IX. Kath. Nieuws- ext Advertentieblad
voor Noord-Holland.
No. 52.
Zaterdag 1 Juli 1911.
5"c Jaargang
FEUILLETON.
„Toetie Walther"
Verschijnt Woensdag en Saterdag.
Sit nummer bestaat uit 8 bladz
Een succes voor de afd Alkmaar
van den Bed, B. E Volksbond.
ONS
BLAD.
ABONKEMENTSPRUS
60 ot. per 3 maanden franco huis90 et. met geïllustreerd
Zondagsblad. Te betalen in het begin van ieder kwartaal.
Afzonderlijke nummers van de courant3 eent.
Van het ZondagsbladS oent.
Uitgave van Naaml. Vennootschap y,Ona Blad".
BUREAUBreedstraat 12, tegenover de B. E. Kerk, te Alkmaar.
Telefoon No. 488.
4DVERTEMTÏËN
Van 15 regels
Elke regel meer
Reclames per regel
Kleine advertenties van 1
t
30 woorden, bij vooruitbot.
30
t
IS
25
ceat.
-.-.is
^„Tot idle artikelen uit de wet op het ar
beidscontract, die de meeste aanleiding ge
ven tot strijd! en teleurstelling behooren,
zeker de artikelen .1638 c en id, aldus schreef
Mr. Aalbierse in ihet K..S. W|. van 24 'Diec. IJ
Deze uitspraak blijkt zeer juist.
Artikel 1638 c luidt:
„Evenwel behoudt de arbeider zijne aan
spraak op tiet naar tijdruimte vastgesteld!
loon vgor eenen betrekkelijk korten tijdL,
wanneer hij ten gevolge van ziekte of on
geval verhinderd is geweest zijn arbeid
te verrichten, tenzij de ziekte of het on
geval door zijn opzet of onzedelijkheid ver
oorzaakt of het gevolg is van een lichaams
gebrek, waaromtrent hij bij 'het aangaan dier
overeenkomst den werkgever opzettelijk val-
sche inlichtingen heeft gegeven.
„Komt hem in zoodanig geval krachtens
eenige wettelijk voorgeschreven ziekte- of
ongevallenverzekering, of krachtens eenige
verzekering of uit eenig fonds, waarin de
deelneming is bedongen bij of voortvlo
uit die arbeidsovereenkomst, eene' geldelijke
vergoeding of uitkeering toe, dan wordt het
loon verminderd1 met het bedrag dier ver
goeding of uitkeering.
^Eveneens behoudt de arbeider zijne aan
spraak op het naar tijdruimte vastgesteld1
loon voor eenen korten, naar billijkheid! te
berekenen tijd, wanneer (hij, hetzij ten gevol
ge van (die vervulling ;eener door \vet of over
heid, zonder geldelijke vergoeding, opge
legde verplichting, die niet in zijn vrijen
tijd kon geschieden, hetzij ten gevolge van
^zeer bijzondere, buiten zijne schuld ont
stane, omstandigheden, verhinderd is ge
weest zijn arbeid te verrichten.
„Oncfe, .zeer bijzondere omstandigheden wor
den, voor de toepassing van dit artikel
bggrepe de bevalling van de ech'fgenoote
van den arbeider zoomede het overlijden
en de begrafenis van een zijner huisge-
nooten of van een zijner bloedL en aanver
wanten in de rechte linie onbepaald' en in
den tweeden graad der zijdlimie. EvesÜo
wordt onder Ide vervulling eener door wet of
overheid' opgelegde verplichting begrepen de
uitoefening der kiesbevoegdheid.
„Is het loon in geld op andere wijze
dan naar tijdruimte vastgesteld, dan zijn
de bepalingen van dit artikel eveneens van
toepassing met dien verstande, dat als loon
pdt aangenomi het gemiddeld loon, het-
;k idle arbeider, wanneer hij niet ver
hinderd ware geweest, gedurende dien tijd
had kunnen verdienen.
