R. Kath. Nieuws- en Advertentieblad voor Moord-Holla.itdl. No. 56. Woensdag- 14 Juli 1909. 3"" Jaarg-ang- -nonEm Aïda. Verschijnt Woensdag en Zaterdag» Buitenland. i voorwerpen, V 0V3.S D3 WONINGWET. uur gez. Jaargttyde uar gei. Jaargetijde 8 uur gei. H. Mis. s 7 uur Lof. uur Lof en Rozen- .DER. Zerk. Jir H. Mis 101/, uur .techismus 's midd. en Congregratie der Is 7 uur Lof. van 4 uur af gele- is op de gewone dagen. ive-Kerk. uur H. Mis10 uur 6'/j uur Lof en uur Lof. van 4 uur af gele- 3. as op de gewone dagen. STAND. naand Juni 1909. Susanna, d. van Pe- oa Bakker. Jacob iPieter Kooger ea Jo- I. Johanna, d. van latje van Behagen. fnelis Zoon en Naatje Cornelia, d. van Ni- ijntje Smit. Trijntje, en Aaltje Kliffen. z. van Klaas Quant Geertje, d. van In Petronella Johanna d. van Pieter Pastoor ohanna Molenaar. in Hendrikus te Buek ir Gerrit van der Toom, l Scharwoude en Neeltje lenhuizen. Jan Paarl- ia Frans 23 j., beiden Jan Bareingerhorn Jz., Suiper, 21 jaar beiden flllem Irangh, 46 j., an Twist, arwoude. dmina, d. van O. van ^eet. Dirkje, d. van W. Muiier en E. van Muller en van Ëke- aria Hes, wed. van W. Grietje Groot, wed. jaar. geest. mi. Cathaiina Francina, |kker en Cornelia Geer- 25 Juni. Simon Zoet Juni. Johannes de Jong van 2—9 Juli. harina, d. van Simon Ie Gaal. Jan Wouda (van Krom pe Boer. gendijk. acne», i. vau Ntcolaas tda Wester. Onrletina Corneiis Bruin en Aagje ;oba, d. van Jacob Jong Bs, Allda Jannetje, d. m en Antje Kool. Al- de Geus en Aafje Halff. leertje Langedgt, 1 jaar, eld, 30 jaar. Hendrikus den. Catharina Camelia Ikarspel. aariDa Divera, d, van Gsr- aartje Viugt. Petronella, en Johanna Rrskam. Zlzzs Baret en Maartje Kuiper en Grietje Kroon. :es en Johanna Uu^s. Geertje Siotemaker. Geertje Keppel, 75 jaar, Jutter, eerder van Jacob de Boer, 68 jaar, echtg. an. Jan S8meijns, 78 ütje Kist. Tweo kinderzakken. es met eenig geld. Ken Een pjjp. Een horloge- roche. Een armband. - Een rozenkrans. Een amer. Een R. K. kerk- genmaer. Een gesp. paar duiven. Een kam. eed. Een boezelaar en an het bureau van politie, verkdagen van 's morgens ïli 1909. izaris van Politie, VAN GRIETHÜIJZEN. ONS BLAD. ABONNEMENTSPRIJS 10 oents per drie maanden franco aan huis. Te betalen in het begin van ieder kwartaal. Afzonderlijke nummers3 cent. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Ons Blad". BUREAU Hoogstraat b/d. Langestraat te Alkmaar. Telefoon No. 266. ADVERTENTIËN ?an 1—5 regels80 cent. Elke regel meer6 Reclames per regel15 a Kleine advertenties van 130 woorden, bjj vooruitbet. 25 Het zijn niet alleen de Katholieke bladen, die de vervolgingen signaleeren en afkeuren, waaraan in Frankrijk de bisschoppen en priesters blootstaan. Ook de geloovig protestantsche pers ziet het ongelukkige van den toestand in en erkent het kwaad der vervolging volmondig. Het Anti Rev. Arnh. Dagbl. schrijft o. a-De lange jacht op de „zwartrok ken" is in Frankrijk weer heropend, de kerkvervolging is in vollen gang bisschoppen en priester worden voor de rechtbank gedaagd. Wat hebben die menschou misdaan Zij hebben niets misdaanzij zijn strikt binnen de lijnen geblevenzij volbrachten niets dan de plichten, die hun Kerk hun voorschrijft. Zie daar hun misdrijf! Hun plichts betrachting is hun misdaadomdat zij tegen de revolutionaire beginselen ingaan, worden zij verdrukt, gevonnist, in den hoek getrapt. Roomsche scholen en colleges worden er voortdurend weer geslotende laatste pastorieën worden den pastoors ontno men met