EMIGRATIEMOGELIJKHEDEN IN FRANKRIJK De onderwijzerssalarissen zijn te laag! Nieuw Noor'dhoIIandsch Dagblad Een belangwekkende beschouwing van een Nederlandsch pastoor uit Noórd-Frankrijk EEN URGENTE KWESTIE Die aangepakt moet worden Amerikaansch smaldeel in Grieksche haven Zeilboot- met vier jongens vermist KERK EN POLITIEK DE VOLGORDE VAN DRIE IDEALEN Delft 700 jaar 1946 ZATERDAG 23 MAART 1946 f)EZE KWESTIE is in den Plaatsten tyd reeds meer dere malen ter sprake ge bracht en de brieven die ik sinds eenigen tyd van ver schillende kanten heb ont vangen, wyzen er op, dat wij ons bevinden vóór een ern stig probleem. Westfriesland is overbevolkt. Wij moeten uitzien naar nieuwe bestaans mogelijkheden voor zijn te veel aan bevolking. Niet ver van hier ligt een groot land dat door zii.n dunne bevol king en door zijn rijke hulp bronnen schijnt aangewezen te zijn als het land der toe komst. En dit land is Frank rijk. Dit is het idee dat mij vaak voor den geest kwam tijdens de jaren dat ik in voortdurend contact stond met eenige Hollandsche kolo nisten en het is voor hen al len, die zich hiermede bezig houden, dat ik dit schrijf. Men wil naar Frankrijk gaan. Velen zijn geneigd zich in het wilde weg in het avontuur Je storten. Een ernstige waarschu wing aan al diegenen. Er wordt voor u gewerkt, hoewel op zeer bescheiden wijze. Laten we eerst in het kort eens het voor en te gen onder het oog nemen. 1. Er is veel ruimte in Frank rijk. De bevolking is in den laat- sten tijd in aantal verminderd. Velen trekken naar de stad. Ve le dorpen, ontvolkt, bieden hun boerderijen te huur aan onder zeer voordeelige condities. 2. De bodem, hoewel verwaar loosd, is tamelijk of hier en daar zelfs zeer vruchtbaar. 3. Jonge menschen met ener gie, doorzicht en voldoende ken nis op landbouwgebied, zullen gemakkelijk slagen. 4. Sinds den laatsten oorlog is Frankrijk hoofdzakelijk op eigen productie aangewezen. Hierdoor is de welvaart van den land bouw verzekerd. Maar daar tegenover staan ook zeer vele nadeelen die wij niet uit het oog moeten verliezen. 1. Voor het oogenblik is uit voer van kapitaal uit ons land verboden. Wij weten niet hoe lang dit nog zal duren. 2. Een bedrijf is modern of het is het niet. Voor een niet-modern bedrijf dat wil zeggen dat het niet toegerust is met tractors, moderne machines, enz., is veel personeel noodiig en dit jS tegen woordig bijna onvinr' ar, meer nog dan in ons land li .t het mij. Vandaar soms harde tegenslagen. Wat nu het modern bedrijf betreft. Om een modern bedrijf te be ginnen is veel kapitaal noodig. Het gaat er niet alleen om een tractor te koopen. Alle werktui gen moeten er bij aangepast wor den en velen hebben daaraan veel te laat gedacht, 't Kwam hun duur te staan. 3. Vóór de devaluatie van de franc, die nu maar 2 cent waard is, stegen de prijzen aanhoudend. We mogen verwachten, dat ze nog meer zullen stijgen na die devaluatie. Maar de priis van de landbouwproducten houdt hiermee geen gelijken tred. De loonen evenmin, daar deze door de re geering bepaald zijn. 4. Tijdens den oorlog is de grond er niet beter op geworden. Er was bijna niet aan kunstmest te komen. Dit is ongetwijfeld nog zoo. In het algemeep is er sinds de bevrijding nog maar weinig verandering in den toestand geko men. Er heerscht overal ontevre denheid over de voedsel- en kloe- dimgvoorziening. 