H. Kath. Nieuws- en Advertentieblad voor Noord-Holland. No. 79. Zaterdag 2 October 1909. 3d® Jaargang FEUILLETON. Zoekt, en gij zult vinden. Verschijnt Woensdag en Zaterdag* Het loon van dsn arbeid. Buitenland. Dit nummer bestaat uit 6 bladz ONS BLAD. ABONNEMENTSPRIJS t SO oents per drie maanden franco aan huis. Te betalen in het begin van ieder kwartaal. Afzonderlijke nummers 3 cent. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Ons Blad". BUEBAUBreedstraat 45, tegenover de B. E. Eerk, t3 Alkmaar. Telefoon No. 433. ADVERTENTIËN: Van 15 regels80 cent. Elke regel meer 6, Reclames per regeli 15 Kleine advertenties van 1—30 woorden, bij vooruitbet. 25 a H.H. Oorrespondenten worden verzooht in den loop dezer week hunne nota's !n te leveren. De Administratie. De regeling van het arbeidsloon is de eerste en voornaamste vraag die bij de bespreking van de stoffelijke zijde van bet sociale vraagstuk in 't algemeen, moet worden behandeld. Het is een vraag van meer belang, van grootere directe beteekenis dan kiesrecht of pen- sionneering. Van meer belang omdat het leven van den arbeider en van zijn gezin er het nauwst bij betrokken is, van grooter beteekenis, omdat die rege ling bet hart, de kern der kwestie raakt. Toch wordt er dikwijls weinig aan dacht aan geschonken en drijït de nei ging vaak naar boven om zich er met een Jantje van Leiden af te maken. Meestal komt dit daar vandaan, dat men met het vraagstuk onbekend is en men geen voldoend antwoord geven kan. Men gaat niet verder dan eene oppervlakkige beschouwing toelaat en houdt zich bezig met bijkomende om standigheden, die er wel mee te maken hebben, maar de eigenlijke zaak niet bepalen. Het is daarom niet van nut ontbloot er de aandacht met een enkel woord op te vestigen. We kunnen natuurlijk bier alleen spreken in algemeene termen. De bij zondere gevallen zijn aan deze algemeene beginselen te toetsen. De vraag hoe het loon van den arbeid moet geregeld worden, m. a. w. boe groot bet loon van den arbeider moet zijn, zal beantwoord worden naar de opvatting die men van de waarde van den arbeid heeft en het doel, dat door den arbeid moet bereikt wordgn. De geldelijke waarde van den arbeid hangt zeer zeker af, of laten wij liever zeggen houdt zeer zeker verband met de verkoopswaarde der bearbeidde goe deren. Een artikel dat kant en klaar 25 cent kost, d. w. z. voor 25 cent en niet meer, verkoopbaar is, kan onmo gelijk 25 cent arbeidsloon afwerpen, want ook grondstoffen en andere fac toren moeten bij de berekening van den prijs in aanmerking worden gebracht. Van den anderen kant kan het ook voorkomen dat een artikel tegoedkoop verkocht wordt en beneden de verkoop waarde wordt van de band gedaan. Zulks tengevolge van b.v. te laag ar- EVANGELISCHE VEEHALEN. 4) Naar 't Franecb. Thans bleef de menigte stilstaan. Men steeg niet meer, men wachtte. Suzanna vatte post bij een vijgeboom. In zijn schaduw wiegde een jonge vrouw een kind van vier of vijf jaar, dat lam was. Een groep kleinen, in kakelbonte kleertjes, liep vrooiijk schreeuwend rond. De kleine ongelukkige richtte zich met een krachtige poging op om ihen te volgen ongerust en angstig scheen zijn treurige blik te vragen, waarom hij niet was als de anderen. En met een teedere omhelzing zeide hem zijn moeder: „Als Hij voorbij komt, zal Hij je misschien doen loopen..." Een groote beweging ontstond. Aller oogen waren gevestigd op den top van den berg, van waar «enige mannen neer daalden. Onstuimige toejuichinggn rezen en daalden, gelijk aan 't geluid van groote golven, brekend tegen de rotsen. Naarmate de groep voortschreed, openden blinden de oogen, verlieten zieken hun matras en liepen. De zon wierp het goud1 harer stralen over dat vreemde