TWEEDE BLAD. Zaterdag 11 Mei 1912. No. 44 iedenis der Parochie Oudorp. Eerste I Katholieke Lev. Mij. te Haarlem. Ons Geïllustreerd Zondagsblad KALENDER- voor de dagen der week. Uit ons Parlement. Stalschrobben. As je Khan! f 1.500.000. f 50.000. propagandistisch 1 ingezonden" burgerlijke stand. ONS BLAD. Het geïllustreerde Zondagsblad van deze ^ek bevait de volgende PLATEN: Koninklijk bezoek aan Amster dam (2 foto's). H. M. de Koningin-Mee - der op feet Loo. De nieuwe R. K. Parochi ale school te ATfen a. d. Rijn. Het herstelde R K. kerkhof te MedemMk. Het Konings paar'in Amsterdam. (4 fotoi's). Twee gou den echtparen. Een 65-jarig huwelijksfeest. Groote brand te Alkmaar. Zuster Synesia. De onderzoekraad! te New-York. De val van Védrines te Epinay. De brand te Lei derdorp. (2 foto's). De harpij-arend. De EerW. Moeder Xavier. Het pensionaat St. Joseph te Etten-Leur. TEKSTDe Koningin in Amsterdam. Len te. De erfgenaam van een trooin (vervolg). Grootmoedertje. Een gelukkige kans (slot met plaat). Allerlei. Voor onze jongens en ffieisjes. 12 Mei. ZONDAG. H.H. Nereus en Ge zellen, Martelaren. 13 Mei. MAANDAG. H. Servatius, Bis schop. 14 Mei. DINSDAG. H. Bonifacius, Mar telaar. i 15 Mei. WOENSDAG. H. Joannes Baplista de la Salie, Belijder. 16 Mei. DONDERDAG. Hemelvaartsdag. Te vieren als Zondag.. 17 Mei. VRIJDAG. H. Pasdhalis Baylon, Belijder. 18 Mei. ZATERDAG. H. Venantius, Mar telaar. 12 MEI. Vijfde Zondag na P.aschen, Les uitkien brief van den, H. apostel Jacobus 1, 22-27, Veel geliefden! Wieest daders van het woord en niet, u zelven bedriegend, slechts hoordersWant ilndien iemand hoorder en niet dader van het woord is, kan hij ver geleken wonden tnet een man, die zijn na tuurlijk gelaat in eenen spiegel waarneemt; deze immers ziet zich zeiven en gaat heen en aanstonds 'heeft hij vergeten, hoe hij er uitzag. Dodh hij, die met aandacht de volmaakte wet der vrijheid gadeslaat en daarin volhardt, 'deze, geen vergeetachtig hoorder, miaar dader des vverks geworden zijnde, zal door zijn doen zalig zijn,. Zoo nu 'iemand meent godsdienstig te zijn, terwijl 'hij zijne tong niet in toom houdt, maar zijn hart doet dwalen, diens godsdienstigheid is ijdel. De reine en on bevlekte godsdienstigheid voor God en den Vader is Ideze: weezen en weduwen in hun nen druk 'bezoeken en ziiqh zeiven onbe smet van Ideze wereld, bewaren. Evangelie volgens den H. Jo,annes; XVI, 23—30. Te dien tijde spraJc Jesus tot zijne leer lingen: voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: zoo gij den Vaider in mijnen naam iets vraagt, Hij zal het u geven. Tot nog toe hebt gij niets in mijnen naam gevraagd. Vraagt en gij zult 'verkrijgen, opdat uwe vreugde vol komen zij. ik heb deze diingen in gelijkenissen tot U' gesproken. Het uur komt, dat Ik niet meer in gelijkenissen tot u spreken, maar u openlijk van den Vadier verkondigen zal. Op dien dag z-ulit gij. in mijnen, naam bid den; en biet zeg Ik u>, dat Ik den Vader voor uïa! vragen: want de Vader zelf heeft u lief, omdat gij Mij. liefgehad en geloofd hebt, dat Ik van God ben uitgegaan.. Ik ben van 'den. Vader uitgegaan en in de wereld gekomen, wederom verlaat Ik de wereld en ga Ik tot den Vader. Zijne leer lingen zeiden tot Heini: zie, nu spreekt Gij openlijk en zegt geeme gelijkenis! Nu we ten wij, dat Gij ales weet en niet noo- dig hebt, Idat iemand U ondervrage. Daar om geliooven wij, dat Gij van Gold, zijt uitgegaan. Jiigen Joannes den Dopper, Laurentius, Gen- gulfus, Basilius, Cyrillus en Albertnsbij welke gelegenheid ook het Kerkhof gewijd werd. De gedenkdag dezer wijding werd vastgesteld op den derden Zondlag na Pasdhen. Aan hen, die deze Kloosterkerk op bepaalde dagen zouden