I het
iwerk, enz. enz.
1UR0ERS,
MIENT1-3.
eoren-
tabak uit
an Firma
te Joure
IAN.
.99
9
extra korting.
WEN.
HMD,
oop van
vreemd
pngaties,
aatst en
■en flink
hikbaar,
•waarde.
en,
>apier enz.
TWEEDE BLAD.
Zaterdag 18 Februari 1911. No. 14
KALENDER
voor de dagen der week.
2e Voorschriften voor de Eersle
E Communis der kinderen
De slagersjongen.
ZOEKLICHT.
KINDERRUBRIEK.
7IL BEHARTIGEN.
>edingen en daarom
INT KOP EN
/OOR 9 CENT
PRACHTSORTEE-
ILINNEN 2 CENT,
VAN AF 4 CENT
- KERKBOEKEN
IJF-, SCHOOL- EN
i winter worden
en een korting
eeriag 6Q ooacur-
raat B 37.
ONS BLAD.
19 Februari. Zondag. Sexagesima. H. Con-
radus, Belijder. EvangelieHet zaad is
het Woord Oods. Lucas VIII: 4-5.
20 Februari. Maandag. H. Et tl yam., Bis
schop en BelQder.
21 Februari. Dinsdag. Gedachtenis van het
lijden das Heeren. Zalige Pepün van Lenden
22 Februari. Woensdag. St. Petrus Stoel te
Antioemë.
23 Februari. Donderdag. H. Petrus Demianus,
Bisschop, Belader en Leeraar.
24 Februari, VrijdagH. Matbias, Apostel
Deg van Devotie.
25 Februari. Zaterdag. H. Mechllldis.
k
19 VIBBUABI-
Derde Zondag der Maand.
Sexagesima.
Les uit den tweeden brief van den H.
apostel Pautus aan de Korinthiërs
XI, 19—XII, 9.
Broeders! Gaarne verdraagt gij onwijzen,
daar gij zelf wijs 'zijt! Immers verdraagt
gij het, als iemand ui in slavernij brengt,
als iemand ,u verslindt, als iemand var*
u aanneemt, als iemand zich tegen u ver
heft, als iemand u in het aangezicht slaat.
fTot mijne .oneer zeg ik ;het, ais waren
wij zwak geweest onder dit opzicht! Even
wel, durft iemand op iets roemen, (in
onwijsheid spreek ik) ik' 'Idurf ook. Zij
zijn Hebreen, ik ook; zij zijn Israëlieten, ik
ook; zij zijn Abraham's geslacht, ik ook;
zij zijni dienaars van Christus, (als een,
onwijze spreek ik) ik meer! in veelmeer
arbeid, in gevangenissen overvloediger, in
slagen boven mate, in doodsgevaren me
nigmaal! Van de Joden heb ik vijfmaal de
veertig min één ontvangen. Driemaal ben
ik met iroeden gegeese'jdeens ben ik ge-
steenigd; driemaal heb ik schipbreuk ge-
lelden; een nacht en een jdag hob ik in
tie 'diepte (der zee doorgebracht; op vele
reizen, in gevaren vain rivieren, gevaren
van roovers, gevaren van mijn eigen volk,
V gevaren van de heidenen, gevaren in de stad,
gevaren in de woestijn, gevaren op zee,
gevaren onder vaische broeders; in arbeid
en kommer, in veel nachtwaken, in hon
ger en dorst, in [menigvuldig vasten, in
koude en naaktheid! Behalve dit, wat van
buiten komt, de drang mijner dageüjksdie
bezigheden, de zorg voor alle de gemeen
ten! W:ie wordt zwak, zonder dat ik zwak
Woindt? Wie wondt geërgerd, zonder dat ik
brand?
Moet er geroemd worden, op; mijne zwak-
hed'en zal ik roemen. jGcjd en de Vajder
onzes Heeren Jesus Christus, die gezegend
is in eeuwigheid, weet idat ik niet lieg.
