Waarom het goed isons opgroeiende kind te laten testen Rubriek voor de jeugd Radio-prog ra m ma JAN DESPEURDER De moeder van de bruid vertelt over haar dochter Samenstelling bevolking Noord-Oostpolder Vlucht in de nacht" GEVAERT v/eer op avontuur Helen Chapin s huwelijk Dr. W. Drees wordt 65 jaar Kamerlid Engelbertink stelt vragen Vooreen gezonde Hamea - crème. 45-90 ct. door E. J. Rath PAGINA 4 ZATERDAG 23 JUNI 1951 Het is wel van belang dat de ouders eens duidelijk te horen krijgen, wat eigenlijk de betekenis en de waarde van het moderne testonderzoek zijn. Velen kennen alleen het woord en verbinden er hoogstens de gedachte aan een beroep mee. Het heelt iets met de beroepskeuze te maken. Maar het blijft voor de meesten een geheimzinnige zaak. En men hoort er zo verschillend over oordelen. De een noemt het reusachtig, de ander vindt het onzin. „Het is onbegrijpelijk, dat iemand in een paar uren tijd mijn jongen nog beter kent dan ikzelf," zei eens een moeder. Ja, het is een feit, dat de me ningen over het testen zeer uit eenlopen. Uit jarenlange ervaring, opgedaan als leider van testbu reau, zou ik U iets willen ver tellen over dit nieuwe werk. In het testonderzoek wordt gezocht naar de sterke en zwakke kanten van iemands aanleg. In het begin zocht men vooral naar de verstan delijke aanleg. Men wilde weten of een kind goed of slecht kon studeren; of het op school de leerstof aankon. Als er lage rap porten binnenkomen, staat men voor de vraag: wil het kind of kan het kind niet? De ouders zijn al gauw geneigd te zeggen: hij kan wel, als hij maar wil. Immers het is niet prettig te ge loven. dat de jongen of het meis je dom is. Daarom schuift men slechte rapportcijfers op gebrek aan ijver, inspanning en goede wil. Vaak volgen er de nodige straffen en standjes op. Maar als het kind nu werke lijk eens niet kan? Dan zijn de ouders toch wel erg onrechtvaar dig. Het gebeurt echter ook wel eens, dat de ouders geloven, dat de jongen niet kan, terwijl het in werkelijkheid gebrek aan goe de wil is. Aanleg Ik heb eens een jongen on derzocht, die in de derde klas H.B.S. zat en niet wist of hij naar de afdeling met wiskunde of naar de afdeling zonder wis kunde zou overgaan. Hij had al tijd een laag cijfer voor wiskun de. Bij onderzoek bleek, dat zijn aanleg voor dat vak behoorlijk was. Maar bij het begin van de eerste klas was hij enige tijd ziek geweest en zodoende had hij het begin gemist en het ver volg daardoor niet goed begre pen. Zijn lust voor dat vak was langzamerhand gedoofd, en ieder een geloofde, dat hij er geen aan leg voor had. Hij was verder een jongen met een uitstekende tech nische aanleg. Maar technische ontwikkeling zonder wiskunde is niet goed mogelijk. Het advies luidde: geef deze jongen enige tijd extra wiskundeles, vooral m de beginselen en stuur hem naar de M.T.S. voor de afdeling weg en waterbouwkunde. De ouders hebben dat advies opgevolgd, en thans is deze knaap een flinke leerling op de M.T.S., nadat hij de H.B.S. zonder moeite had af gemaakt. Zijn cijfer voor wiskun de was langzaam maar gestadig omhoog geklommen. Zonder het testonderzoek was hij minder gemakkelijk op zijn juiste be stemming gekomen. Verleden jaar werd een meisje onderzocht, dat voor verpleeg ster studeerde, maar veel moei lijkheden gaf. Het Wit-Gele Kruis had haar gedurende een hajf jaar opgeleid, maar tenslotte werd getwijfeld of het meisje wel geschikt was. Het onderzoek wees uit, dat zij totaal ongeschikt was voor die studie. Wel had die vereniging zich veel kosten en teleurstellingen kunnen bespa ren, wanneer het testonderzoek van te voren was gebeurd. Thans wordt geen enkele leerling meer toegelaten, die niet getest is. Wtit eisen? Wat mogen de ouders van de studie hunner kinderen ver- Wij namen al eens eerder een populair-paedagogisch artikel over uit het maand blad „Contact", van de Broe ders van St. Louis te Ouden bosch. Het nevenstaand ar tikel troffen wij in hetzelfde maandblad aan van de hand van Br. Carolus uit Lisse, Huize St. Jozef, Heereweg 453-b. Waar veel, dat over „testen" geschreven