en de beleving van de bur gerlijke rechten der geloofsgeno ten." Voor de sociale rechten der arbeiders bestond toentertijd nog weinig begrip, zo voegt Verberne eraan toe. Het inzicht in het belang van katholieke arbeidersverenigingen gaf de stoot aan de oprichting van de St Josephgezellenver- enigingen naar het voorbeeld van Adolf Kopling in Duitsland. Het karakter van „vakbeweging" ont brak aan deze verenigingen- Het zou tot 1888 duren voordat een onderlinge band werd gesmeed; het Kamerlid W. CJ. Passtoors legde in dat jaar in Amsterdam de grondslag van de R.K. Volksbond, die zich in hoofdzaak richtte te gen de socialistische en anti-cle- ricalistische agitatie van Domela Nieuwenhuis. Bij het leggen van contacten ging het bisdom Haar lem aan de kop. De Twentse ar beiders zaten evenmin stil en dr. Schaepman bracht de opgerichte verenigingen samen in een dio cesane bond. De verschijning van de grote encycliek van Leo XIII was voor de katholieke arbeiders van Nederland een krachtige stimu lans om op de ingeslagen weg voort te gaan. Schaepman werd de promotor van de denkbeelden van Rerum Novarum. De katho lieke arbeidersbeweging vond er baat hij- De tijd van zoeken en tasten was voorbij. De doelstel lingen stonden scherp voor ogen. De arbeidersbeweging groeide in kracht en wasdom. Schaepman Ariëns, Poels en vele anderen, drukten hun persoonlijke stem pel op de latere ontwikkeling. Het Hoogwaardig Episcopaat sprak zich in 1906 in beginsel uit voor een organiseren van de ka tholieke arbeiders in katholieke verenigingen. Daarmede werd 'n uitspraak gedaan in de discussie over het al of niet steun verle nen aan de interconfessionele vorm, die „Unitas" te zien had gegeven. Mgr. van de Wetering ijverde in latere jaren voor de verkrij ging van een eenheid in de be weging met één centrale leiding. Men geraakte tot een overeen stemming in 1923- Het bisschop pelijk communiqué van 1916 had deze vraag nog open gelaten. Het Verbond deed op 1 Januari 1925 de intrede in de geschiedenis van de beweging. De gebeurtenissen uit de laatste 25 jaar van de katholieke arbeidersbeweging, liggen de meesten onzer nog vers in het geheugen. Het is slechts een jaar geleden, dat op luisterrijke wijze het zilveren jubileum van het Verbond werd gevierd, waarbij de vele activiteiten, maar ook de moeilijke oorlogs- en bezettings jaren, waarin de KAB weigerde voor de overweldiger te bukken, nogmaals de revue in woord en geschrift passeerden. Z. Em. Johannes Kardinaal de Jong richtte zich bij deze gele genheid tot de katholieke arbei ders met de woorden: Hoogst zegenrijk is de arbeid van het Verbond geweest voor het arbeidende volk, voor Kerk en Vaderland. Met grote dank baarheid herdenken ook Wij alles wat de katholieke arbeidersbe weging tot stand heeft gebracht, en Wij spreken gaarne Ons volle vertrouwen uit, dat ook in de ■toekomst Nederland zal blijven beschikken over een katholiek georganiseerde arbeidersstand ten bate van ons gehele volk, in het bijzonder voor de handhaving en verdieping van sociale gerechtig heid en sociale caritas." De katholieke arbeidersbewe ging heeft in de loop der jaren haar goed recht van bestaan be wezen- Zij is een belangrijke factor geworden in ons volk. Zelfs dermate belangrijk, dat sommige geloofsgenoten zich in het laatste jaar zorgen hebben gemaakt over haar grote „macht." DON BOSCO was niet alleen de man, die de jeugd wist te leiden als een heilige Rattenvanger van Hameln, want hij oefende op haar een fantastische invloed uit; hij was niet slechts de wonderdoener, die terecht als de grootste moderne mirakelheilige wordt aangezien; hij was ook geïnspireerd, las in de harten en zag in de toekomst. De visioenen welke hij kreeg, heette hij in zijn eenvoud en nederigheid „dromen".... Maar langs die weg leidde zijn Madonna, Maria, Hulp der Christenen, hem op wonderbare wijze. Zo gebeurde het ook, toen hij zijn richtlijnen van Hierboven kreeg over het werk dat hem en zijn opvolgers te wachten stond op het Missieveld. Luister hoe de Man Gods zet zelf