Te Damaskus bewaakte de stadhouder van
koning Aretas de stad der Damasceners om
mij gevangen te nemen; en dooi' een ven
ster wcindi ik in eene mland over den,
muur nedergeliaten en ontsnapte aldus uit
zijne handen.
Moet er geroemd worden (het heeft wel
geen nut), ik zal .komen op gezichten eb
openbaringen des Heeren. Ik ken een
mensch in Christus, die, veertien jaar ge
leiden;, óf in het lichaam; ik( wieet het
biet; óf buiten het lichaam, ik Weet het
piet; <jc|di Weet het! (opgevoerd is ge-
(w|omden tot in den derden hemel, en ik
(vvfeet dat jdie mensch, óf in het lichaam
buiten jhet lichaam;, ik iwjeet hét niet,
God Weet heH opgevoerd is geworden
in hét paradijs en gehoord heeft geheim
volle woonden1, Idie Ihet geen 'mensch' ge
oorloofd is ite spreken. Wiegens den zoo-
(danige zal ik roemen; imaar wegens miji
zeiven zal ik in het geheel niet roemen,
ik zou niet dwaas 'zijn: immers zou ik
kle waarheid zeggen; maiajr ik laat het,
opdat men anij niet 'schatte boven het
geen men in mij ziet of v;an mij hoort.
En opdat de verhevenheid ider openbarin
gen mij niet trotscjh make, is mij een
prikkel mijns vleesohes gegeven, een engel
des Satans, om mij in het gezicht te slaan.
Weshalve ik den Heer (driemaal heb-ge
beden, idat die van mij wijken mocht; maar
Hij 'zeide mijmijne genade is tl vol
doende, want de kracht wordt in zwakheid
volkomen. Gaarne dus zal ik bp (mijne zwak
heden roemen, opdat de kracht van Chris
tus in mij wone,
Evangelie volgens den H Lucas
VIII, 4 15.
Te idien Jijde, toen eene groote menigte
samenkwam en 'uit de steden tot Jesus
toesnelde, isprak Hij in eene gelijkenis:
een zaaier ging uit om zijn zaad te zaaien;
en terwijl hij zaaide, Viel een gedeelte
langs den weg en wqrid vefrtreden, en de
jVogels des hemels aten [het ppj Een afr-
ider gedeelte viel op de rots en, opgeschoten
zijnde, verdorde het, omdat het geen voch
tigheid haidj. Een ander gedeelte viel tus-
sphen de doornen, en (de doornen, die te
gelijk opkwamen, verstikten (het En een
lander gedeelte viel in de goede aarde en
het schoot op e.n bracht honderdvoudige
Ivrucht voort Dit zeggende, riep Hij: die
opren heeft om te hooren, dat Hij hoorei
(Zijne leerlingen nu vroegen Hem, wat
dit voor eene gelijkenis was. En Hij zeide
hun: aan u is (het gegeven het geheim
vlan (hét Rijk Gojds te kennen, aan de
overigen echter in gelijkenissen, opdat zij
ziende niet zien, en hoorende niet verstaan.
Dit nu is de (gelijkenis: het zaad is het
(wóords Golds, En die langs den. weg:
het zijn degenen, die slechts hooren; daar
na komt de (duivel en neemt Ihet woord
wieg uit hun h'art, |op|dat zij niet, geloo-
venid, zalig worden, En die (opi de rots:
het Zijn degenen, die, pa gehóórd te heb
ben, het woord met vreugde aannemen;
mlaar zij hebben geen Wortelszij geloo-
ven voor een tijd, .en ten tijde der be
proeving vallen zij af. En Wat tussclhen de
(doornen viel; het zijn degenen, Idie het
Woord géhoord hebben, maar dóór be
kommeringen en rijkdom, en vermaken des
levens worden zij gaande weg verstikt, en
brengen geen vrucht voort. (En w'at in
de (goede aarde viel1: hét zijn' degenen, die
hét woord i,n een goéd en best hart be
waren en vrucht dragen in lijdzaamheid.
