Ons Blad Zaterdag 28 November 1908 2de Jaargang BIJVOEGSEL FEUILLETON. De zestiende Mei. RAADSVERGADERING. ONS BLAD. van van Woensdag 25 November 1908. Openbare vergadering van den Raad dezer gemeente op heden, 25 Nov., des nam. 1 uur. Tegenwoordig alle leden. De Voorzitter opent de vergadering, waarna de notulen ongewijzigd worden vastgesteld. Punt 2. Beëediging van het nieuw be noemde lid dezer vergadering, den heer Pot. Na beëediging en gelukwensch van den voorzitter, neemt de heer Pot plaats, Achtereenvolgens komen in behandeling. Aan de vergadering wordt medegedeeld: a. dat van de dames C. J. van der Lee, C. E. Zeper en D. Scholten, alsmede van den heer C. J. Reiziger brieven zijn inge komen, houdende dankbetuiging voor de laatstelijk vastgestelde regeling der jaar wedden van het onderwijzend personeel aan de openbare lagere scholen. Voor kennisgeving aangenomen. b. dat is ingekomeneen adres van P. Bak c.s. bewoners en eigenaren van huizen aan den Kennemerstraatweg, waarin wordt gewezen op den gevaarlijken toestand waarin de boomen aan de oostzijde van dien weg verkeeren. In hande:.'van B. en W. om advies. c. alsvoren, een adres van den Raad van administratie der Hollandsche IJzeren Spoor wegmaatschappij, waarbij op spoed wordt aangedrongen bij het nemen eener beslis sing op zijn verzoek inzake het loozender j opzichter bij den Prov. privaten in het Stationsgebouw. j Overijssel, te Apeldoorn. Idem. B. ze opzichter bij den dienst der ge- d. alsvoren, een adres van de Vereeni- meentewerken. i D. Hartog, opzichter- ging voor volkshuisvesting alhier, om te teekenaar te Deurne2. A. Tip, opzichter- willen overgaan tot het benoemen vaneen teekenaar te Eindhoven3. H. de Vries Az., commissaris der genoemde vereeniging. opzichter-teekenaar te Amsterdam. Idem. 1 Gekozen worden de heeren G. Vos met alsvoren, een schrijven van het be- i 13 stemmen en D- bericht, dat de verordeningen voor de avond school voor handwerkslieden en voor den handelsavondcursus door Zijne Excellentie zijn goedgekeurd. Voor kennisgeving aangenomen. h. alsvoren, een schrijven van den voor zitter van Ged. Staten, houdende verzoek om art. 8 der Verordening tot regeling der jaarwedden van de onderwijzers aan de openbare lagere scholen aan te vullen. Conform besloten. i. alsvoren, een schrijven van den schil der bij de gemeentewerken W. Bok, hou dende dankbetuiging voor de verhooging zijner jaarwedde. Voor kennisgeving aangenomen. Een adres van den heer J. C. Baan, in zake de rooilijn, wordt gesteld in handen van B. en W. om advies. Punt 3. Benoeni'ng van een directeur van het stedelijk muziekkorps en van de stedelijke muziekschool. De voordracht van B.en W. luidt x. H. A. Maas, 29 jaar, kapelmeester van de stafmuziek van het 4e Regiment Huza ren te Deventer; 2. P. J. Oomes, 26 jaar, muziekdirecteur te Rotterdam3. J. R. van der Glas, 29 jaar, muziekdirecteur te Heerenveen. De heer H. A. Maas wordt met alge- meene stemmen gekozen. De Voorzitter dankt de commissie voor het sted. muziekkorps voor het vele werk, dat zij in dezen heeft gehad. (Applaus). Punt 4. Benoeming van een opzichter voor het bouw- en woning-toezicht en van een 2den opzichter bij de gemeentewerken. De voordracht luidt: A. Opzichter, meer in het bijzonder voor het bouw- en woning-toezicht. x. G. Vos, opzichter-teekenaar bij de onderwijs gebouwen