vertelde: „Plots zag ik me omringd door een groep kinderen en van een Herderin die Onze Lieve Vrouw was Toen moest Don Bosco in een be paalde richting kijken. Wat ziet ge? „Bergen, zeeën, heuvels, weer zeeën en bergen". Daarop riep een der jongens: Ik lees Santiago; en ik, zei een ander: Valparaiso. En een derde las de twee samen. Nu vroeg de Herderin hun een andere kant uit te kijken: Don Bosco zag bergen, heuvels en zeeën; maar de kinderen juichten: Peking. „Goed", antwoordde de won dere Vrouw; „trekt nu een lijn van Peking (oude hoofdstad van China) naar Santiago (hoofdstad van Chili); neemt dan een aanknopingspunt in het hart van Afrika: dan ziet ge wat de Salesianen nog moeten verwezenlijken Maar die afstanden zijn on metelijk, ziet ge, sommige plaat sen ontoegankelijk, en de Sale sianen zo weinig talrijk Dat is werk voor uw zonen en voor de opvolgers van die zonen. Maar waar moeten we zo veel volk vandaan halen? Ziet ge daar die 500 missio narissen staan, vertrekkens-ge- reed? En verderop en elders nog veel meer? Trek nu de lijn van Santiago naar Afrika. Wat. ziet ge nu? Ik zie tien centra van mis sieposten. En langs deze kant ziet ge tien, centra 'van Midden-Afrika tot Peking. Deze centra nu moe ten de missionarissen leveren, want het zijn studiehuizen stich tingen en noviciaten, welke voor al die werelddelen nodig zijn. En nog eens vroeg Don Bosco, die zo breed en ver niet durfde denken: Maar waar zullen we toch zoveel missionarissen vinden, om naar al die wilden te sturen, welke mensenvlees eten, naar die valse christenen en naar die heidenen? Weer had Don Bosco een droom gehad en zag hij zich ver plaatst naar een onbekende streek, waar hij mensen in dichte drommen op een vlakte zag: groot, wreed en bijna naakt. Sommigen waren op jacht, an deren droegen brokken vlees op de punt van de lans, die ze op hun schouder legden; weer an deren vochten ondereen of tegen soldaten, op zijn Europees ge kleed. Toen verschenen missio narissen aan de einder, allen van verschillende Orden en Congre gaties; nauwelijks waren ze bij de Indianen, of ze werden afge slacht.... En ondertussen daag de een nieuwe groep missionaris sen op, voorafgegaan door een stoet jongelingen. Ook zij trok ken recht op de Indianen af, en Don Bosco begon reeds voor hun leven te vrezen; doch nu merkte hij twee dingen op: het waren Salesianen, van wie hij de eer ste kende, de volgende echter helemaal niet, en nu deden de wilden nietsZe begonnen in tegendeel te lachen, schaarden zich rond de blanke geloofshel den en luisterden naar het gods dienstonderricht, dat men hun schonk, om een tijdje later het rozenhoedje mee te bidden, dat de missionarissen hun aanleer den Wat Don Bosco daar in een droom zag, begon werkelijkheid te worden, toen op 11 November 1875 de eerste expeditie plaats had naar Zuid-Amerika, onder de zegen van Don Bosco en on der leiding van de latere kardi naal Cagliero. De Salesianen waren gevraagd door de consul van Argentinië, om Vuurland en Patagonië te komen bekerenEn de dap pere kerels vertrokken uit Bue- nos-Aires, om stelselmatig eerst Vuurland te bewerken, dat. nu bisdom is en waar alle priesters, hoog en laag, Salesianen zijn. Na Vuurland kwam Patagonië aan de beurt, dat voordien nooit ern stig werd verkend. In het jaar 1878 zette Argentinië alles op het spel om die Indianen te onder werpen: de Salesianen trokken met de legers mee op en verkre gen meer met goedheid dan de staat met zijn wapens. Het ge beurde in die tijden, dat soms een Indiaanse hoofdman in de missies aanlandde en beweerde door een „zwartrok" te zijn ge stuurd om zich en zijn stam te laten onderrichten. Wanneer die man dan in de missiepost een portret van Don Bosco zag, zei hij: „Die daar was hetDon Bosco had zoveel jaren na zijn dood met de Indianen te paard door de Pampa gereden, om het zijn Zonen een beetje gemakke lijker te makenEn nu ging het verderop: Paraguay kwam aan de beurt, Paraguay met de Chaco, het meest beruchte deel misschien van de te bekeren grond van Zuid-Amerika. Want