DE PELGRIMSTOCHT DER DRIE KLOKKEN r EEN SCHILDER VAN NATURE r Nieuw Noordhollandsch Dagblad EGBERT DIERTEN J Dirk Oudes Saaiste nieuws Boebi Trep en Jippie Jee in Nederland Oorlogsgraven Belangrijke mededeeling voor lichting 1945 EEN HANGBRUG OVER DE MAAS? DE BOSSCHE SINT JAN Restauratie nadert haar voltooiing BOTSING MET TERRORISTEN ZATERDAG 27 APRIL 1946 EEN OUD SPROOKJE, OP PASCHEN NAVERTELD door Ton v. d. Houten LIET IS een oud sprookje, waar ieder misschien zijn nut mee kan doen en waar, tusschen de regels door, voor ieder een beetje waarheid te vinden is Boven in de groote toren van de oude kathedraal hingen de drie klokken onbewogen in hun zware steunen. Vele eeuwen terug waren ze gedoopt met godvruchtige namen: Maria, Petrus en Johannes en de klokkengieter had er als vrome intentie van zichzelf en zijn zo nen schoone spreuken in ge smolten. Het was toen nog de tijd, dat men met den naam van God op de lippen en een ernstig gebed diep in het harte een werk begon en opdroeg aan den Ma ker en Schepper van alle werk op aarde. Maar goedde klokken hin gen onbewogen en luisterden. Beneden in de kerk had een Pater dagenlang gesproken over het Lijden van onzen Heer. over de angsten en de martelingen, maar vooral over de eenzaam heid. waarin Hij was, juist toen een mensch met medelijden Hem een weinig had kunnen opbeu ren. En dat alles hadden die klokken gehoord en diep in hun geluid was een toon van mede leven gaan groeien, die de men sehen verbaasde. ,.De klokken worden oud", zei den ze tegen elkaar, hun geluid wordt zachter en vandaag of morgen zal het afgeloopen zijn met hun gebeier''. De menschen waren nog steeds dom en onbe grijpelijk. Het zou ook niet te verwonderen zijn als op een goeden dag het sonore geluid niet meer klonk ove* huizen en velden, want, zooals gezegd, wa ren ze vele eeuwen terug al ge goten. dus hun ouderdom was bijna niet meer te schatten. Met hun zegezang hadden ze heel vroeger de edellieden begroet, die met groot gevolg de kathe draal kwamen binnenschrijden, om den ridderslag te ontvangen en jonkvrouwen met lange slui ers hadden op hun droef geluid zich opgemaakt om te bidden voor allen, die in heilige oorlo gen waren ge.vallen. Later trok; ken rijke koopieden onder den klokkentoren door. om zegen te vragen voor de vele en trotsche schepen die uittrokken, de zeeën op naar onbekende gebieden en Joffers met hun pronkgewaden kwamen hier schuchter hun ia- woord geven aan de hooggeboor- de jonkers. En steeds zagen de drie klok ken, Maria. Petrus en Johannes, dat de menschen niets veranderd waren, maar dat egoisme en naastenliefde telkens weer den zwaren strijd streden, om het be houd van zichzelf. En steeds moesten ze erkennen, dar de schijn van ridderschap en kooplie- denpraal, van joffergrootheid en tecnnischen vóoruiigang den mensch niet beter maakten Maar ondanks dat zeng de reine, hemelsche stem van Maria over de hoofden der vele dui zenden ver het land in en Petrus en Johannes begeleidden haar met hun fier mannelijk geluid, totdat de menschen wakker ge worden uit hun zware droom van macht en roem, het gevoel kre gen of er een brok uit den hemel was komen vallen. Nu was het weer de groote Vasten en het Lij den van onzen Heer dat de ge- loovigen had aangegrepen, zooals het dat altijd weer doet de eeuwen door. zoolang er men schen zijn, die weten te luisteren en te begrijpen. Ook die zijn er gelukkig nog. En toen de Prediker om mede leven vroeg en begrip voor al het vreeselijke. dat zich voltrok over de wereld, was er een stout plan opgekomen bij de drie een zame klokken hoog in den ka thedraal-toren. Drie klokken met reine en heilige namen beraam den een plan. dat God welgeval lig zou moeten zijn en dat de redding moest worden van So- dommah en Gomorha van dezen tijd. „Laten wij," zoo sprak de klei ne klok Maria, „een pelgrims tocht gaan maken, en God om vergeving bidden voor dat wat de menschen misdoen en waar voor ze zelf geen uitweg meer weten. Wij hebben al zoolang voor God mijn Heer (en hier zweeg ze even in ontroering) ge zongen en gejubeld, dat Hij ons