wordt, nogal eens dood loopt in de wetenschappelijke termen, publiceren wij de bijdrage van Br Carolus met n bij zonder genoegen ,al was 't alleen al om de helderheid waarmee zij geschreven is en waarachter toch de gedegen vakman steekt. wachten, wat mogen ze van de kinderen eisen? Een juist antwoord op deze vraag kunt U krijgen op een testbureau. Men legt aan het kind verschillende opgaven voor en binnen enkele uren kan de onderzoeker vaststellen of het kind een goed of slecht geheu gen heeft; goed of slecht be grijpt; zijn aandacht kan con centreren; het tempo van de klas kan volgen; sterk 'afleidbaar is (d.w.z. gemakkelijk verstrooid bij het leren), enz. Men kan U verder vertellen of hij een goede of slechte aanleg heeft voor talen, rekenen en wiskunde, voor lijntekenen en decoratief tékenen, enz. Zodra een jongen of meisje de 6e klas van de lagere school doorlopen heeft, staan vele ouders voor de keuze van een volgende school. Kan het kind naar de Ulo, naar de H.B.S., naar het gymnasium, naar het seminarie, of kan hij beter naar de am bachtsschool gaan? Voor de meis jes komt de middelbare meisjes school misschien in aanmerking. Het komt helaas nog veel te dikwijls voor, dat kinderen in de eerste of tweede klas van de nieuwe school mislukken en dan moet er opnieuw raad geschaft worden. Veel kostbare tijd is er dan verlopen, veel narigheid hebben de kinderen moeten ver werken en veel teleurstelling is het deel'der ouders geworden. De adviezen van het hoofd der school en de onderwijzer zijn zeer zeker van grote waarde; hun oor deel is gebaseerd op jarenlange omgang met de jongen of het meisje. Maar zij steunen soms teveel op extra voorbereidingen voor de toelatingsexamens, of zij willen niet onwillig staan tegen over de uitdrukkelijke wens van de ouders. Wanneer zij hun be zwaren en bedenkingen voldoen de hebben uitgedrukt, kunnen zij de verdere verantwoording aan de ouders overlaten. Dat doet het bureau trouwens ook. Maar het adviesgevend bureau staat op meer afstand van de ouders en heeft sterkere gegevens aangaan de de capaciteiten van het kind en is verplicht overeenkomstig de uitslag van de proeven zijn ad viezen op te bouwen en aan de ouders bekend te maken. Per soonlijke verhoudingen spelen er een zeer geringe rol. De lezers hebben uit het voor gaande wel begrepen wat het eerste deel van het onderzoek omvat. De verstandelijke be gaafdheid in haar geheel wordt met zorgvuldig gekozen opgaven gemeten. Bovendien worden de factoren, die het leren en stude ren gunstig of ongunstig kunnen beïnvloeden, gecontroleerd. Zo bijvoorbeeld het geestelijk tem po, de geestelijke stabiliteit en het uithoudingsvermogen, de ver moeidheidsgraad, de afleidbaar heid, de interesse, de nauwkeu righeid enz. Ook de aard van het denken wordt bekeken, want niet alle mensen denken op dezelfde manier en ook het ene beroep vraagt een andersoortig denkver mogen dan het andere beroep. Dit eerste deel van het onder zoek was vroeger het hele on derzoek. Tegenwoordig gaat het veel verder. Ieder apart Maar het is wel duidelijk, dat eigenlijk ieder kind op zijn ver standelijke capaciteiten moet on derzocht worden. De ouders en de andere opvoeders komen daar door veel reëler tegenover het kind te staan. Ze weten dan veel beter wat zij van hun kinderen eisen en verwachten kunnen. Een onwillig kind kan streng aange pakt worden en een kind, dat wel wil maar niet kan, moet begrij pend behandeld worden. Bij de overgang naar de volgende school hebben de ouders grotere zeker heid in de schoolkeuze en bespa ren zichzelf en hun kinderen veel onaangenaamheden en veel conflicten, om maar niet te spre ken van de kostbare tijd, die verloren gaat. Wanneer moet een kind on derzocht worden? Wanneer het gaat over de studierichting, dan is het onderzoek in het zesde leerjaar het best op zijn plaats. Zijn er studiemoeilijkheden, dan is testing op ieder moment aan te raden. Is er twijfel of een klein kind al of niet naar de ge wone lagere school kan, dan is een testonderzoek van het hoog ste belang op zesjarige leeftijd. Hoe