Waarom het goed isons opgroeiende kind
te laten testen
Rubriek voor de jeugd
Radio-prog ra m ma
JAN DESPEURDER
De moeder van de bruid
vertelt over haar dochter
Samenstelling bevolking
Noord-Oostpolder
Vlucht in de nacht"
GEVAERT
v/eer op avontuur
Helen Chapin s huwelijk
Dr. W. Drees
wordt 65 jaar
Kamerlid Engelbertink stelt vragen
Vooreen gezonde
Hamea - crème. 45-90 ct.
door E. J. Rath
PAGINA 4
ZATERDAG 23 JUNI 1951
Het is wel van belang dat de ouders eens duidelijk te horen
krijgen, wat eigenlijk de betekenis en de waarde van het
moderne testonderzoek zijn. Velen kennen alleen het woord en
verbinden er hoogstens de gedachte aan een beroep mee. Het
heelt iets met de beroepskeuze te maken. Maar het blijft voor
de meesten een geheimzinnige zaak. En men hoort er zo
verschillend over oordelen. De een noemt het reusachtig, de
ander vindt het onzin. „Het is onbegrijpelijk, dat iemand in
een paar uren tijd mijn jongen nog beter kent dan ikzelf,"
zei eens een moeder.
Ja, het is een feit, dat de me
ningen over het testen zeer uit
eenlopen. Uit jarenlange ervaring,
opgedaan als leider van testbu
reau, zou ik U iets willen ver
tellen over dit nieuwe werk. In
het testonderzoek wordt gezocht
naar de sterke en zwakke kanten
van iemands aanleg. In het begin
zocht men vooral naar de verstan
delijke aanleg. Men wilde weten
of een kind goed of slecht kon
studeren; of het op school de
leerstof aankon. Als er lage rap
porten binnenkomen, staat men
voor de vraag: wil het kind of
kan het kind niet? De ouders
zijn al gauw geneigd te zeggen:
hij kan wel, als hij maar wil.
Immers het is niet prettig te ge
loven. dat de jongen of het meis
je dom is. Daarom schuift men
slechte rapportcijfers op gebrek
aan ijver, inspanning en goede
wil. Vaak volgen er de nodige
straffen en standjes op.
Maar als het kind nu werke
lijk eens niet kan? Dan zijn de
ouders toch wel erg onrechtvaar
dig. Het gebeurt echter ook wel
eens, dat de ouders geloven, dat
de jongen niet kan, terwijl het
in werkelijkheid gebrek aan goe
de wil is.
Aanleg
Ik heb eens een jongen on
derzocht, die in de derde klas
H.B.S. zat en niet wist of hij
naar de afdeling met wiskunde
of naar de afdeling zonder wis
kunde zou overgaan. Hij had al
tijd een laag cijfer voor wiskun
de. Bij onderzoek bleek, dat zijn
aanleg voor dat vak behoorlijk
was. Maar bij het begin van de
eerste klas was hij enige tijd
ziek geweest en zodoende had
hij het begin gemist en het ver
volg daardoor niet goed begre
pen. Zijn lust voor dat vak was
langzamerhand gedoofd, en ieder
een geloofde, dat hij er geen aan
leg voor had. Hij was verder een
jongen met een uitstekende tech
nische aanleg. Maar technische
ontwikkeling zonder wiskunde is
niet goed mogelijk. Het advies
luidde: geef deze jongen enige
tijd extra wiskundeles, vooral m
de beginselen en stuur hem naar
de M.T.S. voor de afdeling weg
en waterbouwkunde. De ouders
hebben dat advies opgevolgd, en
thans is deze knaap een flinke
leerling op de M.T.S., nadat hij
de H.B.S. zonder moeite had af
gemaakt. Zijn cijfer voor wiskun
de was langzaam maar gestadig
omhoog geklommen. Zonder het
testonderzoek was hij minder
gemakkelijk op zijn juiste be
stemming gekomen.
Verleden jaar werd een meisje
onderzocht, dat voor verpleeg
ster studeerde, maar veel moei
lijkheden gaf. Het Wit-Gele Kruis
had haar gedurende een hajf
jaar opgeleid, maar tenslotte
werd getwijfeld of het meisje
wel geschikt was. Het onderzoek
wees uit, dat zij totaal ongeschikt
was voor die studie. Wel had die
vereniging zich veel kosten en
teleurstellingen kunnen bespa
ren, wanneer het testonderzoek
van te voren was gebeurd. Thans
wordt geen enkele leerling meer
toegelaten, die niet getest is.
Wtit eisen?
Wat mogen de ouders van de
studie hunner kinderen ver-
Wij namen al eens eerder
een populair-paedagogisch
artikel over uit het maand
blad „Contact", van de Broe
ders van St. Louis te Ouden
bosch. Het nevenstaand ar
tikel troffen wij in hetzelfde
maandblad aan van de hand
van Br. Carolus uit Lisse,
Huize St. Jozef, Heereweg
453-b. Waar veel, dat over
„testen" geschreven wordt,
nogal eens dood loopt in de
wetenschappelijke termen,
publiceren wij de bijdrage
van Br Carolus met n bij
zonder genoegen ,al was 't
alleen al om de helderheid
waarmee zij geschreven is en
waarachter toch de gedegen
vakman steekt.
wachten, wat mogen ze van de
kinderen eisen?