verdubbelden ijver worden de kerkelijke goederen geconflsceerd, en het Staatsblad bevat haast dagelijks lange lijsten van verbeurdverklaringen. Alles heeft een oorzaak, die clericalen- jacht natuurlijk ook. In de eerste plaats moet de haat tegen den godsdienst worden genoemd die zit den mannen, die thans in Frank rijk de eerste viool spelen, in merg en bloed. Schoon is hun leus„Vrijheid, gelijkheid en broederschapmaar als het op de toepassing aankomt och mensch laat dan de „clericalen'' maar in den donkersten hoek wegkruipen. Dat de clericalenjacht thans echter plotseling zoo fel optreedt, heeft een bizondere reden. Clemenceau zit met zijne regeering in een moeras; het Frankrijk onzer dagen, dat eens de machtigste mogendheid der wereld is geweest, takelt af, en hard ookhet is een wanhopige anarchistische toestand, die langzamerhand alle lagen van het Fransche volk heeft aangetast, en verpest. De dronken mariniers, die verleden week een schip onder vuur namen, typeeren dien droevigen en ellendigen toestand. Nu is er der regeering veel aan ge legen, dat de aandacht van het volk wordt afgeleid, en niet gevestigd wordt op die onmiskenbare teekenen van zede lijken en stoffelijken achteruitgang, ont binding en ondergang. Daarom wordt dat oude paard, dat anti-blericalisme wordt genoemd, weer van stal gehaaldde zweep wordt er overgelegd, en aan het volk wordt het in de ooren geschreeuwd„Denkt aan het clericale gevaar Gambetta, die fanatieke dweeper van het ongeloof, deed in zijn dagen het 5) In het uur des gevaars herinnerde zich het kind van Allah de vrome onderrich tingen van de Christen-vrouw, die met de zorg over hare eerste jeugd was belast ge weest, en die onderrichtingen, ofschoon onderdrukt door den dweepzieken haat te gen de Christenen, die Haroun-Ben-Ismaël aan zijne dochter had pogen in te boeze men, kwamen Aida thans op nieuw met eene verwonderlijke kracht voor den geest. Deze was ongetwijfeld de onschatbare belooning, toegekend aan het vrome denk beeld der Christen slavin, toen zij de kleine Aida, de veelgeliefde dochter van de Ko ring der Zee, onder de bescherming der V Maagd stelde. Met eene onwillekeurige beweging vouwde Ada hare handen zamen en drukte ze cêen hare borst. Vermits Allah mij verlaat," zeide zij ^arzelend, „wat kan het mij schaden in- 'en 'k mij wend tot Haar die de Chris tenen beschermt Tot Haar, wier zelfde. Zijn veldkreet was„Het cleri- calisme ziedaar den vijand!' En het vaandel met dat sombere in schrift wappert thans van de Fransche bergen. „Wacht je voor de clericalen, voor de fijnen is het wachtwoord. De argwaan moet gewekt: de cleri- calenhaat geschuurdde aandacht met alle geweld van de schreiende nooden afgewend. Uit duizend wonden bloedt het arme Frankrijkdit opgewekte, geestige, vriendelijke volk gaat den afgrond tege moet, zonder dat het de kracht heeft, om het juk, door vermetele avonturiers op zijn schouders gelegd, van zich af te schudden. Deze avonturiers regeeren, maar zij verstaan die kunst nietzij zijn den naam van vaderlandslievende staatslie den onwaardig, en met een ongehoorde driestheid jagen zij, terwijl zij de cleri calen nazetten, het arme Frankrijk naar den kelder. Dat is het, wat het hart zoo wee moedig aan doetdoor verkrachting der waarheid, door leugen, door ongerech tigheid, door clericalenhaat en den vloek van het Neo-Malthusianisme zijgt Frank rijk in den wedloop der volken mach teloos aan den weg neer. De booze machten uit den afgrond zijn opgeroepende