5. Daarbij komt. tenslotte het gevaar voor het geloof. Ons volk is diep geloovig. Het is gehecht aan zijn geloof. In Frankrijk is dit niet zoo. Laat ik hier even over uitweiden. Er zijn in Frankrijk streken waar het H. Geloof goed beleefd wordt. Dat zijn bepaalde gebieden die zich vooral bevinden in het Noorden en het Westen van het land. Daar zijn de kinderen talrijker, de dorpen meer bevolkt en bijgevolg: daar is weinig plaats voor immigranten. Ontvolking en ongeloof gaan daar entegen hand in hand'. We zijn dus voor de kolonisatie vooral aangewezen op deze ontvolkte gebieden waar het geloof weinig be leefd wordt te midden van een volk dat weinjg priesters voortbrengt. Er zijn parochies waar slechts éénmaal in de maand een H. Mis wordt ge lezen, waar de Catechismus word't gegeven door een leek, bezield met de beste wil maar zonder daartoe vol doende gevormd te zijn. Waar in de H. Mis geen man zich vertoont, waar nog geen 10 p.ct. van de bevolking zijn Paschen houdt. Het is gelukkig niet overal zoo, maar zooals het in Holland is zult ge het nergens vinden in Frankrijk, eenige uitzonderingen daargelaten. Vandaar groot gevaar voor het ge loof. Van de vele Vlamingen die reeds talrijk zijn in Frankrijk en die zich overal met de bevolking begin nen te vermengen, hebben reeds velen zich zoozeer bij de Fransche manier van leven aangepast, dat zij hebben opgehouden naar de H. Mis te gaan en hun Paschen te houden. Ik ben jaren lang geweest in een streek waar zeer vele Vlamingen wonen en ik kwam tot de droevige ervaring dat bijna de helft er van zijn godsdienstplichten niet meer waarnam. Maar ik heb ook ervaren dat ö'e Hollanders weinig in getal bijna allen uitblonken door hun gehechtheid en hun trouw aan het geloof. Dit neemt niet weg dat het gevaar voor het geloof blijft bestaan, vooral op den langen duur. Zoolang de taal in eere wordt ge houden blijft men Hollander, 't Is echter een verschijnsel dat zich overal voordoet dat de kinderen de Fransche taal als hun taal gaan ge bruiken, zoo gauw zij met Fransch sprekenden in contact komen. Zelfs in die mate dat zij hun ouders in 't Fransch antwoorden op een vraag in 't Hollandsch gesteld. Dit is een kwestie van opvoeding. De ouders kunnen hun k.nderen gemakkelijker dwingen Hollandsch te spreken in de huiskamer en ook onder elkander, wat ze anders niet zouden doen. Met de Fransche taal zullen de kinderen ook gemakkelijk de Fran sche gewoonten overnemen. Ook dit is weer een kwestie van ouderlijk gezag vooral in zake den godsdienst. Maar 't grootste gevaar komt pas als de kinderen den leeftijd' krijgen om te gaan trouwen en in 't huwe lijk treden met Franschen. Het is dikwijls een compleet breken met alle Hollandsche tradities. Vooral wanneer het meisje een Fransche is. Ik geloof dat het aan iedereen dui delijk is. Moet dit alles een reden zijn om er geheel van af te zien? Dit is in het geheel niet mijn meening. We moeten trachten de Hollanders zooveel mogelijk te groepeeren en daar vooral waar ze door onderling contact en door contact met den priester in hun geloofsleven niet het minste nadeel ondervinden; liefst daar waar Hollandsche priesters zijn aan- wien het veel gemakkelijker zal vallen hen op hun geestelijk peil te houden. De Fransche regeering is daar niet erg voor te vinden. Zij wil vermen ging met de inheemsche bevolking. Wij daarentegen hebben het recht steun te zoeken in het behoud van ons geloof door zooveel mogelijk ons als landgenooten te groepeeren in den vreemde. Het behoud van onze taal zal daar bij van - een niet te onderschatten beteeken is zijn voor het behoud van ons geloof, hoewel we mogen aan nemen dat op den duur de Fransche taal de overhand zal krijgen. Dat men zich dus geen illusies make over Frankrijk. Zij, die een goed bestaan hebben doen'beter met in Holland te blijven. Zij die een goed bestaan kunnen vinden in de nieuwe polders of waar dan ook in ons land, dat zij daar heengaan. Vindt ge geen bestaan in Holland dan zult ge het in Frankrijk kunnen vinden. Maarkalmte kan je red den. Weest niet te overhaast. Voor het oogenblik is het nog niet moge lijk er heen te gaan daar de grens nog niet voor iedereen