er was nooit een katholiek mis sionaris in gelukt zich in de Chaco te vestigen. En in 1920 zetten de Salesianen daar de slag inMaar om de 100.000 men sen te winnen voor het geloof, die daar op een oppervlakte van 300.000 km2 tien maal ons land verspreid leven, zal er nog wel een hele tijd verlopen. Boven Paraguay liggen de Verenigde Staten van Brazilië zoals de officiële titel luidt het zijn trouwens twee en twin tig landen die een confederatie vormen. Heel het binnenland wordt beheerst door de machtige Amazone, die meer dan 6000 km lang is en leven en gestalte en vruchtbaarheid schenkt aan ein deloze en zeer geheimzinnige stukken land, die nooit door blanken betreden werden. Twee namen vooral hebben in verband daarmee een magische klank: de Rio Negro (de Zwarte Stroom) en de Matto-Grosso (het Grote Woud). De Salesiaanse held, die de Indianen van Rio Negro als zijn kinderen en die zij als hun vader beschouwden, was Don Balzola, een man, die een plaats verdient naast een Pater Lievens, een Pater De Smet en een Pater Damiaan. Later zou hij zich even eens wegschenken aan de India nen van Matto-GrossoDe Bo- roro's is de naam van de ver schrikkelijke Indianen, die zich niet lieten bekeren door mensen, maar het wel lieten gebeuren door Onze Lieve Vrouw. En die Bororo's gingen daarna de andere stammen opzoeken, om hen te overtuigen ook bij de Mis sionarissen te komen wonen Maar aan de andere kant van Brazilië's grenzen, in Ecuador, wachtte ook nog werk: de beke ring van de wrede Jivaro's, die slechts langzaam vordert Even als in Columbië, waar onder an dere twee Melaatsenkolonies zijn waar 5000 arme sukkelaars en veroordeelden verzorgd worden. Maar ook in het Verre- en het Midden-Oosten voeren Salesianen de strijd voor Christus' Rijk: Iran, Syrië, Turkije en Palesti na; Indië, waar de Salesianen in de Bisdommen Krishnagar en Shillong en in het aartsbisdom Madras de zielezorg waarnemen. In 1906 landden de Missiona rissen in Macao, dat als spring plank zou dienen om het Hemel se Rijk binnen te trekken, wat dan ook naderhand is gebeurd. En zo kwam dan het Bisdom Shiu-Chow tot stand, met zijn grotere oppervlakte dan ons land en zijn bevolking van bij de 3.000.000 zielen. Zoals de Salesianen op meer dere plaatsen in China de massa veroverden door een orkest op te richten, de harmonica te be spelen en zangkoren in het open baar te laten optreden, zo deden ze het met voetbalmatchen in Japan. Want waar ze een nieuwe verovering op het oog hadden, begonnen ze onder elkaar op een volksplein te voetballen, waarbij de jeugd natuurlijk aanstonds gewonnen was voor zo'n sportie ve kerels.... En dan liep en loopt het bekeringwerk langs de kinderen over op de ouders Nu bloeit daar de Apostolische Prefektuur van Myasaki, onder de leiding van de pionier uit het eerst uur, Mgr. Cimatti. Wat Don Bosco in zijn droom „gezien" had, zou Koning Leo pold II voor een deel helpen verwezenlijken. Want hij was het, die er maar steeds bij de Salesianen op aandrong dat ze een Missie zouden stichten in het onmetelijke Kongoland, dat hij op eigen initiatief en ondanks zoveel tegenwerking uit de grond had gestampt. En Koning Leo pold droeg zijn verlangen over op Kardinaal Merrier, die zich voor de wagen spande van de op volger van Don Bosco, de heilig levende en heilig gestorven Don Rua, in Turijn het Moeder huis der Salesianen ging op zoeken. Die twee grote mannen werden het gemakkelijk eens en zo vertrok de eerste groep Bel gische Salesianen onder leiding van de latere Mgr. Sak in het jaar 1911 naar Elisabethstad, waar aanstonds begonnen werd met een school voor Blanken. In Kafubu, waar Monseigneur van Heusden verblijft, bloeit de grote vakschool voor zwarten. Anderen volgen er de lagere school of de landbouwschool en de kleinsten worden in het wees huis opgenomen. In Kipushya worden de Kate- chisten en onderwijzers van mor gen gevormd. Ngaye is de melaat senkolonie en in Kakyelo vindt men het Klein Seminarie. Dat is, in grote trekken, de toestand van de Salesiaanse Mis sies in