tooneel, 't was meer dan een triomftocht, 't was, on|der den tred van den Nazarener, een ontluiking yan wonderen. De opgewonden menigte beidsloon, groote concurrentie en andere omstandigheden die van invloed kunnen zijn. Om de geldelijke waarde van den arbeid te leeren kennen, moeten dus heel wat zaken men ziet het aan een beschouwing worden onder worpen. De arbeid aan de goederen besteed, geeft aan die goederen eene bepaalde waarde, die zij niet hadden vóór den arbeid, een waarde die ook door het kapitaal of door de productiemiddelen niet is aangebracht. Ofschoon veel arbeidskracht door de mechanische krachten wordt vervangen, blijft toch de menscbelijke arbeid in de voortbrenging der goederen onmisbaar. Wijl dus de arbeid een zekere waarde meedeelt aan de voortgebrachte goederen als onmisbare factor, beeft de werkman, die den arbeid heeft geleverd, aanspraak op een bepaald gedeelte van den prijs dier goederen. Daar evenwel de voort gebrachte goederen niet uitsluitend de vrucht zijn van zijn arbeid, kan bij geen recht doen gelden op den gebeelen prijs. De socialisten beschouwen de waarde van den arbeid als gelijkstaande met de ruilwaarde der voortgebrachte goe deren. Zij beweren dat geheel de prijs van de goederen aan den arbeid te danken zou zijn. Daaruit moet volgen dat de prijs der goederen geheel aan den arbeider of aan de groep arbeiders die er aan gewerkt hebben toekomt. Zij verliezen uit het oog dat er nog andere factoren in de productie der goederen deel hebben. Dit hangt samen met hunne ontkenning van het recht op persoonlijken eigendom. De liberale opvatting van de waarde van den arbeid is al even ongerijmd en staat er lijnrecht tegenover. Volgens deze opvatting wordt die waarde dus bet rechtvaardige loon uitsluitend bepaald door bet contract dat tusschen werkgever en werknemer is aangegaan. Men plaatst zich hier op den grondslag der individualistische vrijheidstbeorie en spreekt dan van het vrije arbeidscontract. Indien dat contract steeds vrij ware, dan zou er wellicht iets voor te zeggen zijn. Dit is zeer dikwijls niet het geval. Bij dit stelsel wordt bet doel van den arbeid geheel over bet hoofd gezien. En in bet socialistische stelsel wordt het als bijzaak beschouwd. Het doel van den arbeider behoort te zijn, door zijn arbeids-kracbt die zijn eenig bezit uitmaakt zooveel te ver dienen als noodig is voor bet onderhoud van zich zelf en van zijn gezin. Als de werkman nu wil werken voor een loon dat niet toereikend is om in zijne behoeften te voorzien, dan bewijst dit in gewone omstandigheden reeds, juichte voortdurends Volgens de richting, welke de metge zellen van Üen Meester namen, was het duidelijk dat Hij aan Suzanna zou voorbij gaan. Men zag ze allen duidelijk. Zij waren eenvoudig en arm, maar als buiten zich zelf, ontroerd door de groote macht van het wonder. Men noemde hen luide: het waren Petrus en Jacobus; een ander, de eenige Judeeër, Judas de iscarioth; Philippus en Andrias, visscfaers van Beth- saida, en de laatste, met het engelachtig gezicht, Joannes, zoon van Zebedeus. Su sanna hoorde dat alles als in een droom, zich ternauwernood staande houdend, ge steund tegen den vijgeboom. Het zieke kind sliep, bijna aan haar voeten* Hij ging voort in Zijn kalme majesteit, zonder dat het geluid der toejuichingen de groote, innige droefheid van Zijn gelaat temperde. Bij Zijn nadering had de jonge moeder zich vooruit geworpen. Hem het zieke kind voorhoudend met zooveel vurig heid van smeekend geloof, dat gansch haar lichaam beefde: „Heb medelijden met hem, heb medelijden met mij." Zij kon slechts de weinige woorden herhalen, haar gansohe martelaarschap toonend in haar kindi. Hij strekte de handen uit over het kleine smartelijke