„Het looi' wordt echter verminderd met
het bedrag c?r onkosten, welke de arbeider
H)
Langzamerhand herstelde zij zich eenigs-
zins, maar toch!ze voelde zich ineens
een vreemde te midden van haar clubgenoo-
ten; ze schrok er van. Overdreef ze niet?
vroeg ze zich zelve angstig af. Liet' ze
zich niet te veel door indrukken schokken?
Misschien meenden die anderen niets kwaads
noch leelijks. Toch was het haar, of ze hen
lm pas zag gelijk ze waren.
„Kom, Toetie, laten we 't bijleggen".
stootó'3 Teddy haar overpeinzingen.
E® zij kon antwoorden, voegde Henri
zich bij hen, en vroeg naar haar papa.
Zij vertelde nu, welke treurige berichten,
die mail hun dien morgen gebracht had,
en dat haar vader die aan den jongsten
zoon der familie de Raat op het seminarie
was gaan mededeelen.
„Op het seminarie?" spotte Otto. „Heb
ben jelui vrienden onder de zwartrokken?"
Met een angstig gezicht sloeg hij een
groot kruis, wat een algemeen gelach uit
lokte. Toetie kreeg een kleur van ergernis.
„Zwartrokken?" vroeg mevrouw Walther
verbaasd. „Oah, Otto, wat zijn dat?"
„Wel, mevrouwtje, de priesters in hun
lange zwarte toog worden immers zoo, ge-
noemdl."
„Betoel, waar? Tida, dat wist ik niet.
zich door he: niet-verrichten va,n dien ar
beid heeft bespaard.
„Van de bepalingen van dit artikel mag
alleen bij schriftelijk aangegane overeen
komst of bij reglement worden afgeweken."
Artikel 1638 id luidt:
„Ook verliest de arbeider zijne aanspraak
op het naar tijdruimte vastgesteld loon niet,
indien hij bereid was den gedongen arbeid
te verrichten, doch de werkgever daarvan
geen gebruik heeft gemaakt^ hetzij door
eigen schuld of zelfs ten gevolge van, hem
persoonlijk betreffende, toevallige verhinde
ring.
„De bepalingen van het tweedie, vijfd'e,
zesd'e en zevende lid van 'het voorgaande
artikel zijn van toepassing."
Wat is nu ihet geval?
Teveel werkgevers maken gebruik van die
alinea zooeven (giemeld, die zegt, Idat van
de bepalingen in deze artikelen mag wor
den afge\v;'ren, bij schriftelijk aangegane
overeenkomst tusschen werkgever en, arbei
der of bij fabrieksreglement, zoodkrt in zeer
vele overeenkomsten en reglementen bepa
lingen worden opgenomen, die bovenstaan
de artikelen feitelijk vernietigen..
D'e arbeider^ die met verlangen had uit
gezien naar eene wettelijke regeling van
het arbeidscontract, was verheugd, toen hij
door de wet zag geregeld, dat hij bij ziek
te, verzuim door familieomstandigheden, ver
hindering van arbeid door te late aankomst
van materialen, enz. recht op loon had'.
Edoch die vreugde verkeerde spoedig in
droefheid, toen hij bemerkte, dat zoovele
werkgevers die seho-one bepalingen te niet
deden. En ru rijst de vraag: Was het de
bedoeling van den wetgever, dat zoovaak
van de slotalinea zou gebruik gemaakt wor
den?
Zeer zeker niet, immers het arbeidscon
tract was door hem gesdhapen om eene
wettelijke regeling tusschen werkgever en
werknemer in het leven te roepen en,
waar hij de bepalingen C en d aan het arti
kel 1638 uitdrukkelijk toevoegde, daar was
het zeer zeker zijn 'bedoeling, aan den werk
gever een weg aan te wijzen, die die billijk
heid gebaand' had. Anders toch waren de
bepalingen overbodig geweest. D>e geheele
Raad v. HL gem Leiden, was het dan ook, toen
aan deze een ladires werd aangeboden, van
ongeveer gelijke strekking ,als zoo' dade
lijk te releveeren, eens met B. en Wp die
schreven: Waar immers de wetgever in de
artt. '1638 c en d wel in het algemeen!
heeft aangegeven, welke regelen hij ten aan
zien van 'die uitbetaling van het loon tus
schen werkgever en werknemer wensc'ht
te zien in acht genomen, maar tevens, om
dat hij de consequenties zijner regeling niet
volledig (Spat. van ons Red.) durfde te
aanvaarden enz.
hieruit blijkt, dat de werkgevers, die de
bepalingen zonder noodzaak als vallen
de hun bedrijfter de excepties uitschai-
Zijn ouders zijn goede vrienden van ons
en komen hier logeeren."