de wereld. Wanneer men bedenkt, dat zij een 24.000.000 zielen te bekeren hebben gekre gen en dat die mensen op een oppervlakte van 3.000.000 km2 verspreid zitten, of op een op pervlakte dus van 100 maal ons land, dan vraagt men zich be zorgd af zoals Don Bosco in zijn droom waar de mannen vandaan moeten komen, om dat reusachtig werk tot een goed ein de te brengen. Onze Lieve Heer schijnt ook hier geen zwaarder werk op de schouders dier Con gregatie te willen leggen, dan zij kunnen dragen. En daarom heeft ze het Oude Europa en tegelijk het jonge Amerika voorbereid om bij te springen, waar het no dig mocht blijken. Maar waarom ons druk maken over wat Don Bosco ons voor zeker heeft verteld? Want ook over de toekomst van zijn Con gregatie heeft hij uitleg gekregen bij Onze Lieve Vrouw. Luister maar: „Ik hoorde een stem, die me toeriep: „Ga op deze steen staan, en ik zal u de triomf laten zien van de Congregatie van Sint Franeiscus van Sales (Patroon der Congregatie; vandaar haar naam: Salesianen van Don Bosco; in afkorting: S.D.B.). En op een onoverzienbare vlakte klom ik, op de steen en meende heel de' aarde te overschouwen. En ik zag er mannen van alle kleur, van alle naties en in alle moge lijke kledij; zoveel, dat ik me afvraag of de wereld wel zoveel mensen kan bevatten. Ik bekeek de eersten aandachtig: ze waren gekleed als onze Italianen. Het waren Salesianen, die jongens en meisjes bij de hand hielden Dan kwamen er anderen, nog anderen en weer anderen, die ik niet meer kende; oneindig velen.En toen moest ik beur telings naar de vier windstreken kijken: van alle kanten zag ik eindeloze massa's mensen optrek ken: maar alle groepen hadden dit gemeen, dat ze allemaal door Salesianen geleid werden, van wie ik echter geen enkele kende. Daarop hoorde ik een stem me toespreken: „Ge zult niet begrij pen, wat ik u zeg. Alles, wat ge zo juist gezien hebt, is de oogst, welke de Salesianen moeten in halen. Maar ziet ge wel hoe groot het veld is, waarop ze moeten arbeiden. De eersten hebt ge her kend: maar die verderop volgden waren u helemaal vreemd. Dit wil ik u zeggen, dat de Salesia nen niet alleen in deze eeuw, maar ook in de toekomstige eeuwen op hetzelfde arbeidsveld zullen moeten werken...." (Bijzonderheden in dit artikel zijn vooral ontleend aan het boeiende boek: „De Dromen van Don Bosco". Uitgegeven door Don Bosco, Gouddallaan 90, Sint-Pieters-Woluwe). Deze vorm van vrees is een zui ver menselijk verschijnsel. Het vertoont zich overal in de wereld waar een sterke concentratie van krachten zich openbaart. De in ternationale politieke verhoudin gen in de moderne geschiedenis zijn er sprekende voorbeelden van. De critici mogen evenwel be seffen, dat macht op zich geen kwaad is. De Heilige Vader heeft destijds de katholieke ar beiders van België voorgehouden de macht van hun organisaties in dienst te stellen van de verwe zenlijking der sociale orde en de uitbouw der publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie, welke een, eis yan de natuurlijke orde betekent. Wij ontkennen geen ogenblik, dat de leiders van de katholieke arbeiders voortdurend zich zul len moeten afvragen, welke ver antwoordelijkheid zij dragen, wanneer zij het „machtige" appa raat van de KAB hanteren. Maar anderzijds mogen wij ons geluk kig prijzen in deze jaren van spanningen, dat de KAfi zich een zelfbeheersing heeft opgelegd en alles in dienst heeft gesteld om --- - de sociale rust te bewaren. Men een schonere toekomst. bedenke hoe de situatie zou zijn op dit moment, wanneer de KAB geen „machtige rol" speelde. Welke invloed zou de commu nistische vakbeweging hebben en in hoeverre zouden wij geyorderd zijn met het nationaal herstel en het leveren van een bijdrage in de krachtsinspanning om West- Europa en de christelijke bescha ving veilig te stellen? De katholieke arbeiders zullen in samenwerking met de ka tholieke werkgevers middenstan ders, boeren en leden der vrije beroepen, dienen te bouwen aan een christelijk-sociale orde waar toe op de allereerste plaats