niets kan weigeren. Wij zullen alle ontbering van den verren tocht dulden en verdragen. Mis schien dat dan de menschen hun weg zullen terugvinden." En Petrus en Johannes? „Maria, wat Gij zegt, is goed gesproken. Uw wenscben waren op aarde al goed en nimmer werd U iets geweigerd, zoodat ook wij moeten toestemmen in dit heilig plan." „Wij zullen dan in den komen den nacht stil verdwijnen en op gaan naar de Eeuwige Stad, waar vele graven zijn van heilige man nen en vrouwen en waar de ze gen van God over alles zweeft." Zij zwegen nu in ernstig be raad over dat, wat komen ging en de wind. die door de venster openingen in den toren blies, hoorde een zacht gefluister als van biddende monniken. In stilte peinsde Maria, dat aan haar reine Voorgangster nooit iets was geweigerd en met blijd schap dach de kleine klok aan den verren, zwaren tocht, die ko men ging. Tot behoud der menschheid In den donkeren nacht zweef den drie klokken naast elkaar voort :Maria met aan haar zij den Petrus en Johannes. Diep on der hen lagen de menschen in slaap en wanneer er soms één wakker werd, meende hij ver weg klokken zacht te hooren lui den en glimlachend om dien kin. derlijken droom sliep hij verder. Het wonder van dezen pel grimstocht was nog voor ieder verborgen. Maar daarboven ba den de pelgrims den heiligen groet van Maria en telkens als de middelste der drie inzette, so- noorden de anderen mee: „Wees gegroet MariaEn het was of in de donkere sterrenlucht heiligen baden. Boven ieder ge zegend oord van Maria of van een Heilige bleven ze even zwe ven en dan was het of d'e lucht vervuld was van biddende en smeekende stemmen: „Ontferm u over ons. o Heer. ontferm u over ons." Zoo zweefden ze eenigé nach ten door, totdat de Eeuwige Stad in zicht kwam en dus het einde van hun pelgrimstocht beteeken- de. Hier zouden ze vuriger nog bidden en smeeken, want hier was Gods zegen tastbaar in de kerken en catacomben en in de vele woningen der gepurperde kerkvorsten. In den grooten St. Pieter wa ren drommen menschen bijeen voor de boete-processie en toen deze was afgeloopen vereerde Gods Plaatsbekleeder het Kruis en velen na Hem. Dan in de groote stilte, die volgde op deze indrukwekkende plechtigheid baden de drie klokken inniger dan ooit. tot Gods stem tot hen droordrong en zij in groote vree- ze luisterden. „Uw gebed en uw heilig plan hebben genade gevonden in Mijn oogen. Gij zult terugkeeren en met uw gejubel aan allen ver kondigen. dat de menschen de vrede ontvangen, wanneer ze zich weer met Mij verzoenen. En als teeken voor hen. dat het Mijn boodschap is. zult gi.i met Pa sehen voor het laatst luiden; dan zal Uw stem zwijgen voor altijd." Na deze woorden viel een CGBERT DIERTEN, Alkmaar's dichter Uit de tijden van 't Beleg, Kwam door zielsverhuizing Op de aarde. Hij had pech! Maar zijn dichterlijke gave Bracht hij mee uit hemelland; Aj en toe maakt hij een rijmpje En dat komt dan in de krant. Over allerhande feiten En de dingen van den dag Maakt hij nu en dan een versje Zooals een dichter alleen mag. Als een razenden reporter Zwerft hij door land en stad, Zoekt naar actueele feiten; 'n Krantenman vindt altijd wat. Hebt gij, lezer, een ideetje, Dat zich leent voor krant-gedicht, Laat hem dat per briefje weten, Dan weet hij ook wel zijn plicht. EGBERT DIERTEN ontroerd en verbijsterd zweef den zij door de heilige ruimte. Maar dan zong Maria zacht voor zich heen: „Mij geschiede naar Uw woord." En de twee anderen stemden dankend in.... Zoo geschiedde, dat de klokken in hun eigen klokkentoren jube lend de Paaschklanken uitgoten over het wijde, zonnige land, en hun tonen juichten door de blau we lucht in blije accoorden. De menschen keken verrast, want zoo hadden zij nog nimmer dien zegezang gehoord. Na afloop van de plechtighe den zwegen dë klokken, niemand had de afscheidsklank gehoord, toen ze alle drie doods hingen en stil. Grootg scheuren vertoonden zich in het gietsel. Later ontdekten de menschen het einde van de eeuwenoude zangers van God en toen gingen hun oogen open. „Wij zullen nieuwe klokken laten gieten," zeiden ze