ging vroeger de keuze van een beroep? De kinderen zeiden, waar ze zin in hadden; de Ouders keken naar de liefhebberijen van hun kinde ren; zij zochten of er ergens een plaatsopen was om hen te werk te stellen; zij informeerden naar de verdiensten en de vooruitzich ten enz. en dan ging de jongen of het meisje aan de slag. Dikwijls bepaalden de Ouders de richting van de beroepskeuze. In ieder ge val, er werd geen deskundig ad vies gevraagd, omdat niemand dat geven kon. Tegenwoordig is zo'n advies wel mogelijk. Er wordt op de Beroeps keuze Bureaux een onderzoek in gesteld naar de beroepsaanleg. Dit onderzoek omvat op de eerste plaats de verstandelijke begaafd heid, maar verder de geschiktheid voor een bepaald beroep. Een kind me/ een hoge intelli gentie wordt verwezen naar in tellectuele beroepen. Daaruit wordt een keuze gedaan, afhanke lijk van de speciale verstandelijke capaciteiten: bijv. een speciale wiskundige en rekenkundigs aan leg of een bijzondere talenaanleg; een bevoorrechting in kunstzinni ge of technische vakken, enz. Wie liever met de handen dan met het hoofd werkt wordt onderzocht op I zijn vaardigheden, zijn technisch inzicht, zijn geheugen, zijn kijk op werkstukken, de breedte van zijn overzicht op samengestelde op drachten en verder worden de verschillende artoeidseigenschap- pen nagegaan. Vooral op deze komt het aan- Ik noem er U enige: lust in wer ken. een vlot tempo, accuraat werken, overleg bij het begin en controle aan het einde, zelfstan dig kunnen werken, stabiliteit, uithoudingsvermogen, netheid en orde, samen kunnen werken met anderen, sterke behoefte aanbeweging en afwisseling, enz. Het hangt van deze eigenschap pen af, of een jongen voor een be paald beroep in aanmerking komt. Gewoonlijk is 'het een combinatie van verstandelijke, technische en karaktereigenschappen, die de adviseur doen beslissen tot dit of dat beroep. Betrouwbaar? Vanzelfsprekend rijst de vraag, in hoeverre die adviezen betrouw baar zijn. De stand van'de weten schap is thans wel zover, dat een goed ingewerkte adviseur zeer be trouwbare voorlichting kan ge ven. Maar de tijd. die voor zo'n onderzoek nodig is, wordt zeer dikwijls onderschat. Een volledig en goed verantwoord onderzoek is op één dag niet af te maken. Juist omdat alles- zo haastig moet gaan, ontbreekt er vaak veel aan de betrouwbaarheid. Het digt ook dikwijls aan de aard en de omvang van de onder zoekingen, welke nodig zijn. Bij jonge mensen liggen de verhou dingen vaak eenvoudiger, maar bij ouderen zijn de omstandighe den dikwijls zeer ingewikkeld. Voor School- en Beroepskeu ze bestaan tientallen Bureaux. Laten de Ouders er gebruik van maken. Het is een waarde volle steun voor de opvoeding en voor het kiezen van een ge lukkige levensstaat van de kin deren. Maar laten alle Ouders goed beseffen, dat in deze be slissende momenten, waar het gaat over het levensgeluk van de jonge mens, alleen de Katho lieke adviseur in aanmerking komt oio advies uit te brengen over het Katholieke kind. De vorige week heb ik jullie al iets verteld van Jan de Bruin, die we Jan de Speurder genoemd hebben en die in onze krant ver schenen is met zijn eerste ver haal. Deze week krijgen we weer een avontuur van Jan en het lijkt me weer het beste het Jan zelf te laten vertellen. Maar jul lie moeten niet denken dat alles wat Jan ondernam, direct lukte; natuurlijk niet, maar Jan liet zich toch niet teleurstellen en steeds als er een beroep op hem werd gedaan, was Jan van de partij. Deze keer vertelt Jan over HET VERMISTE MEISJE Op een Woensdagmorgen, het was in Juni of Juli, dat kan ik me niet precies meer herinneren, hoorde ik van een paar vriend jes, dat een meisje uit onze straat, Truusje Manders, een jaar of tien oud, weg was. De ouders hadden 't kind 's avonds na schooltijd gemist, dachten eerst dat het school moest blij ven, maar toen het om zes uur nog niet fhuis was, waren ze on gerust geworden en hadden de politie opgebeld. Nog dezelfde avond wisten al een heleboel mensen het en toen wij jongens de volgende morgen naar school gingen, ging