R. KatL Nieuws- en Advertentieblad
voor Noord-Bolland.
No. 79.
Woensdag" 30 September 1908.
FEUILLETON.
Amsterdamsche Brieven.
Buitenland.
2d' Jaargang"
Verschijnt Woensdag en Zaterdag.
De zestiende Mei
ONS
BLAD.
ABONNEMENTSPRIJS
50 cents per drie maanden franco aan huis. Te betalen in
het begin van ieder kwartaal.
Afzonderlijke nummers 3 cent.
Uitgave van de Naaml. Vennootschap „On* Blad".
BUREAUHoogstraat b/d. Langestraat te Alkmaar.
Telefoon No. 266.
ADVERTENTIËN:
Yan 1—5 regels30 cent.
Elke regel meer6
Reclames per regel15
Y.
We leven in den tijd van tentoon
stellingen en wedstrijden. De eene is
nog niet gesloten of een andere wordt
weer geopend. Dezer dagen hadden we
hier een étalage-wedstrijd in de voor
naamste winkelstraten, die zeer de
aandacht heeft getrokken. Er was dan
ook heel wat moois te bewonderen.
Zoo'n wedstrijd is, dunkt me, een zeer
gezonde uiting van de herlevende acti
viteit onder den middenstand, en is
voor allen een prikkel zich ook toe te
leggen op een verheffing van hun be
drijf. De tijd, dat een etalage alleen
behoefde uit te munten door bontheid
en schrilheid van kleuren, is langzamer
hand voorbij, en een goed teeken is
het, dat juist die etalages, welk het
meest getuigden van smaak en kunstzin
in combinatie van kleuren en voor
werpen, over het algemeen het meest
de aandacht trokken. Reeds zijn plannen
hangende om ook in andere voorname
winkelstraten een dergelijken wedstrijd
te organiseeren.
Dan hebben we nog gehad de ten
toonstelling van het koffiehuisbedrijf en
wat daarmee verwant is, in 't Paleis
van Volksvlijt, waar ook veel interes
sants te zien was, echter meer voor
vakmensehen. Bovendien zijn er nog
minstens hier of daar een paar ten
toonstellingen van kunst, schilderwerk
enz. enz., waarvan de eene misschien
al minder belangstelling wekt dan de
andere, want ook op dit gebied kan de
markt overvoerd worden, en bovendien
worden dikwijls de goede krachten ver
snipperd. De tentoonstellingsmanie is
dan ook tegenwoordig algemeen, waar
van dikwijls het gevolg is, dat er ten
toonstellingen worden gehouden, die
volstrekt niet meer aan haar doel
beantwoorden, en ontaarden öf in een
kermis, of in een paar feestdagen waarin
men elkaar bespeecht en befuift, doch
practisch niets heeft bereikt.
Yan etalage en tentoonstelling spre
kend, kom ik onwillekeurig tot iets,
dat daar ook betrekking op heeft en
de laatste dagen nog al wat pennen in
beroering heeft gebracht. Ik bedoel een
voorstel, door het raadslid de Vries, bij
den Raad ingediend, om strengere maat
regelen te nemen tegen het publiek
etaleeren van pornografische platen en
boeken. Reeds vroeger wees ik op dit
euvel. Iedereen bijna is het er wel over
Historische Roman uit het Duitsch, van
HERMAN HIR8CHFELD,
bewerkt voor *0N8 BLAD'.
1)
EERSTE HOOFDSTUK.
Het was op een koelen herfstnamiddag
van het jaar 1776.
Da zon blikte nu en dan door de donkere
wolkenmassa op de aarde neder, gelijk aan
den zwakken grijsaard, die aarzelend, met
weemoedig lachen afscheid neemt van de
zjjnen.