Weer maakte Otto met kluchtigen schrik
en potsierlijke gebaren een groot kruis, wat
op nieuw een algemeen geschater uitlokte.
Toen zei hij spottend:
„Dus we zullen die vromen hier ont
moeten? Alle goede geesten, staat ons bij,
wat zullen ze ons heidensch vinden."
Mevrouw Walther keek hem verbaasd'aan
zonder te begrijpen, wat hij bedoelde. Toe
tie werd bloedrood, en een scherp ant
woord zweefde haar pp de lippen, maar
haar mama voorkwam dit door te zeggen:
„Die Mary de Raat is heel mooi, waar
Toetielief
Werktuiglijk antwoordde ze:
„Ja, mama!"
O! hoe stormde 't in liaar binnenste!
Nu haar argelooze goedheid en onschuld
haar niet verblindde, zag ze met onge
wone duidelijkheid haar clubgenooten ge
lijk ze waren. Den cynischen Otto met
zijn onverholen afkeer voor al wie ge-
loovig was. De ijdele, lichtzinnige, Estel-
le en Besiextjes met haar aanbidders, die
aan haar gewaagd' waren, en Teddy? Och,
Otto was immers zijn beste vriendi, en al
meende Teddy het wellicht goed met haar,
hij was toch gelijk aan de anderen. En Mary
de reine, onschuldige Mary zou met dat
clubje in aanraking worden gebracht? De
gedachten alleen deed haar blozen. Hoe
had ze zoo lang blind1 kunnen zijn?Neen,
zij hoorde er niet bij, zij moest aan dien
kelen, %iet handelen overeenkomstig het
geen de wetgever wenschte.
Nu komteer evenwel nog eene omstan
digheid bij. Verschillende gemeenten nemen
in hun bestekken op, bepalingen omtrent
trent minimum-loon. en hiaximunn-arbieiidto
duur. Is het nu niet logisch, dat zij daar
naast ook opnemen die bepalingen in ar
tikelen 1638 c en d vermeld?
Om dit te verkrijgen wendden zich de
Vafcafd. van den Ned. R. K. Volksbond
alhier totJd'en Raad «net hel volgende aidres:
Oeven eerbiedig te kei: ïen ondergetee-
kenden respectievelijk handelende in. hunne
hoedanigheid van Voorzitters en Secreta
rissen van de Valjafd'eelingen der Ned. R.
