Ei EatL lieuws- en i^dtrei'tentie'blad
woox* Hoord-Eolland.
No. 55.
Zaterdag 8 Juni 1912.
6ae Jaargang
De vrije school.
Weken van Angst.
Verschijnt DINSDAG, DONDERDAG en ZATERDAG.
BUITENLAND.
ONS
BLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
75 ct p. 3 maanden franco huis; 105 et. met geïllustreerd
Zondagsblad. Te betalen in het begin van ieder kwartaal,
Afzonderlijke nummers van de courant 3 cent.
Van het Zondagsblad 5 cent.
Uitgave van de Naaml. Vennootschap „ONS BLAD".
BUREAU: Breedstraat 12, tegenover de R. Kerk, te Alkmaar.
Telefoon No. 433.
ADVERTENTIEN
Van 1—5 regels30 cent.
Elke regel meer6
Reclames per regel15
Kleine advertenties van 1—30 woorden, bij veKjnwtbet, 29 a
(Vereenvoudigde spelling).
La justice surtout,
I.
In een der voorgaande nummers van
„Ons Blad" heeft men kunnen lezen, dat
de Gromdweiskommissie een wijziging voor
stelt van art. 192 der Grondwet.
Tot m toe is volgens dit art. alleen het
OPENBAAR lager onderwijs een aanhou
dende zorg der Regering. De kommissie
stelt nu voor, dat niet enkel het open
baar, doch alle lager onderwijs een zorg
der Regering zal zijn. Vooris is het haar
mening, dat er gestreefd moet worden naar
de toestand: biezander onderwijs regel,
openbaar onderwijs, aanvulling.
Dat Nederland op weg is naar deze
toestand, tonen de sijfers duidlelik aan.
Overal in den lande zijn biezondere scho
len verrezen als paddestoelen bijna, kan
men zeggen en gestadig, slinkt het ge
tal 'openbare scholen. Sinds het partiku-
lier initiatief door de ruimere subsidies
wat «neer vrijheid van beweging kreeg,
beijverde het kristetik volksdeel zich zo
veel mogelik scholen op godsdienstige
grondslag te stichtep'.
W,e zeggen, zoveel' mogelik!
Want ihet a's nog altijd e.era zeer girote
en zware tast, vopr een school- of kerk
bestuur om een biezondere. schooi op te
richten en in stand te houden. Want al
geeft het Rijk een vrij belangrijk bedrag
als subsidie, daar blijft voor de, eksploi-
fatie nog zoveel over, waarvoor nóch Rijk,
nóch enige andere publieke kas een sent
geeft, dat het nii.et te verwonderen valt,
dat zoveel 'schoolbesturen zuchten omder
een zware schuldenlast, en ieder jiaar nog
dat tekort onrustbarend zien stijgen.
En nu kan men daartegen opwerpen:
„Wanneer een schoolbestuur geen kans ziet
de benodigde gelden bijeen ie krijgen, moet
het niet de absurditeit begaan, scholen te
bouwen". Van zuiver ekonomies standpunt
beschouwd is 'deze redenering volkomen
juist,.
Dodh |als mien daartegenover stelt het
feit, 'dat de katolieke jeugd vooral iii die
tegenwiooirdlige tijd' een katoliieke opvoeding
biroodinodiig heeft, waarop in het 'jaar 1868
de gezamenlijke Nederlandsdhe bisschoppen
in hun 'beroemd mandement zozeer de aan
dacht hebben gevestigd', als men waar
neemt, dat de openbare school in de laat
ste 20 jaar langzaami aan geworden is tot
een pedagogies instituut, acceptable! alleen,
voor mensen van moderne levensbeschou
wing, waar strikte neutraliteit, d.i. nega
tie j an'God, zijn geboden en leer, de schep-
ter voert, dan beseft men ook die dure
plicht van onze geéstilike overheid, omiwaar
Door M. KRAMER.
36)
„Toen ik in de kamer kwam, was er
niemand' meer te zien."
Anit, die op' de achterstraat bij' de pomp
de borden had staan wassdhen, hadl niets
gezien. Kees ook niet, maar van uit den
tuin, waar hij aan het spitten was geweest,
had hij ook geen vrij gezicht op den weg
gehad.
,,Een vreemde man? Een bedelaar
misschien?" zegt de boer, die beelemaal
niets van een mian heeft kunnen ontdekken,
daar hij tijdens de waarneming van Jan-
neman in 'den hooiberg „jjpn het hóoi-af-
goo'ien was voor dien volgenden voeder-
tijd.