tot el kaar, ,met dezelfde namen ge doopt en met dezelfde heilige spreuken er op. Een vierde klok zal er bij komen en wij zullen dezen Magdalena noemen de boetvaardige zondares. Want wij hebben de les begrepen." Er zullen er zijn, die onge- loovig hun schouders ophalen over dit sprookje, maar diep in hun hart zullen ze de klank hooren van de klok, die boet vaardige zondares genoemd wordt en aan de kracht van deze klank zal niemand ontko men. T. v. d. HOUTEN Evenals jan plas, die hem ontdekte is de Alkmaarder Dirk Oudes een schilder van na ture. Van professie is hij klokken maker en toen hij eens op een ouden stoelklok een figuurtje ge schilderd had en Jan Plas dat zag. zei deze hem: „Kerel, jij kunt schilderen!" Maar Dirk Oudes geloofde er eerst niets van. doeb nadat hij Jan Plas eenige keren op zijn schilderstochten vergezeld had. stond ook bij hem vast, dat nij schilderen kon. Dat was 15 jaar geleden en thans kan de 50-jari- ge Dirk Oudes. met een exposi tie voor den dag komen, die hem een plaats geeft in den kring van schilders van naam en die voor kunstminnaars niet minder dan een openbaring beteekent. Dirk Oudes is een Aikmaarder en kent het platteland door en door. Toch is zijn werk niet het minst verwant aan dat van zijn eersten leermeester Jan Plas of een anderen erkenden Alkmaarschen schilder Koos Stikvoort, voor wier beider werk hij groote bewondering heeft. Het werk van Dirk Oudes is van een geheel eigen stijl; onbewust en onverklaarbaar is het sterk verwant aan dat van Fransche schilders van zijn leeftijd. "*f Zou het verwant zijn b.v. aan de Bergensche School, hetgeen het in 't geheel niet is men zou het kunnen begrijpen. Maar merkwaardig groote Stilte om de klokken heen: is, dat zijn werk een frappeerende A JAKKES", schreeuwde Boehi Trep, „je laat me schrik- ken. Ik wist niet, dat er hier onder de garage een mol- lengang loopt". „Vort", beval de hooge Hun, „Schiet op. Wij willen naar Germania". „Ja, ja, niet zoo'n drukte, we gaan bald". Eenige oogenblïkken later konden de twee Hunnen in stappen overeenkomst heeft met dat van groote Franschen, die hij nooit gekend heeft en wier werk hij nimmer zag. Ondanks den uitgesproken Fran schen inslag, vertoont het toch ook een Hollandschen kaaraktertrek; het as behalve fantastisch ook humoris tisch en bewijst dat Oudes bij het observeeren van het leven op het land zijn oogen goed de kost heeft glegeven. De Fransche schilder Beauchant; die werk van Oudes in Parijs zag hangen, werd daardoor zoo getroffen, dat een persoonlijke kennismaking, die volgde; uitgroeide tot een hechte kunstbroederschap. Dezer dagen exposeert Oudes in den Kunsthandel van Gebr. Hopman. Men ziet, zijn palet is licht als dat van de moderne Fransche primitie ven. Al schilderend fantaseert hij en zonder dat hij het weet toovert hij een stadsgezicht op zijn paneel, dat een hoekje van een Parijsche buiten wijk zou kunnen zijn. In zijn boerenfig'uren zweemt hij naar het caricaturale, zooals ook in zijn paneel van den Wandelenden Jood op 'n Amsterdamsche brug. Het werk van Dirk Oudes trekt bij zondere aandacht, niet alleen in Alk maar maar zal ook daarbuiten onge twijfeld de waardeering vinden die 't verdient. Sinds eenige jaren legt Oudes zich ook toe op de beeldhouwkunst, men ziet hier b.v. eenige kunstwerken in Italiaansch sirene, een zachte natuur steen, waarvan men moet erkennen; dat Dirk Oudes ook op dit punt over bekwame talenten beschikt. Tevens exposeert hier de schilder Sienneberg; ook een man die schildert omdat hij het niet laten kan. Hij heeft het echter nog' niet zoover gebracht als zijn ^kunstbroeder Oudes. Men ziet hier 'n havengezicht in St. Malo, 'n bloemstuk en enkele stillevens, waar_ uit blijkt dat Stenneberg' zoowel in onderwerpen als in schilderstrant, van variatie houdt. Hij schildert wel is waar met veel bravour, doch wij missen in zijn werk nog het leven en den esprit, waarvan b.v. het werk van Oudes getuigt. Het mist ook nog een eigen karakter; al helt hij ook over naar de Fransche neo-impres- sionisten, waaronder hij eenige maan den verkeerde. Fr. O. De