te Leiden; 2. A. S. Lanjouw, opzichter bij het bouw- en woning-toezicht te Deventer; 3. J. C. Leich, tijdelijk Waterstaat in e stuur der vereeniging „Kinderkleeding en Kindervoeding", houdende dankbetuiging voor de verleende subsidie voor het jaar 1909 Voor kennisgeving aangenomen. alsvoren, een adres van P. P. Eggers c.s, bewoners van den Nieuwlandersingel, houdende het verzoek den weg vóór hunne woningen te bestraten. Wordt voorgesteld dit adres bij de stuk ken der gemeentebegrooting voor 19x0 te leggen. Conform besloten. g. alvorens, twee brieven van den Mi nister van Binnenlandsche Zaken, houdende 13 stemmen en D- Hartog met 15 stem men, terwijl de heer Lanjouw 4 en de heer Tip en de Vries ieder 1 stem bekwamen. Punt 5. Benoeming van leeraren aan den met x December a.s. te openen Han delsavondcursus. De voordracht luidt: Voor boekhouden, handelsrecht en han- delsaardrijkskunde1. J. H. Elfring, te Alkmaar; 2. H. Sellemans, te Alkmaar. Voor Hoogduitsche taalL. Leijdesdorff, leeraar aan het gymnasium te Alkmaar. Voor Nederlandsche taal: i.K. Tinholt, onderwijzer met hoofdacte aan de Burger school te Alkmaar; 2. K. Zwiep, hoofd der school te Stompetoren. Voor schrijven 1. K. Zwiep, hoofd der school te Stompetoren2. K. Butter, onder wijzer met verpl. hoofdacte aan de 3e gemeenteschool te Alkmaar. Voor rekenen: 1. K. Zwiep, hoofd der school te Stompetoren2. K. Butter, onder wijzer met verpl. hoofdacte aan de 3 e gemeenteschool te Alkmaar. Gekozen worden de heeren voor boek houden J. H. Elfring met 13 st., voor Hoogduitsche taal de heer Leijdesdorff met 17 st., voor Ned. taal K. Tinholt met 14 st., voor schrijven K. Zwiep met 14 en voor rekenen K. Zwiep met 2 st. Benoeming van een lid voor de Com missie van Bijstand Publ. werken. Benoemd wordt de heer Pot met 11 st. Punt 6. Voorstel van B. en W.inzake het geven van namen aan straten. Ingeko men waren bij B. en W. twee adressen betreffende het veranderen van straatnamen een van de bewoners van de Schapen- steeg, houdende het verzoek om den naam van Schapensteeg te veranderen in dien van Markts.raat; en een van de bewoners van de Huigbrou- wersteeg om den naam van die steeg te veranderen in Huigbrouwerstraat. Gehoord echter het advies van den Gemeente-archivaris, komt het B. en W. voor, dat voor die verandering geen vol doende reden is, weshalve zij den Raad voorstellen, aan de adressanten te berichten, dat er geene voldoende aanleiding bestaat om aan de Schapensteeg en de Huigbrou- wersteeg andere namen te geven. De heer De Groot vraagt, waarom niet kan worden voldaan aan het advies van den heer Bruinvis. Dit is wel in strijd met het verzoek van adressanten, doch B en W. zeggen daar niets op. De voorzitter meent, dat het voorstel- Bruinvis niet consequent is. Spr. vindt consequenter aan geen van beiden naams verandering toe te staan. De heer de Groot kan zich best vereeni gen met het voorstel van B. en W. De heer Portuin vindt den naam„steeg" voor neringdoenden niet aangenaam. Wan neer zij in andere plaatsen komen, maakt het een vreemden indruk den naam steeg te hooren. Waar het nu niets kost en er reeds werd overgegaan tot naamsverande ring, wenscht spr. stemming over het voor stel om al of niet aan het verzoek der bewoners van de Schapensteeg te voldoen. De neringdoenden zouden het zeer op prijs stellen, indien de namen