:s, KRU1S- .AR. Zaterdag 6 Februari 1909. nze actie. St. Petrus." I ich en technische IrScheikundige. AR TWEEDE BLAD. KALENDER voor de dagen der week. 7 FEBRUARI. Een „geëmancipeerde" moeder. VAN om LIEVE VROUW TER NOOD SINT WILLIBRORDUS- KERKNIEUWS Gemengd Nieuws. ONS BLAD. Dijk, Alkmaar. Kassier. i K* 5 5 8 3 M 1 3 3 8 h tr» 0 Cl H «1 1 S-f# S^s- o P m *-fi va I I .itgaven van de de bibliotheek onderhondend, ïllerige, ouzede- op alle Katho- Ivertentiën jer 6 cent. conditiën, tegenheid, (geboorte-, ■wijze een enden, ie. Alkmaar. ihm arief. "ANNA, van 1 geven Reke- joopen jBank- Dtheek [s van an het 7 Feb. Zondag. H, Romnaldus, Abt en Bel. EvangelieDe arbeidert in den wijngaard. Mattheus XX: 1—16. 8 Maandag. H. Joannes van Matba, Bel. 9 Dinsdag. Feest van het gebed des Heeren. 10 Woensdag. H. Scholastics, Maagd. 11 Donderdag. H. Titus, Martelaar. 12 Vrijdag. De XXVI H.H. Martelaren van Japan. 13 Zaterdag. H.H. Cyrillus van Alexan drie, Leeraar. Septuagesima. Eerste Zondag der Maand. Les uit den brief van den H. apostel Paulue aan de Korinthlërs; IX, 24—X, 5. Broeders! Weet gij niet, dat zij, die in de renbaan loopen, wel allen loopen, maar één den prijs ontvangt P Loopt gij zóó, dat gij hem behalen moogt. Iedereen nu, die mededinger is in den wedstrijd, onthoudt zich van allesen zij nog wel om eene vergankelijke kroon te ver werven, wij echter om eene onverganke lijke. Ik loop dan ook alzéó, niet als in het onzekere; ik kamp alzéó, niet als in de lucht slaande; maar ik tuehtig mijn lichaam es breng het tot dienst baarheid, opdat ik soms niet, na anderen gepredikt te hebben, zeif verworpen worde. Want ik wii niet, dat het u onbekend zij, broedersdat onze vaders allen onder de wolk zijn geweest, en allen de zee zijn doorgegaan, en allen in Mozes ge doopt zijn geworden in de wolk en in de zee, en allen dezelfde geestelijke spijs hebben gegeten, en allen denzelfden gees telg ken drank hebben gedronken (zij dronken namelijk van de geestelijke, hen volgende steenrotsde steenrots nu was Christusmaar niet iu het meereu- deel van hen heeft God welbehagen gehad. Evangelie volgens den H. MattheUs; XX, 1-16. Te dien tjjde sprak Jesus tot zijne leerlingen deze gelijkenishet Bijk der hemelen is gelijk aan een huisvader, die vroeg in den morgen uitging om arbeiders Voor zijnen wijngaard te huren. Nadat hij met de arbeiders was overeengekomen voor één denarie daags, zond hij hen in zjjnen wijngaard. En toen bij omtrent het derde uur uitging, zag hij anderen op de markt ledig staan en zeide hun: gaat ook gij in mijnen wijngaard, en ik zal u geven wat billijk is. En deze gingen. Andermaal gicg hij uit omtrent het zesde en het negende uur en deed insgelijks. En omtrent het elfde uur ging hg uit en voud andereu staan eu zeide hunwaarom staat gij hier den gansehen dag ledigP Zij zeiden tot hem: omdat niemand ons gehuurd heeft. Hij zeide hungaat ook gij in mijnen wijngaard. Toen het nu avond geworden was, zeide de heer des wijngaards tot zijnen op zichter: roep de werklieden en geef hun het loon, beginnend van de Iaatsten tot de eersten. Toen dan zij kwamen, die omtrent het elfde nnr gekomen waren, ontvingen z{j ieder één denarie. Als nu de eersten kwamen, meenden deze dat zij meer zouden ontvangen; echter ont vingen ook zij ieder één denarie. En die aannemend, morden zij tegen den huisvader, zeggendedeze Iaatsten heb hen één uur gearbeid, en