lichaam; het oneindig medelijden van dat gebaar vergezelde het machtwoord!: „ik wil het: wandel," Met één sprong spoedde het kind zich tusschen zijn makkers, terwijl de moeder op de dat bet contract niet vrij maar gedwon gen wordt aangegaan. Waar dat kennelijk doel van den arbeid dus niet bereikt kan worden, is bet loon te laag. De rechtvaardigheid eischt, dat er gelijkheid besta tusschen het gegevene en bet ontvangene. Nu heeft de arbeider niets anders wat hij bet zijne kan noemen dan zijn arbeidskracht. Dat is bet eenige middel voor hem, hetwelk hem datgene ver schaffen moet, dat noodig is voor zijn onderhoud. Stolt bij dus zijn arbeids- kracbt in dienst van anderen, van de industrie, dan is h6t eisch der recht vaardigheid dat de industrie hem terug- geeit in anderen vorm wat bij geeft, dat de industrie hem zoodanig voor zijn arbeid beloont, dat hij met de zijnen kan leven zooals het behoort. Al hetgeen óf den werkman óf den patroon in den weg staat om het loon naar dezen maatstaf te regelen is der halve verwerpelijk en moet er gestreefd worden naar opheffing dier beletselen. Zoo zal de ongebreidelde concurrentie, welke oorzaak is van prijsdaling en daardoor op bet loon drukt, dienen be perkt te worden. En in dit verband is ook een te hoog opgevoerde levensstandaard, een te weelderige levenswijze van den patroon, wanneer dientengevolge geen voldoend loon kan worden uitgekeerd, een mis stand, die niet bestendigd mag worden. Zoo zouden er meer omstandigheden kunnen worden gesignaleerd, die af breuk kunnen doen aan eene rechtvaar dige loonsbepaling. Wanneer nu gesproken wordt over het noodzakelijk levensonderhoud, dan moet daaronder niet alleen verstaan worden betgeen voor het onderhoud van den werkman persoonlijk noodig is, maar ook bet onderhoud van zijn gezin. De werkman toch moet ook een gezin kunnen stichten en onderhouden. Ook de werklieden hebben van nature bet recht om een huwelijk aan te gaan en derhalve behooren ook de middelen aan wezig te zijn om van dat recht gebruik te maken. En waar de Voorzienigheid geen ander middel schonk dan den arbeid, moeten uit de opbrengst van dien arbeid de onderhoudskosten van bet gezin bestreden kunnen worden. De rechtvaardigheid vordert dus in het algemeen een familieloon. Het behoeft geen betoog dat ver kwistingen en verliezen tengevolge van slordigheid en genotzucht en opschik niet in rekening gebracht kunnen wor den. Evenmin kunnen bijzondere om standigheden in aanmerking worden genomen, b.v. buitengewoon talrijke gezinnen, voortdurende ziekte van ge- knieën viel, kussend de handen van den Meester, kussend Zijn kleed; zelfs niet meer de woorden van daareven kon zij uiten, zij had slechts haar tranen, een vloed van tranen om Hem te zeggen dat haar hart brak van vreugde,- Toen was het Suzanna, of alle uiterlijke dingen wegzonken, of een groote stilte in haar ontstond. Zij smeekte Jezus van Nazareth om genezing voor ik weet niet welk ongeneeslijk lijden, dat hetwelk wij allen met ons meedragen, het lijden van niet ie leven onzen droom: het leven is zoo klein, de droom zoo groot. Voor dat ongeneeslijk lijden smeekte zij Hem, god delijke teederheid te storten in vergan kelijke wezens, Hem ook zachtkens vragend haar hart iets oneindigs, iets eeuwigs tot steun te schenken.... Dit alles zeide zij Hem, zonder de lippen te ontsluiten. AUeen hief zij de oogen op, toen Hij voorbijging. En Hij zag ook haar aan. De zuivere, onpeilbare denkersblik daalde op haar neer. Het was haar, of Hij (haar hart nam en leen zegevierende vreugde maakte zich van haar meester. Thans was Hij gaan zitten in het rustige weiland dat zich uitstrekte op den uitge- doofden vulkaan, tusschen de beide toppen van Korn Eddin. Tot dat