Een juist antwoord op deze
vraag kunt U krijgen op een
testbureau. Men legt aan het
kind verschillende opgaven voor
en binnen enkele uren kan de
onderzoeker vaststellen of het
kind een goed of slecht geheu
gen heeft; goed of slecht be
grijpt; zijn aandacht kan con
centreren; het tempo van de klas
kan volgen; sterk 'afleidbaar is
(d.w.z. gemakkelijk verstrooid
bij het leren), enz.
Men kan U verder vertellen of
hij een goede of slechte aanleg
heeft voor talen, rekenen en
wiskunde, voor lijntekenen en
decoratief tékenen, enz.
Zodra een jongen of meisje de
6e klas van de lagere school
doorlopen heeft, staan vele ouders
voor de keuze van een volgende
school. Kan het kind naar de
Ulo, naar de H.B.S., naar het
gymnasium, naar het seminarie,
of kan hij beter naar de am
bachtsschool gaan? Voor de meis
jes komt de middelbare meisjes
school misschien in aanmerking.
Het komt helaas nog veel te
dikwijls voor, dat kinderen in
de eerste of tweede klas van de
nieuwe school mislukken en dan
moet er opnieuw raad geschaft
worden. Veel kostbare tijd is er
dan verlopen, veel narigheid
hebben de kinderen moeten ver
werken en veel teleurstelling is
het deel'der ouders geworden.
De adviezen van het hoofd der
school en de onderwijzer zijn zeer
zeker van grote waarde; hun oor
deel is gebaseerd op jarenlange
omgang met de jongen of het
meisje. Maar zij steunen soms
teveel op extra voorbereidingen
voor de toelatingsexamens, of zij
willen niet onwillig staan tegen
over de uitdrukkelijke wens van
de ouders. Wanneer zij hun be
zwaren en bedenkingen voldoen
de hebben uitgedrukt, kunnen zij
de verdere verantwoording aan
de ouders overlaten. Dat doet het
bureau trouwens ook. Maar het
adviesgevend bureau staat op
meer afstand van de ouders en
heeft sterkere gegevens aangaan
de de capaciteiten van het kind
en is verplicht overeenkomstig de
uitslag van de proeven zijn ad
viezen op te bouwen en aan de
ouders bekend te maken. Per
soonlijke verhoudingen spelen er
een zeer geringe rol.
De lezers hebben uit het voor
gaande wel begrepen wat het
eerste deel van het onderzoek
omvat. De verstandelijke be
gaafdheid in haar geheel wordt
met zorgvuldig gekozen opgaven
gemeten. Bovendien worden de
factoren, die het leren en stude
ren gunstig of ongunstig kunnen
beïnvloeden, gecontroleerd. Zo
bijvoorbeeld het geestelijk tem
po, de geestelijke stabiliteit en
het uithoudingsvermogen, de ver
moeidheidsgraad, de afleidbaar
heid, de interesse, de nauwkeu
righeid enz. Ook de aard van het
denken wordt bekeken, want niet
alle mensen denken op dezelfde
manier en ook het ene beroep
vraagt een andersoortig denkver
mogen dan het andere beroep.
Dit eerste deel van het onder
zoek was vroeger het hele on
derzoek. Tegenwoordig gaat het
veel verder.
Ieder apart
Maar het is wel duidelijk, dat
eigenlijk ieder kind op zijn ver
standelijke capaciteiten moet on
derzocht worden. De ouders en
de andere opvoeders komen daar
door veel reëler tegenover het
kind te staan. Ze weten dan veel
beter wat zij van hun kinderen
eisen en verwachten kunnen. Een
onwillig kind kan streng aange
pakt worden en een kind, dat wel
wil maar niet kan, moet begrij
pend behandeld worden. Bij de
overgang naar de volgende school
hebben de ouders grotere zeker
heid in de schoolkeuze en bespa
ren zichzelf en hun kinderen
veel onaangenaamheden en veel
conflicten, om maar niet te spre
ken van de kostbare tijd, die
verloren gaat.
Wanneer moet een kind on
derzocht worden? Wanneer het
gaat over de studierichting, dan
is het onderzoek in het zesde
leerjaar het best op zijn plaats.
Zijn er studiemoeilijkheden, dan
is testing op ieder moment aan
te raden. Is er twijfel of een
klein kind al of niet naar de ge
wone lagere school kan, dan is
een testonderzoek van het hoog
ste belang op zesjarige leeftijd.
Hoe ging vroeger de keuze van
een beroep?
De kinderen zeiden, waar ze zin
in hadden; de Ouders keken naar
de liefhebberijen van hun kinde
ren; zij zochten of er ergens een
plaatsopen was om hen te werk
te stellen; zij informeerden naar
de verdiensten en de vooruitzich
ten enz. en dan ging de jongen of
het meisje aan de slag. Dikwijls
bepaalden de Ouders de richting
van de beroepskeuze. In ieder ge
val, er werd geen deskundig ad
vies gevraagd, omdat niemand dat
geven kon.