het nieuws al als een lopend vuurtje rond. Niemand had er enig idee van, waar het meisje gebleven kon zijn, in het ziekenhuis was ze niet gebracht en de politie wist ook al niets te vertellen. Ik hoorde, dat er al met een speurhond naar het meisje ge zocht was, maar dat dit niets ge holpen had. Op school hebben wij er natuurlijk lang over ge sproken, misschien naar de zin van de onderwijzer tè lang, en we zetten toen 't plannetje in el kaar, om te gaan zoeken. Toen, op die Woensdagmiddag, trokken we er met zestien jon- In de ambtswoning van de Amerikaanse ambassade in Den Haag zijn de journalisten te woord gestaan door mevrouw Chapin om de bijzonderheden te horen omtrent het huwelijk van haar dochter Helen, dat zal worden gesloten op 17 Juli. Mevrouw Chapin vertelde ons, dat haar schoonzoon, de heer Ronald Irwin Metz, aan het ministerie van Oorlog in Was hington is verbonden. fAdvertentie ZONDAG 24 JUNI Hilversum I, 402 m. 8.00 KRO 9.30 NCRV, 12.15 KRO, 17.00 IKOR, 19.00 NCRV, 19.45— 24.00 KRO. 8.00 nieuws en weerber.. 8.15 gram.muz., 8.25 Hoogmis, 9.30 nieuws en waterstanden, 9.45 mannenkoor, 10.00 Geref. kerk dienst, 11.30 gram.muz., 11.45 koorconcert, 12.15 apologie, 12.35 gram.muz., 12.40 lunchconcert, 12.55 zonnewijzer, 13.00 nieuws, weerber. en Kath .nieuws, 13.20 amusementsmuz., 13.45 omroep orkest en solist, 14.30 „Uit het Boek der Boeken", 14.45 piano recital, 15.10 gram.muz., 15.35 jeugdstrijkorkest en soliste, 16.10 „Kath. Thuisfront overal", 16.15 Sport, 16.30 Vespers, 17.00 jeugd dienst, 18.15 zangdienst, 19.00 omroeporkest, 19.15 „Van alle tij den en alle volken", causerie, 19.30 nieuws, sportuitslagen en weerber., 19.45 actualiteiten, 19.52 boekbespreking, 20.05 De gewone man zegt er 't zijne van, 20.12 ge varieerd progr., 22.45 avondgebed en liturg, kalender, 23.00 nieuws, 23.1524.00 gram.muziek. Hilversum II, 298 m. 8.00 VARA, 12.00 AVRO, 17.00 VARA, 18.30 VPRO, 19.00 IKOR, 20.00—24.00 AVRO. 8.00 nieuws en weerber., 8.15 ar beiderskoor, 8.30 voor het platte land, 8.40 gram.muz., 9.00 vacan- tietips, 9.12 postduivenberichten, 9.15 verz. progr., 9.45 „Geestelijk leven", causerie, 10.00 voor de jeugd, 10.25 „Met en zonder om slag", 10.50 instrumentaal trio, 11.15 voordracht, 11.35 lichte mu ziek, 12.00 amateursuitzending uit Franeker, 12.40 voor de jeugd, 12.50 gramofoonmuz., 13.00 nieuws en weerber., 13.15 mededelingen of gram.muz., 13.20 orkestconcert, 13.50 „Even afrekenen, Heren", 14.00 gram.muz., 14.05 rubriek v. Kunst en Cultuur, 14.30 orgel spel,, 14.45 omroepkoor en -ork., 15.45 filmpraatje, 16.00 dansmuz., 16.30 sportrevue, 17.00 mannen koor 17.20 „Martins geheime ra- ketvlucht naar de maan", hoor spel, 17.40 gram.muz., 18.00 sport- commentaar, 18.15 nieuws en sportuitslagen, 18.30 kerkdienst, 19.00 voor de kinderen, 19.35 Bij- belvertelling voor de jeugd, 20.00 nieuws, 20.05 Utrechts Sted. Ork., koren en solisten, 20.50 „Wereld sensaties: Alceo Dossena, groot meester der kunstvervalsers", hoorspel, 21.25 gev. muziek,, 22.20 actualiteiten, 22.30 gram.muziek, 23.00 nieuws, 23.1524.00 gram. muziek. MAANDAG 25 JUNI 1951 HILVERSUM I, 402m.: 7.00 24.00 NCRV. 7.00 Nieuws; 7.18 Gewijde mu ziek: 7.45 Een woord voor de dag 8.00 Nieuws- en weerberichten; 8.10 Sportuitslagen; 8.20 Gev. muziek; 9.00 Gramofoonmuziek; 9.15 Voor de zieken; 9.30 Water standen; 9.35 Strijkkwartet; 10.00 Predikanten Forum; 10.15 Gra mofoonmuziek; 10.30 Morgen dienst; 11.00 Altviool en piano; 11.30 Gramofoonmuziek; 11.45 Marinierskapel; 12.30 Land- en tuinbouwmededelingen; 12.33 Or gelconcert; 13.00 Nieuws; 13.15 Mandoline-muziek; 13.45 Gramo foonmuziek; 14.00 Schoolradio; 14.35 Gramofoonmuziek; 14.45 Voor de vrouw; 15.15 Gramo foonmuziek; 15.30 Strijkkwartet; 16.00 Bijbellezing; 16.45 Koper kwartet; 17.00 Voor de kleuters; 17.15 Orgelspel; 17.45 Voor de jeugd; 18.00 Volksmelodieën; 18.15 Sportberichten; 18.25 Gramofoon muziek; 18.30 Clavecimbel-recital; 18.45 Boekbespreking; 19.00 Nieuws- en weerberichten; 19.15 Buitenlands overzicht; 19.30 Gra mofoonmuziek; 19.45 Radiokrant; 20.00 