verhongerd en verdorven volk zeide Hij de woorden des levens, zoo vreemd om te hooren en zoo nieuw. Hij sprak niet ais een veroveraar of als een koning: meer en beter dan een zinsleden enz. Wat bier door de rechtvaardigheid niet kan bereikt worden, dat dient in een christelijke samenleving door de liefde te worden aangevuld en dan denken wij in de allerlaatste plaats aan de liefdadigheid. De eerste plicht in deze rust op hem die den werkman bet naast staat en dat is de patroon of de onderneming, die hij dient. Schieten deze in kracht en vermogen te kort, dan kunnen an dere wegen betreden worden. Wanneer het doel van den arbeid ook de waarde van dien arbeid mede be paalt, dan volgt ook, dat een ongehuwd arbeider recht heeft op hetzelfde loon als een gehuwd werkman. Want ook hij moet in staat zijn een buisgezin te stichten. Dat hij zulks niet doet, ver laagt of vermindert de waarde van zijn arbeid niet. Het spreekt wel vanzelf, dat de een- beid in de vaststelling van bet loon niet mag ontbreken. Bij eene gezonde regeling mag de goede of slechte gang eener industrie niet afhankelijk zijn van wisselende en schommelende mee ningen omtrent arbeidsloon. En daarom dient het loon geregeld te worden door de vakvereenigingen, omdat deze beter eene uniforme regeling tot stand kunnen brengen en beoordeelen, dan eenlingen, die uiteraard slechts rekenen met per soonlijke omstandigheden en behoeften. De invoering van collectieve arbeids contracten waarvan de rechtsgeldigheid onder bepaalde voorwaarden, ook inde Nederlandsche wetgeving is gewaar borgd, schijnt ons in deze de aangewezen weg te zijn. HONGARIJE. De nieuwe premier. Frans Eoeenth is er in geslaagd, dank zij de ellendige toestand in de politiek van het duizendjarig rijk van den H, Stefanne, zich te doen voordragen als ministerpresident. Over het meer of minder gelukkige van deze keuze kan men een oordeel vellen, wanneer men weet nit weike beginselen deze leider der onafhankelfjkheidepartQ de moderne staatekande beschouwt. Alleen dit leiderschap zou hem in gewone omstandigheden reeds ongeschikt maken om als premier in de monarchie op te treden. Docb, lederen Zondag verkondigt hg, volgens het Vaterland, dat zijne staatkunde gebaseerd is op de beginselen van de revolutionairen, die het 14 April 1849 waagden, op voorstel van zjjn vader Ludwig Kossuth, de Habs- bnrgsche dynastie van den troon vervallen te verklaren. Zondag had hjj zelfs de vermetelheid open- koning. Het eenvoudige, ernstige woord ontleende al zijn gezag aan zich-zelf en inspireerde zich aan geen ander. Het ver meed allen vreemden invloed. „Zij hebben u gezegd.... en ik zeg u.... en ik zeg uHij nam voor de wijsheid, de goed heid, de liefdadigheid, het geloof zijn uit gangspunt daar, waar het mensclielijk onderricht zijn grens had bereikt en met één woord verwijdde hij den horizon, een onbegrensd veld openend voor allen van goeden wil, voor allen van moede Hij wiees hen als voorbeeld de volmaakt heid zelf van Ood: Iden God, tot Wien Hij hen leerde bidden met den zoeten naam van Vader. Hij zegende fen prees gelukkig de armen, de barmhartigen en de vreed- zamen; hen, die te midden der kwellingen hier beneden, hongerig en dorstig bleven naar de rechtvaardigheid en die Hij be loofde te zullen verzadigenhen, die, vervolgd om de rechtvaardigheid, tot in den dood niet weken van het slagveld. Ging die eerzucht voor Suzanna te hoog? Had zij uit een enkelen blik alle vertrouwen en alle zekerheid geput? Maar zij wachte op het woord, dat Hij zeggen zou voor haar. Zij haatte niemand, zij verlangde niets wat Hij zou moeten ver werpen, en niet geweend hebbend, wist zij nog niet welk goddelijk zaad de tranen doen opschieten. En toen, als de dauw op de