veranderd werden. De heer v. d. Peen de Lille ziet er geen bezwaar in om aan het verzoek te voldoen, mits op advies van den heer Bruinvis de naam Schapensteeg wordt gewijzigd in Magdalenestraat, terwijl spr. de Huijgbrou- wersteeg straat wil noemen. Bij het eene blijft men in de historische lijn, bij het andere in de practische. Met 9 tegen 8 stemmen worden de na men veranderd in Magdelenestraat en Huig brouwerstraat. Tegen waren de heeren Boelmans ter Spil, Dorbeck, de Lange, de Wit, v. Buijsen, Pot en Meienbrink. Punt 7. Alsvoren, tot het toekennen van eene subsidie aan de openbare leeszaal en boekerij. B. en W. stellen voor, aan de vereeni ging tot oprichting en instandhouding van een openbare leeszaal en boekerij, tot wederopzeggens een subsidie toe te kennen van fx50 'sjaars, onder voorwaarde, dat jaarlijks aan Burgemeester en Wethouders een afschrift van de rekening en verant woording over het vorige kalenderjaar ter kennisneming worde toegezonden. De heer Glinderman wenscht dit te be handelen bij de begrooting van 19x0. De heer de Groot herinnert aan zijn wensch in de vorige vergadering, om zoo min mogelijk financieele voorstellen in te dienen. Daarom hoopt spr. hoezeer hij de vereeniging ook op prijs stelt, dat men dit voorstel tot de volgende begrooting zal uitstellen. De voorzitter acht het standpunt van den heer de Groot niet billijk, daar het adres reeds 5 Aug. was ingediend en toen de begrooting reeds nagenoeg gereed was; men heeft niet kunnen voorzien, dat de Raad zóó de begrooting zou behandelen. Het komt spr. daarom onbiiiijk toe, ook met dit voorstel nog een jaar te wachten. Dit zou een groot bezwaar zijn voor de vereeniging, zoodat aanneming van het voorstel-de Groot niet strookt met diens sympathie voor de leeszaal. De heer Dorbeck zijn stem motiveerende, zegt, dat dergelijke vereenigingen moeten uitgaan van particulier initiatief en wenscht, daarom eerst eens af te wachten, hoe de zaak werkt, loopt en hoe het publiek komt. Blijkt het, dat de leeszaal beantwoordt aan de eischen, die men haar stellen mag, dan is spr. later gaarne bereid de zaak te steunen. De heer Uitenbosch begrijpt niet, hoe deze zaak nog bestrijding kau ondervinden. Het verzet komt uit een oogpunt van be zuiniging. Spr. zal het voorstel echter ver dedigen, omdat een vereeniging als deze, zooveel nut kan stichten. Alle partijen streven naar volksontwikkeling en spr. be vindt zich hier in goed gezelschap. Reeds 10 jaar geleden streed de burgemeester van Dordrecht voor de volksontw kkeling, ter wijl enkele dagen geleden nog de WelEerw. heer v. d. Boogaard in zijn laatste lezing van den socialen cursus, pleitte voor de volksontwikkeling. En nu is juist een lees zaal zoo geschikt om mede te werken tot de volksontwikkeling. Op de tweede plaats betreurt spr. het, dat B. en W. hun voorstel zoo slap ver dedigen. Spr. is er van overtuigd, dat B. en W. de zaak warmer zouden hebben aanbevolen, indien hun voorstel ingediend was na de opening der leeszaal. Verder* komt spr. op tegen de bewering van den heer Dorboek, dat een dergelijke zaak moet steunen op particulier initiatief. Volgens spr. is eea dergelijke leeszaal zonder ge meentelijken steun onmogelijk. Op de derde plaats vindt spr. het jam mer, dat zoo weinig raadsleden, hoewel allen een uitnoodiging ontvingen, de lees zaal bezochten. Behalve