Wij laten hier nog volgen de voorschrif
ten door ;het Doorluchtig Episcopaat gege
ven voor Ide eerste H. Communie |der kinde
ren, zooals die Zondag j.l. van Iden kansell
'bekend gemaakt wenden.
Opi te zorgen, dat de kinderen van hun
ne prille jeugd af zich met onzen Heer
Jesus 'Christus vereenigen, Zijn leven leiden
en beschutting vinden tegen de verleiding,
heeft de H. Stoei het doelmatig geoordeeld
den volgenden, overal na te leven regel,
omtrent de eerste H. Communie der kinde
ren vast te stellen:
I. De leeftijd des pnderscheids, zoowel
voor het biechten ais voor het communi
ceeren, is die, waarop |het kind begint
zijn verstand te gebruiken, "namelijk om
streeks zijn zevende jaar, soms later, soms
vroeger. Van dien tijd af begint voor het
kind de verplichting iOim te [voldoen aan!
het dubbel gebod van te biechten en: te
communicêeren.
II. Voor de eerste J3ieöht en de Eerste
H. Communie is de volledige en volmaakte
kennis van de .christelijke Jeer niet nood
zakelijk. Het kind moet evenwel later den
geheelen Ka.techismus, naar de mate van
zijn bevattingsvermogen, geleidelijk aanlee-
ren.
ill. De kennis van den godsdienst, die
in het kind vereischt ,wo|rdt pm zicW naar.
beboeren tot de Eerste H. Communie voor
te bereiden, is die, .wlaardoior het de ge
heimen des geloiofs, wier kennis ter zalig
heid noodzakelijk is, naar de .mhte vare
zijn verstand begrijpt, en het Eucharistisch
brood van bet gewoon en lichamelijk brood
onderscheidt, zoodat het met die godsvrucht
ter H. Tafel ikan. naderen, waarvoor het
naar zijn leeftijd vatbaar is.
IV. De op het ikind rustende verplich
ting om te biechten en te communiceeren,
valt vooral terug op (degenen, die voor
Ihet kind moeten zorgen, (namelijk op de
ouders, den biechtvader, d,e leermeesters
en den pastoor Aan. den vader echter pt
aan Ihen, die hem vervangen, en aan den
biechtvader komt, volgens den Romeinschen
Katechismus, ide beslissing toe, om het kind
tot de Eerste H'. Communie toe te laten.
V. lEens of meermalen in het jaar moeten
de pastoors een algemeene communie der
kinderen aankondigen en houden, en daartoe
niet 'alleen Ide nieuwelingen toeroepen, maar
ook de anderen, die (mlet verlof van dé
ouders pf van den biechtvader, zooals hier
boven gezegd is, reed's Ivroeger het H,
Sacrament des Altaars ontvangen |hebben.
Voor beiden moeten eenige dagen van on
derricht en voorbereiding voorafgaan.
VI. Zij, die met de zorg' voor de kinde
ren belast zijn moeten .met allen ijlver het
daarheen leiden, dat diezelfde kinderen na
hun Eerste H. Communie herhaaldelijk en
zoo mogelijk, zelfs dagelijks ter Hl. Ta
fel naderen, gelijk Jezus Christus en On
ze Moeder ide H.. Kerk zulks verlangen,
en dat zij het idoen 'm(et de godsvrucht
iwaartoe hun leeftijd ihen in staat stelt,
Verder moeten- zij', op (wie die taak rust,
de zware verplichting indachtig wezen, door
welke zij gehouden zijn te zorgen, idat de
kinderen voortgaan de openbare Katechis-
muslessen bij te wo-nen, indien ten minste
niet op een andere linjalnier in ihitn gods
dienstig onderwijs wordt voorzien.