bezoeken, werden aflaten verleend, alsmede een aflaat vam 300 dagen aan hen, die devotelijk zouden drinken uit de Hi. Antoniusput, ter eere van dien heilige en van Maria en daarbij 3 Onze Vaders en Wiees Gegroeien zouden bidden. Hieruit blijkt dus, dat Oudorp een H, Hl Anthoniusput bezat en dat de geloovigen daaruit devotelijk dronken. Op 25 Nov. 1522 verleent de pastoor, Claas Plieterzoon, der Sit. Laurentiuskerk te Alkmaar de vrouwebroeders verlof in zijn kerk te preeken en biecht te hóoren op de feestdagen der H'. Maagd en Driekonin gen, alsmede biecht te hiooren in, den Ad vent tegen Kerstmis, Vasten, Pasdhen en Pinksteren. In 1572 werd het Klooster ge- heetdstormid en vernietigd. Na den woetigen strijd der Hoekschen, en Kakeljauwsdhen komt de gruwelijke strijd tussdhen Kaas en Broodvolk. In 1492 was N.-H. in opstand. De zware belastingen, de vernielende burgeroorlogen, misgewas hadden de mindere volksklasse wanhopend gemaakt. De stedelingen en plattelandsbewoners wilden, zich rechit ver schaffen door oproer, in plaats van ordelijk aan den Keizer Maximiliaan verzoekschriften te zenden. Met vaandels, waarop kaas en brood geschilderd waren, trokken zij op. De West-Friezen deden van zich hiooren jjjj hun vernielingstodhten. Oudorp zag de sterkten Nieuwenburg en Middelburg ten gronde gaan ami nooit meer herbouwd te worden. Aelbrecht van Saksen veldheer van Maximiliaan van Oostenrijk, voogd, over Pihiil. den Sdhoonen maakte een eind aan het oproer; afgevaardigden uit steden en dor pen moesten met de strop om de hals vergiffenis vragen die hun gegeven' werd maar daarenboven moesten de West- Frieschè dorpen 6000 goud guldens betalen. Nu waren de burgertwisten voorgoed uit, rust en vrede heersdhte er, doch een rust, die spoedig door strijd zou vervangen wor den, de her vorming s tónd voor- d e dleur, omi nog meer gruwelen te plegen dan er reeds geschied' waren. Vóór de hervorming vinden wij in 1512 als pastoor nog vermeld' Nicola.us de Alk- rmariia. In 1513 pastoor Everardus Rodenek, toen bestond de parochie uit 125 cotm- muni.canten, Oudorper aanzien was inder daad niet groot, alle buurtparochiën waren grooter, uitgezonderd'. Oiterleek, dat 50 com municanten 'had. St. Panoras had van ouds de Cape lie, toegewijd aan St. Pahcratiius en, stond' onder Oudorp. Doch 14 Juli 1487 vroegen de bestuurders en buurtgenooten der Kapel het Utrechtsdhe Dora-Kapittel, dathiun Kapel tot parochie zal worden verhieven. Sinds dien tijd heeft St. Pan,aas zijin eigen parochie en is onafhankelijk, na deze gebeurtenis bedroegen Oudorps parochianen 120, daarvóór zat dus de parochie 300 meer geteld hebben. St. Panaas en Obdami 300, Koedijck- Huijswaardt 580, Oude Niiedorp 300, Bier gen 400 parochianen,. (Wonlt vervolgd). IV. Kort na den Kennemerloop verrees, aan den weg iussclhen de burchten Torenburg, Middelburg en Nieuwenburg, op de plaats „Swanegeest" een sjjdhting, welke aan de zen wieg den naam van Monnikenweg zou schenken, zij was het klooster der ge schoeide Karmelieten. De stichting, vooral -2 danken aan de meldheid van Karei dien topten en den schout van Haarlem Ael- bredit van Raephorst, kwami in de vasten van 1467 of 1469 tot stand en de Karme- liieten, bekend ais „Onze-Vrouwe. Broeders °f Ons Leeren Broeders"v vestigden Zich ie Oudorpi. Weinig is er bekend van het klooster en de paters. In 1470, 13 Mei wijdt osuiinus, bisschop van lerapioliis, wijbis schop van den Utrechtscben bii s s eh o pj,.David ian Bourgondië, in het klooster een altaar ter eere van den Alimachtigen God en van den 'heiligen profeet Elizeüs en den hei- De Bmkkerswet. Met de behandeling der Bakkerswet, waar over al zooveel gesprekew en geschreven is, zoodat in het