„Maar er is geen bedelaar aan de
deur geweest", antwoordt de boerin, „mor
gen mtoet ik er Jantje toch nog eensover
wagen, 'k vind het zoo raar. Ik zou nou
maar willen weten^ wat dat geweest is."
„Nou, in de schuur is anders niet
veel te vinden", zegt Kees, die vermloedt,
Öat vrouw Duineveld aan dieverij denkt.
Voor het bed wordt opgezocht, gaan baas
en knecht onder invloed van den „vreem
den man'", dien Jantje heeft gezien, zorg
vuldiger dan anders d:e sluiting van deuren
En ramen nazien. Je kon toch nooit we-
't eniigzins kan en zeifs, waar 't ogen
schijnlijk niet kan, voor het roomse kind
een inrichting te stichten, waar het Rooms
o-nderwijs, d.i. onderwijs, gebaseerd otpj en
doordesemd van 'de katoliieke beginselen,
kan ontvangen.
En waar nu de subsidies te kort schie
ten om de geheele Sidhooiiiinriditing te be
kostigen, 1), daar is men dus, buiten de
schoolgelden, aangewezen, op die pariiikuiie-
re offervaardigheid; Nu is deze, Goddank,
steeds groot geweest. Miiüioenen en rnii-
iiioenen hebben de katolieken van Nederland
«n de laatste halve eeuw bijeengebracht
om te bekostigen hun vrije roomse schooi.
Zulks iis schoon en edel, maar moest
het zo? 'Het antwoord kan kort en krach
tig' luiden: neen! Wiat toch is het gieval?
In ons iand bestaan twee kategoriën van
scholen: de openbare en de biezondere.
Die eerste worden geheel uit de publie
ke kassen: d.i. de rijks- en gemeentekas,
betaald; De tweede krijgen enkel een zekere
som uit 'de rijkskas
Dat de openbare school bekostigd wordt
uit de publie.ke (rijks- en gemeente-)kas
daar kan men vre.de mee hebben. Doch
wie 'be.talen 'dit geld?
Ten e.erste degenen; die met dezesdhooi
genoegen nemen voor hun kinderen, doqh
op ide tweede plaats moeten zij, .die de
openbare school niet voor hun kinderen
wensen, evenveel, in de kosten betalen. En
wanneer dezen hun belastinggeld gebracht
hebben voor 'de openbare schooi, die ze
voor zich niet kunnen en willen .aanvaar
den, dan mogen ze 'de beurs .nog eens
openeji voor hun eigen school, waaraan de
tegenpartij natuurlik niets geeft.
De KatoJiiejken (en Kristetiken evenzeer)
betalen dus dubbele sdhoolbelasting!
Daarin schuilt 'de grote onrechtvaardig
heid! v
De gemeenten, aan wiie het beheer
der openbare school is toevertrouwd, kun
nen Ide scholen zo groots, zo fjaai inrich
ten als ze willen, ze kunnen er ware school
paleizen van maken, het belastingbiljet,
wiordit voor- en tegenstander thuis gestuurd
om Ide uitgaven te bestrijden. En men kan
niet zeggen; aan die school, welke tegen
mijn principes ingaat en waaraan ik m'n
kinderen niet wil toevertrouwen, wens ik
niet bjj te dragen, ze bestaat niet voor mij
want aanmaning, dwangbevel en gerechie-
like verkoop 'desnoods^ maken u duidieSk,
dat ge er aan moet bijdragen.
Droeg de gemeente ook bij in ji?
kosten van 'de. biezondere school, menzon
met ambitie, z'n gelid bij de gemeente-ont
vanger brengen.
Maar p,u men weet- dat met zijn be-
1) Wie zullen dat nader duidetik aan
toon en.
ten! En Kees zet heimelijk een geladen
geweer klaar, om maar dadelijk flink aan
te pakken, zoo een diief mocht willen in
breken. Maar rustig gaat de nacht voorbij,
nieis verdachts valt voor.
Jantje, die zoo' gauw hij wakker wordt,
nog eens van den vreemden man moet
vertellen, weet niets anders te zeggen, dan
dat die man naar de schuur en het huis
had gekeken.
„Had ie een jas aan?" vraagt vader.
Jantje moet zich nog eens goed herinneren;
dan antwoordt hij„net een blauwe buis
als vader en Kees, maar een rare pet
had hij op'."
Hoewel iin de verschijning' van Jantjes
„vreemden, man" toch eigenlijk weinig
vreemldiigheid zit, lijkt ieder er iets ge
heimzinnigs achter te zoeken. En allen zou
den graag de oplossing van het Raadsel
achtige turen willen hebben.