VII. De gewoonte om kinderen niet toe
te laten tot de Biecht of |hun nooit de
absolutie te geven, 'wlanneer ze tot hét
gebruik Van hun verstand'gekomen zijn, ver
dient alle afkeuring. Derhalve zullen de Bis
schoppen, zelfs met aanwending (van ker-
gelijke middelen, zorgen dat zij geheel en
al worde uitgeroeid.
VIII. Het is een volstrekt veroordeelens-
Waai'dig misbruik, de H. Teerspijs en het
H. (Oliesel niet toe te 'dienen aan kinderen,
Idie tot de jaren Van verstand gekomen
zlijn, en jhen begraiven volgens den ri
tus, voorgeschreven voor kleine kinderen.
'Op Ihen, die deze gewoonte niet laten va
ren, moeten de Bisschoppen strenge straf
fen toepassen.
Overeenkomstig dit decreet, hetwelk door
ZJ H. Paus Piuis X den tin Aug, 1910
werid goedgekeurd, dienen de ouders en zij,
die 'hunne plaats bekleeden, het volgende
te weten: 1
1. Niet naar den leeftijd moet beoor
deeld 'worden, of een kind in staat is, zijn
eerste H. Communie te |doen, maar naar
zijne voldoende ontwikkeling en kennis van
den godsdienst.
2. Om ter H. Communie te kunnen
worden toegelaten, moet het kind ten min
ste den „Kleinen Kathechismus voor Com-
munjcanten" voldoende kennen en begrij
pen;.
3. Bij de beslissing, of een kind tot de
Eerste H. Communie kan worden toegela
ten, zal de biechtvader zich doorgaans laten
voorlichten door Iden priester, van wiert
het kind Kathechismus-onderricht ontvangt.
4. iDe ouders zijn verplicht te zorgen,, dat
(lun kind, wianneer 'het verstand zich be
gint te ontwikkelen, ook de noodige ken
nis van den godsdienst verwerft .om op
zijn tijd te kunnen voldoen aan zijn' ver
plichting om jaarlijks ten minste eenmaal
te 'biechten en te communiceeren.
5. De ouders zijn dus verplicht zelf hun
kind in den godsdienst te onderwijzen en
het te zenden naar degenen, die voor het
Kathechismus-onderricht zijn aangesteld.
16. Die verplichting der ouders om hun
kind naar het Kathechismus-onderricht te
zenden, houdt niet opi bij| (de Eerste H,
Communie van het kind'. Integendeel; zij
duurt voort, totdat het kind, naar het oor
deel van iden Pastoor of zijn plaatsvervan
ger, voldoende in den godsdienst onderwe
zen is.
7. Wanneer een vader, of degene, die
zijne plaats bekleedt, vermeent dat zijn kind
voldoende ontwikkeld en onderwezen is
orn te kunnen en dus jaarlijks teil minste
eenmaal te moeten biechten, dan moet hij
zorgen, dat ,het bijtijjls aa|n dien, plicht
voldoet. Ook zal hij er voor zorgen, |dat het
meermalen hetzij alleen, hetzij! met andere
kinderen van zijn leeftijd te biechten gaat,
teneinde een herhaald en goed gebruik van
dat H. Sacrament te leeren maken en zijne
jeugdige ziel rein te houden van zouden.
8. Daarenboven moet de vader dan zor-
g'en, dat zijn kind, torn aan. Iden Pjaasch-
plicht te voldoen, bijtijds zijn Eerste Hj
Communie doet, inidien zijn biechtvader het
(daartoe in staat acht.
9. Bij de Eerste H. Communie van een
kind moet alles vermeden woirden, wat zij
ne volle aandacht kan aftrekken van het
groote geluk, 'waaraan het deelachtig wordt.
Alle ijdele opschik en praal, alle wereijd-
sche feestviering moet dan achterwege blij
ven. De gewone Zondagskieeren zijn voor
de communiekinderen voldoend, passend en
g'ewenscht.