archief der Tweede Ka mer zeker wel een stapel pro-en-pomtra- adressen liggen, is dan Woensdag een begi i gemaakt. Art. 1 dezer wet luidt aldus: Deze wet verstaat: I. onder „broodbakkerij": alle open of besloten ruimten, behoorende tot eene rich ting, waar ten behoeve van eene onderne ming brood wondt bereid of stoffen eene daartoe strekkende bewerking ondergaan, voor zoover in die ruimten, al of niet voort durend, met de broodb ere idling, verband houdende werkzaamheden worden verricht: II. onder ^bakkersarbeid"; aille werkzaam heden verricht in eene broodbakkerjj, met uitzonderling van die,, dienende tot bewaking of tot reiniging der inrichting, het onder houden van het vuur daaronder begrepen, die tot herstelling van ovens of werktuigen, alsmede 'die tot herstelling of onderhoud van gebouiwen: III. onder „bakkersgezel", ieder die, al of niet voortdurend; in de ondernemeng van een ander bakkersarbeid! verricht en wiens arbeidsduur niet door de bepalingen der Arbeidswet '1911 geregeld' is: IV. onder „nacht", de bij' of krachtens art. 7 nader bepaalde tijdsruimte van 10 achtereenvolgende ulren tusschen 8 uren des namiddags en 6 uren des voormiddiags V. onder „Olnze Minister": Onze Minister, met de uitvoering van deze wet belast." 'Art. 2 luidt: „Het is verboden, bakkersarbeid te ver richten a. des Zondags, b. des nachts, cl op den dag, volgende op dien, waar op bakkersarbeid gedurende de laatste twee uren van den nadht ingevolge het bepaalde in artikel 3, onder II, geoorloofd! is.',' Door den hir. Snoeck', Henkemians (dhr. bist.) werd na eenige amendementen toe lichting, intrekking en samenvatting voorgesteld Airt. 2, te lezen als volgt: „1. Het is verboden des Zondags bak kersarbeid te verrichten, 2. Het is het hoofd of den bestuurder eener onderneming, waar bakkersarbeid wordt verricht, verboden te gelasten, of toe te laten, dat een bakkersgezel in of voor deze ortdernemiing arbeidt gedurende meer idan elf uren per etmaal of wel gedu imde 'meer dan tien uren per etmaal, wan neer meer dan een, dodh minder dan viif der arbeidsuren in den nacht vallen of ^vel gedurende meer dan negen uren per ietmaai, wanneer meer dan vier der arbeidsuren in den nacht vallen. 3. 'Het Is het hioo'fd of den bestuurder eener onderneming, waar bakkersarbeid wordt vernicht, verboden te gelasten of toe te laten, dat een bakkersgezel in of voor deze onderneming arbeidt gedurende mieer dan vijftig nachturen in veertien op elkaar volgende etmalen." Voorsteller was tegen het stelsel des mii- psters en wel met het oog op de kleine patroons. Hij meende, dat door zijin amen dement patroon zoowel als werkman zuilen zijn besahermd. De heer Van de Velde (anti-rev.) voorzag, dat handhaving van het patroonsverbod veel wrok in den lande tengevolge zoul hebben De 'heer Rasstoors (Kaft) was tegen het amendement - Henkemans, omdat uitlich ten van het patroonsverbod tengevolge zal hebben. Hat hiet platteland' achter komt te staan hijgde groote steden. Oiok He hir. Aalberse (kaft.) was tegen het amendement, immers als de patroons buiten He wet worden gesteld, wordt die nachtarbeid niet afgeschaft maar slechts be perkt. Minister Talma betoogde hierna,dat hiet uitgangspunt der wet was afschaffing van den nachtarbeid. Die nachtarbeid acht te hij door geen enkel wezenlijk belang ge motiveerd, dodh' daartegenover staat groote schade voor de gezondheid van Wen, die in het bakkersbedrijf werkzaam zijin en dat wettigt z.i. en motiveert voldoende het ver bod van nachtarbeid, Het amiendement-Hcn- kemans keurde hij af, omdat dit den nacht arbeid niet afschaft dochi onvoldoende re- geidt alleen voor den gezel. De hr. De Visser (c.h.) wilde alleen voor den gezel