Met ruw geweld joeg de wind door de
hoornen en rukte de vergeelde bladeren van
de takken. Vroeger dan gewoonlijk scheen
de natuur zich voor te bereiden op dan
winter en de rook, die uit den schoorsteen
van het kleine slot Ormond opkringelde, dat,
eenige uren van Orleans gelegen, te midden
van een weinig omvangrijke bezitting oprees,
was een teeken, dat de slotbewoners de
koude door een haardvuur trachtten te ver
drijven.
En dit was nu waarlijk geen nuttelooze
voorzorg, want gravin Schuseikoi, sedert drie
jaren de echtgenoote van een jeugdig Rus
sisch edelman en moeder vair een éénig
zoontje van één jaar, was lijdend en haar
toestand, waarom zelfs de uit Parijs ontboden
lijfarts des konings bedenkelijk het hoofd
schudde, eischte de zorgvuldigste verpleging.
Door de ontbladerde laan, die naar het
heerenhuis voerde, schreed een man in Rus
sische nationale kleederdracht. Een volle
eens, dat dit kwaad een zeer groot
gevaar, vooral voor de jeugd, oplevert
en dat daarom streng dient te worden
opgetreden. De vraag blijftwelke zijn de
juiste middelen? En of men het daar over
eens zal worden, waag ik te betwijfelen.
Het schijnt dan ook niet zoo gemakkelijk
de juiste middelen aan te wenden, als
men bij het eerste gezicht wel zeggen
zou. Doch reeds dat het door den heer
de Yries voorgestelde, één der middelen,
al is het op zich zelf niet afdoende, is
om het gemeenschappelijk begeerde doel
te bereiken, moest een reden zijn om
bij het beoordeelen van dit voorstel,
van politiek en partijen af te zien en
alleen de zaak objectief te beoordeelen.
Doch verondersteld dat het voorstel-de
Vries wordt aangenomen, dan meene
men niet, dat hiermede deze kwestie
afdoende is opgelost. Want de eigenlijke
oorzaak zit veel dieper.
Dat de winkeliers die zaken etaleeren,
bewijst wel, dat die artikelen gewild
zijn. En dat die artikelen zoo gewild
zijn, wijst op een verkeerde moreele
ontwikkeling, niet het minst bij de
tegenwoordige jeugd. Wil men dus deze
teere zaak grondig verbeteren, dan
voede men de kinderen beter op, men
bezorge ze van jongs af ook een grooter
moreel weerstandsvermogenwant alle
steentjes des aanstoots op moreel gebied
in een groote stad te verwijderen, zal
voorloopig toch nog wel onmogelijk
blijken. Behalve de publiek de aandacht
trekkende aanstootelijkheden, blijft er
nog zooveel over, dat misschien in een
kindèrziëi nog dieper indruk maakt, en
dat nu eenmaal niet te voorkomen is.
Het aankweeken van dat moreel weer
standsvermogen is ook weer een moei
lijke zaak, en wien moet ze opgedragen
Zou dit niet een schoone en practische
taak zijn voor de Patronaten, die de
laatste jaren zoo bijzonder in bloei zijn
toegenomen? Mij dunkt, dat zij de aan
gewezen vervuilers zijn van deze hoogst
gewichtige, maar aan hen vooral, onder
de leiding hunner geestelijke hoofden,
veilig toevertrouwde zending.
AMSTELODAMEN SIS.
Amsterdam, 29 Sept. '08.
Duitschland.
Ramp te Berlijn.
Een vreeselijke ramp, de eerste van deze
soort, die te Berlijn heeft plaats gehad, heeft
in de Duiteche hoofdstad veel ontroering ge-
glanzend zwarte baard omlijstte zijn aange
zicht, waarop een sombere uitdrukking lag,
ofschoon de man nauwelijks dertig jaren oud
kon zijn. Hij ging naar het Blot.