gij hebt hen gelijk gesteld met ons, die den last van den dag en de hitte gedragen hebben Doch hg antwoordde en zeide tot een hunnervriendik doe u geen onrecht zijt gij niet voor één denarie met mg overeengekomen P Neem wat het uwe is en ga heen! ik wil aan dezen laatste evenveel geven als aan u. Of staat het mg niet vrij te doen wat ik wilP of is nw oog booe, omdat ik goed ben Aldus zullen de Iaatsten eersten, en de eersten Iaatsten zijn. Yelan toch zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren. OUDES. altera. Alkmaar, 't Was een veelbelovend kereltje, het eerste kind van een professor in de wijs begeerte en een beroemde schrijfster. Toen hij nog in ye wjeg lag, hadden de vrienden en kennissen van den huize al voorspeld, dat het kind van zulke geleerde ouders zeker mettertijd wel een groote beroemdheid zon worden. Z(jn moeder had verscheiden kleine ver halen nit het kinderleven geschreven, die velen tot tranen hadden bewogeniQ was al» novellen-schrijfster zeer gezocht. Maar hiermede was haar eerzucht lang niet te vreden. Zjj vormde het ongelukkige plan om de letterkunde van baar vaderland nog te verrijken met een grooten, historischen roman. Het succes van een barer vrien dinnen, die met goed gevolg een roman geschreven had, spoorde haar hiertoe aan. Nog vóór de altvoering van haar grootsche plannen kwam het kind ter wereld. De onders beschouwden den knaap met zeer verschillende gevoelen; zij waren zeer trotsch op hem en verwachtten stellig, dat hij iets buitengewoons zon worden. Maar voorloopig hielden zQ hem voor een last post. De vader kon geen kindergeschreenw nitstaan en verbande den kleinen jongen uit zijn nabijheidmaar de moeder gevoelde zich wel verplicht bij hem te blijven. Zij moest echter bekennen dat zij vreeselijk in het kind teleurgesteld was. Toch hield zij veel van haar jongen. Hij kon er zoo heerlijk uitzien, als zij hem pas gewasschen had, en keek haar dan zoo aardig lachend aan. De moeder offerde veel voor hem op. Zjj onderbrak haar stadiën om het kind aan te kleeden en hem een poosje te dragen, maakte eigenhandig een pap voor hem klaar anz. maar rekende dat alles den kleine als een niet geringe grief toe. Zij vond het nog al onbeschaamd van den kleinen dren- mes, dat de maatschappij door de zorgeD, welke h\j vereischte, zooveel keurige ver halen moest missen. Naar zijn verstandelijke ontwikkeling was sty natuurlijk brandend nieuwsgierig. Zjj vond, dat hjj veel te langzaam leerde spreken, en ergerde zich over zijn traagheid van begrip. Zjj wilde hem reeds vroeg in de letterkun dige wereld binnenleiden, maar wist niet hoe dit aan te leggen. Vreemd zij had zooveel over de opvoeding van kleine kin deren geschreven en wist nu zoo bitter slecht, hoe zjj haar eigen kind moest opvoeden. Het kind werd eiken dag liever. Zjjn haar viel in gouden krullen over zjjn hoog voor hoofd, en zjjn groote, wijdgeopende oogen tintelden van dartelheid. Toen hjj begon te spreken, uitte hjj alles in vragenden vorm. In het begin waren de ouders zeer gelukkig met zjjn weetgierigheid: deze was immers een bewjjs van zjjn groote geestesgaven. Maar later vroeg hg zooveel en zoo dikwijls, dat hjj zijn onders verlegen maakte, en zij sichzelven erg onwetend begonnen te vinden. >Mama, hoe wordt bet electrische licht gemaakt?1 vroeg hg eens. Nu was mama opgevoed in een tgd, toen jonge meisjes zoo iets nog niet behoefden te