nodig is de bezinning op de inhoud der Pauselijke encyclieken, die het „christelijke herstelplan" bevat ten voor de geschonden samen leving dezer dagen, die opnieuw gebukt gaat onder ondragelijke spanningen en gevaren- Een herstelplan, dat niet speci fiek katholiek is, omdat het steun vindt in de natuurlijke orde, en daarom voor allent aanneme lijk en aanvaardbaar is- De herdenking moge dan ook allerminst slechts een „terugzien op de afgelegde weg" betekenen, maar moet veeleer zijn een be ramen op een plan van actie, om met pater dr. mr. Angelinus O.F.M. Cap te spreken „waar bij alle goedwillenden de handen ineen moeten slaan, om op de ruines van het verleden samen te werken, aan de opbouw van IN „QUADRAGESIMO ANNO" hoe kan men de geesf van „Rerum Novarum" beter eren dan door deze prachtige herden kingsencycliek van 1931 voortdurend in herinnering te bren gen? zegt Pius XI, dat Hij met die omzendbrief ten doel had, niet alleen de grote weldaden te overwegen, welke voor de Kerk en voor de gehele maatschappij uit de encycliek „Re rum Novarum" zijn voortgevloeid, maar meer nog, om „de leer van de grote Meester aangaande de sociale en economi sche vraagstukken te handhaven tegen sommige moeilijkheden en in bepaalde punten verder te ontwikkelen, tenslotte, om het huidige economisch stelsel (1931) voor de vierschaar te roepen, de zaak van het socialisme te onderzoeken, de wor tel van de hedendaagse verwarring (1931) bloot te leggen en tegelijkertijd de enige weg tot een heilbrengende vernieu wing te wijzen, n.l. de hervorming der zeden in christelijke zin Dit laatste punt blijft uiteraard voor het hoogste gezag van de Kerk het kernpunt van het pro bleem en de Paus betoogt dan ook in talrijke bladzijden, dat het eco nomisch leven, dat lijdt onder een dictatuur, hervormd moet worden. Leidend beginsel moet zijn, dat er een economische en juridische or de moet komen, gebaseerd op rechtvaardigheid en naastenliefde: het economisch leven moet door trokken worden van de christelij ke geest! Hoe? Wel op zeer bijzondere wijze wordt het aandeel van de liefde beklemtoond. De liefde, niet ter vervanging van de recht vaardigheid, die niet gegeven wordt, maar de liefde naast de rechtvaardigheid. Zij zij er de bekroning van! Dit, dat aandeel van de liefde in de economische orde, is wel een zeer bijzondere en hoge eis, zegt prof. Cobbenha- gen in een rede over katholieke activiteit op economisch terrein, welke hij in 1938 hield voor de Sociale Week te Rolduc. Een moeilijke eis, omdat het toch al zoveel moeite kost, in het econo misch leven de rechtvaardigheid gelding te verschaffen, met name de sociale rechtvaardigheid. En toch is die eis ook weer zeer na tuurlijk, omdat ze noodzakelijk voortvloeit uit de leer, dat we al len leden zijn van één groot ge zin en kinderen van dezelfde He melse Vader, ja, zegt de ency cliek, dat we allen één lichaam zijn in Christus. Men stelle zich eens voor, zo citeren wij nu het volgende tref fende citaat uit de genoemde re de van prof. Cobbenhagen, wat dit zeggen wil: in alle economi sche verhoudingen tussen indivi duen, tussen groepen, tussen vol ken, in alle contracten, bij alle concurrentie, niet alleen de rechtvaardigheid, maar ook de liefde te betrachten! De liefde, die Sint Paulus zo grandioos heeft getekend, de liefde die ge duldig is en goedertieren, niet afgunstig, noch heerszuchtig noch hoogmoedig, die niet onedel han delt, en zichzelf niet zoekt, die zich niet verheugt op een over winning op een zwakkere, min der kapitaalkrachtige, met min der economisch doorzicht begaaf de broeder, maar die verheugd is, de ander goed te doen. Na zoveel eeuwen van steeds groeiende onchristelijkheid op economisch gebied, klinkt die in de grond toch heel gewone chris tentaal onwennig! Die Paulustekst moest op een goede dag worden aangeslagen in de kantoren der grote onder nemingen en bevolen zou moe ten worden, deze te observeren in heel de maatschappelijke en politieke omgang! In de commerciële onderhan delingen, in de contracten in de