regelen niet voor dien patroon, doch terecht merkte de hr. Bos (vrijz.dem.) daartegenover op; dat op die manier het bakkersbedrijf in zijn geheel niet is gere geld en dat dient toch'. i De Kamer lijkt oradertusschen een groote bakkerij Van amendementen en smb-aincnde- menten, Idat de discussies zoo uiteenloopen, dat (Je voorzitter er geen weg meer in weef en als Wioensdag d,e vergadering maar sluit. Een andere maal, dat niemand der leden meer wist, hoe een amendement er nu! uitzag en de voorz. dhs besloot eerst nog tens te doem drukken en de zitting te verdagen. Jamimer voor de bakkerspaitroons en gezellen, die in grooiten getale zijn opge komen en de tribunes vullen! Naar men wil, hadden ze versdhie cadetjies 's mor gens 'gebakken mieegenomen, om als 't lang 'duurde de leden dier Kamer niet van honger te laten omkomen! Hiet woord „vrijheid" en nog eens „vrij heid,, is wat vaak genoemd. „De vrijheid der patroons wordt aanban den gelegd", meende de hr. Snoeck Henke mans. 'Maar zeer terecht is èn door den Minister Talima èn door den hr. Aalberse opgemerkt, Hat die bakkerspatroons thans wat gaarne 's nachts zouden willen sla pen 'en over dag werken, maar zij missen die „vrijheid" juist tengevolge der con currentie. De bakkerswet geeft burn juist de vrij heid, h.il. om 's nacihts te' slapen, zooals ieder 'mensdh doet en zooals ook God in He Natuur h eeft aangewezendie zon gaat onder, de dieren gaam slapen, behalve de nachtuilen misschien en tot hedendie bakkers, maar dat is onnatuurlijk! EEN SUCCES VOOR DEN MINISTER, was, dat art. 1 en 2 ongewijzigd' werden goedgekeurd ondanks ai die amendementen bakkerij. Beslist verklaarde Z.Exc. de wet te zulten intrekken als een der amende mentenHenkemans of De Visser werd aangenomen. De Minister wil! doorzetten! Zooals mem zijn voeten gewoonlijk eerst wassdhen gaat, nadat men zijn kousen heeft uitgetrokken, zoo komt de stal eerst voor sdhrobberij in aanmerking, als de koeien er uit zijn. Dat is zeer natuurlijk' niet waar? Ein daar gewoonlijk eerst na Pasdhen het melkvee, „de kast uit gaat" vanwege de guurheid onzer Hoitandsche voorjaren, valt de stalschrobbing ook' in dem regel bui ten de Vastea Wiamt andersmocht bij de catagorieën van miensdhen, die officieel van het vasten worden; vrijgesteld; ook wel worden opgenoemd de mannen, die een speciaal voorjaarsvak maken van stalschrob ben! Stalschrobben toch is een zeer zware arbeid! Beu stel, waar de koeien pais zijn uitgezet, is een toonbeeld van duim|3iklfe, vastgegroeide smerigheid. Zoo'n stal is er ger dan vuil, die is invuil; zwart van vui ligheid, aljeen hoog aan 't hooibergschot is nog een groezelige herinnering aan de reine witheid, die verleden zomier in"den stal heersdhte^ toen je een boterham kon eten van stalhout, groep en gang. Ern zoo nnoet het weer worden! Eh zoo is het ook' ovpr een veertien dagen, als die heele boer derij „skoon en op stel" is. Maar aan dien stal, inzonderheid is je wat te doen! In 'de grijze oudheid kon een koeien stal ook al' aardig vuil wezen. Daar heb je bijv. die stal van koning Augias de bekende Augiasstal waarin asjeblieft 3000 runderen een 30 jaren hadden doorgebracht. Wat of die stall in-vuil moet geweest zijn! Maar zooi knap en handig als wijlen me neer Hercules bet zaakje opknapte hij liet er eenvoudig een rivier door stroo- mien kunnen omze hedendaagsdhe stal- sdhrobbers Ibet niet. Ook al, omdat er in 6ms Holiandsdhe polderland maar geen rivieren om 't grijpen zijn en er in onze polderslooten geen stroom genoeg zit. Maar ze spelen het todh klaar en handig ook; met een paar reuzenbezems, die ook stal schrobbers heeten, en rniet water, een ge weldige hoeveelheid water, koud en warmt 's 'Avonds