haat tegen het christendom geeft den prikkelen de geeselslagen, waarmede de Roomsche Kerk in Frankrijk word gestriemd, tref fen de geloovige Protestanten eveneens. De Roomsche Kerk wordt thans ver drukt in Frankrijk en de Gereformeerde Kerk eveneens. Geheel het streven der Fransche regeering bepaalt er zich toe, de aan dacht van de heillooze gevolgen barer politiek af te leiden. Daarom worden weeriooze bisschoppen mishandeld priesters beroofd, die voor een groot gedeelte door handenarbeid hun sober brood moeten verdienen zusters der barmhartigheid tot loon voor haar zelfverloochening uit haar huizen gezet. Arthur Loth schildert den toestand in den Univers „Ieder eerlijk man geeft er zich reken schap van, dat het land meer en meer inzinkt en ineen valt. „Men voelt, dat alles verloren en te gronde gaat. De anarchie regeert in de regeering van den heer Clemenceau. Landsbestuur, leger, vloot, financiën, alles is in wanorde. Er bestaat geen vrede meer in het openbaar leven. De schandalen, de crises vermenigvuldigen zich. Het volk komt in dreigende opge wondenheid de revolutie breekt overal door. Indien er niets tegen den tegen- woordigen toestand wordt gedaan, zal spoedig de algeheele instorting komen. Sinds het schrikbewind der revolutie heeft Frankrijk nooit in zulk een toe stand verkeerd." naam mijne lippen schenen vergeten te hebben, doch waaraan mijn hart zich thans herinnertRosa bad eiken avond tot Haar als zij naast mijn bed nederknielde"„Zij is goed en machtig!", verzekerde Rosa en de God der Christenen weigert niets op Hare voorspraakHij zou mij dus ook mijne redding toestaanMaar indien mijn vader den naam van dat machtig en liefderijk wezen door mijnen mond hoorde noemen!,O voorzeker, hij zou mij vloekenElvenwek, ja, ik zal er den moed toe hebben....» ik zal tot Haar bidden gelijk Rosa tot haar bad, en gelijk de Christenen tot haar spreken!" Toen zeeg zij op hare knieën neder en bad met luider stem: „Onze Lieve Vrouw van Bijstand! bid voor mij." Vermoeid door de inspanning waarmede zij dien kreet uit het binnenste harer ziel had geuit, liet zij haar hoofd op hare hand rusten en leunde met de andere tegen een punt van de rots om zich staande te hou den. En ten gevolge dezer werktuigelijke en onwillekeurige beweging scheen het haar toe dat de rotswand week en de lucht vrijer naar binnen stroomde. De heilige Maagd had haar gebed ver- Zoo is het, zij die het bestuur in handen hebben, gevoelen zeer wel zelf de verwarring en het gevaar van den toestand, dien zij in het leven hebben geroepen. Maar zij weten niet wat te doen. Zij regeeren tegen zich zeiven, zij moeten het gezag handhaven, zij, die zelf de anarchie zijn. De directeur van het O. L. V. Gasthuis te Amsterdam, ar. Van Spanje, bepleit in een artikel in de Tijd, eene krachtige uitvoering der WoniDgwet en spreekt ten gunSte daarvan eeu ernstig woord. Hier is een man van ondervinding aan het woord en het kan derhalve z'n nut- hebben enkele passages aan te halen. Blijkbaar verwijzende naar het verzet tegen de wet, dat ter Eerste Kamer van den katholiek Van den Biesen uit ging, zegt de schrijver: „Ook van katholieke zijde heeft men met die, hygiënische eischen den spot gedreven, gelachen met de pogingen, om licht en lucht zooveel mogelijk in de woningen te doen toetreden, om afzonderlijke slaapplaatsen te hebben voor de kinderen, om vochtigheid te voorkomen enz, en houdt men pleidooien voor 't behoud van bedsteden en alcoven Alle hygiënische maatregelen