Juist ging daar een zijdeur open en een
andere man, die wel tien jaren ouder kon
zijD, kwam buiten. Zijn donker ongepoederd
haar en de kort gesneden snorbaard begon
nen reeds erg grijs te wordeD, terwijl het
aangezicht een-eenigszins treurige doch tevens
vastheradene en goedaardige uitdrukking be
zat. Zijne gestalte bereikte nauwelijks het
middelmatige, maar hij was stevig gebouwd
zijne kleeding was zeer eenvoudig, maar van
fijne stof.
Het voorhoofd van den Rus fronste zich
nog dieper, zijne oogen fonkelden van den
grimmigsten haat, toen hg den langzaam
naderbijkomende bemerkte.
»De huichelaar mompelde hij voor zich
zelf»hoe zacht en stil ziet hij er uit en
toch heeft hy den armen Gregorowitsch by
zyn heer in ongenade gebracht en zich zelf
in den zadel getildik zal aan u denken,
Franschman. Wie beval u, Gospodar in dien
tijd op de fouten in mijne rekening opmerk
zaam te maken toen ik diens kas beheerde
Maar wij rekenen af, vroeger of later».
Gedurende deze stille alleenspraak bad
hg langzaam zijn weg vervolgd en de ander
zyn schreden wat versneld, zoodat zg nu
dicht bij bet slot elkaar ontmoetten.
•Eindelijk zgt gij daar, Gregorowitsch»,
begon de Franschman >de graaf, onze heer,
wist geen verklaring van uw uitbigven te
geven. Waar hebt gij het paard gelaten, nu
gij zoo te voet komt t'
Deze vraag, op den rustigsten toon uit
gesproken, dreef den Rus het bloed naar de
wangen.
wekt. Twee bovengrondse 5 electrische spoor
treinen, zgn. «zweeftreinen», zgn tegen elkan
der gebotst en daarbij'8 een der wagens
van een hoogte van 15 meter op de straat
geslingerd, waardoor viji'ien inzittenden ge
dood zijn.
In de Luckenwaldersti asse heeft het onge
luk plaats gehadnaar men meent is, door
een vergissing van een wisselwachter, een
trein van drie rijtuigen op een andere ge-
loopen de trein derail! srde en stortte op
de straat. Het echouwsj. 1 was verechrikke
lijk; reizigers waren lc tarlijk uiteengerukt
6n menzchelijke overblijfselen, druipend van
bloed, hicgen aan de ws -.ons. Op de straat
lagen de menschen bi' <:md tusschen de
ruïnen en de brandwee, eden moesten hen
komen bevrijden.
Een later bericht m-Idt, dat zeventien
personen gedood zijn er geeft de volgende
beschrgving van de rami-.
De trein die uit de iilowstrasse kwam,
passeerde om twee uur vintig minuten het
station Anbalt en volgde bet vgftien meter
hooge ste6nen viaduct, oen, door een fou
tieve signaaletelling, eer andere trein van
de Leipzigerstrasse korronde tegen den
eerste botste. Het eerst, rijtuig een rgtuig
der derde klasse, sprong uit de rails, stootte
tegen de balustrade, di weggerukt werd.
Het rijtuig werd dus dr:> meter weggeslin
gerd. Op hetzelfde oogenblik gebeurde het
onvermgdelijke door k< .-'.sluiting geraakte
het hout in brand, een enorme vlam echoot
op, terwgi dolle kreten v va angst weerklon
ken. Het was een oogen olïfc van ontzetten-
den schrikhst rgtuig^ eeds halverwege
verpletterd, brandde vr .-.vn men zag de
menschen verbijsterd de armen zwaaien en
het angstgescbrei mengde zich met het knap
pen en kraken van het brandend hout.
Maar dit alles duurde slechts een oogen-
blik, aanstonds daarop stortte de wagon op
de binnenplaats eener fabriek en lag daar
als een fantastische brandstapel.
De brandweer, die aanstonds te hulp
snelde, had een moeilijke taak. De meeste
inzittenden moesten uit den wagon gedragen
worden. Daar ook onder het rgtuig, dat naar
beneden gestort was, veie reizigers lagen,
moest de zware wagen opgelicht worden. De
tooneelen, die by het reddingswerk afge
speeld werden, zijn nauweigks te beschrijven.