Tegenwoordig is zo'n advies wel
mogelijk. Er wordt op de Beroeps
keuze Bureaux een onderzoek in
gesteld naar de beroepsaanleg.
Dit onderzoek omvat op de eerste
plaats de verstandelijke begaafd
heid, maar verder de geschiktheid
voor een bepaald beroep.
Een kind me/ een hoge intelli
gentie wordt verwezen naar in
tellectuele beroepen. Daaruit
wordt een keuze gedaan, afhanke
lijk van de speciale verstandelijke
capaciteiten: bijv. een speciale
wiskundige en rekenkundigs aan
leg of een bijzondere talenaanleg;
een bevoorrechting in kunstzinni
ge of technische vakken, enz. Wie
liever met de handen dan met het
hoofd werkt wordt onderzocht op
I zijn vaardigheden, zijn technisch
inzicht, zijn geheugen, zijn kijk op
werkstukken, de breedte van zijn
overzicht op samengestelde op
drachten en verder worden de
verschillende artoeidseigenschap-
pen nagegaan.
Vooral op deze komt het aan-
Ik noem er U enige: lust in wer
ken. een vlot tempo, accuraat
werken, overleg bij het begin en
controle aan het einde, zelfstan
dig kunnen werken, stabiliteit,
uithoudingsvermogen, netheid
en orde, samen kunnen werken
met anderen, sterke behoefte
aanbeweging en afwisseling, enz.
Het hangt van deze eigenschap
pen af, of een jongen voor een be
paald beroep in aanmerking komt.
Gewoonlijk is 'het een combinatie
van verstandelijke, technische en
karaktereigenschappen, die de
adviseur doen beslissen tot dit of
dat beroep.
Betrouwbaar?
Vanzelfsprekend rijst de vraag,
in hoeverre die adviezen betrouw
baar zijn. De stand van'de weten
schap is thans wel zover, dat een
goed ingewerkte adviseur zeer be
trouwbare voorlichting kan ge
ven. Maar de tijd. die voor zo'n
onderzoek nodig is, wordt zeer
dikwijls onderschat. Een volledig
en goed verantwoord onderzoek
is op één dag niet af te maken.
Juist omdat alles- zo haastig moet
gaan, ontbreekt er vaak veel aan
de betrouwbaarheid.
Het digt ook dikwijls aan de
aard en de omvang van de onder
zoekingen, welke nodig zijn. Bij
jonge mensen liggen de verhou
dingen vaak eenvoudiger, maar
bij ouderen zijn de omstandighe
den dikwijls zeer ingewikkeld.
Voor School- en Beroepskeu
ze bestaan tientallen Bureaux.
Laten de Ouders er gebruik
van maken. Het is een waarde
volle steun voor de opvoeding
en voor het kiezen van een ge
lukkige levensstaat van de kin
deren. Maar laten alle Ouders
goed beseffen, dat in deze be
slissende momenten, waar het
gaat over het levensgeluk van
de jonge mens, alleen de Katho
lieke adviseur in aanmerking
komt oio advies uit te brengen
over het Katholieke kind.
De vorige week heb ik jullie
al iets verteld van Jan de Bruin,
die we Jan de Speurder genoemd
hebben en die in onze krant ver
schenen is met zijn eerste ver
haal. Deze week krijgen we weer
een avontuur van Jan en het
lijkt me weer het beste het Jan
zelf te laten vertellen. Maar jul
lie moeten niet denken dat alles
wat Jan ondernam, direct lukte;
natuurlijk niet, maar Jan liet
zich toch niet teleurstellen en
steeds als er een beroep op hem
werd gedaan, was Jan van de
partij. Deze keer vertelt Jan over
HET VERMISTE MEISJE
Op een Woensdagmorgen, het
was in Juni of Juli, dat kan ik
me niet precies meer herinneren,
hoorde ik van een paar vriend
jes, dat een meisje uit onze
straat, Truusje Manders, een
jaar of tien oud, weg was. De
ouders hadden 't kind 's avonds
na schooltijd gemist, dachten
eerst dat het school moest blij
ven, maar toen het om zes uur
nog niet fhuis was, waren ze on
gerust geworden en hadden de
politie opgebeld. Nog dezelfde
avond wisten al een heleboel
mensen het en toen wij jongens
de volgende morgen naar school
gingen, ging het nieuws al als
een lopend vuurtje rond.
Niemand had er enig idee van,
waar het meisje gebleven kon
zijn, in het ziekenhuis was ze
niet gebracht en de politie wist
ook al niets te vertellen.
Ik hoorde, dat er al met een
speurhond naar het meisje ge
zocht was, maar dat dit niets ge
holpen had. Op school hebben
wij er natuurlijk lang over ge
sproken, misschien naar de zin
van de onderwijzer tè lang, en
we zetten toen 't plannetje in el
kaar, om te gaan zoeken.
Toen, op die Woensdagmiddag,
trokken we er met zestien jon-
In de ambtswoning van de Amerikaanse ambassade in Den
Haag zijn de journalisten te woord gestaan door mevrouw
Chapin om de bijzonderheden te horen omtrent het huwelijk
van haar dochter Helen, dat zal worden gesloten op 17 Juli.