leeren. Zij keek das radeloos rond, zonder te kunnen antwoorden. >Mama, waarom valt de zon niet naar beneden? Ik zie toch geen touw, waaraan zs is vastgebonden.,. Mama, hoe komt het, dat de rozenknopjes lederen dag grooter worden?... Mama, waarom moeten brave, zoete kinderen toch dikwgis pgn hebben Mama waarom zgn de vrouwen mooier aan gekleed dan de mannen Zoo roerde hg den ganschen dag zijn mond. Voor het eene «waarom* kwamen er in een oogwenk honderd andere in de plaats. De moeder was nooit in haar leven zoo om woorden verlegen geweest, als in de laatste gesprekken met haar jongen. De kleine >waarom< bleef onvermoeid. Hg hield niet op met vragen te stellen van 's morgens vgf tot 's avonds zeven nnr. Zelfs midden in den nacht ging hg rechtop in zijn bedje staan, om met een helder stemmetje te vragen>Mama, waarom hééft Onze Lieve Heer den nacht zoo donker en den dag zoo licht gemaakt?* Hij vroeg de duideigkste en tastbaarste dingen, en dan weer de meest wgze en ernstige. Daarby liet hg zich nooit met een ontwijkend ant woord afschepen, maar hield zoolang aan tot hij genoegzaam ingelicht was. Al dat eeuwige vragen maakte hem lastig en vervelend. Mama huurde dus een kinder meisje als bliksemafleider. Maar het kindermeisje wist nog minder op al zgn vragen te antwoorden en scheepte hem kortweg af. Dan ging de kleine jongen toch weer telkens naar zgn mamahg schoof zgn krullebol tuaschen haar en haar schryfwerk en vroeg: «Mama, waarom zgn de kindermeisjes toch zoo dom.< De moeder gevoelde zich dan beschaamd, omdat zg aan schryfwerk de voorkeur had gegeven boven den omgang met haar lieve, kleinen jongen. Zg nam hem op haar schoot en wilde hem een van haar verhaaltjes voorlezen, maar hiervan verstond de kleine geen woord. Hg geeuwde, wreef zich de oogen en noemde het verhaal kortweg «ver velend*. En dat was nog wel een algemeen geprezen, kenrig kinderverhaal, >uit het leven gegrepen*. Toch was zg op haar manier een teedere moeder. Zg kocht een mooi boek in pracht band, en daarin schreef ze al de kinderlijke vragen en zonderlinge invallen van den kleinen «waarom*. Er stond o.a. ook in te lezen«Mama, waarom hebben de paarden geen parapluies?* en nog andere gekke vragen. Wat men er echter niet in vond, was dat de kleine dreumes eens gevraagd had «Mama, waarom honden de arme vrouwen meer van haar kinderen dan de rgke «Hoezoo, lieveling had bij die gelegen heid de moeder geantwoord. «Wel, de arme vrouwen sturen haar kleine jongens niet, gelyk gg, uit wandelen met kindermeisjes, die zoo dom zgn en niets weten...* De knaap was inderdaad buitengewoon verstandig, maar toch echt kinderlyk en met harteigke liefde aan zijne moeder geheeht. HO kon haar niot met rust latensoms stak hg zgn hoofdje onverwacht onder haar arm door, om epeelsch en plagend met zgn kleinen vinger over de natte icktregals van den historiscbeu roroau te wry ven, waaraan zij begonnen was. Hij begreep volstrekt niet wat zgn moeder berelde, ais zij dan wan hopig uitriep: >'t roede... En ik was nu juist in zoo'n góede stemming I* •Stemming? Wat is dat?* vroeg hg, en zgn mama zelf wist hem dan gewoonlijk niet te antwoorden. En hoe vaak hg ook weggestuurd werd, toch drong hg telkens opnieuw bg zijn moeder binnen, om met zgn lief stemmetje het een of ander te vragen. Mama deed elndeigk de denr op slot, om ongestoord te kunnen werken. Maar de kleine «waarom* liet zich niet afschrikken. Hg sloeg met zgn vuistjes geducht tegen de deur en riep door het sleutelgat«Mama, waarom mogen de groote menschen liegen, en de kinderen niet De meid zegt telkens, als er iemand komt: «Mevrouw is niet thuis* en gg zyt toch wel thuis.