Hier riep eene moeder in vertwijfeling om
haar kind, daar klampte een zwaargewond
jong meisje zich vast aan hare vriendin en
steeds klonk het smartelijk geroep der onge-
lukkigen, die onder den wagen lagen. Boven
aan de brughing de wagon der tweede
klasse, die ook ieder oogenblik naar beneden
dreigde te zullen storten, wat echter gelukkig
niet gebeurde.
•Wat gaat u dat aan antwoordde hg
barschden heer zal ik antwoordenhet
paard staat in de herberg waar ik mij ver
kwikt heb vóór ik naar het slot kwam. U
behoef ik de reden niet te zeggen wat ik
aan u zeg, wordt bovendien verdraaid en
vervalscht, opdat heer Lafont de room van
de melk scheppa en mg...
De Franschman viel hem in de rede
•Bij iedere gelegenheid en gg sleept ze
er met de haren hij, tracht gg me te be-
leedigen, Gregorowitsch», zei hg. »En waar
om Omdat gg gelooft, dat ik u uit de
gunst van uw heer verdrongen heb. God is
mijn getuige, dat ik het niet deed en gaarne
in vrede wil leven met de geheele wereld.
Zal ik u vertellen, dat ik secretaris was bij
den ouden markies d'Ormond, toen graaf
Schuseikoi uwe nicht hier heen voerde en
mij op verzoek zgner bruid in zijn dienst
nam Is het mijne schuld, dat mgn jeug
dige gebieder mij vertrouwend en welwillend
bejegende, zoodat mgn hart, hetwelk niemand
op de gansche wereld bezat voor wien het
klopte, zich met alle krachten aan de be
langen van mijn heer wijdde
En toen de graaf mij zijne boeken over
handigde om deze nauwkeurig na te zien,
kon ik toen zwygen, toen ik het misbruik
ontdekte, dat gij, Gregorowitsch die u zijn
trouwen dienaar noemt, jaren lang van zgn
vertrouwen gemaakt had
Genoeg, genoeg 1» riep Gregorowitsch
luid, >als men u hoort, zgt gij zoo argeloos
als een duif, maar ik ken u. Ha, ha, trouwe
liefde voor uw heer I De graaf is blind en
doofhartstocht voor zgn gemalin is de
magneet, die u aan dit huis gebonden houdt.
Daar zie, welk een gunstige wind het was,
die hedenmorgen dit blad uit uwe kamer
Met groote moeite slaagde men er ten
slotte in den wagen op te lichten. Het eene
ïgk na het andere werd te voorschijn ge
baald. Meestal waren 't jonge meisjes uit
den middenstand. By een doode was het
hoofd geheel verpletterdbg een ander lyk
ontbraken de armen en bg een derde waren
de beenen verpletterd. Ook twee kinderen
vonden bij de catastrofe den dood.
Het aantal dooden moet, naar van andere
zijde bericht wordt, 30 bedragen. Het getal
der gewonden wordt op 20 geschat. De
toestand van eenige gewonden is hopeloos
anderen zijn minder ernstig gekwetst. De
mee».te dooden zgn door den sterken electri-
schen stroom om het leven gekomen.
Over de oorzaken van het ongeluk deelt
de directie van den bovengrondschen spoor
weg het volgende mede
Een van het Potsdammerplein komende
trein lette niet op het half signaal en botste
terzgde tegen een trein, die van de Bülow-
strasse naar de Möckerbrücke ging. Hierbij
werd het eerste rgtuig van den laatsten trein
uit de rails geslingerd en tegen de balustrade
geworpen. Deze brak en de wagen stortte
naar beueden, zich geheel omkeerende, zoodat
de wielen naar boven gekeerd waren. De
koppeling der wagens werd gelukkig weg
gerukt, zoodat de volgende wagen wel uit
de rails geslingerd en een stuk over de balu
strade werd voortgeschoven, doch niet naar
beneden viel. De schuld aan het ongeval
heeft, volgens het ingestelde onderzoek, de
bestuurder, die op het halt signaal niet gelet
heeft.