C. Volksbond afdeeling Alkmaar;
dat bij de artikelen 1638 G en D van het
B. en Wi. den arbeider is gewaarborgd, dat
zijn loon zal doorgaan, ook indien jjij
tengevolge van de in die artikelen ge
noemde meerendeels va,n. zijn wil onafhan
kelijke omstandigheden geen werk mocht
hebben kunnen verrichten
dat uit d'e geschiedenis van die wetsbepa
lingen valt af te leidien, dat men. deze re
geling heeft willen beschouwd zien, als het
stellen van moreele minima 'ten behoeve van
den arbeider;
dat echter de meerderheid van de Tweede
Kamer genoemde wetsbepalingen niet impe
ratief heeft wenschen te maken, omdat haar
inziens eene afwijking idaarvan in bijzon
dere en abnormale omstandigheden geoor
loofd' diende te blijven:
dat evenwel deze voorschriften in het al
gemeen een omgekeerd' effect hebben gesor
teerd dan des wetgevers bedoeling is ge
weest,- aangezien in de praktijk vele werk
gevers zich aan hunnen inhoud plegen te
onttrekken door afwijkende bedingen, te ma
ken;
dat daartegenover langzamerhand het ge
voelen veld' wint, dat hier de wet in strijd
met haren geest wordt toegepast, doch de
'arbeiders als economisch zwakkeren zich
daartegen met goed gevolg kunnen, verzet
ten;
dat 'het echter naar 'het oordeel van de
oudergeteekenden, op den weg ligt va;n pu
bliek rechtelijke lichamen als gemeenten om
in voorkomende gevallen zich gedragen
a'an 'de bedoeling van tien, wetgever en der
halve niet aan die artikelen 1638 C en D
voornoemd te derogeeren door afwijkende
contractvoorwaarden
dat een gemeente o.p meerder wijze haar
rechtstreeksdhen en zijdlelingschen invloed
daartoe in den schaal kan leggen, onder
anderen door;
le bij het houden van aanbestedingen;
als een der besteksbepalingen op te ne
men dat de aannemer zich. zal hebben te
houden aan die voorschriften
2e bij het idocn van in en aankoopeni
slechts te betrekken van die firma's id'ïe
omgang een einde maken. O, 'had! ze maar
iemand om raad te vragen, om onbeperkt,
op te verbouwen. Toen dacht ze aanhaar
vader, aan wien ze in haar kinderjaren]
alle lief en leed toevertrouwde. Als zij
eens ernstig met 'hem sprak? Zich niet door
zijn drogredenen liet afschrikken? Hem
Pachtte te overtuigen, dht het haar weer
zin inboezemde, zoo,als zij met elkaar om
gingen, en zij niet meer bij hem hoonde?
Ja, beslist, morgen zou ze hem alles zeg
gen. Hij zou wel boos worden, en er
niets van willen hoorer.. Hij blufte er altijd
op, dat zij met drie freuletjes en een ba
ron in één club was. Maar wat waren
die.haar eigenlijk? Immers niets. Zij ston
den veel te ver van elkaar verwijderd, en
hoewel ze tot nog toe meende van hen
te houden, zag zij nu, dat er toch geen
ware vriendschap mogelijk is, waar men
in zijn diepste gevoelens zoo, totaal ver
schilt. Vriendschap, die niet op wederzijdsche
achting berust, is onbestaanbaar.
Werktuiglijk mengde zij zich weer in het
gesprek, maar zóó in 't oog vallend ver
strooid, dat Teddy zijn verbaasden blik niet
van haar afwendde. Ook de anderen zagen
haarv erwonderd' aan, toen ze hun, bij 't
scheiden vluchtig, vaarwel zeidie, zonder hen
niet li aar bekende gulle gastvrijheid tot spoe
dig terugkomen te nood'en.
Toen zij met haar moeder haar gasten tot
het hek uitgeleide gedaan had en samen
naar de villa terugkeerden, zcide mevrouw
Walther ontstemd';
eveneens tegenover hun personeel die voor
schriften toepassen
3e bij het laten, verrichten van werk
zaamheden door zelfstandige pa,boons ook
tegenover hen dienzelfden eisch te stellen;
dat de gemeente Leiden reeds een prij
zenswaardig voorbeeld heeft gegeven, door
in den geest van de verzoekers, werkzaam
te zijn zooals blijkt uit die verordening]
onlangs door den raad Idier gemeente aange
nomen
dat ook |desbebeffende bep;alingen door
de gemeenteraden van Deventer, Zeist, Hil
versum, Smallingerland, Leeuwairderadeel,
Engwirden en Sdhoterland in hunne be
stekken zijn opgenomen;
dat ook Z. D. H. de Aartsbisschop van
Utrecht d'e Kerkbesturen heeft verplicht om
bij die aanbestedingen en uitvoering van
werkzaamheden streng d'e 'hand te houden
aan die lairtikelen;
diat het wel geen betoog meer ,zal be
hoeven, idiat door de toepassing dier arti
kelen de rechtzekerheid v,an deni arbeiders
stand belangrijk wordt verhoogd, terwijl de
kosten daarvan niet noemenswaard! zijn, in
ieder geval geenszins opwegen tegen haar
nut en zedelijke waarde.