voor den grooten dag van stal schrobben beginnen ze al miet den stal j,in de week" te zetten. Eerst zijn de spat- schutten, het stal bankje, de houten goten, de kruiwagen en wat er nog meer aan stal- mieubilair is, in de sloot gegooid naast de boerderij, in wielke sloot een paar stokken overdwars zijn vastgelegd! om wegdrijven te voorkomen. De stal zelve moet om mak kelijk te begrijpen redenen op een andere manier „in de week" wordien gezet. Dat ge beurt zooiwat opi dezeifdie manier, als waar op Mahomed met den berg handelde. Die zei immers: „Als de berg niet tot Ma homed komt, zal Mahomed tot den berg gaan," En de stalschrobber zegt: „Als je den stal niet tot het water kunt brengen, breng je het water tot den stal." Tenmjinste, hij (handelt zoo en gaat reeds op den voor avond van dien grooten reinigingsdag den vuilep. stal tot in alie hoeken en gaten doornat kletsen, tot hij zelf geen droge draad aan z'n lijf 'heeft. Dat doet ie met die z.g. geboeide schop en een wasdhtobbe met wa ter, d'ie telkens gevuldl wordt. Haast den heelen staltijd lang niet is er zooveel water gepompt als op den avondl vain „stal-in-de. week-zetten". Ook de groote kuip, waarin men de kazen weekte, toen die kaasfa- brieken nog niet bestonden wordt vol gepompt om maar ruimi water bij de handi te hebben. En de nieuwe stalscWrobbers (de bezems worden bedoeld) weekt men daarin tot morgen, ook de kleine hand- schrobbertjes. Dan schrobben ze beter. En morgenochtend is de vuile boel al aardig losgeweekt, zoodat men flink kan opschieten. Wat knapt het lekker op! Vergelijk 's zoo'n stalsdhut, dat „gedaan" is met éen, dat nog „gedaan" moet wor den. Wat een verschil! Een dankbaar werk dat stalschrobben toch', al is het moeilijk en zwaar. Vooral een getob! is bet met den zolder en de blalken daaronder, als je zoo „bloven je macht" moet werken. En de nieuwe boerderijen zijn. zooi allemachtig h-oog Dp den dag van stalschrobben wordt tegelijk de „koes" „gedaan". De „koes" is de bedstede in den stal, waar gewoonlijk de knecht slaapt. Die moet nu vandaag tra kt eer en, omdat z'n bed wondt schoongemaakt. Dat is de eenige leuke kant van den gruwelijk-vervelenden schoon maaktijd dat trakteeren, zie je, vooral als er véél biedden zijn! De knecht heeft 'n pond koek laten halen bij. Grietje-buur en om half elf „doen" ze nu opi die boerderij een smakelijk „koppie met koek", of 't Zondag was. En dan weer miet moed aan de sdhrob berij tot etenstijd. Hard an den gangl, jon gens, en 's miiddags ook weer, om aan het einde van den drukken dag dien stal nog schoon te hebben. Een heerlijke 'frissche, atmospheer hangt er nu im den stal; diie gisteren nog zoo vuit en vunzig was. En je benijdt den knecht^ die op zijn sdhoone bert in den sdhoonen stal heerlijk mag uitrusten van den druk ken, doenigein dagi BL WOUTERS. Levie Zuurdeeg was de grootste Tafelschuimer uit het land, Waar wat lekkers viel te bikken Was ie altijd bij die hand. 1 En Biram Mooges kon zich erg'ren Oin zoo'n mispunt van een man. Maar zegt toch: „Klham bij me ete Morgenmiddag as je khan." Daags daaropi zoo tegen zessen, Heeft Leev' zich ook aangemeld, Maar de dieur was vast gestoten Levie Zuurdeeg heeft gebeld!. 'Hieeft gebeld en heeft getrokken, Hleeft gebonsd, gebombardeerd Een paradetiiarsch getrommeld! Op de deur en zich bezeerd. Kijk, daar gaat een venster open, Mooges roept „da's vast ablhuiis! Waarom is daar toch zoo'n 'herrie Zóó'.n spekhakel an men huis?" Levie Zuurdeeg zegt: „Maar Mooges, Zlhie toch', ik sta hier opi straat." „Zhoo? What heb je da.n toch1, Zuurdeeg?" §.cjbreeuiwit nu Moges schijnbaar kwaadt De netto productie nadert de De jaarlijks e premie In ftr oh ëti «w no* niet v«rt«>*»n W'iirdied R K gelegde veriegen^oo-dig-re geprangd. „Wat ik heb? Een flinken honger, In wat eten heb ik zin. As 'k gevraagd ben hier te eten Maar ik kban je huis niet in. Zei je niet, khomi bij me ete Kom bij me ete, as je khan? En nou ben i k hier, zeg Mooges Maak 'd,e deur todh open, man!" Mooges roept weer naar beneden: „Is de grendel heusch er voor? 