10 Het is de plicht' ider ouders te blij
ven zorgen dat hun kind ,na zijne Eerste
H. Communie jaarlijks voldoet aan zijne
verplichting, om ten minste .eenmaal in het
jaar te biechten en te communiceeren. Daar
bij imogen zij 't echter niet laten; zij die
nen namelijk ook te zorgen, dat ihet her
haaldelijk, zelfs dagelijks ter H. Tafel na
dert; Imaar altoos naar liet ooideel van zijn
biechtvader.
.11. Alhoewel een kind; idat door zij'n
biechtvader in staat geacht wordt om zijne
Eerste H. Communie te doen, vrij is om
evenals volwassenen, alleen ter |H. Tafel
te gaan, is 'het toch zeer raadzaam; dit
gezamenlijk te idoen, na met Ide andere kin
deren gemeenschappelijk Katechismusonder-
richt te hebben genoten en gemeenschappe
lijk te zijn voorbereid.
12. iGaa't een kind, zonder gemeenschappe
lijke voorbereiding met andere kinderen ter
Hl. Tafel; dan moeten de ouders zc'i des
te beter zorgen, dat het zich waardig voor
bereidt en met stichtende godsvrucht de
HL Communie ontvangt. Daartoe zal het
dikwerf dienstig zijn, dat (bet kind door
een volwassen persoon naar de communie
bank begeleid wordt.
13. Wordt een kind, (dat in staat is de
H'. Communie te ontvangen, ernstig ziek
dan (moeten de ouders tijdig er voor zorgen,
[dat het voor het ontvangen van het H.
Oliesel en van de H. Teerspijs kvorde voor
bereid! ie;n dat hem beide worden toege
diend.
De „Politiebode" bevat de volgende
schets van 'n slagersjongen:
'n Slagersjongen op de fiets! Angstwek
kende gewaarwording. Huivering en rilling
vliegen sommigen door de leden. OudeA
en jongen |hebben respect ;voor de bruta
liteit van dien witgekielden met bloedvlek
ken bes patten, bp 't stalen ros alom' be
kende. Inldolle, vliegende vaart, met omge
slagen broekspijpen, ijlt hij .voort. Hem,
is de straat. Zijn vleesch voedt iedereen,
Diklijvigen, bolwangigen, krachtig gespier-
den (hebben 't aan hem te (danken. Met de
mevrouw (Iieeft hij 't dikwijls aan den stok
b'eter kan [hij het vinden m'et 't blonde
dienstmeisje, dat hij zeilden zonder een
„ajuus!", „tot ziens!" verlaat.
Hij is uiterst nieuwsgierig. Bij alles staat
hij jstil, heeft van alles verstand, weet voor
alles raad. Elk nieuwtje is hè ml ,,'t Vlie
gend dagblad" is eigenlijk zijn naam. Zel
den is hij alleen op straat. Een trouwe vier
voeter met opgetrokken neus is steeds zijn
metgezel. Alle honden in de beurt kennen
hem en bemerken spoedig; pf hij' lid van
de dierenbescherming is of Iniet, al haar
hij ze behandelt.
Regelrecht op dames aanrijden om ze op
haast ondenkbaren afstand toch' te passee-
ren, waardoor ze bloedrood van schrik en
met den wrok in 't hart niet weten, waar
ze 'zoo; gauw zullen blijven, is zijn grootste
straatvermakelijkheid.
Aan grappige, soms ruwe, teekenende
woordjes ontbreekt 't hem niet. Tegen een
puntbaardje: „Meneer, Wat koolbladeren of
aardappelenschilletjes voor je sikkie? M'n
moeder heeft nog een bennetje vol. 't Kost
nis.k"
„Muurvlakte te huurtegen een hoogge-
boorden mijnheer. Tot chauffeur, bezig met
zijn halsstarrigen auto: „Zeg, wil die ouwe
kr.... van jou niet loopen?" De chauffeur
woedend: „Hou je mf.j...,!" „Die zal ik
jou (niet geven, de jouwe is groot genoeg"
is 't gevatte antwoord. iDie auto vertrekt,
den slager in een vuilen benzinedamp ach
terlatend.