De Lokal Anzeiger meldt nog in zgne
laatste berichten, dat 21 personen gedood en
18 zwaar gekwetst zouden zijn.
De keizer heeft den heer Breitenbach mi
nister van openbare werken in Pruisen, op
gedragen aan de familieleden der slachtoffers
zgne deelneming te betuigen, en ook aan de
directeuren der maatschappg, door wier toe
doen de hulp zoo goed georganiseerd werd.
Engeland.
Liefhebbers genoeg I
Donderdag is de onlangs aangenomen wet
op de werkmanspensioenen in Engeland in
werking getreden. Allen, die op pensioen
aanspraak meenden te hebben, konden aan
de postkantoren gedrukte formulieren ter
invulling krggen. De voornaamste bedingen
zijn leeftgd van zeventig jaar geen hooger
inkomen dan 12 shiliing (f 7.20) in de week
ontstentenis van bedeeling sedert 1 Januari.
Het pensioen gaat in met Nieuwjaar en be
loopt f 3. Over de aanvragen beslist een
byzondere commissie.
De toeloop was Donderdagochtend aan
sommige kantoren zeer groot, vooral in de
volkswyken van 't Oosten van Londen, en
door het venster huiten bracht en in Gre
gorowitsch' handen bezorgde. Gij zgt een
voortreffeigk dichter, heer Lafont; de graaf,
mgn beer, zal zelf daarover oordeelen.»
Lafont kreeg een- kleur, maar hij eloeg
ziju oogen niet neer toen hij don boosaardig
fonkelenden blik van den Rus ontmoette,
die een blad papier uit den zak van zijn
kleed te voorschijn haalde en met luider
stem begon te lezen
Gij zijt de bloeme rein en zacht
Die 'k gaarne zou bewaren,
Maar wasdom eisckt der zonne pracht,
Bij mij is 't nacht.
Bedekt met zijde moet ze zijn
De hand, die U zal raken,
De hovenier kweekt U, zoo fijn,
In gouden schrijn.
Ik heb het zonder nijd ontwaard,
Dat gij mij zijt ontnomen;
Het grootst geluk op deze aard
Ben ik niet waard.
ik diep in mijn gemoed
:cht!
Nu
"Wat ik slechts weet, Gewaren,
Meenemen droom van bloemenzoet
Naar 't eind dat spoedt.
Met steigende gramschap had de Fransch
man toegeluisterd maar toen Gregorowitsch
die laatste strofe -met zeer luide stem en
rpottende gebaren uitschreeuwde, vlamde zgn
toorn tot een wilden gloed op.
•Ellendeling 1» De Franschman gaf den
Rus een slag in het aangezicht >wilt gg
mijn heiligdom in het sigk uwer bedoeling
sleuren 7»
Gregorowitsch brulde van woede.
•Geslagen ik en door hem?» hggde
bij, »dat is uw dood.»
Met al de ruwe kracht die hg bezat,
hier en daar vielen eigenaardige tooneeltjes
voor. Daar waren er, die familiebijbels had
den meegenomen, waarin namen en leeftgd
der familieleden waren ingeschreven, ten
einde te kunnen bewijzen dat ze 70 jaar
waren, hetgeen den postbeambte natuurigk
weinig belang inboezemde, daar deze de
formulieren gaf aan wie ze maar aanvroeg.