Mevrouw Chapin vertelde ons, dat haar schoonzoon, de heer
Ronald Irwin Metz, aan het ministerie van Oorlog in Was
hington is verbonden.
fAdvertentie
ZONDAG 24 JUNI
Hilversum I, 402 m. 8.00 KRO
9.30 NCRV, 12.15 KRO, 17.00
IKOR, 19.00 NCRV, 19.45—
24.00 KRO.
8.00 nieuws en weerber.. 8.15
gram.muz., 8.25 Hoogmis, 9.30
nieuws en waterstanden, 9.45
mannenkoor, 10.00 Geref. kerk
dienst, 11.30 gram.muz., 11.45
koorconcert, 12.15 apologie, 12.35
gram.muz., 12.40 lunchconcert,
12.55 zonnewijzer, 13.00 nieuws,
weerber. en Kath .nieuws, 13.20
amusementsmuz., 13.45 omroep
orkest en solist, 14.30 „Uit het
Boek der Boeken", 14.45 piano
recital, 15.10 gram.muz., 15.35
jeugdstrijkorkest en soliste, 16.10
„Kath. Thuisfront overal", 16.15
Sport, 16.30 Vespers, 17.00 jeugd
dienst, 18.15 zangdienst, 19.00
omroeporkest, 19.15 „Van alle tij
den en alle volken", causerie,
19.30 nieuws, sportuitslagen en
weerber., 19.45 actualiteiten, 19.52
boekbespreking, 20.05 De gewone
man zegt er 't zijne van, 20.12 ge
varieerd progr., 22.45 avondgebed
en liturg, kalender, 23.00 nieuws,
23.1524.00 gram.muziek.
Hilversum II, 298 m. 8.00
VARA, 12.00 AVRO, 17.00
VARA, 18.30 VPRO, 19.00
IKOR, 20.00—24.00 AVRO.
8.00 nieuws en weerber., 8.15 ar
beiderskoor, 8.30 voor het platte
land, 8.40 gram.muz., 9.00 vacan-
tietips, 9.12 postduivenberichten,
9.15 verz. progr., 9.45 „Geestelijk
leven", causerie, 10.00 voor de
jeugd, 10.25 „Met en zonder om
slag", 10.50 instrumentaal trio,
11.15 voordracht, 11.35 lichte mu
ziek, 12.00 amateursuitzending uit
Franeker, 12.40 voor de jeugd,
12.50 gramofoonmuz., 13.00 nieuws
en weerber., 13.15 mededelingen
of gram.muz., 13.20 orkestconcert,
13.50 „Even afrekenen, Heren",
14.00 gram.muz., 14.05 rubriek v.
Kunst en Cultuur, 14.30 orgel
spel,, 14.45 omroepkoor en -ork.,
15.45 filmpraatje, 16.00 dansmuz.,
16.30 sportrevue, 17.00 mannen
koor 17.20 „Martins geheime ra-
ketvlucht naar de maan", hoor
spel, 17.40 gram.muz., 18.00 sport-
commentaar, 18.15 nieuws en
sportuitslagen, 18.30 kerkdienst,
19.00 voor de kinderen, 19.35 Bij-
belvertelling voor de jeugd, 20.00
nieuws, 20.05 Utrechts Sted. Ork.,
koren en solisten, 20.50 „Wereld
sensaties: Alceo Dossena, groot
meester der kunstvervalsers",
hoorspel, 21.25 gev. muziek,, 22.20
actualiteiten, 22.30 gram.muziek,
23.00 nieuws, 23.1524.00 gram.
muziek.
MAANDAG 25 JUNI 1951
HILVERSUM I, 402m.: 7.00
24.00 NCRV.
7.00 Nieuws; 7.18 Gewijde mu
ziek: 7.45 Een woord voor de dag
8.00 Nieuws- en weerberichten;
8.10 Sportuitslagen; 8.20 Gev.
muziek; 9.00 Gramofoonmuziek;
9.15 Voor de zieken; 9.30 Water
standen; 9.35 Strijkkwartet; 10.00
Predikanten Forum; 10.15 Gra
mofoonmuziek; 10.30 Morgen
dienst; 11.00 Altviool en piano;
11.30 Gramofoonmuziek; 11.45
Marinierskapel; 12.30 Land- en
tuinbouwmededelingen; 12.33 Or
gelconcert; 13.00 Nieuws; 13.15
Mandoline-muziek; 13.45 Gramo
foonmuziek; 14.00 Schoolradio;
14.35 Gramofoonmuziek; 14.45
Voor de vrouw; 15.15 Gramo
foonmuziek; 15.30 Strijkkwartet;
16.00 Bijbellezing; 16.45 Koper
kwartet; 17.00 Voor de kleuters;
17.15 Orgelspel; 17.45 Voor de
jeugd; 18.00 Volksmelodieën; 18.15
Sportberichten; 18.25 Gramofoon
muziek; 18.30 Clavecimbel-recital;
18.45 Boekbespreking; 19.00
Nieuws- en weerberichten; 19.15
Buitenlands overzicht; 19.30 Gra
mofoonmuziek; 19.45 Radiokrant;
20.00 Nieuws; 20.05 Gramofoon
muziek; 20.15 Kamerorkest en
solist; 21.00 Vijfduizend gulden,
hoorspel; 21.50 Vocaal ensemble
en solist; 22.05 Intern. Evange
lisch commentaar; 22.15 Pianore
cital; 22.45 Avondoverdenking;
23.00 Nieuws; 23.1524.00 Gramo
foonmuziek.