B. en W. kwamen er slechts de heeren Van Buijsen en Zaad- noordijk. Wat het bezoek betreft, kwamen er den eersten dag reeds 56 bezoeken, den tweeden dag 90 en Vrijdag 103, Zaterdag 98 en Zondag 96. Maandag was het uog beter en gisteren ook. Spr. bracht gister avond nog een kijkje en het trof spr. dat hij reeds 3, 4 avonden achtereen dezelfde bezoekers zag Wat nu de eischen betreft, waarover mr. Dorbeck sprak, verzekert spr. dat er voor alle richtingen lectuur zal zijn. De heer Pot verzoekt alleen voor dit jaar f 150 te verleenen met de bedoeling het volgende jaar het dubbele te geven. De voorzitter zegt, dat dit laatste thans niet aan de orde is. De subsidie zal ieder jaar moeten gevraagd worden. De heer De Groot meent, dat zijn voor stel van de verste strekking is en stelt voor dit te behandelen. De voorzitter zegt, dat het voorstel van B. en W. van de verste strekking is, dan het voorstel-Pot, en daarna het voorstel- De Groot. De heer Portuin kan zijn stem niet ge ven aan het voorstel. Ook in de winke- liersvereenïging kwam deze kwestie ter sprake en het resultaat was, dat de vereeni ging, op grond van het nadeel, dat enkele winkeliers er door lijden, geen steun kan worden verleend. De voorzitter meent, dat de winkelier, die van zooveel andere subsidies profiteert, thans niet zoo hard moet piepen als er aan eenige andere vereeniging subsidie ge geven wordt. De heer Uitenbosch gelooft, dat het be zwaar van den heer Fortuin al zeer miniem is. Daarenboven steunde de heer F irtuin wèl het voorstel om subsidie voor de ge- heelonthoudersvereenigicg, zoodat de heer Fortuin hier een zeer gek figuur maakt. De heer Fortuin protesteert tegen de uitdrukking van den heer Uitenbosch en hoopt, dat deze minstens parlementair zal blijven. De heer v. d. Bosch gaat in zeker op zicht met den heer Uitenbosch mede. Lezen is zeer nuttig voor de volksontwikkeling; waar echter de heer Uitenbosch den WelEerw. heer v. d. Boogaard aanhaalt, is het alleen de kwestie, wat er wordt verstaan onder de volksontwikkeling. Spr. neemt gaarne de goede bedoelingen van het bestuur der leesbibliotheek aan, doch spr. heeft een principieel bezwaar. Spr. gelooft dat er boeken gevonden worden, welke voor ieder iiiGbuJX 10 gcuaii» v t o uiuouoii uuo oourox toch tegenover sommige zaken reserves voorhouden, m. a. w. in sommige zaken £Lm;mctai - out uuu aaiuiai zaou gutnvuu aan hun streven bij een geoorloofde pressie uitoefenen op winkeliers, die buitenwereld drong tot mijn oor door. Pfll- snel ging het vooruit en hoe verder wjj reden, hoe onverklaarbaarder mjjn angst werd die duisternis, die diepe stilte om mij heen, de lange dnur der rit beangstigden mijn zinnen. Eindelijk, eindelijk hield het rijtuig stileen geroezemoes van stemmen klonk in mijn ooren, het portier werd ge opend, ik voelde mij met ruwe hand uit het rijtuig trekken, een boosaardig gelach klonk achter mij opontsteld wendde ik mfj om en zag in het gelaat van majoor Gregoro- witsch, mijn doodsvijand. Ik dreigde in onmacht te vallen. >>Groote God, waar ben ik stamelden onwillekeurig mijn bevende lippen. >In de militaire gevangenis van St. Peters burg, op de plaats, die voor oproerlingen bestemd ls<, antwoordde Gregorowitsch lachend. »De edele vorst Orlowitsch heeft gelukkig aangebracht, dat een misdadiger het waagde zich in zijn landgoed te verbergenhg ging