zouden niets hebben uitgehaaldDe wijze van bewonen zou er niet op aankomenaan de kostgangers mag niet worden geraakt; afzonderlijke trappen en portalen zijn onmogelijke eischen Als voorbeelden worden dan onze boeren en boerinnen aangehaald, die allen wat gelukkig niet meer waar is in alcoven en bedsteden zouden slapenMen vergeet daarbij op te merken, dat juist deze buitenlui het onschatbare voordeel, dat zij hebben boven den stedeling: hun verblijf over dag in de buitenlucht of ruime woon vertrekken, weer te niet doen door hun gebrekkig nachtverblijf. En vele medici weten bij ondervin ding, dat het bij die „frissche" boeren en boerinnen niet alles goud is, wat er blinkt, en hoeveel tuberculose er nog onder hen voorkomt. Men negeert het algemeen belangrijk verminderde sterfte cijfer, dat toch zeker voor een groot deel aan de geleidelijke verbetering der hygiënische toestanden moet worden toegeschreven. Ook de onbewoonbaarverklaringen hebben veel tegenstand uitgelokt. Vele afgekeurde krotten iedereen die in de gelegenheid was ze te zien, zal dit moeten toestemmen zijn werkelijk onbewoonbaar- voor welk soort van menschen dan ook; men zou er zijn huisdier niet in den kost willen hebben 't zijn broeinesten van ongedierte en besmetting". Nochtans pleit dr. Van Spanje voor schadeloosstelling aan verjaagde bewo ners en benadeelde huiseigenaars, maar hoord; de Hemel der Christenen was haar gunstig, en op de eerste verzuchting haars harten tot de Troosteres der Bedrukten, zond deze haar redding. In den hoek dien zij reeds zoo dikwijls betast had, bevond zich inderdaad de sleu tel van het geheim dat zij met zoo veel ijver zocht. Eene eenvoudige lichte druk king van de hand deed het rotsblok, dat aan het onderaardsche gewelf tot deur ver strekte als op een spil draaien. Terstond baande zich een weg door die opening, welke zij slechts als door een wonderwerk had ontdekt, en bij het flauwe schijnsel van een heerlijken avond, gelijk die in Provence wordt waargenomen, zag zij rond om zich heen om de plaats te herkennen waar zij zich bevond. Rondom haar staken te midden van een weelderigen plantengroei, eene reeks van wonderlijk gevormde rotsen den kalen kruin omhoog. Alles in dit oord was 'woest en grootsch, en in het verschiet strekte de zee zich uit langs den gezicht einder als een heldere spiegel, waarin zich iedere ster aan het uitspansel vroolijk weerkaaste. Nog nooit had Aida in de natuur zoo veel bekoorlijks ontdekt. Dicht bij haar werd zij eenige boompjes gewaar, met voor do laatste acht hij het voldoende als men hun slechts naar de waarde die grond en afbraak heeft, vergoedt. De kosten dier schadeloosstellingen wil schrijver vinden uit eene belasting op de waardevermeerdering van den grond aan den stadsrand. Het streven naar goede woningen moet vooral ook van de katholieken uitgaan, die ij veren voor jonge arbeiders huwelijken „Wanneer de woning gezollig, vroolijk en ruim is, blijven de menschen thuis, de kinderen worden niet per se de straat opgejaagd, 't drankmisbruik zal ver minderen, de welvaart en de zedelijkheid vermeerderen, de sterfte vooral aan tuberculose afnemen". Dit betoog stelt de schrijver tegenover hen die in onze regeeringscolleges slechts wijzen op de waardevermindering, die sommige ongeschikte woningen onder gaan als uitvloeisel der woningwet. ITALIË. Kardinaal Satolli. Uit Rame wordt be richt, dat kardinaal Franciscus Satolli ernstig ziek ligt aan longontsteking. In 1839 werd de kardinaal in