In 't nabootsen van dieren is hij eenig
„Miauw, miauw!" is zijn geroep met zijn
gesloten vleeschmandje aan den arm en
treft alzoo 't medelijdend; (hart van twee
passeerende Idames, leden der dierenbescher
ming'. „Heb je daar een poesje in je
mandje?" „Ja, juffrouw!" „Krijgt het beest
je het niet benauwd?" ,,'t Heeft er niets
van gezeid, juffrouw". „Motet het er nog
lang inzitten?" „Tot het er uitgelaten wordt,
juffrouw." Dames vervolgen haar weg, na
gezonden door een nog veel klagender mi
auw.
't Liefst schiet hij zijn projectielen af
op vischVTOUwen, de concurrenten van zijn
baas, en nadert ze zoo dicht mogelijk, am
ze even spoedig ongedeerd (te ontwijken.
Behulpzaamheid in nood is één zijner
hoofddeugden. Een jonge dame, met haar
japon vastgeraakt in fietstrappers, vindt in
hem den eersten helper, in hem, idle in)
den vereischten vorm der étiquette knie
lende redt, wat nog te redden is. De har
monicaspeler op den openbaren weg, de
liedjeszanger, ide hardlooper, zien in tiémj
een beschermer, want hij is het, die zich
miet zijn rijwiel opj den |lioak ider straat
posteert en waarschuwt met: „Zeg, een
smeris!" „Een klabak", of met een veeK
beteekenenid hoofdschudden.
lAan de (politie heeft (hij. dan pok gru
welijk 't land: Vrij wil (hij zijn als een
!vogei in (de Iucjht, 'njaar (d'e politie ge-
Öoicgt. geen onbeperkte vrijheid;
Van een lantaarn of (bel aan zijn fiets
'wil hij veelal niets weten. Een snelheids-
wielerwedstrijd tusschen hem en een agent
is dan ook geen zeldzaamheid.
Politie en slagersjongen..... dikke vrienden
'worden ze nooit; met argusoogen zullen ze
elkaar steeds blijven begluren. Beiden be-
studeeren eikaars slimheid en ons slagertje,
door een geweldigen tranenvloed het hart
van den kantonrechter wetende te vermur-
iuien, blijft meestal vrij van geldboete en
komt nimmer in den .„houten lepel."
(Goeden morgen
„Onkruid vergaat niet!" helaas en
(wanneer we zoo. eens rondom ons heen
blikken, moeten wij maar al te dikwijls er
varen de Iwaaltjheid, die er schuilt in dit
gevleugeld woord.
Onkruid in letterlijken en figuurlijken zin
schiet allerwege welig op, terwijl 'het goe-
Ide, idat er toch Goddank ook nog
wel is, dikwijls zoo moeilijk kan gedijen.
Deze pessimistische overwegingen hiel
den, ons (heden bezig; toen w!e dezer da
gen in handen kregen een dier z. g. „col-
portageromans" waarin we een historie van
„Laura" de schoone tuinmansdochter von
den afgedrukt en waarmede ons goede volk
ook en niet jhH Imjnst ons roomsche
volk geestelijk wordt vergiftigd.
En als inderdaad de volgende afleverin
gen Ons ide „onthullingen" en „bijzonderhe
den" zullen geven idie deze „eerste" af
levering belooft, dan kan het inderdaad
„spannend" worden, we kunnen ons vast
gereed houden allerlei „pikants" te verne
men en verschillende schanddaden tot in
alle bijzonderheden te zien en leeren ken
nen al wat schurkachtig en laaghartig is.