Daar waren oudjes, die maar direct het
pensioen in ontvangst wilden nemen, en
anderen, heel ouden, die er aanspraak op
maakteD, dat het pensioen hun zou worden
uitbetaald van hun zeventigste jaar af. Op-
merkeigk was in de postkantoren van het
East-end, dat zoovele jongelieden namens
hun ouders formulieren kwamen halen. Een
der postambtenaren verklaarde dit door er
op te wgzen, dat sedert de jongste motorbus-
ongelukken in Whitechapel road de oude
menschen bang zijn geworden zich op straat
te wagen
Italië.
Een Protestant over het Pausschap.
In een artikel over «werkelijkheid en ideaal
in het Pausschap», voorkomende in de oude
Noord-Amerikaansche «Review», schrijft de
protestantsche hoogleeraar Charles August
Briggs, een der voornaamste leden van de
Episcopale Kerk in Amerika«Het Pausschap
is een der grootste instellingen, die ooit in
de wereld hebben bestaanbet is de groot
ste, die thans bestaat en het ziet met zeker
heid een nog grootere toekomst tegemoet.
Zijn heerschappg strekt zich over geheel de
wereld uit, over de eenige Kerk, die alge
meen is. Alle andere kerken zgn in haar
organisatie nationaal en provinciaal. Het
Pausschap klimt in onafgebroken opvolging
door meer dan achttien eeuwen tot den H.
Petras... De geschiedenis van het Pausdom
is een geschiedenis van storm en strgd;
doch het is uit alle conflicten sterker te
voorschgn gekomen... Het Pausdom heeft
in een aantal tekstplaatsen van het Nieuwe
Testament en in de geschiedenle van het
Christendom een veel krachtiger stem dan
de meeste Protestanten willen toegeven...
Alle pogingen, om de tekstplaats van de
•rots» anders te verklaren dan betrekking
hebbende op Petras, hebben schipbreak ge
leden. Het is duidelijk dat Christus, toen Hg
tot Petrus sprak, de geheele geschiedenis van
zgn koninkrijk in het oog had».
Wanneer prof. Briggs zóó schrgft, dan
ligt dunkt ons de conclusie, waartoe
hij komen moet, voor de hand,
Rusland.
De cholera.
De laatste cgfers omtrent de cholerage
vallen in Rusland, van Zaterdag dagteeke-
nende, zgn de volgende. In de afgeloopen
24 uren waren 309 nieuwe gevallen geconBta-
wierp hij zich op zyn tegenstander, die bg
lange na niet tegen hem was opgewassen.
Een schrikkeigk tooneel zou er gevolgd zgn,
hadde niet op dat oogenblik een sterke hand
Gregorowitsch terug getrokken.
•Schurk, wat durft gg te doen?» riep
een volle mannenstem.
De Rus liet zijn aanval varen. Lafont lag
bijna zinneloos tegen den grond.
•Sta op, mgn vriendheeft de ellende
ling u verwond ging de helper in den
nood verder, zonder acht te slaan op de
verontschuldiging, die Gregorowitsch mom
pelde.
Met moeite stond Lafont op.
•Ik dank u, heer graaf», antwoordde hg
slechts de val heeft mij bedwelmd. Laat ik
het u bekennenik was het, die Gregoro
witsch aanviel».
Geslagen heeft hg mg als een hond»,
schreeuwde de Rus, >omdat ik een gedicht
van hem voorlas, dat het toeval mij in de
handen gespeeld had. O, Gregorowitsch is
niet zoo dom, dat hg niet tusschen de regels
door lezen kan, vadertjehem echter zal
ik gedenken. Bg God, de slag zal zgne
renten opleveren I»
Graaf Schuseikoi nam het noodlottige blad
nit de hand zgna dienaars en een zwakke
zonnestraal overgoot het schrift met een
mat licht.
De trekken van den graaf op wien de
blikken van Gregorowitsch en Lafont strak
gevestigd waren, bleven onbewegeigk, terwyl
hg de regels vlug overlas. Toen echter wendde
hg zich tot zgn dienaar en zgn blik vlamde
toornig op.
(Wordt vervolgd.)