dorstige aarde, viel het hemelsche woord in haar harti lijk te verklaren, dat hg niet alleen de zoon, maar ook de kampvechter voor de beginselen en overtuigingen van Ludwig Kossuth was en dat zijn streven en werken voor Hon- garije's zelfstandigheid en onafhankelijkheid nooit zouden verflauwen of veranderen. Is het ooit gehoord dat een minister, die trouw zwoer aan zijn koning, verklaarde, dat hg nooit zgn streven zal laten varen om het levenswerk van zgn monarch te verwoesten SPANJE. Naar aanleiding van het feit, dat de ge* heele liberale en socialistische pers het opneemt voor den anarchist Ferrer, heeft de corresp. van de Times den min. van Buitenl. Zaken ondervraagd. Ds minister verklaarde, dat de regeering niet tuscchenbeide kon komen, want de militaire of burgerigke rechtbanken hebben alleen te beslissen. De regeering heeft daar niets mee te maken. Tegen het vonnis kan men in beroep gaan bg den hoogeren krggs- raad te Madrid. Uit het Rifgebied. Volgens officieele berichten uit Madrid, hebben op den 28sten Sept. om drie uur in den morgen 600 Mooren het kamp der Spanjaarden bg Soek el Arba aangevallen. Er ontstond een hevig gevecht. De Spanjaarden giDgen voorzichtig te werk. Da Mooren trokken voor het Spaansche vuur terug. Over de bezetting van Seiavan wordt ge meld, dat de van Nador aanrukkende troepen twee kolonnes vormden, van welke de eene Seloeran innam. Op het hnis, eertgds door den roghi bewoond, werd onder grooten jubel der troepen de Spaansche vlag geheschen. Een streng verbod iB uitgevaardigd tegen schending van moskeeën enz. Ondertusschen is men in Spanje in vuur geraakt, over Üe schitterende overwinningen van hun soldaten. De bladen juichen en het volk met hen. Voor het koninklijk paleis stonden dui zenden en duizenden te wachten. Toen de koning op hét balkon verscheen om zijn volk te begroeten, bracht de menigte hem een geestdriftige ovatie, die niet te eindigen scheen. Ook in het schitterend verlichte Melilla vierde men feest, verheugd ais men er is over de bezetting van het Goeroegoe-ge- bergte. ITALIË. Het bezoek van den tsaar. Naar de „Corriera della Sera" meldt, wordt het jacht van koning Emmanuel te La Spezia in ge reedheid gebracht om 4 October te kunnen opstoomen. Met een geleide van oorlogs schepen gaat het door naar Baja, waar de tsaajr op 6 of 7 October verwacht wordt. Een bisschop aangevallen. Uit Milaan wordt aan Wet „Berl. Tagebl." gemeld dat Mgr. Boggiani, de bisschop van Adria,daar door een groote volksmenigte is uitgejouwd Zalig zijn Üe zuiveren van harte, want zij zullen God zien. Zij kwam terug in de witte villa, geheel opgaande in een zoete extase, die .den opmerkzamen blik van Gamaliel trof. Maar die 'nobele leeraar wilde niet door een vraag haar geheimzinnige teruggetrokkenheid ver storen. Zij zelf sprak niet. Alleen des avonds, toen zij, volgens (haar gewoonte, de voorgeschreven gebeden |had opgezegd, hield zij !als (a arzelend op, zoekend naar beur woor den. En langzaam, met groote innigheid, voegde zij er aan toe: „Onze Vader, die in de Hemelen zijt, geheiligd zij Uw naam, ons toekome Uw rijk, Uw wil geschiede op aarde als in den Hemel Gamaliel hoorde haar nadenkend aan. Laat, zeer laat in den nacht bleef hij alleen buiten, geleund over de steenen ballustrade. Suzanna was het glanspunt van zijn leven; sedert lang was de moeder van zijn zoon Simeon dood; sedert lang reisde zijn zoon Simeon in verre landen. Hij had met zijn handen heur gouden hart gekneed en de ontwikkeling van dat schoone verstand, de adel van de oprechte ziel, dat al was een weinig zijn werk..... Voor het eerst gleed een nieuwe invloed tusschen hen. (Wordt vervolgd,)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1909 | | pagina 1