Maraciano geboren. Hij waa profeaeor in de theologie in Perugia on later in Rome. In 1890 werd hij door Paua Leo XIII, dien hem intua scheti tot titulair bisschop van Lepanto be noemd had, naar Washington gezonden, om aldaar de katholieke universiteit in te wijden. Kort daan a werd hij tot apoBtoIiach gezant te Washington benoemd. In het jaar 1895 kreeg hij den kardinaals hoed en keerde naar Rome terug waar hy als prefect der studentencommiesie optrad. Het Turksche gezantschap. Z. H. de Paus heeft dezer dagen in audiëntie ontvan gen het gezantschap dat aan Z. H. de troons bestijging van Sultan Mobamed V officieel bekend maakte. Het gezantschap bestond uit den ceremonie meester Khalib Pacha en Emin Beij, de eerste als buitengewoon afgevaagdigde, de andere als buitengewoon gezant. Het werd aan het station ontvangen door den geheim kamerheer van den Paus, Mgr. Sanz. de Samper, de onder-secretaris der H. Congre gatie voor de ceremonie ëo, Mgr. ReBpigi en de kamerheer Marchess Molseveney, die aan het gezantschap gedurende zijn verbluf te Rome was toegevoegd. Na een bezoek bij den Staatssecretaris Merry de Val, werd de St. Pieter bezichtigd en intrek genomen in het Grand Hotel. 's Anderen daags is het gezantschap in bijzoiideee audiëntie door den Pans ontvangen. Kbalib Pacha richtte op zeer hartelijke wijze het woord tot den Paus en zeide, dat hfi door den Snltan beiast was om den Paus de troonsbestijging mede te deelen. Deze zending, zoo sprak hij, is mij des te aange namer, omdat zQ den Paus geldt, den opper herder van een gedeelte der Ottomaansche bevolking, welke in haar trouw en gehecht- IMWBtlH-ll—BMttW—lM—Itt—BZMB—I vruchten beladen; met een kinderlijk on geduld plukte zij er van en deed een voor treffelijk maai. Vervolgens keerde zij naar het onderaardsche verblijf terug en na het storten van een gebed van erkentelijkheid en dankbaarheid, sluimerde zij weldra in. Haar slaap was rustig en kalm; snel ver toonde haar vader zich soms aan haar in den droom, maar het was slechts om haar met teederhartigheid te zegenen. Den volgenden morgen, bij het krieken van den dag, was zij reeds opgestaan, uit begeerte om den schitterenden en vroolij- ken zonneschijn te genieten, waarvan zij gevreesd had voor altijd beroofd te zullen zijn geweest; op hare wandeling stond zij wei honderd maal stil, nu eens om met welgevallen de zuivere morgenlucht in te ademen, dan weder om leene bloem of vrucht te plukken, of om Jde landstreek en de zee te bewonderen. Daarna ging zij weder in den onderaardschen gang en met een on beschrijfelijk gevoel van erkentelijkheid wegens hare zonderlinge redding, schepte zij er behagen in om de geheime deur telkens te openen en te sluiten, als wilde zij zich wreken over de moeielijkheid die zij ondervonden had om het geheim te zoeken. Toen zag zij dat op het gedeelte van de rots waar zich de deur bevond, die held aan het keizerrijk bekend staat. Bij het ■lot van zijn rede uitte hy den wensch dat de Paus nog lange jaren aan het bestunr mocht blfiven tot heil zijner katholieke onderdanen. Daarna overhandigde hij aan Z. H. een door den Sultan geschreven brief. De Paus antwoordde o.m.>Ik stel dit teeken van welwillendheid en vriendschap, dat ik van den Sultan ontving, zeer op pry*. Het is mij vooral aangenaam geweest, nit uwen mond de getuigenis te hooren van de trouw en de gehechtheid der Ottomaansche katholieken van het keizerrijk, die ook in de toekomst de beate onderdanen van den Sultan zullen zijn. De Fans eindigde met den wensch, dat de Sultan zich nog lang over eene goede gezondheid mocht verheugen, tot heil en zegen van het keizerryk. 