Nieuws; 20.05 Gramofoon muziek; 20.15 Kamerorkest en solist; 21.00 Vijfduizend gulden, hoorspel; 21.50 Vocaal ensemble en solist; 22.05 Intern. Evange lisch commentaar; 22.15 Pianore cital; 22.45 Avondoverdenking; 23.00 Nieuws; 23.1524.00 Gramo foonmuziek. HILVERSUM II, 298 m.: 7.00 VARA; 10.00 VPRO; 10.20— 24.00 VARA. 7.00 Nieuws; 7.15 Ochtendgym nastiek; 7.30 Gramofoonmuziek; 8.00 Nieuws- en weerberichten; 8.15 Gramofoonmuziek; 10.00 Voor de oude dag, causerie; 10.05 Mor genwijding; 10.20 Voor de kin deren; 10.35 Voor de vrouw; 10.50 Voor de zieken; 11.45 Bas, bari ton en piano; 12.00 Promenade- orkest; 12.30 Land- en tuinbouw mededelingen; 12.33 Voor het platteland; 12.38 Instrumentaal kwartet; 13.00 Nieuws; 13.15 Voor de middenstand; 13.20 Poli- tie-kapel; 13.50 Gramofoonmuziek 14.00 Bloedvaten, causerie; 14.15 Pianotrio; 14.50 Gramofoonmuziek Aanslag op een dode meester, hoorspel; 16.00 Gramofoonmuziea 17.00 Voor de jeugd; 17.30 Piano duo; 17.45 Regeringsuitzending: G. de Bruyn-Botma: Ervaringen op Nieuw-Guinea; 18.00 Nieuws; 18.15 Militair commentaar; 18.30 Varia; 18.25 Orgel en zang 19.00 Parlementair overzicht; 19.15 Pianovoordracht; 19.45 Regerings uitzending: Ir. W. Visser: „Het plan beheersing van de water huishouding in Nederland"; 20.00 Nieuws; 20.05 Actualiteiten; 20.15 Televisie in Engeland, vraagge sprek; 21.00 Cabaret; 21.35 Gra- moofonmuziek; 21.55 Economische democratie van leuze tot werke lijkheid, causerie; 22.10 Concert gebouworkest; 23.00 Nieuws; 23.15 Socialistisch nieuws in Esperan to; 23.20 Orgelspel; 23.4024.00 Gramofoonmuziek. Onder de oorlog was hij bij de marine. Hij heeft o.a. in het Verre Oosten gevochten. Wanneer Helen Chapin getrouwd zal zijn, zal zij in Washington gaan wo nen. Zoals de gewoonte is in Amerika zal zij voorlopig blijven werken. Zij is aan het State De partment (het ministerie van buitenlandse zaken) verbonden. De huwelijksreis zal maar van korte duur zijn. Op 1 Augustus worden, beiden weer op hun post verwacht. De dag van het huwelijk zal in grote stijl in Den Haag ge vierd worden. Om tien uur kun nen de Hagenaars de stoet zjen uitrijden. Langs het Vredespaleis zullen de rijtuigen naar de Java- straat gaan, waar om kwart over tien het burgerlijk huwelijk in de trouwzaal wordt voltrokken. Daarna volgt om 11 uur door de predikant van de Anglo Ameri can Church, rev. A. C. Austin, de inzegening van het kerkelijk huwelijk. Deze plechtigheden zul len, evenals de receptie in de ambassade en vanzelfsprekend het diner slechts voor genodig den toegankelijk zijn. De persfo tografen zullen hun kunst om iets te fotograferen waar zij niet bij mogen zijn, met veel geniali teit moeten demonstreren, want er is besloten dat van het hu welijk alleen officiële foto's ge maakt worden. Het is nog niet zeker wie er als ambtenaar van de burgerlijke stand zal funge ren, want de Haagse burgemees ter, mr. Schokking, is op de dag van het huwelijk vermoedelijk in Parijs. Hij heeft echter toegezegd dat hij zijn uiterste best zal doen desnoods met het laatste vliegtuig nog naar Den Haag te komen. Kan dat niet dan zal vermoede lijk wethouder Feber hem ver vangen. Mevrouw Chapin vertelde, dat haar dochter Helen 23 jaar is en haar schoonzoon 29. Zij vond het helemaal niet nodig dat de journaliste, die haar naar de leef tijden van het bruidspaar vroeg, daar haar verontschuldigingen bij aanbood. Deze vraag was voor haar de meest gewone die men stellen kan. Haar secreta resse, miss B. Vesey Brown, die ook als bruidsmeisje zal funge ren en die met Helen op kost school is geweest, vertelde dat Helen daar gaven van bijzondere intelligentie toonde en zich bij zonder interesseerde voor geschie denis, voor politieke en economi sche kwesties. Buiten haar schooltijd deed zij veel sociaal werk en volgde zij nog allerlei cursussen. Als jong meisje is zij leidster bij de scouts geweest. Zij heeft geen artistieke begaafdhe den, maar spreekt wel verschil lende talen, zelfs Nederlands. Zij werkte altijd zeer consiëntieus en hard. Zij is in China geboren en in Amerika op school