zakelijke correspondentie, in de in- en verkooppolitiek, in de reclame! Geen van al die in hun sys teem deskundige en door en door geoefende zakenlieden en kantoormensen, van hoog tot niet ieder uitmaken. Daarom moet er, naast de verbetering van de geest, ook gestreefd wor den naar hervorming van de in stellingen en organisatievormen. Het streven naar betere mensen en betere instellingen ga hand in hand. Maar, dit ook zegt de Paus: Bü al dit werk komt de wet van de liefde op de eer ste plaats. ZESTIG JAAR na „Rerum No varum" en twintig jaar na „Qua dragesimo Anno" wordt nog her en der betwist het recht van de Kerk, om zich met sociale en economische aangelegenheden in te laten. Daarom is het nuttig, bij de aanstaande encycliekherden king nog eens even een en ander in herinnering te brengen aan gaande dit gewichtige punt. Paus Pius XI bevestigde in „Quadra gesimo Anno" van 15 Mei 1931,, wat Leo XIII veertig jaar tevo ren in zijn „Magna Charta" van de sociale orde te kennen had ge geven, dat in de sociale kwestie geen oplossing mogelijk was, al thans geen aannemelijke, voegde de Paus daar veelbetekenend aan toe, tenzij met de hulp van de godsdienst en de Kerk. Hij steun de op de „onveranderlijke begin selen, geput uit de schatkamer der natuurlijke rede, en de god delijke openbaring" en zo ver kondigde Hij, als één die gezag heeft, de rechten en plichten, waardoor de onderlinge verhou ding van bezittenden en proleta riërs, van hen, die kapitaal ver schaffen en hen die arbeid pres teren, moet beheerst worden en ook, welke taak hier was wegge legd voor de Kerk, voor het Staatsgezag en voor de betrokke nen zelf. De Kerk heeft de rijke bron nen van het Evangelie volstrekt niet ongebruikt laten liggen, con stateert Pius XI met dankbaar heid en Hij herhaalt, dat de Kerk „het recht en de plicht heeft, in zake kwesties van sociale en eco nomische aard te beslissen met oppergezag. Vooreerst worde hier opgemerkt, dat de Paus van 1931, sterker dan die van 1891, dit recht van beslissen voor de Kerk ook opeist voor econo mische aangelegenheden. Wanneer de Kerk zich zonder reden zou mengen in deze aardse aangelegenheden, zou zij haar boekje te buiten gaan, maar zij kan zich in geen geval onttrek ken aan de taak, Haar door God opgelegd, om Haar gezag te doen gelden in kwesties, die de zeden wet raken. Zij bemoeit zich, zo betoogt Pius XI met nadruk, niet met technische kwesties, want daartoe mist zij de geschikte mid delen en de opdracht, maar als sociale en economische kwesties de zedenwet raken, dan is de Kerk volledig bevoegd. Het zou een dwaling zijn, te beweren, dat de economische en de morele orde zover uit elkaar liggen, en elkaar zo vreemd zijn, dat de eerste volstrekt onafhan kelijk zou zijn van de tweede. Er zijn zgn. economische wetten, maar er is ook een doel, door God de Schepper aan heel de economische orde gesteld. Ge trouw aan de Zedenwet, de wet laag, zou weten, wat er mede van God, de Schepper der na- aan te vangen! Wat zouden er weinig trans acties tot stand komen op die dag. Maar is dat dan niet de meest-sprekende veroordeling van dit stelsel? Veroordeeld, let wel, op grond van een maatstaf die niet door een of andere fantas tische geest is uitgedacht maar die Gods maatstaf is, die op de oordeelsdag zal worden aange legd- Zeker zullen dan veler» niet subjectief schuldig zijn, want wat het gemeenschappelijk wel zijn eist, kan in de ingewikkelde maatschappelijke verhoudingen tuur, zullen wij de bijzondere doeleinden, zowel individuele als sociale, op economisch gebied na gestreefd, harmonisch moeten rangschikken in de gezamenlijke reeks van doeleinden. En dan zullen zij voor ons worden als zoveel trappen, waarlangs wij zullen opstijgen, om te geraken tot het einddoel van alles, „tot God, Die voor Zichzelf en voor ons, het hoogste en onuitputte lijke Goed is. Onnodig te zeggen, dat de te- genwoodige Paus, Pius XII, deze opvattingen bij herhaling en met nadruk heeft bevestigd!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1951 | | pagina 9