's Namiddags bracht kardinaal Merry del Val nog een bezoek aan het Ottomaansche gezantschap. FRANKRIJK, Een wonderlyk contract vormt de regee- ringsdaad van den nieuwen sultan, den Kalief der Muselmannen met de daden van de macht hebbers in het land van den H. Lodewyk, het land dat nog altyd de oudste dochter der Kerk is. In plaats dat daar de Plaatsbekleeder van Christus geëerd wordt geiyk hem toekomt, worden zyne gezanten, de bisschoppen voor de rechtbank gedaagd. Na Kardinaal Andrieu, Mgr. Gieure, Mgr. Laurans en Ricard is nu ook Mgr. Gauthey, bisschop van Nevers, gedagvaard. In het begin van dit jaar bad de bis schop de misdaad begaan, dat hy aan iyn geestelijkheid een brief had gericht over de organisatie van den «Penning voor den Eore- dienst»waarin hy de Katholieken van zyn diocees deed weten, dat zy die weigerden daaraan deel te nemen, verstoken zouden zyn van iedere Kerkelijke plechtigheid by hun huweiyk of hegravenis. De bisschop bad er natuuriyk by gezegd dat hnn de Sacramenten toch zander vergoeding zouden worden toegediend. Dat werd een inbreuk geacht op art. 31 van de scheldingswet waarbij met straf be dreigd wordt, ieder die tot de burgers een bedreiging richt van hen te doen bijdragen in de kosten van den Katholieken eeredienst. Dus werd tegen een tweetal priesters, die de opdracht hadden uitgevoerd en maatre gelen dien overeenkomstig hadden genomen, en tegen den bisschop zelf een instructie geopend. De «Croix» is van meening dat Mgr. Gauthey en zyne medeplichtigen zullen wor den vrijgesproken. Met datal is de vervol ging zelf erg genoeg. Kardinaal Andrien heeft bevel gekregen om 17 Juli voor de recht bank te verschijnen. Men weet dat de Kar dinaal de vorige keer verklaarde niet te zul len komen. Het schijnt wel dat de vervolgingen met kracht zullen worden doorgezet. Toch zyn er ook nog bemoedigende ver schijnselen waar te nemen. In verband met de nieuwe door Z. H. gewenschte organisa tie der Katholieken op zuiver religieuzen grond slag, in de «Union Oatholique» wordt eene vergadering gemeld van het diocesaan comité met moorsche cijfers gieteekend stond No. 2. onzichtbaar was zoodra zij gesloten werd, Natuurlijk deed haar dit vermoeden, dat er ook een No. J moest zijn, en na her haalde navorschingen bespeurde zij ook werkelijk aan het einde van 'den gang een hoek volkomen gelijk aan dien, welks ge heim zij reeds had ontdekt. Zij duwde daar tegen, even als zij aan de andere zijde had gedaan, en een ander gedeelte van den zijmuur draaide als op een spil, maar verleende den toegang in plaats van in de vrije lucht tot een onderaardsch gewelf. Met een brandende toorts gewapend trad Aida moedig het gewelf binnen om eenige nasporingen te doen. De grond was jrlibberig en het pad duister en eng; echter werd het jonge meisje hierdoor niet afgeschrikt, maar vervolgde steeds haren weg tot zij aan het einde van het gewelf stuitte tegen een dicht begroeid kreupel- boschje dat den uitgang geheel verborgen hield. Met krachtsinspanning rukte Aida de heesters en bloeiende takken ter zijde om zich een doortocht te banen, en be vond zich eensklaps aan den voet van den westelijken hoektoren van het kasteel, welke te midden van de nog rookende puinhoo- pen alleen was staande gebleven, (Wordt vervolgd),

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1909 | | pagina 1