geweest. Op de dag van het huwelijk komt mogelijk ook de Ameri kaanse ambassadeur in Moskou, admiraal Kirk, naar Nederland om zijn nichtje geluk te wensen. Mevrouw Chapin vertelde nog, dat zij met haar dochter voor het huwelijk enige tijd in Parijs zal vertoeven om haar garderobe in orde te maken. De bruidsjapon is ontworpen door de Hongaarse kleermaker Joze, die in Budapest reeds voor de familie Chapin ge werkt heeft en die nu in Parijs woont. De bruidsjapon zal uit witte kant bestaan, die reeds door de moeder en grootmoeder van Helen is gedragen. gens op uit. Met twee aan twee doorzochten we de hele stad en sloegen geen schuur of tuin over. Dat mocht natuurlijk, eerlijk ge zegd niet, maar we klommen hier en daar, op goed geluk af, over muren en schuttingen en gingen overal een kijkje nemen. Een van mijn vriendjes hoor de toevallig van een slagersjon gen vertellen, dat hij een man met een meisje van een jaar of tien in een auto had zien stap pen; meer wist hij er niet van. Dat heb ik toen dadelijk aan de politie verteld. Die liét de sla gersjongen komen en na heel veel vragen kon men toen te weten komen, hoe die auto er uit zag. Diezelfde Woensdag avond kreeg mijn vader 'n bood schap van de commissaris van politie. Of vader en ik direct even naar het bureau wilden komen. Daar vertelde de commissaris ons, dat de politie ontdekt had van wie de auto was, waarin die man, waarover die slagersjongen verteld had, met dat meisje was verdwenen Nu wist men waar die man woonde en nu moest ik, met een vriendje, daar in- de buurt gaan spelen en opletten, wat er ge beurde. Na de avondboterham ,die er heel snel inging, fietste ik met een van mijn beste vrienden, Kees Rans, de stad uit naar het dorpje, waar die kinderdief zou wonen. We kwamen bij het huis, gingen op een landje ér vlak bij een beetje met een bal trappen en toen er een paar jongens uit het dorp bijkwamen, vroegen we die, wie er in het huis woonde, ons door de politie opgegeven. Nou, dat was al helemaal mis. Daar woonde een keurig nette heer, die zijn dochtertje de vorige dag uit de stad gehaald had na dat ze bij een tante op bezoek was geweest. We waren, wat de politie noemde: op dood spoor. Maar toen kwam er op het politie-bureau een brief van een man, die beweerde het vermiste meisje te hebben megenomen en die beloofde het terug te bren gen., als de vader veel geld wilde betalen. Dat was op Donderdag. Diezelfde avond zijn wij toen met zijn zestienen gaan spelen in de straat, waar het huis van die man stond. Dat had de politie allemaal al uitgezocht en wij hadden niets anders te doen, dan op te letten of er iemand uit zou komen, dat zou dan de man zijn, die zijn geld ging halen, dan een ruit in te trappen met onze bal en dan aan te bellen. Terwijl een paar jongens dan om de bal zou den vragen en over de gebroken ruit zouden praten, zouden de anderen het huis binnen gaan en naar het meisje gaan zoeken. Het ging allemaal goed tot aan de gebroken ruit. Maar juist toen we wilden aanbellen, kwamen er drie rechercheurs met die man mee om het meisje naar huis te rug te brengen. Want, dat hoor den wij later, de man die Truusje had meegenomen, was een oude knecht van de familie Manders, die, toen hij ontslagen was, door een ontvoering van Truusje de ouders geld wilde afpersen. Toen hij merkte, dat de politie hem door had, gaf hij alle tegenstand op en liet het kind, waar hij overigens goed voor was geweest, weer rustig gaan. Natuurlijk waren we blij, dat alles goed was afgelopen, maar toch vonden we het jammer, dat wij niet echt „in actie" waren ge komen. Van de vader van Truusje kre gen wij, diezelfde week nog, een splinternieuwe voetbal. Voor onze moeite! Nou, je begrijpt, we heb ben er heel wat mee afgetrapt. DE WILHELMIETEN Hoewel het Zondag de feestdag van St. Jan is, en er over die heilige interessante dingen te verteilen zijn, wil ik deze keer toch eens jullie aandacht vragen voor Guilelmus, of Wilhelmus de Grote. De naam van de heilige Wilhelmus hoor je niet vaak, maar hij heeft toch echt geleefd! Wilhelmus de Grote heeft ge