HILVERSUM II, 298 m.: 7.00
VARA; 10.00 VPRO; 10.20—
24.00 VARA.
7.00 Nieuws; 7.15 Ochtendgym
nastiek; 7.30 Gramofoonmuziek;
8.00 Nieuws- en weerberichten;
8.15 Gramofoonmuziek; 10.00 Voor
de oude dag, causerie; 10.05 Mor
genwijding; 10.20 Voor de kin
deren; 10.35 Voor de vrouw; 10.50
Voor de zieken; 11.45 Bas, bari
ton en piano; 12.00 Promenade-
orkest; 12.30 Land- en tuinbouw
mededelingen; 12.33 Voor het
platteland; 12.38 Instrumentaal
kwartet; 13.00 Nieuws; 13.15
Voor de middenstand; 13.20 Poli-
tie-kapel; 13.50 Gramofoonmuziek
14.00 Bloedvaten, causerie; 14.15
Pianotrio; 14.50 Gramofoonmuziek
Aanslag op een dode meester,
hoorspel; 16.00 Gramofoonmuziea
17.00 Voor de jeugd; 17.30 Piano
duo; 17.45 Regeringsuitzending:
G. de Bruyn-Botma: Ervaringen
op Nieuw-Guinea; 18.00 Nieuws;
18.15 Militair commentaar; 18.30
Varia; 18.25 Orgel en zang 19.00
Parlementair overzicht; 19.15
Pianovoordracht; 19.45 Regerings
uitzending: Ir. W. Visser: „Het
plan beheersing van de water
huishouding in Nederland"; 20.00
Nieuws; 20.05 Actualiteiten; 20.15
Televisie in Engeland, vraagge
sprek; 21.00 Cabaret; 21.35 Gra-
moofonmuziek; 21.55 Economische
democratie van leuze tot werke
lijkheid, causerie; 22.10 Concert
gebouworkest; 23.00 Nieuws; 23.15
Socialistisch nieuws in Esperan
to; 23.20 Orgelspel; 23.4024.00
Gramofoonmuziek.
Onder de oorlog was hij bij
de marine. Hij heeft o.a. in het
Verre Oosten gevochten. Wanneer
Helen Chapin getrouwd zal zijn,
zal zij in Washington gaan wo
nen. Zoals de gewoonte is in
Amerika zal zij voorlopig blijven
werken. Zij is aan het State De
partment (het ministerie van
buitenlandse zaken) verbonden.
De huwelijksreis zal maar van
korte duur zijn. Op 1 Augustus
worden, beiden weer op hun post
verwacht.
De dag van het huwelijk zal
in grote stijl in Den Haag ge
vierd worden. Om tien uur kun
nen de Hagenaars de stoet zjen
uitrijden. Langs het Vredespaleis
zullen de rijtuigen naar de Java-
straat gaan, waar om kwart over
tien het burgerlijk huwelijk in
de trouwzaal wordt voltrokken.
Daarna volgt om 11 uur door de
predikant van de Anglo Ameri
can Church, rev. A. C. Austin,
de inzegening van het kerkelijk
huwelijk. Deze plechtigheden zul
len, evenals de receptie in de
ambassade en vanzelfsprekend
het diner slechts voor genodig
den toegankelijk zijn. De persfo
tografen zullen hun kunst om
iets te fotograferen waar zij niet
bij mogen zijn, met veel geniali
teit moeten demonstreren, want
er is besloten dat van het hu
welijk alleen officiële foto's ge
maakt worden. Het is nog niet
zeker wie er als ambtenaar van
de burgerlijke stand zal funge
ren, want de Haagse burgemees
ter, mr. Schokking, is op de dag
van het huwelijk vermoedelijk in
Parijs. Hij heeft echter toegezegd
dat hij zijn uiterste best zal doen
desnoods met het laatste vliegtuig
nog naar Den Haag te komen.
Kan dat niet dan zal vermoede
lijk wethouder Feber hem ver
vangen.
Mevrouw Chapin vertelde, dat
haar dochter Helen 23 jaar is
en haar schoonzoon 29. Zij vond
het helemaal niet nodig dat de
journaliste, die haar naar de leef
tijden van het bruidspaar vroeg,
daar haar verontschuldigingen
bij aanbood. Deze vraag was
voor haar de meest gewone die
men stellen kan. Haar secreta
resse, miss B. Vesey Brown, die
ook als bruidsmeisje zal funge
ren en die met Helen op kost
school is geweest, vertelde dat
Helen daar gaven van bijzondere
intelligentie toonde en zich bij
zonder interesseerde voor geschie
denis, voor politieke en economi
sche kwesties. Buiten haar
schooltijd deed zij veel sociaal
werk en volgde zij nog allerlei
cursussen. Als jong meisje is zij
leidster bij de scouts geweest. Zij
heeft geen artistieke begaafdhe
den, maar spreekt wel verschil
lende talen, zelfs Nederlands. Zij
werkte altijd zeer consiëntieus en
hard. Zij is in China geboren en
in Amerika op school geweest.