't Spijt mie werk'lijk vriendje Zuurdeeg Maar ik khan 't piet helpen hoor! ik heb je wel uitgenoodigidl Maar zei ik je gistren. niet? As je khan, khonji bij me eten Khan je? Na je khan toch! niet!" Stukken, die niet geplaatst worden, kunnen niet worden teruggezonden. Buiten verantwoordelijkheid der Bedactie). Toen ik >One Blad» van Donderdag IS Mei in handen kreeg, stond daar ioo waar in vermeld] aan het adres van bet Ooilege van Dag. bestuur van de banne Harenkarspel: Dat behoeven de Roomsche boeren niet te weten.» Aliof de geplaatste advertentie, dat de Waarlacdtche weg voor eenige dagen afge sloten is, alleen en uitsluitend bestemd was voor neutrale boeren. Hoe men daartoe komt, is m\j waarachtig een raadsel. Het Dagel. bestunr heeft gedaan ale bij vorige gevallen, en het bekend ge maakt in de N. Crtwaar men nimmer eenige aanmerking op heeft gemaakt, en nu heeft het de schijn, alaof het Dagel. bestunr de roomtehe boeren heefc willen mi.kennen en met voorbedachtheid te werk ajjn gegaan, dat tj] bon neus moesten atooten. Het is en aal wel zoo blijven, dat men venijn uit de honing kan zuigen. Wanneer bet op een bezadigde manier was gezegd, wat naar mijn beach-id«n meening evengoed had geknnd dan zou dat een aanleiding knonen zijn, om daar notiiia van te nemen. En zon het Dagel. bestuur dan ook wel ge negen zijn bij een voorkomende gelegenheid een advertentie te plaatsen in >Ons Blad», ten biyke dat de ingelanden oi s even lief zijn. En bietmede m en ik voldoer de bewezen te hebben, dat het Dagel beatuor tiet de minete betioe ine beeft gehad iemand n zijn rechten te kort te doen En daarbij komt bet in onze vergadering niet op de aget da de dagbladen breedvo-rig te bespreken O ts werkzaamhed-n *i]o van een anderen aard, nan el k d betor g*» van de banne Harenk»repel zoo vee ale i. ons '8 naar hehoore te beh r igen U, M de Redacteur, anken e vu t de plaatsing Een lid van het Dag bestuur der banne Harenkarspel Als het waar ts, wrt de geac te inzev der beweert, als zonden wij venpn u t boni? g zuigen, da« moet het optreden van het )ag Bestuuv der banne Ha eatarspel wel honing zoet geweert zQn, n.l. om eene ad'erteut e inhoudende bekendmaking van het afslmten van het verkeer van een weg een open baar en algemeen belang dus alleen in eene neutrale courant te piaatnea. (Let wel op het woordje alléén, omdat het niet gaat over bet plaatsen der advertentie in die con- rant) «Honigzoet» ten opzichte van het Kath. Blad, dat in de betrekking hebbende streek in hinderden gezinnen komt, terwijl boven dien de gemeente Harenkarspel voor Jut grootste detl katholiek is. De bekendmaking is eene zaak van pnbliek belang en nu gaat het o. i. niet aan die advertentie alleen te plaatsen in eene neu trale courant. Daarmede verplicht men als 't ware de belanghebbenden die bepaalde courant te lezen. Dat is de zaak, en geen andere. Neven bedoelingen zQn absoluut bjj ons nltgesloten. Redactie >Ons Blad». UITGEEST.; Van 27 Mei. Ondertrouwd: P. C Reek en M. Kluft. J. Brouwer en A. Vader. P. Twisk en J. M. Kriek. Getrouwd: W.Bus en G. Keizer. S. Wanda en M. Jongejans. A. Deijle en P. Heijne WORMERVEER. Van 3io Mei. Geboren: Sijtje Catharina, d. v. K.Mars en D. Stolp. Christoffel Johannes, z. van A. Kleij en J. van der Laan.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1912 | | pagina 5