* Op zekeren dag werd het Mama eindelijk te erg. Haar werk vlotte juist zoo goed en nu stond de kleine «waarom* onophoudeigk door het sleutelgat te roepen. Toen verloor zg haar gednld, rukte de deur open en gaf den kleinen jongen een paar flinke oor vijgen «Laat mg met rust!* riej zg buiten zichzelve van kwaadheid«gg zgt een lastig, ondeugend hind I* Onmiddellijk echter had zij spgt van haar drift; zg gaf den knaap een groote doos chocolaadjes om het weer goed te maken. Maar het waren de eeiete klappen en de eerste driftige woorden, die de kleine «waar om* gevoeld had en die hij dus zoo gauw niet kon vergeten. Bedroefd sloop hij weg en ging in de kinderkamer zijn hobbelpaard ■treelen «wij kennen elkaar,* zeide hg tegen het houten dier, «gij zult mij niet slaan,* Den heelen dag durfde hy niets meer vragenmaar toen Mina, het kindermeisje, hem naar bed bracht, hief hg zijn hoofdje nog eens uit de kussens omhoog sn zeide «Zeg eens, Mina, wie kan eigenlijk alle vragen beantwoorden «Onze Lieve Heer,* antwoordde Mina zonder nadenken. «Wordt die niet kwaad, als men het een of ander wil weten «Och jongen, praat toch biet sulken on zin en ga Blapen.* Den volgenden morgen vroeg de kleine «waarom*, die dien nacht niet had kunnen slapen, aan de keukenmeid«Hoe kan men eigenigk bg Onsen Lieven Heer komen «Als men heel braaf en gehoorzaam is en niet alle menschen met vragen plaagt, dan komt men zeker eens bij Onzen Lieven Heer,* antwoordde de keukenmeid met op voedkundige nevenbedoelingen. Van dien dag af werd hg veel stiller «liever*, zeide %gn verheugde mama. Hy kon nu urenlang zwygend voor het raam er over staan peinzen, waarom de rook nit de schoorsteenen dwarrelt en waar de regen vandaan komt. Hij was echter voornemens, om dit alles regelrecht aan Onzen Lieven Heer zelf te vragen, als hg later bg Hem zon komen. Op zekeren dag werd de kleine «waar om* ziek. zgn hoofdje gloeide, zgn pols klopte snei, en de dokter verklaarde, dut de knaap hevige koorts had. «Het is altijd een zenuwachtig en zwak kind geweest,* zeide hg, wel wetend, dat zgn wetenschap hier niet helpen kon. In zyn koorts riep het kind onophoudelyk «Ik wil naar Onzen Lieven Heer die stuurt mij niet weg, die geeft aitgd antwoord, als ik Hem iets vraag.* Schreiend zat de moeder een paar unr voor het bedje, zg verborg haar gelaat iu de handen nn eerst besefte zij wat »g verloren had in den knaap, die daar dood voor haar lag. Zij had het kind niet begrepen, dat God baar had geschonken, en daarom had Hg den kleinen jongen van haar weggenomen. Arme «geleerde* moeder I en (De Heiioër Medalje.) Toen nu slechts enkele jaren geleden, het der Lieve Vrouwe behaagde de aandacht harer kinderen op meer bizondere wijze te trekken op haar verlaten Heiligdom te Heiloo, toen leefde daar nog de oude negentigjarige Kees Enke, die als kind getnige was ge weeet van de bedevaarten die naar Heiloo trokken, en die alvorens te sterven, ons nog zoude verhalen, hoe men gewoon was dia bedevaarten te houden. Voor den notaris en in het byzyn van twee getuigen, verhaalde hg, hoe men van de «Krugsberg* naar «Oapel* trok, en hoe de pelgrims van daar zich biddend naar «de buurt* begaven om daar eenigen tijd te bidden by het putje van St. Willibrordus, Dat deze vrome oefening, waarvan Enke verhaalt wel van oudsher gevolgd was ge worden, daarvan getuigt mede het, wel licht eenig, exemplaar dat ons bewaard bleef van het oude liederenboek, getiteld«Pel grims Stichtelyck Vermaeck na Onse Lieve Vrouw tot Heyloo*. Na de liederen de Moedermaagd ter eere, volgt daar het lied ter eere van den Heiligen Willibrordus. In het «Bedevaartboekje naar O. L. Vrouw ter Nood*kan de vrome lezer dit Sint Uitgave van de Biss. Commissie tot bevordering der devotie tot O. L. V, tex Nood. WillibrordusUed weer vindenbet toont hem dat Enke wel naar waarheid getuigde; zoo luidt het daar «Komt tot besluit Sint Willibrord geprezen, Machtig in woord, In deugden uitgelezen, Door wien aan ons volk Het heil is toegevloeid*... Kan genoemd liederenboek, wAt druk betreft, op geen hooger ouderdom bogen dan de achttiende eeuw, (de uitgaaf draagt geen jaartal), van ouder datnm is de Heiioër bedevaartpenning, die, wel gelukkig treffen, ter zelfder tgd van de herleving der devotie tot O. L. V. ter Nood, den kundigen con servator van het Bisschoppeigk museum van Haarlem, in de handen viel. Daar ziet men aan de eene zgde het beeld der lieve Vrouwe, aan de andere zgde het beeld van den apostel van Nederland, St. Willibrordus. Wanneer men nu nagaat, dat deze penning naar vorm en teekening, zeker mag geacht worden te zgn geslagen in de eerste helft der 17de eenw, dan bigkt ons daaruit andermaal hoe de devotie tot de H. Maagd Maria te Heiloo, innig vereend was met die tot den H. Willibrordus. En geen wonder. Hoe konden onze brave voorouders verzuimen, op de eigene, heilige plaats, waar St. Wiliibiordni hunne vaderen, met het geloof aan den Zoon, de liefde voor diens H. Moeder had gepredikt, den vader- landschen Apostel te loven en te pryzen en zgne voorspraak in te roepen, wanneer zg daar Gods lieve Moeder in haar Heiligdom kwamen eeren. De bisschoppeigke Oommissie ter bevor dering der devotie tot O. L. Vronw ter Nood, meende dan ook niet beter te kunnen doen, dan de erfenis nit bet verleden, die zg in dien beevaartpenning bad terng gevonden, dankbaar te aanvaarden, en zg zorgde er voor dat eene medalje naar dezen ouden beevaartpenning werd geslagen, om dien aan de vereerders van O. L. V. ter Nood aan te bieden, wel wetend dat zg daarvoor dank baar zullen wezen. Zal hierdoor weder de devotie tot O. L. V. ter Nood meer worden opgewekt, tevens zal ook de herinnering aan de aloude devotie tot Sint Willibrordus weer worden verleven digd die zoo innig vereenigd was met die tot O. L, V. ter Nood en daarvan ook in de toe komst niet meer gescheiden behoort te worden. Immers wanneer wg overwegen dat door deze Heilige aan ons «het heil is toegevloeid* en bedenken dat betrekkeigk te weinig de grooten Apostel van Nederland wordt ver eerd, dan zal men toegeven, dat uitbreiding zyner vereering zeer zeker gewenscht is. Mogen deze weinige regelen mede er toe strekken, om het Nederlandsche volk op te wekken, dat zg met de devotie tot O. L, V. ter Nood, reeds zoo rnirn verspreid, de devotie vereenigen tot den apostel van Neder land en dezen te Heiloo komen eeren. Waar toch zal men dit beter kunnen deen, dan op de plaats zelve waar hij heeft gepredikt en door zgn wonderen die predi king gestaafd heeft, de plaats waar Gods lieve Moeder hare kinderen, ook