op uw even belacheigk als misdadig plan in, om u des te zekerder in zijn hand te hebben en aan de gerechtigheid over te kunnen leveren<. Ik stond als versteend, 't Was of de waanzin in mg opleefde..., 0 had hg mg met zgn donkere vlengelen maar overscha duwd ik zou dan nu niet zoo ellendig zgn en aan ïgf en ziel gefolterd worden.' >Arme Alexis,' fluisterde Lafont, het haar van zgn lieveling met zachte hand bestrg- kend >en ik was niet bg n, om met u te ïgden, met n te weenenl' >Maar ik zou met volle bewnstxgn het ontzettende verdragen,' ging Alexis na een oogenblik voort; >een lichtbeeld, een beeld, welks reinheid en glans selfs het verraad xe vergeeis tracnuen de aanwezigen nem te bedaren. Op eens trok bg zgn overjas uit en ging zgn heele familie met een hamer en de slechtheid overstraalde, die mg om gaven, heeft mg gered.' 'Feodora 1< fluisterde ik, als buiten mg zelf. 'Feodora' siste mg Gregorowitsch, die naast mg stond, in het oor, >Feodora is, vóór de maand om is, mgn eehtgenoote.' 'Ellendeling 1< riep ik uit. 'Ellendeling, gg liegt 'Alles is mg nu duldeigk. Wie mg verried kan ik niet weten, maar dit weet ik, ik voel het, vorst Orlowitsch...' Gregorowitsch naderde mg heel dicht en sprak mg zachtjes aan 'Vorst Orlowitsch zou evenals gg straf baar zgn, hadde hg u niet aangeklaagd; beseft gg of wenscht gg zgn begeleiding naar Siberië >Ik stond als versteend; ik durfde niet meer vragen. Alleen in de eenzaamheid mgner gevan genschap durfde ik bepeinzen, wat waarheid, wat leugen is.< >En gg zult het vernemen,' riep Lafont begeesterd; ik zelf, die aan de gunst van den grootvorst deze ontmoeting te danken heb, zal u bescheid brengen. Nog heden zoek ik vorst Orlowitsch op; en al zou ik zgn antichambre moeten belegeren als zgn geringste smeekeling, al zou ik de vriend schap van den portier moeten afbedelen, ik dring tot hem door, hg zal naar mg moeten luisteren.' >En wanneer gg ziet, dat hg onschuldig is<, riep Alexis, >zeg hem dan dat ik zwgg als het graf; en ziet gg Feodora, zoo zeg haar, dat zg het licht is, dat de duisternis mgner eenzaamheid verlicht en dat mg ver gezellen zal naar de gsvelden van Siberië tot aan mgn dood. En evenals de ster vende zgne dierbaren die hg op de wereld minerale oliën bevatte, Omtrent het lot van den kapitein verkeert men in groote ongerustheid. Sedert zgn held- achterlaat, een aandenken geeft ter herinne ring, zoo wil ik ik ben immers ook zoo goed als dood voor de wereld Hg hield in, tranen verstikten zgn stem. 'Spreek, mgn Alexis,' zei Lafont diep geroerd. 'Uwe woorden zullen bg mg immer big ven naklinken.' >In de schuiflade van mgn schrgftafel in mgn woning zult u een medaillon vinden 1 het bevat mgn portret dit zg als laatste afscheidsgroet voor Feodora bestemd. Mgn andere bezittingen zoo ik er heb, zgn voor u 1 iemand die naar Siberië verbannen wordt, heeft geen eigen goederen noodig.' >Ik wil ze besturen,' antwoordde Lafont, >tot den dag, dat ik u uw eigendom terug mag geven.' >Die dag zal nooit aanbreken,' zei Alexis, >zoo lang niet als Gregorowitsch het ver trouwen van den tsaar bezit.' 