Op de dag van het huwelijk
komt mogelijk ook de Ameri
kaanse ambassadeur in Moskou,
admiraal Kirk, naar Nederland
om zijn nichtje geluk te wensen.
Mevrouw Chapin vertelde nog,
dat zij met haar dochter voor het
huwelijk enige tijd in Parijs zal
vertoeven om haar garderobe in
orde te maken. De bruidsjapon
is ontworpen door de Hongaarse
kleermaker Joze, die in Budapest
reeds voor de familie Chapin ge
werkt heeft en die nu in Parijs
woont. De bruidsjapon zal uit
witte kant bestaan, die reeds door
de moeder en grootmoeder van
Helen is gedragen.
gens op uit. Met twee aan twee
doorzochten we de hele stad en
sloegen geen schuur of tuin over.
Dat mocht natuurlijk, eerlijk ge
zegd niet, maar we klommen hier
en daar, op goed geluk af, over
muren en schuttingen en gingen
overal een kijkje nemen.
Een van mijn vriendjes hoor
de toevallig van een slagersjon
gen vertellen, dat hij een man
met een meisje van een jaar of
tien in een auto had zien stap
pen; meer wist hij er niet van.
Dat heb ik toen dadelijk aan de
politie verteld. Die liét de sla
gersjongen komen en na heel
veel vragen kon men toen te
weten komen, hoe die auto er
uit zag. Diezelfde Woensdag
avond kreeg mijn vader 'n bood
schap van de commissaris van
politie. Of vader en ik direct
even naar het bureau wilden
komen.
Daar vertelde de commissaris
ons, dat de politie ontdekt had
van wie de auto was, waarin die
man, waarover die slagersjongen
verteld had, met dat meisje was
verdwenen
Nu wist men waar die man
woonde en nu moest ik, met een
vriendje, daar in- de buurt gaan
spelen en opletten, wat er ge
beurde.
Na de avondboterham ,die er
heel snel inging, fietste ik met
een van mijn beste vrienden,
Kees Rans, de stad uit naar het
dorpje, waar die kinderdief zou
wonen. We kwamen bij het huis,
gingen op een landje ér vlak bij
een beetje met een bal trappen
en toen er een paar jongens uit
het dorp bijkwamen, vroegen we
die, wie er in het huis woonde,
ons door de politie opgegeven.
Nou, dat was al helemaal mis.
Daar woonde een keurig nette
heer, die zijn dochtertje de vorige
dag uit de stad gehaald had na
dat ze bij een tante op bezoek
was geweest.
We waren, wat de politie
noemde: op dood spoor.
Maar toen kwam er op het
politie-bureau een brief van een
man, die beweerde het vermiste
meisje te hebben megenomen en
die beloofde het terug te bren
gen., als de vader veel geld wilde
betalen. Dat was op Donderdag.
Diezelfde avond zijn wij toen
met zijn zestienen gaan spelen
in de straat, waar het huis van
die man stond. Dat had de politie
allemaal al uitgezocht en wij
hadden niets anders te doen, dan
op te letten of er iemand uit zou
komen, dat zou dan de man zijn,
die zijn geld ging halen, dan een
ruit in te trappen met onze bal
en dan aan te bellen. Terwijl een
paar jongens dan om de bal zou
den vragen en over de gebroken
ruit zouden praten, zouden de
anderen het huis binnen gaan en
naar het meisje gaan zoeken.
Het ging allemaal goed tot aan
de gebroken ruit. Maar juist toen
we wilden aanbellen, kwamen
er drie rechercheurs met die man
mee om het meisje naar huis te
rug te brengen. Want, dat hoor
den wij later, de man die Truusje
had meegenomen, was een oude
knecht van de familie Manders,
die, toen hij ontslagen was, door
een ontvoering van Truusje de
ouders geld wilde afpersen. Toen
hij merkte, dat de politie hem
door had, gaf hij alle tegenstand
op en liet het kind, waar hij
overigens goed voor was geweest,
weer rustig gaan.
Natuurlijk waren we blij, dat
alles goed was afgelopen, maar
toch vonden we het jammer, dat
wij niet echt „in actie" waren ge
komen.
Van de vader van Truusje kre
gen wij, diezelfde week nog, een
splinternieuwe voetbal. Voor onze
moeite! Nou, je begrijpt, we heb
ben er heel wat mee afgetrapt.
DE WILHELMIETEN
Hoewel het Zondag de feestdag
van St. Jan is, en er over die
heilige interessante dingen te
verteilen zijn, wil ik deze keer
toch eens jullie aandacht vragen
voor Guilelmus, of Wilhelmus de
Grote. De naam van de heilige
Wilhelmus hoor je niet vaak,
maar hij heeft toch echt geleefd!