leefd in het begin van de twaalf de eeuw, in het tijdperk dat zo rijk is aan stichtingen van nieu we kloosterorden. Van Wilhel mus wordt geschreven, dat hij 'n tijd lang soldaat moet zijn ge weest, vandaar dat hij nog vaak met een helm wordt afgebeeld. Hij leefde in Toscana, bezocht de steden Pisa en Siena in Midden- Italië, en leidde lange tijd het kluizenaarsleven. Hij stichtte de Orde der Wilhelmieten, die voor al populair was in Frankrijk, Duitsland en Zuid-Nederland en België. In ons land moeten ver schillende Wilhelmieten-kloosters bestaan hebben. Zo is bv. het Bisschoppelijk College St. Marie in Hui'bergén, bij Bergen op Zoom, een oud-Wilhelmieten- klooster. Daar hangt trouwens ook een schilderij, waarop hun kleding gelijk aan die der Cister- cieners, wit habijt, zwarte sca- Dulier en schoudermantel, te zien is. Sommige kloosters schijnen geruime tijd de regel van St. Au- eustinus te hebben gevolgd maar de meesten volgden de Regel van St. Benedictus, met enkele spe ciale bepalingen, Constituties daaraan toegevoegd. De bloeitijd van de orde ligt in het midden van de 15e eeuw. Op 5 Juli a.s. zal de minister president, dr. W. Drees, zijn 65e verjaardag vieren. Ter gelegen heid hiervan zal de Haagse so cialistische arbeidersbeweging langs zijn woning aan de Beek laan 502 defileren. De voorzitter van de Partij van de Arbeid, de heer J. J. Vorrink, en de voor zitter van het N.V.V., de heer H. Oosterhuis, zullen na afloop van het défilé de jubilaris toespreken. 16 MILLIOEN FRANCS GESMOKKELD Gisteren is de Haarlemse uit gever J. H G. door de Economi sche Kamer van de Haarlemse Rechtbank veroordeeld tot 10 maanden gev.straf wegens het smokkelen van 16 millioen Belg. francs waaraan hij ongeveer een half millioen gulden zou hebben verdiend. Advertentie natuurlijke gelaatsverzorging Het Tweede Kamerlid de heer Engelbertink (K.V.P.), heeft aan de ministers van Verkeer en Wa terstaat, van Financiën en van Binnenlandse Zaken de volgende schriftelijke vragen gesteld: 1. Hebben de ministers kennis genomen van de uitslag der ver kiezingen, welke op 16 Juni j.l. in de Noordoostpolder hebben plaats gevonden, uit welke uitslag is gebleken dat de samenstelling van deb evolking in deze polder sterk verschilt van de gemiddelde samenstelling van het Nederland se volk? 2. Hebben de ministers er naar gestreefd de opbouw van de be volking van de polder ongeveer dezelfde te doen zijn als die van het Nederlandse volk in zijn ge heel en, zo neen, waarom hebben zij dit niet gedaan? 3. Indien de ministers ge streefd mochten hebben naar een van het bedoelde gemiddelde af wijkende opbouw, kunnen zij dan de motieven van dit streven op geven? 4. Kunnen de ministers mede delen, naar welke richtlijnen de selectie van de verschillende be volkingsgroepen, te weten: pach ters, landarbeiders, middenstan ders, ambtenaren en eventuele andere bevolkingsgroepen, plaats vindt? 5. Is het juist, dat vacatures voor ambtelijke functies in deze polder slechts in enkele vakbla den worden bekend gemaakt? 6. Zijn de ministers genegen om hun kolonisatiebeleid, dat tot de huidige resultaten heeft geleid, zodanig te herzien, dat uiteinde lijk een resultaat wordt verkre gen, waarbij de polderbevolking een samenstelling verkrijgt, die ten naaste bij een afspiegeling is van het gemiddelde van het ge hele Nederlandse volk? 7. Indien de ministers vraag 6 bevestigend beantwoorden, op welke wijze willen zij deze be leidswijziging dan doorvoeren, opdat redelijk gewaarborgd is, dat het beoogde doel wordt be reikt? FEUILLETON 58) Eindelijk hadden ze de laatste kist naar binnen; alles stond op de vloer van de garage. De man gaf me een ontvangstbewijs te tekenen en ik schreef er de naam Lazarro op. De bestel wagen reed weg er> Mary en ik stonden elkaar met verblufte ge zichten aan te kijken. „Wat is dat?" vroeg ik. „Ik heb er ge®n flauw idee van." „Sturen ze dan zo maar zo'n geschiedenis hierheen, zonder u er kennis van te gever»?" „Ik wist nergens van!" „Meneer Vinton en zijn vrien den schijnen zich te verbeelden, dat ze hier thuis