de zgne, vereenigd ziet. Waar toch zal men beter kunnen danken voor de schat des geloof» ons geschonken door bemiddeling van St. Willibrordus, dan op de plaats waar deze geloofsverkondiger de waarheid van dat geloof door een wonder bevestigde, waar met vuriger gver bidden voor de bekeering van ons Vaderland St. Willibrordus zal daar de bed verhooren van Maria's kinderen, als zg mede zullen vragen dat zgne opvolgers, onze Bisschoppen en priesters steeds bezield mogen zgn met de apostolische gver waarvan zgn hart brandde. Moge onder Maria's schntse en op Sint Willibrordas' voorspraak de oude devotie tot O. L. V. ter Nood op deze wgze hersteld worden in hare volkomenheid. A. B. O. L. V. Lichtmis. De nieuwe medaljes zgn verkrggbaar bg den Penningmeester v. b. Bies. Comité, den heer G. Th. M. v. d. Bosch, te Alkmaar. Naar Rome. Het Nederlandsche Comité tot regeling van Bedevaarten houdt dit jaar zgn bede vaart naar Home van 19 April tot 3 Mei. Maandag 19 April vertrekt men 's mid dags uit Eeschen. De tocht gaat den 20n door Zwitserlanddien dag komt men te Milaan aan, waar gelogeerd wordt. Den 21n H. Mis op het graf van den H, Carolus, bezoek aan Genua en groote rgtoer naar het be roemde Campo Santo. Den 22n 's morgens aankomst te Rome. Van 22 tot 28 verbigf te Rome. Bezoek aan de heiligdommen, audiëntie bg Z. H. de Pans, enz. Den 29n bezoek aan Florence waarop den 30n aankomst te Milaan. 1 Mei reis door Zwitserland, aankomst te Lucern. 2 Mei atoomboottocht op het Vierwoudste- denmeer en Maandag 3 Mei tegen den Mid dag aankomst te Esachen. Beschermheer van het Comité is Mgr. R. Giovannini, president A. F. Zuidgeest, pastoor Egmond-aan Zee, en directeur Charles Kieckens Tilburg. Woensdag a.s., 10 Februari, viert de Weieerw. Pater M. van Gent, kapelaan aan de St. Dominicuskerk te Utrecht zgn 121/,- jarig Priesterfeest. ljsberlohten. Met ingang van eergisteren zgn de kanalen, in onderhond en beheer bg de provincie Friesland, weer voor de vaart opengesteld. Sinde 25 Jannari was het bevaren in het belang van bet behoud der gsbanen verboden. Diefstal. Men seint nit Zeist Onlangs werd ten nadeele van den boek handelaar Vonk een portefenille van f 400 vermist. Het vermoeden viel op den zestien jarigen W., verpleegde in een der gestichten te Zeist, die veel verteringen maakte. Bg eene ondervraging bekende hg de portefeuille te hebben verstopt in het papiermagazgn. Men vond haar daar liggen, f 50 had hy reeds verteerd. Een rijke arme. In een der Berignscht ziekenhuizen stierf een arm vrouwtje, dat al jaren lang door de stad bedeeld was. Bg 't onderzoek van haar «garderobe* vond men in een onderrok 24.000 mark aan papier geld genaaid, die nn aan de gemeentekas vervallen. Een zwaar beproefde t Te Eechbaeh, bg Freibnrg in Breiegan, ontstond brand in de woning van den winkelier Weiier. Zgn drie kinderen 3, 5 en 7 jaar ond, kwamen in de vlammen om. Da vader, die te Frei bnrg was op het oogenblik van de ramp, is zinneloos geworden van droefheid. De on gelukkige man had eenige weken geleden ■gn vronw verloren, die bg een ongeluk verdronken was. Vogelmoord en damee mode. Er ia be rekend, dat in het jaar 1907 ongeveer 200 millioen vogels hun leven moesten laten om vrouwenhoeden te sieren. (I) Een enkele han delaar leverde in Londen aan zgne klanten 400.000 colibri's, 6000 paradyevogela, en bo vendien 600.000 andere soorten. Engeland heeft een