Wilhelmus de Grote heeft ge
leefd in het begin van de twaalf
de eeuw, in het tijdperk dat zo
rijk is aan stichtingen van nieu
we kloosterorden. Van Wilhel
mus wordt geschreven, dat hij 'n
tijd lang soldaat moet zijn ge
weest, vandaar dat hij nog vaak
met een helm wordt afgebeeld.
Hij leefde in Toscana, bezocht de
steden Pisa en Siena in Midden-
Italië, en leidde lange tijd het
kluizenaarsleven. Hij stichtte de
Orde der Wilhelmieten, die voor
al populair was in Frankrijk,
Duitsland en Zuid-Nederland en
België. In ons land moeten ver
schillende Wilhelmieten-kloosters
bestaan hebben. Zo is bv. het
Bisschoppelijk College St. Marie
in Hui'bergén, bij Bergen op
Zoom, een oud-Wilhelmieten-
klooster. Daar hangt trouwens
ook een schilderij, waarop hun
kleding gelijk aan die der Cister-
cieners, wit habijt, zwarte sca-
Dulier en schoudermantel, te zien
is. Sommige kloosters schijnen
geruime tijd de regel van St. Au-
eustinus te hebben gevolgd maar
de meesten volgden de Regel van
St. Benedictus, met enkele spe
ciale bepalingen, Constituties
daaraan toegevoegd. De bloeitijd
van de orde ligt in het midden
van de 15e eeuw.
Op 5 Juli a.s. zal de minister
president, dr. W. Drees, zijn 65e
verjaardag vieren. Ter gelegen
heid hiervan zal de Haagse so
cialistische arbeidersbeweging
langs zijn woning aan de Beek
laan 502 defileren. De voorzitter
van de Partij van de Arbeid, de
heer J. J. Vorrink, en de voor
zitter van het N.V.V., de heer H.
Oosterhuis, zullen na afloop van
het défilé de jubilaris toespreken.
16 MILLIOEN FRANCS
GESMOKKELD
Gisteren is de Haarlemse uit
gever J. H G. door de Economi
sche Kamer van de Haarlemse
Rechtbank veroordeeld tot 10
maanden gev.straf wegens het
smokkelen van 16 millioen Belg.
francs waaraan hij ongeveer een
half millioen gulden zou hebben
verdiend.
Advertentie
natuurlijke gelaatsverzorging
Het Tweede Kamerlid de heer
Engelbertink (K.V.P.), heeft aan
de ministers van Verkeer en Wa
terstaat, van Financiën en van
Binnenlandse Zaken de volgende
schriftelijke vragen gesteld:
1. Hebben de ministers kennis
genomen van de uitslag der ver
kiezingen, welke op 16 Juni j.l.
in de Noordoostpolder hebben
plaats gevonden, uit welke uitslag
is gebleken dat de samenstelling
van deb evolking in deze polder
sterk verschilt van de gemiddelde
samenstelling van het Nederland
se volk?
2. Hebben de ministers er naar
gestreefd de opbouw van de be
volking van de polder ongeveer
dezelfde te doen zijn als die van
het Nederlandse volk in zijn ge
heel en, zo neen, waarom hebben
zij dit niet gedaan?
3. Indien de ministers ge
streefd mochten hebben naar een
van het bedoelde gemiddelde af
wijkende opbouw, kunnen zij dan
de motieven van dit streven op
geven?
4. Kunnen de ministers mede
delen, naar welke richtlijnen de
selectie van de verschillende be
volkingsgroepen, te weten: pach
ters, landarbeiders, middenstan
ders, ambtenaren en eventuele
andere bevolkingsgroepen, plaats
vindt?
5. Is het juist, dat vacatures
voor ambtelijke functies in deze
polder slechts in enkele vakbla
den worden bekend gemaakt?
6. Zijn de ministers genegen
om hun kolonisatiebeleid, dat tot
de huidige resultaten heeft geleid,
zodanig te herzien, dat uiteinde
lijk een resultaat wordt verkre
gen, waarbij de polderbevolking
een samenstelling verkrijgt, die
ten naaste bij een afspiegeling is
van het gemiddelde van het ge
hele Nederlandse volk?
7. Indien de ministers vraag 6
bevestigend beantwoorden, op
welke wijze willen zij deze be
leidswijziging dan doorvoeren,
opdat redelijk gewaarborgd is,
dat het beoogde doel wordt be
reikt?
FEUILLETON
58)
Eindelijk hadden ze de laatste
kist naar binnen; alles stond op
de vloer van de garage. De man
gaf me een ontvangstbewijs te
tekenen en ik schreef er de
naam Lazarro op. De bestel
wagen reed weg er> Mary en ik
stonden elkaar met verblufte ge
zichten aan te kijken.
„Wat is dat?" vroeg ik.
„Ik heb er ge®n flauw idee
van."
„Sturen ze dan zo maar zo'n
geschiedenis hierheen, zonder u
er kennis van te gever»?"
„Ik wist nergens van!"
„Meneer Vinton en zijn vrien
den schijnen zich te verbeelden,
dat ze hier thuis zijn," merkte
ik op.