geopend is- Daarbij komt d'at landbouwer zijn in~ Frankrijk een geheel nieuw vak is dat ge eerst moet leeren. Het is niet te vergelijken niet landbouwer zijn in Holland. Men zal eerst eenige jaren moeten werken op een boer derij alvorens zelf te kunnen begin nen. Dit is dus de eerste zorg, maar hoewel ik mij hiermede bezie houd voor enkelen die ik ken kan ik geen enkele andere verantwoordelijkheid op mij nemen. De tijd daartoe zou mij ontbreken. Toch hoop ik dat wel dra een organisatie tot stand zal ko men die den weg zal openen tot een nieuw bestaan, zy het dan ver over de grenzen maar in onvèrbroken eenheid met het volk dat in dezen laatsten oorlog heeft getoond -een groot volk te zijn; groot door zijn moed, dat alles heeft getrotseerd. C. BIJMAN Pastoor ;n Nd Frankrijk. Mevrouw Sjahrir, echtgenoote van den Indonesischen premier, Neder- landsche van geboorte, die met haar beide kinderen te Santpoort woont, gefotografeerd tijdens een interview dat zij een persvertegenwoordiger toestond. Meijer P. CR DEINT EEN HEVIGE BEROERING in de onderwijzers- wereld. Omdat de Regeering doof is voor de alleszins ge- i zchtvaardigde eischen van het A.N.O.V., om op korten termijn de onderwijzerssalarissen te herzien. De onderwijze*s kunnen de slechtst-betaalde ambtenaren van Nederland genoemd worden. Een gehuwde onderwijzer met 7 a 8 dienstjaren verdient 160 ver maand; van het aanvangs salaris kan niert.^nd leven; het salu.' c-» 30-' 'gen l eft-id is te laag om 'n gezin te kunnen stichten; de kindertoeslag is met 25°lo verminderd en de huwelijkstoelage is afgeschaft. De onder- i ijzers zijn genoodzaakt all ''ei Nevenbetrekkingen te accep teeren om de mondjes van hun kinderen open te houden; wij achten dit niet alleen .aikend voor het prestige van den onder wijzersstanddoch ook nadeelig voor het onderwijs, dat van den onderwijzer, wil hij z"~ n taak goed vervullen den geheel en mensch vergt. Elke vergelijking van de onder, wijzerssalarissen met de loonen in het vrije bedrijf valt ten nadeele uit van de eersten. De eisch, om den opvoeder van onze kinderen van de jeugd, die de toekomst is van onze maat schappij een inkomen te waarborgen, dat hem in staat stelt zich ten volle aan zijn ver heven taak te geven, is alleszins gerechtvaardigd. Wij herinneren aan het lichtbaken van Henri de Greeve. waarin hii veront waardigd uitriep: deze salariee- ring spot met ieder begrip van rechtvaardigheid. De geschiedenis herhaalt zich. Na den vorigen wereldoorlog werd den onderwijzer een behoorlijke plaats in het Bezoldigingsbesluit toegekend door de Commissie van het Georganiseerd Overleg. Heel de pers van rechts en van links stelde zich daarachter en de Ka mer toonde zich bereid haar sanctie te verleenen; maar, toen de onderwijzers na zooveel an dere groepen aan de beurt kwamen, was er opeens geen geld meer en zij moesten genoegen ne men met een schaal van f 1000 beneden den postcommies. Ook nu dreigt er geen geld meer te zijn, als het gaat om de onderwijzerssalarissen. Min. v/d Leeuw sprak te Gro ningen over Onderwijsvernieu wing en beloofde indien hem verdere verantwoordelijkheid ge geven mocht worden zijn uiter ste best te zullen doen voor een goede belooning van onderwij zers, zonder welke onderwijsver nieuwing onmogelijk is. Eerstens komt het woord „be looning" ons hier misplaatst voor. Waar sprake is van een eisch van sociale rechtvaardigheid in den vorm van een behoorlijk salaris, moet niet van een goede beloo ning gesproken worden. Overigens zien wij niet in, waarom Min. v, d. Leeuw met deze materie moet wachten totdat blijkt, dat hem verdere verantwoordelijkheid ge geven is. Dat riekt naar verkie zingspropaganda. Wij beschouwen de kwestie van de onderwijzerssalarissen los van De Amerikaansche minister