We zullen als 'het kvare „mieeleven" met
een reeks van gruwelen, idie ragfijn zullen
worden uitgepluisd, kortom we zullen ons
mogen wentelen in het slijk.
Wat een verheffende gedachte! We kun-
:nen ons voorstellen hoe (de lezer zal ge-
ïiieten(!) waar toch reeds in de eerste
zestien bladzijden, de huwelijksmoraal wordt
vermoord en weggecijferd, de eene schur
kenstreek 'na de andere ons wordt beschre-
Iven, en de moorden juit allerlei lage
hartstocht elkaar opvolgen.
Dat belooft werkelijk iets, .wanneer we
ook weten, dat wekelijks Idrie exemplaren
van dit fraais zullen verschijnen.
Nog eens: onkruid vergaat niet, want het
is toch. werkelijk niet jhet eerste perspro
duct van dergelijk allooi waaraan we ons
hebben geërgerd en wanneer we dan zien
hoe inderdaad boeiende lectuur,die
misschien niet zóó spannend is, maar die
in letterkundig en zedelijk opzicht onein
dig ver boven dé ivoidden, waarvan wij
hiervoor gewaagden, uitsteken, zouden we
willen vragen of dan ide goede smaak reeds
zoozeer is bedorven, dat fcnlen zich niej
met walging a fwendt van die bijeengeharkte
massa's vuil, dat men niet gruwt van die
abnormaliteiten, die slechts kunnen gebo-
ren worden in de hersens van abnorma
le wezens, n.l. de op sensatie lust van het
bedorven publiek speculeerende schrijvers,
d:ie door (4 e prikkeling (van de bedorven
neigingen trachten en helaas maar al
te goed slagen hun portemonnaie te spek
ken. I
Och, we houden tegenwoordig tentoon
stellingen van „smaakmisleiding" waarmee
men tracht het publiek meer goeden smaak
voor mooi en schoon jaan te geven.
Konden we ook eens een tentoonstelling
houden van „geestelijk vergif" en daarnaast
de slachtoffers, die, aanvangende met Üeze
sensatieromans, van kwaad, tot erger zijn]
vervallen en lichamelijk en zedelijk zijn af
gemaakt.
■Waar dan ook nu weer een aanval wordt
gedaan op ide arbeidersbevolking en niet het
minst op onze roomsdie arbeiders, laten
We den bezem ter hand nemen en met
één enkele forsche streek al dat vuil' over
onzen drempel vegen, (hét verwijzen daar
waar jhet behoort, n.t. naar dé vuilnisbak.
Als vve lectuur wenschen is er werkelijk
nog Iwel te vinden, zonder (dat we (daarvoor
tot dergelijke schunnigheden onze toevlucht
behoeven te nemen.
Lectuur, volkslectuur in den goeden zin,
die boeit en verheft tevens, die opricht
en niet neerdrukt in hét slijk, Wjjt is
hier nog veel te Idoen voor onze propa
gandisten, maarhun aantal is
klein. Helpe dlan, wie (helpen kan, om Ide
steeds dringender vloedgolf te keeren.
(Mogen we dan ten slotte een wenschl
uiten, dan zou hét zijn: 1
Dat geen katholiek zich late bewegen,
het gesignaleerde pamflet te steunen, op
dat den vuilverspireiders duidelijk worde,
dat wij ons niet laten honen.
(Kwetsen wij hen daar, waar ze alléén
gevoelig zijn, n.l. in hun portemonnaie.
Moge het zoo zijn.
Goeden avond.
VERITAS.
'Wjj stemmen volkomen met jhet betoog
van „Veritas" in.