'Vertrouw op God en verdraag deze be proeving, die Hg in zgn oneindige wgsheid u oplegt,' troostte Lafont. >Nu echter heb ook ik u- een erfenis over te brengen, een erfenis die u vóór uw vgf en twintigste jaar nooit bekend zou zgn gemaakt, als niet een bgzondere omstandig heid zich in uw leven had voorgedaan. Het is een erfenis uwer stervende moeder >Van mgn moeder?' hernam Alexis ge troffen >0 spreek, vertel mg van mgn ouders.' >Ik zal van uwe ouders spreken Alexis; ik wil de dooden uit hun graf bezweren en met hen de onvergeteigke herinneringen en wanneer ik gesproken heb, toorn dan niet op mg, toorn dan niet op het aandenken uwer moeder, wgi gg tot nu toe een naam hebt gedragen, dien een eenvoudig man u in dier voege, dat deze op afdoende wgze tegen breken en beschadigen verzekerd zgn 2e. zoo mogeigk de adressen op de pak- gaf; leg dan met den naam de liefde voor mg niet af. Alexis wees voor mg Alexia, graaf Schuselkoi voor de wereld.' «Graaf Schuselkoi?' hernam de jonge man verbaasd. Veel, zeer veel deelde de trouwe vriend in korte woorden aan Alexis mede. Hg ver telde hem van den haat van graaf Oonstantin Besbodko tegen zgn vader en diens ver moording en kwam zoo tot aan het oogenblik, dat de stervende gravin, Alexis moeder, den laffen moordenaar van haar gemaal vervloekte en dan met de laatste kracht van haar wegstervende leven de pen gegrepen had. >Hier,< eindigde Lafont, 'hier Alexis, is het kistjehet bevat de bewgsatukken uwer geboorte, de documenten uw klein vermogen betreffende en de laatste regels van de hand uwer moeder.' Aehteloos de papieren door elkaar wer pend, greep Alexis het vergeelde blad, dat het bevende, nauweigks leesbare handschrift zgner stervende moeder bevattehg drukta het aan zgn lippen, en las vervolgens 'Oonstantin Besbodko ia de moordenaar uws vaders, de vernietiger mgns levens. Wreek ons niet. God zal hem oordeelen en mg vergeven, als ik een onschuldige aan klaag. Uwe moeder*. Alexis liet het blad zinken, zgn borst ging heftig op en neer, zgn oogen fonkelden. Hg vergat dat hg in de gevangenis was. >En waar', vroeg hg toen met bevende stem, 'waar vind ik graaf Besbodko Lafont kon niet meer antwoorden, want voor de tweede maal knarste de deur op hare hengsels en een lange man trad in de gevangenis. (Wordt vervolgd). Historische Soman nit het Duitsch, van HERMAN HIRSOHFELD, bewerkt voor >0N8 BLAD 18) Alexis legde zgn hand op den mond des sprekers, zoodat deze verstomde. Een ver teerend vuur van toorn vlamde in de blik ken des jongen mans en hg riep 'Niet dien naam, mgn vader, niet dien naam, die als een gloeiende kool in mgn hart brandtniet de gsvelden van Siberië, die mg dreigen, alleen de dood kan hem uit mgn zisl rukken'. En gejaagd vertelde hg zgn pleegvader de gebeurtenissen der laatste dagen, van af het uur dat hg in het landgoed van vorst Orlowitsch op de aankomst van zgn be schermer wachtte. 'Btephanowitsch, de oude opziener des huizes, gaf mg het afgesprokèn wachtwoord in de afgelegen kamer, die men mg had aangewezenvol hoop op het aanstaande geluk, gide ik de trappen af en stapte bg een zgpoortje in het rgtuigeen hand strekte zich naar mij uit wiens hand kon het anders zgn dan die van mgn goeden be schermer en toch doorrilde mg bij dien handdruk als een gsige kilte. Ik trachtte te spreken maar een fluisterende stem ge bood mg het etilzwggen en ik gehoor zaamde ik vigde mg in een hoek neer en liet aan mgn gedachten den vrgen loop. Het was pikdonker in het rgtuig, de raampjes waren met blinden geslotengeen stem der

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1908 | | pagina 1