minister van oorlog, mr. J. Mei.inen heeft het comité van Ne- derlandsche oorlogsgraven ge ïnstalleerd. dat tot doel heeft gra ven van gealieerde militairen in Nederland te adopteeren De opgeroepen dienstplichtigen lichting 1945. die op 2, 7 en 8 Mei naar hun garnizoenen zullen vertrekken worden verzocht op Maandag 29 April te luisteren naar het radio-programma van de Nederlandsehe strijdkrachten te 19.30 uur over Hilversum I. In deze uitzending zullen belangrij ke mededeelingen worden gedaan over het vervoer. De vier ministers te Parijs zijn het in principe eens over wijziging van de wapenstilstandsvoorwaar den voor Italië. Rusland heeft geantwoord op de nota's van Ame rika en Engeland inzake het weg halen van machines e.d. uit Mand- sjoeri.je; Amerika acht het onbe vredigend. Honderd millioen van een Amerikaanscb dollarcre- diet van 200 millioen zal beschik baar komen voor den Nederland- schen particulieren handel. En kele honderden ondervoede Neder landsehe kinderen zullen in Bel gisch-Limburg worden uitbesteed. Het Britsche Hoofdkwartier in Duitschland is door brand ver nield; een onderzoek wordt inge steld. Er worden twee servies- punten beschikbaar gesteld voor personen geboren in 1926 of later. Volgens de spoorwegplannen waarover nu overeenstemming is verkregen tusschen rijk en ge meente en de spoorwegen, ver valt het Maasstation. De verbin. ding met Utrecht zal met een nieuwe lijn via Nieuwerkerk en over een nieuw deel viaduct door de stad naar het station D. P. worden geleid. Het goederenver voer heeft zijn verbinding met de havens gehouden, terwijl er voorts nog een goederenterrem is ontworpen in de f iauonspoider. Het centraal station zal dan vrij wel geheel alleen voor het rei- zigersvervoer worden bestemd. Er is een nieuw goedorensta- tion gedacht in Hillegersberg. ontworpen voor personenvervoer. Verder is er een station Noord De totale kosten voor Rotterdam worden geraamd op 82 millioen zigersvervoerw orden bestemd, is er een nieuw plan van dr. Emmen. dat de grootsohe gedach te van een hangbrug over de Maas inhoudt, waardoor de pei lers komen te vervallen. Het vraagstuk van een hangbrug brengt echter technische moeilijk- heden mede, die eerst een oplos- I -sing zullen moet envinden en er zijn ook belangrijk hoogere kos ten aan verbonden. Toen de bezetter op 12 Juni 1942 een bouwverbod uitvaardigde, trof dit ook de restauratiewerkzaam heden aan de St. Jan te 's Herto genbosch. die al in 1860 begonnen was. In de werkplaatsen van de beeldhouwers werd naarstig door gewerkt. De gestage arbeid resulteerde in het gereed komen van nagenoeg alle beelden en ornamenten, die voor de voltooiing der restauratie nog noodig zijn. Zoo kwam o.a. de serie groote beelden van 28 Bra- bantsche Hertogen met hun trou badours. lansknechten en wat dies meer zij, geheel gereed. De 5 pro fetenfiguren, die nog ontbraken in de nissen der straalkapellen kwamen onder v. Dongens vaar dige handen klaar en werden reeds geplaatst. Naar de meening van den op zichter, Frans van Dongen, zal men nog ongeveer drie jaar werk hebben aan de straalkapellen en dan is de ring der uitwendige restauratie, die in 1860 begon ge sloten. Dan echter zal men moe ten overgaan tot restauratie van... de restauratie. D.w.z. dat men in de gevallen waar men slecht ma teriaal gebruikte, dat nu al weer verweerd is, de gelegenheid zal aangrijpen enkele correcties aan te brengen. Dit zal ook nog wel eenigen tijd aanhouden, maar toch zal binnen afzienbaren tijd de laatste steiger zijn verdwenen. Kunstlievend Nederland kan zich dan met Den Bosch verheu gen om de voltooiing van een be langrijken cultureelen arbeid Op 25 April heeft bij de kam pong Tjakoeng ten Oosten van Klenderen 'n hevige botsing plaats gehad tusschen een Nederland sehe patrouille en terroristen. Na een hevig gevecht werden de terroristen verspreid. Zij lieten 27 dooden achter, terwijl er acht ge vangen werden genomen. Aan Nederlandsehe zijde telde men alleen één gewonde.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad, editie Schagen | 1946 | | pagina 4