Zii haalde hulpeloos haar
schouders op.
„O ja," zei ze. „Ik verwonder
me de laatste tijd nergens meer
over."
We bekeken de zending. De
kisten zaten stevig dicht, er was
een glimpje van de inhoud te
zien. Er zat op ieder stuk een
label gespijkerd, mét gepenseel
de zwarte letters. „A. Lazarro",
stond er, met het adres van de
villa er onder, maar verder
niets. Geen enkele aanwijzing,
die de aard der goederen betrof.
„Zou meneer Lazarro altijd
met zulke hoeveelheden bagage
reizen?" vroeg ik.
„Zeg me maar even, waar ik
gereedschap kan vinden, dan
weten we ten minste, wat we in
huis hebben."
„Nee, niet doen," zei ze. „Ik
heb liever dat u er afblijft. Er
zal morgenochtend wel iemand
om komen en wat moet ik dan
zeggen, als er iets aan bescha
digd is?"
Ik was razend nieuwsgierig,
maar moest haar gelijk geven.
We deden de garagedeuren dicht,
sloten ze en wandelden terug
naar het huis.
„Wat vind je," begon ik....
,Mag ik je zeggen?"
„Ja, natuurlijk," zei ze kinder
lijk eenvoudig.
„Zullen we nog doorzoeken
naar dat testament?"
„Nee we vinden toch niets.
Dat weet ik wel zeker."
Verder zwegen we tot we in
de vestibule stonden. Mary
vroeg, met haar hand nog aan
de deur:
„Hoe laat is het?"
„Over drieën."
„O, dan moet u weg. Alstu
blieft! Gaat u gauw!"
Bij die aandrang, in het plot
selinge besef, dat het zo laat
was, vergat Mary, wat mij te
wachten stond, als ik aan haar
verzoek gevolg gaf. Ik had geen
kans, een vervoermiddel te be
reiken, voor ik een mijlenlange
wandeling had gemaakt langs
donkere buitenwegen. Maar ik
vergat het niet. Ik bedacht het
met een wrang lachje en begon
te protesteren.
„Je moet naar bed." zei ik, „en
je kunt me slecht hier houden.
Maar we hebben nog niets af
gesproken. En ik zou je helpen
Wat doe je bijvoorbeeld
morgen of liever vandaag? Je
zei tegen Vinton, dat je een af
spraak met me had. Gaat die
door?"
„Ik weet het nietMaar je
moet heus gaan! Verbeeld je dat
er iemand komt! Wie weet hoe
gauw.
„Da's voor mij juist een reden,
om niét weg te gaan," viel ik
haar in de rede. „Wou je hier in
de eenzaamheid alleen blijven,
als er ik weet niet wie kan
komen?"
„Ik ben niet bang, ze zullen
me niets doen! Over een klein
uur wordt het licht! Toe, ga nu.
WachtZij zweeg plotseling,
alsof zij zich bedacht. „Daar
dacht ik niet aan. Je hebt geen
auto. Ik zal je wegbrengen met
de two-seater, naar het eindpunt
van de tram. Kom mee!"
Zü haalde een donkere mantel
van de klerenstander en duwde
een donker hoedje over haar
zwarte haargolven, en voor ik
goed wist wat me gebeurde, had
ze de deur weer opengetrokken
en me over de drempel geduwd.
Zij trok de deur achter zich
dicht en op een holletje keerden
we over het grasveld naar de
garage terug.
„Maar ikdat kan ik toch
niet toelaten, Mary," protesteer
de ik. „Dan moet je alleen
terug!"
Ze lachte.
„Als ik niet bang ben voor
het huis," zei ze, „waarom zou
ik dan bang zijn voor de weg?
Geen mens zal me wat doen."
Zij stapte in de wagen en
bracht hem rustig op gang; ik
zag wel, dat zij gewend was
auto te rijden en dat wagentje
kende. Ze reed de auto naar bui
ten. ik sloot de garage en ging
naast haar zitten. Het hek stond
nog open. Toen we er doorheen
reden, hervatte ik mijn betoog.
„Hoor nu eens." zei ik. „We
kunnen zo toch niet van elkaar
gaan? Ik heb beloofd dat ik je
helpen zou
„Hoe zou je moeten helpen?"
antwoordde zij. „Wat kun je be
ginnen? Ik zou niet weten wat!"
„Dat je niets weet, is nog geen
bewijs, dat er niets is! Je wou
zo graag iemand hebben, waar
je steun aan had! Nu heb je
iemand houd hem dan! Je
loopt nog steeds gevaar, dat je
terugvalt in die moedeloze angst
van je. Zoals ik je al gezegd heb:
dat moet uit zijn. Je moet je
zenuwen in bedwang houden.
Pak je trots en je moed met alle
bei je handen vast en gedraag
je als een volwassen mens,
MaryJ"
Haar slank figuurtje, dat over
het stuur gebogen zat. richtte
zich op. Zij keerde haar hoofd
iets opzij, om me aan te kunnen
zien en dwong zich tot een lach
je, een heel flauw lachje.
(Wordt vervólgd.)