van marine, Forrestal, heeft aangekondigd, dat admiraal Hewitt, bevelhebber van de Amerikaansche marinestrijd krachten in Europa, gedu rende zjjn tocht in April aan boord van de Missouri, be leefdheidsbezoeken zal bren gen aan verscheidene havens aan de Middellandsche Zee. De Missouri zou op 21 Maart New York verlaten. De chef van het protocol van het Turksche ministerie van buitenlandscne zaken en een vertegenwoordiger van het Amerikaansche ministe rie van buitenlandsche zaken zul len zich aan boord bebinden. Ad miraal Hewitt zal zich te Gibral tar aan boord begeven; de Ame rikaansche torpedojager Power zal zich daar bij de Missouri voe gen. Later zal ook de Amerikaan sche kruiser Providence meeva ren. Op 4 April zullen 2 Turksche torpedojagers het Amerikaansche smaldeel vergezellen en het door de Dardanellen escorteeren. Op 5 April zal de Missouri ter hoogte van Istanboel voor anker gaan. Daarna zal het stoffelijk over schot van den Turkschen ambas sadeur aan land gebracht wor den. Op 9 April verlaat het Ame rikaansche eskader Istanboel. De Missouri en de Power zetten dan koers naar Piraeus, de Provi dence waarschijnlijk naar Napels. Op 14 April verlaten beide sche pen Piraeus. Tot 22 April zullen zij te Napels verwijlen. Vervol gens wordt de tocht voortgezet naar Algiers. Op 26 April wordt koers gezet naar Tanger. Op 30 Anril gaat de Missouri weer naar Gibraltar terug en vandaar naar de V. S. De Grieksche regeering heeft bekend gemaakt, dat zij het plan heeft opgevat, admiraal He witt en andere officieren te on derscheiden tijdens het oponthoud :n de Grieksche haven. Luchtverkenningen zijn van Londen uit reeds twee dagen aan den gang. op zoek naar de ver miste Engelsche zeilboot „Babs". In de „Babs" bevonden zich vier jongens uit Ramsgate. Men heeft de hoop nog niet opgegeven, dat het schip gevonden zal worden. De havenautoriteiten van Frank rijk, België en Nederland werden verzocht medewerking te ver leenen. den uitslag der verkiezingen, om dat het een urgente kwestie is, die in èlk geval aangepakt dient le worden. Wij zijn het daarom ook niet eens met „Trouw", dat van mee ning is, dat het bij het huidige begrootingstekort van miliiarden onmogelijk, ja uitgesloten is de inkomensverhoudingen ten gunste van de onderwijzers te verande ren. Er zijn urgente maatregelen aldus „Trouw" zooals verbe tering ouderdomsverzekering van hen, die onder de sociale verze kering vallen en de kostbare le- geropbouw. Wij weten, dat voor andere doeleinden, zooals het kostbare leger en voor de repatrieerenden, wel vele millioenen gevoteerd, worden, doch zijn van oordeel, dat, als het gaat om de prioriteit te bepalen, de onderwijzerssala rissen dan zeker niet op de laat ste plaats mogen komen, als sluit stuk van een begrooting, die toch niet sluitend te maken is. Er is geen geld voor herziening der onderwijzerssalarissen vol gens „Trouw" en neemt men het toch. dan staat de inflatie voor de deur. Het gaat er bij ons niet in, dat een eventueele inflatie voorkomen kan worden, door de onderwijzers- salarissen niet te verhoogen. De onderwijzers zullen dus ons land voor een inflatie moeten behoe den? Als het de Regeering ernst is met de gezinspolitiek, die zij zegt voor te staan, dan blijve zij niet doof voor de eischen van de 30.000 onderwijzersgezinnen; in het Zuiden en Oosten beginnen de onderwijzers al te praten van een „ultimatum" en van „staken". Zoover zal 't niet komen, zoo ver mag 't niet komen. Maar, dat de onderwijzers, die door het uit blijven van een betere salariee- ring op een tè laag maatschappe lijk niveau worden neergedrukt, erover gaan denken en spreken, dat is begrijpelijk. Zij zijn ten einde raad. Fr. O. WIE DACHT dat het nu, na den oorlog, toch wel duide lijk is, dat dè Kerk zich niet met de politiek moet inlaten, wie meent, daé onze priesters nu maar eens voor goed moeten ophouden met in het openbaar te spreken over politieke kwes. lies, en dat, als dit in het ver. band van onze partij gebeurt, alleen maar de indruk wordt versterkt, dat wij toch maar lek.