zijn," merkte ik op. Zii haalde hulpeloos haar schouders op. „O ja," zei ze. „Ik verwonder me de laatste tijd nergens meer over." We bekeken de zending. De kisten zaten stevig dicht, er was een glimpje van de inhoud te zien. Er zat op ieder stuk een label gespijkerd, mét gepenseel de zwarte letters. „A. Lazarro", stond er, met het adres van de villa er onder, maar verder niets. Geen enkele aanwijzing, die de aard der goederen betrof. „Zou meneer Lazarro altijd met zulke hoeveelheden bagage reizen?" vroeg ik. „Zeg me maar even, waar ik gereedschap kan vinden, dan weten we ten minste, wat we in huis hebben." „Nee, niet doen," zei ze. „Ik heb liever dat u er afblijft. Er zal morgenochtend wel iemand om komen en wat moet ik dan zeggen, als er iets aan bescha digd is?" Ik was razend nieuwsgierig, maar moest haar gelijk geven. We deden de garagedeuren dicht, sloten ze en wandelden terug naar het huis. „Wat vind je," begon ik.... ,Mag ik je zeggen?" „Ja, natuurlijk," zei ze kinder lijk eenvoudig. „Zullen we nog doorzoeken naar dat testament?" „Nee we vinden toch niets. Dat weet ik wel zeker." Verder zwegen we tot we in de vestibule stonden. Mary vroeg, met haar hand nog aan de deur: „Hoe laat is het?" „Over drieën." „O, dan moet u weg. Alstu blieft! Gaat u gauw!" Bij die aandrang, in het plot selinge besef, dat het zo laat was, vergat Mary, wat mij te wachten stond, als ik aan haar verzoek gevolg gaf. Ik had geen kans, een vervoermiddel te be reiken, voor ik een mijlenlange wandeling had gemaakt langs donkere buitenwegen. Maar ik vergat het niet. Ik bedacht het met een wrang lachje en begon te protesteren. „Je moet naar bed." zei ik, „en je kunt me slecht hier houden. Maar we hebben nog niets af gesproken. En ik zou je helpen Wat doe je bijvoorbeeld morgen of liever vandaag? Je zei tegen Vinton, dat je een af spraak met me had. Gaat die door?" „Ik weet het nietMaar je moet heus gaan! Verbeeld je dat er iemand komt! Wie weet hoe gauw. „Da's voor mij juist een reden, om niét weg te gaan," viel ik haar in de rede. „Wou je hier in de eenzaamheid alleen blijven, als er ik weet niet wie kan komen?" „Ik ben niet bang, ze zullen me niets doen! Over een klein uur wordt het licht! Toe, ga nu. WachtZij zweeg plotseling, alsof zij zich bedacht. „Daar dacht ik niet aan. Je hebt geen auto. Ik zal je wegbrengen met de two-seater, naar het eindpunt van de tram. Kom mee!" Zü haalde een donkere mantel van de klerenstander en duwde een donker hoedje over haar zwarte haargolven, en voor ik goed wist wat me gebeurde, had ze de deur weer opengetrokken en me over de drempel geduwd. Zij trok de deur achter zich dicht en op een holletje keerden we over het grasveld naar de garage terug. „Maar ikdat kan ik toch niet toelaten, Mary," protesteer de ik. „Dan moet je alleen terug!" Ze lachte. „Als ik niet bang ben voor het huis," zei ze, „waarom zou ik dan bang zijn voor de weg? Geen mens zal me wat doen." Zij stapte in de wagen en bracht hem rustig op gang; ik zag wel, dat zij gewend was auto te rijden en dat wagentje kende. Ze reed de auto naar bui ten. ik sloot de garage en ging naast haar zitten. Het hek stond nog open. Toen we er doorheen reden, hervatte ik mijn betoog. „Hoor nu eens." zei ik. „We kunnen zo toch niet van elkaar gaan? Ik heb beloofd dat ik je helpen zou „Hoe zou je moeten helpen?" antwoordde zij. „Wat kun je be ginnen? Ik zou niet weten wat!" „Dat je niets weet, is nog geen bewijs, dat er niets is! Je wou zo graag iemand hebben, waar je steun aan had! Nu heb je iemand houd hem dan! Je loopt nog steeds gevaar, dat je terugvalt in die moedeloze angst van je. Zoals ik je al gezegd heb: dat moet uit zijn. Je moet je zenuwen in bedwang houden. Pak je trots en je moed met alle bei je handen vast en gedraag je als een volwassen mens, MaryJ" Haar slank figuurtje, dat over het stuur gebogen zat. richtte zich op. Zij keerde haar hoofd iets opzij, om me aan te kunnen zien en dwong zich tot een lach je, een heel flauw lachje. (Wordt vervólgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1951 | | pagina 4