Redenen waarom adressanten zich, wen
den tot Uwen Raad met eerbiedig verzoek
de imperatieve toepassing van d'e artike
len 1638 C en D B. Wi. ini die bestekken
van g emeentewerken op te (nemen, zelfs fclleze
toepassing in d'e gemeentebedrijven te doen
in acht nemen en voorts aain contractanten
met de gemeenten ten .aanzien van öe rechts
verhouding tegenover ihun personeel dien-
zelfden eisch te stellen.
Volgen onderteekeniingen.
Bedoeld adres werd in de vergadering
vian 3 Mei LI. door den Raad om, beridht
en raad in handen gesteld van, B. en Wu
Diaaraan voldoende deelden dezeals hun-
meening med'e, dat de Jnhoud van dit adres
kan worden saamgevat in; de vraag of
in de bestekken voor gemeentewerken eene
bepaling behoort 'te Worden opgenomen, wel
ke den .aannemer zal verbieden met zijne
werklieden een schriftelijke .overeenkomst
aan te gaan, volgens welke van hiet bepaal
de in de genoemde wetsartikelen wordt
afgeweken, dan wel hare toepassing geheel
wordt uitgesloten.
Een antwoord op die vraag is naar onze
meening niet moeilijk. Zij behoort onvoor
waardelijk toestemmend te zijn. Waar de
gemeente in haar werkliedenreglement al
lerlei verplichtingen Iheeft aanvaard, diie ook
in de artt. 1638 c en d. zijn geregeld, is
het billijk aan de indirect voor haar wer
kenden diezelfde voordeden te verzekeren
Immers mo-et bij aangenomen werken, die
gemeente worden beschouwd als de eigen
lijke werkgeefster. D'e aannemer is slechts
tusschenpersoon en niemand! verplicht hem
het werk aan te nemen als die verhouding
tusschen werkgever en werknemer hem. niet
„Hoor eens, Toetie, je moet niet zulke tin
kaas verkoopen, anders wordt ik betoel
kwaad. Ik zal het papa vertellen, hoe je
vanmiddag mokte en mij tegenwerkte. In
dien jij niet de hoofdpersoon, wilt vervullen,
moet 't feest vervallen. Ons dioel is, dat
die menschen je zien. Wijl je dezen win
ter voor 't eerst uitgaat, hopen wij, d'at
je een goed', voornaam huwelijk zult doen.
Daarom willen wij door die „Levende Beel
den" de aandacht op je vestigen.
Weer steeg dat bittere in Toetie's zacht,
rein gemoed' op, en met voor haar ongewone
scherpheid zei ze
„Dus dat bal is eigenlijk zooveel als
een markt, waarop ik word tentoonge
steld en te koop aangeboden?"
Verbaasd over het bittere in Toetie's
stem b[eef haar moeder staant en haar met
groote oogen aanziende, riep ze driftig:
„Oah, Toetie, wat ben jij een onaardig,
slecht kind. Je ouders doen al het mogelijke
om je genoegen te geven, gelukkig te ma
ken, een voornaam huwelijk te laten stuiten,
en nu praat jij er zoo leelijk en ondank
baar gver". Half schreiend van drift liep ze
het huis in, zich in de deur nog even
o.tnwendend, half en half verwachtend, dat
Toetie, volgens haar gewoonte, haar zou
volgen om te zeggen, dat zij Maatje nooit
leed' wilde doen. Maar voor 't eerst bleef
Toetie achter. Zij boog zich diep overeen
rozenperk, schijnbaar eenige bloemen pluk
kend. om de groote tranen, die haar droeve
oogen ontrolden, te verbergen. Zij zag wel,
aanstaat. Practischi zal de gemeente voor
hare werken iets meer moeten betalen.
Men zou van meening kunnen zijn ülat
een eenvoudig verbod' om de artt. 1638 c
en d uit te sluiten, te vaag de verplichtin
gen van den aannemer regelen en dat het
'beter is voor te schrijven in welke gevallen
de aannemer loon en ziekengeld' zal bé-
jjooren uit te keeren, gelijk men te Leiden
heeft gedaan, blijkens d'e Verordening ter
zake welke voor uwe vergadering zal ter
lezing liggen.