- kertjes een kerkelijke partij zijn die zal nu, na de jongste toe. spraak van Z.H. den Paus tot de Vastenpredikers van de stad Rome, wel tot een ander inzicht gekomen zijn. Zeker, deze toespraak sloeg voor een deel zeer in het bijzon, der op Italiaansche toestanden, in verband met de bepalingen van het Italiaansche Concordaat, dat nogal wat beperkingen op dit gebied inhield. Maar de Paus heeft gelijk ook vroeger te. genover Mussolini gewaar schuwd tegen verkeerde uitleg ging van de bepalingen en wat de H. Vader verder zeide, slaat in het algemeen op toestanden, gelijk die thans in de heele we. reld bestaan! 's Pausen woord komt in het kort hierop neer: de Kerk staat niet buiten de politiek, de Kerk heeft het recht en den plicht, de geloovigen in woord en geschrift te onderrichten over alles, wat geloof en zeden betreft, èn over alles wat, wiil het onvereenig- baar is met ae christelijke leer, voor katholieken ontoelaatbaar is. De uitoefening van het kies recht is een handeling van ern stige zedelijke verantwoordelijk heid en de Kerk moet aan de geloovigen de zedelijke plichten voorhouden, die uit dit kies. recht voortvloeien. De Kerk mengt zich niet in zuiver poli tieke vraagstukken, maar zij kan geen afstand doen van het recht, haar priesters een zending te doen vervullen, welke zich uit. strekt over „het geheel van de godsdienstige en zedelijke plich ten der geloovigen"; en m de vervulling van die zending kun nen zij verplicht zijn raadgevin gen of aanwijzingen te geven, die ook betrekking hebben op het openbare leven. Men zegge niet, dat dit -„poli tiek katholicisme" is; dat is de dooddoener van degenen, die den invloed van de Kerk willen bre ken en Haar vervolgden. Zóó sprak de Paus. Tot leering niet alleen van Italië. Ook van Nederland! UET IS SPAAK GELOOPEN met het kabinet Spaak in België. De Christelijke. Volkspar tij zag in het nieuwe „team" geen kans voor een duurzaam beleid, de communisten weifelden, de liberalen bleven neutraal. Spaak viel. Feitelijk doordat twee socia listen te vroeg vertrokken, omdat ze anders hun trein niet meer konden halen! Zoo was de val van Spaak meer de schuld van het spoorboekje, dan van een po litiek programMaar in prin cipe laig de grondoorzaak toch bij Spaak, die £e*n socialistisch be wind wilde doordrijven met een overwegend socialistisch minder heidskabinet. De fout illustreerde Spaak zelf aan het slot van zijn optreden in de fatale Belgische Kamerzitting. Op dramatisohe wijze verklaarde Spaak, dat hij, de nederlaag erkennende de voldoening had. drie idealen te hebben gediend. 1. Het socialistisch ideaal. Dat waren de socialistische ministers. 2. Het democratisch ideaal. Dat was de Belgische Kamer. 3. Mijn land. In deze volgorde zit precies de fout, die Spaak ten val bracht. Het land kwam op de derde en laatste plaats! Deze fout is typee rend voor sommige socialisten in sommige andere landen. Socialis me en democratie hebben, blijk baar. bij hen voorrang boven het landsbelang. En wie dat op een dergelijke wijze miskent, loopt, in gezond-democratische landen, waar dus de ware vrijheid heerscht vroeg of laat met het politieke hoofd tegen den parle mentairen muur! 15 April 1246 verstrekte Graaf Willem II van Holland, Roomsch koning, aan Delft het eerste hand vest, hetwelk deze plaats tot een- stad maakte. Dit feit zal de vol gende maand feestelijk herdachl worden;

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad, editie Schagen | 1946 | | pagina 3