invoer van 25 millioen vogelvee- ren, het gebrnik van het overig deel van Europa komt op minstens 150 millioen per jaar. Niet aangenomen. Eene Hollandscbe familie uit een Geldersche gemeente bad aangeboden een kind te adopteeren dat door de ramp in Zuid Italië ouderloos was ge worden. De Italiaansche regeering wenicht echter van deze en dergeigke aanbiedingen geen gebruik te maken. In het ruim gevallen. Dinsdagavond half twaalf werd per rytuig naar bet Zie kenhuis aan den Coolsingel te Rotterdam vervoerd en aldaar ter verpleging opgeno men de 12 jarige nageljongen, C. van B., wonende Zuidhoek 112-16. Op de werf van de heeren Rgkee en Co., was hg van eene aanzienigke hoogte in het rnim van een op de helling staand schip gevallen, en bad daardoor zwaar inwendig letsel aan den bulk bekomen. De daad van een krankzinnige. Indo Friesche gemeente Smallingerland heeft eene vrouw voor f 2000 bankpapier In de kachel verbrand. Men beweert, dat zg plotseling krankzinnig is geworden. Uit de oudheid. Bg bet doen van her stellingen is, meldt de N. B. Ctr., te Stol- wgk bg den landbouwer B. V., ongeveer 0.25 M. beneden den keldervloer gevonden een kannetje, inhoudend 74 zilveren munt stukken, n.l. één met het jaartal 1652 en de beeltenis van Filips IV, drie driegulden- stukken van 1793, 65 gnldens met verschi- lende jaartallen (van 1701—1793) en enkele kleinere stukken. Het kannetje werd bg bet opgraven geheel verbryzeld. Tegen bet drankmisbruik zal nu ook in Rusland iets worden gedaan. De minister raad heeft bevolen, dat in de rantsoenen der Russische militairen de vodka zal wor den vervangen door lichte wijn of bier en dat de verkoop van vodka en andere spi ritualiën in de kantines zal verboden worden. Wij lezen in het Utreehteeh Dagblad van Woensdagavond «Men verzoekt one te melden dat ds. A. W. Bronsveld, de voorzitter der school, Maandag in het gebouw onderwijzers en leerlingen toesprak om het eterven van den heerte herdenken en allen op te wekken zgn voorbeeldtevolgen*. De spatieering is natuurlijk niet van bet V. D. Maasb. Zeldzaam. Naar de a. r. Rotterdammer meldt, is een Rotterdammer 46 jaar ond, dezer dagen grootvader geworden en zelf nog in het bezit van een grootmoeder, die 93 jaar ond is. Voorts leven nog zyn beide onders en die van zgne vronw. De jongge borene heeft dns eene bet overgrootmoeder. Ook kan men zeggen, dat de jonggeborene in het bezit is van niet minder dan 9 groot moeders. Een onmenscb. Den 12en Januari des avonds toen het vinnig kond was, kwam J. de K. een 29 jarige arbeider te Utrecht thnis in een biykbaar zeer slechte luim. Het eerste wat hg deed was zgn vier jarig zoontje nit zgn bedje tillen en het wurm alleen met hempje en borstrokje aan, bui tenshuis op de straatkeien zetten met de lieflijke toevoeging «ga maar naar je móer* aan welke invitatie kracht werd bygeiet door een trap onder het achterste van het kleine bibberende schaap. Het kereltje hnilde na- tuurigk erbarmeiyk na deze vaderiyke wan- bejegening, werd door de baren in zijn wee- geklaag gehoord, bg de kachel gebracht en op zgn verhaal gezet. Beklaagde deed nog een poging zgn on- menscheiyke daad goed te praten, doch kreeg den wind van voren van den amb tenaar van het O. M. bg de Utrechtsche Arrondissementsrechtbank, die een maand ge vangenisstraf elscbte. Moge de Rechtbank

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1909 | | pagina 5