Het komt ons echter voor, dat de onder
vinding hierin uitspraak zal moeten doen,
zoodat wij de ear hebben u voor te stellen
te besluiten:
,aan de adressanten, als beschikking o.p
hun (adres den 27en April 11. ontvangen,
te doen weten, dat voortaan in bestekken
voor gemeentewerken, overeenkomstig die
duidelijke bedoeling der wet, als regel de
artt. 1638 c en d zullen worden; geacht te
zijn opgenomen, indien in die bestekken
niet uitdrukkelijk anders is bepaald.
Het resultaat, dat dg Vakafd. bereikt heb
ben is nu dit:
Voorheen werkten de arbeiders, bij een
patroon, die een werk van, de gemeente
haidl aangenomen, onder de bepalingen, die
de patroon in zijn overeenkomst met d'e ar
beiders had gesloten.
TliaUs zegt de gemeente: indien, in de
bestekken voor gemeentewerken (welke be
stekken van gemeentewege worden opge
maakt) niet uitdrukkelijk anders is be
paald;, worden ide artt. 1638 c en d geacht
te zijn lopgenomeni m.a.w. d'e gemeente zegt:
wij zijn eigenlijk de werkgeefster, de aan
nemer is tusschenpersoon. De (arbeiders heb
ben dus te maken met de arbeidsvoorwaar
den in onze bestekken genoemd en ni e t
met die, welke zij met den aannemer zelf
Webben gemaakt. Voorwaar, een mooi resul
taat
Wij verwachten nu ook, dat B. en W.
van „dat uitdrukkelijk anders bepalen,"
slechts bij uitzondering gebruik zullen ma
ken. dan geeft d'e gemeente als werkgeefster
een goed' v oorbeeld ,aan andere werkgevers
Intusschen heeft de afd. Alkmaar van tien
Ned). R. K. Volksbond' in deze zaak een
flink succes te boeken. Zij heeft aan de
kath, arbeiders tegelijk getoond', welk een-
nut de vakorganisatie heeft.
Moge het getal 'der ongeorganiseerden, die
de kastanjes door andere, flinkere vaklie
den dan zij zijn, uit het vuur hebben laten
halen en nu profiteeren van het werk, dlat
hunne georganiseerde vakgenooten hebben
verricht, door deze succesvolle daad van
d'e afd. Alkmaar van den Ned. R. K. Volks
bond inkrimpen totnihil.
hoe haar mama wachtte, zich omwendde,
maarzij kon haar niet volgen, noch!
haar zin dóen. Onmogelijk Zij voelde zich"
gekrenkt, teleurgesteld, bedroefd, verbitterd.,
Zoodra haar mama in 't huis verdiwenen,
was, begaf zij zich naar haar kamer, sloot
de deur achter zich, en snikte het uit. Ze
voelde zich zoo verlaten en eenzaam; nie
mand, die haar begreep, niemand, bij wien
zij haar hart kon uitstorten. Niemand? En
Qodi dian? Had de zuster haar niet gezegd,
dat men met alle lief en leed tot God moest
gaan, en Hij altijd bereidi was de bedroef
den aian te hooren? Had Jesus Christus, de
Zaligmaker der wereld', niet allen, die he*
last en beladen waren, tot zich geroepen?
Tot Hem kon ze dus gaan. En zich snikkend
op d[e knieën gooiend, stortte ze haar over
vol hart; bij Hem uit. Toen werd het kal
mer in haar ziel. Zij zag, dat zij op
recht met haar vadër moest spreken,, hem
vragen haar te helpen, meer te leeren over
God, om Hem nader te komen.
Aan tafel was ze bleek en stil, zoadat
nicht Betsy haar bezorgd' gadesloeg. Haar
moeder mokte en sprak alleen met haar
nicht. Na een haastigen maaltijdi, noodde
zij deze voor een rijtoer.
„Gaat Toetie niet mee?" vroeg, nicht Bet
sy aarzelend.
Mevrouw Walther deed' of zij de vraag
niet hoorde.
(JEordt