Dezer dagen schreef zelfs „het Handels
blad" over bovengenoemd afschuwelijk
persproduct en de gevolgen van dergelij
ke lectuur als volgt:
Een slachtoffer van prikkellectuur
Er wordt tegenwoordig terecht getracht
iets te doen tegen de schrikbarende ver
spreiding vaii z.g.n. prikkellectuur van af
sehuweiijke producten als „Laura" en der
gelijke minderwaardige, zwakke hoofden op.
hol brengende prullen, die door colporteurs
onontwikkelden dikwijls op de brutaalste
manier .wordt opgedrongen. In verband daar
mede deelt een onzer lezers ons iets mede
omtrent Sigrist, den man; Idie de „Nacht
wacht" beschadigde. Deze gaf zich een jaar
of wat geleden in hooge mate o-ver aan,
prikkellectuur, zoo zelfs dat /hij er de nar
deelige gevolgen van ondervond, zeer on
rustig sliep en zelfs wel waak-slapend op
stond en dingen ging (doe'n, idie hij zich'
later in het geheel niet herinnerde. Tot 's
avonds laat lag hij te lezen, zenuwachtig
te genieten; op ieder oogen'blik van deq
dag, als hij maar de geregenheid had, ver
diepte hij zich in allerlei boekjes vol ver
halen over moord en doodslag, inbraken,
diefstallen van juweelen enz., door griezel-
prentjes opgeluisterd; van deze boekjes be
zat hij een enormen voorraad. Toen hij
daarover Werd onderhouden, vroeg hij zelf,
dat men (hem die boeken maar zou afnemen;
blijkbaar was (bij blij (A [Cap verlost te
zijn. Destijds idat is reeds eenige jaren
geleden beloofde Sigrist het lezen van
zulke lectuur te laten; iaf hij die belofte
gehouden heeft? Tot zoover het Handbl.
Ook PALJAS, het nieuwe geillustreerde
weekblad, r angschikken wij onder het „pers-
vuil". l
Opgepast, er komen voortdurend nieuwe
bij 't Wordt een plicht, jdat ieder ter wil
le zijner kinderen, een sleutel heeft op de
brievenbus. Red.
Lieve kleine lezeressen en lezers,
Ge hebt slecht opgepast, er zijn weinig
oplossingen van ide prijsraadsels, der vo
rige week ingekomen, 't Komt zeker door
de prijsvraag van Aikmaarsch Warenhuis!
Daarom zal ik nog even geduld hebben
tot Woensdagavond a.s. Ik verwacht, dad
er in dien tijd nog wel enkele oplos
singen zullen uitkomen. Dus ziet ze nog
eens na, ze zijn niet moeilijk, daar ligt 't
niet aan.
Ik heb weer eens EEN KUNSTJE ge
vonden. Lees maar eens:
WARMTEOPSLORPEND VERMOGEN
DER LICHAMEN.
Waarom kleeden wij ons des zomer;
bij voorkeur in lichte Jdeuren?
Omdat witte of in (het algemeen licht
gekleurde oppervlakten weinig warmteop-
slorpend vermogen bezitten» dus veel min
der warmte laten doorgaan, dan wannee.i:
wij in het zwart gekleed waren.
Een aantal proeven kunnen bewijzen,
dé warmte veel gemakkelijker (door zwart
dan|doorlwit heendringt. De volgende proe
komt mij afdoende voor:
;Neem een klein cilindrisch bierglas c
nog liever een, waaraan vlakke kanten zijr
geslepen; beschilder het van binnen beuj
telings Ide opstaande vlakken, wit en zwari
bijv. met water en (krijt en OJ. I. of
Wonen inkt. Ik veronderstel, Idat uw. gia'
8 vakken heeft, 4 witte en 4 zwarte. Mtfa
Iden kop van eene dunne, korte speld
de vlam van eene kaars w'arm en stee,
h'cm dan in Je;ene kaars, zooldat er w'at
gesmolten stearine (kaarsvet) aan blijft "zi
ten en plak idie speld dan van buiten
rizontaal met den kop tegen een der vak
ken en doen evenzoo, m;e(t jde t overige;
vakken.