Zoo gauw het licht wordt, loopt Kees
eens naar de schuur en doet daar in
derdaad een vreemldle ontdekking. Daar:®
een schop weg, die hij gisteren nog ge
bruikt heeft en beslist heeft opgeborgen.
Ook lijkt het hem toe, of er iemand op
het stro© in den hoek heeft geslapen. Wie?
Waarom? Hoe 'kan dlie spa weg zijn? Zou
diie vreemde man
Kees pijnigt zijn geest om- een .oplossing
te vinidien. Omder het koeien-voeren -is hij
voortdurend met het raadselachtige geval
bezig. Hij 'vertelt zijn baas de zonderlinge
ontdekking en 'Duineveld raakt er h'eele-
maat van 'in de war. Het staat vast bij
lastinggeld een school wordt in, stand ge
houden, geschikt vo'or slechts een gedeelte
van de gemeentenaren, een school, diefei-
telik alleen nog maar de naam .openbaar
draagt, zonder het in werkel,ikheid te zijn,
komt het gevoel van ieder overtuigd kristen,
mens en feïtelik van ieder eerlik mens
in opstand tegen zodanig onrecht.
Eerst de schob! voor liberalen, socialisten,
en niet-.p'ositief-gel.O'vigen in standi helpen
houden en daarna geld bijeen b'ed'elen voor
eigen scholen, 't is duidelik, dat het
Krtstelik volkde.el zo langzamerhand daar
van genoeg heeft gekregen en met klem is
gaan eisen: financiële gelijkstelling tussen
openbaar en biezonder onderwijs.
Waarin de schrijnende ongelijkheid be
staat, zullen we in een volgend' artikel
aantonen.
A. B. TEN BERGE.
De Bakkerswet verworpen
Zoo is dan na veel geschrijf in de
bladen, na 'een uitgebreid onderzoek vanwe
ge het Departement van Landbouw, Nijver
heid en 'Handel; dat over die 14.000 bakke
rijen omvatte, na veel gepraat, in die Twee
de Kamer, de Bakkerswet vjerworpen.
Wij 'hadden, 'dit votum niet verwacht.
Meer virees 'koesterden wij voor de ver
werping door 'de Eerste Kamier.
Intusschen \v,at een kostbare nationale tijd,
weer weg!
W|ie waren Ide voorstemmers? 't Gros der
Rechterzijde plus 'de Sociaal-Democraten. En
wie stemden tegen? Primo de dhristelijk-
historischen. Dat was "geen nieuws! Dan
de vrij alias oud-liberalen. Dat wisten
wij al verleden jaar! Voorts eenige katho
lieken, een paar aniti-revoluitionnairen. Daar
voor vreesden wij Maar dat alle unie-li
beralen rnlin één (de hr. de Klerk) en
alle vrijzinnig-democraten geen uitgezon
derd, zouden tegenstemmen, dat konden
wij niet denken.
De katholieken, die tegen waren, Moti
veerden hun siern, bij monde van den oud-
■imin. Loeff. Zij hadden een, principieel! be
zwaar n.i. van het mier straf bedreigen tegen
het verrichten van arbeid, dat nooit een
strafwaardige, veelal een lofwaardige han
deling is.
Wij zeggen „acoipio" goed, dat is tenmin
ste een motief.
Maar die mienschen die den naam dlra-
gen van vrijzinnig-idiemocraten let wel ,,d e-
mocraten" en dat de hr. Bos zei het
„wijl de wet i n haar ontwikkeling zou
belemmeren de 'bedrijisvormejj waarin het
meest economisch gebruik wordt gemaakt
van kapitaal"! Een soortgelijke verklaring
weid door ide Umie-Jdbteralen afgelegdl bij
monde van den hr. Blorgesius. Dat zijn nu
die partijen, 'd,ie vooral de eerste een
hem, d,at er weer iets ongelukkigs gaat
gebeuren,
„Een spa, een spa weg", mompelt Kees;
en in eens zoo maar brengt hij de vreem
de geschiedenis in verband m,et het raadl-
selachiiig gedoe van een der soldaten op
den laatsten ochtend van de inkwartiering.
Een solid iaat immers was in den .vroegen
morgen uitgetrokken naar de duinen en
juist teruggekeerd, voor de trompjetten op
zoo'n vervaarlijke manier verzamelen had
den geblazen.
„Baas", zegt hij gejaagd1, „laten we
dadelijk naar de dlminen trekken, misschien.,,
misschien kunnen ,We een goeden slag slaan.
Die vreemide man is vast een verkleede
soldaat geweest, die zijn verborgen buit
gaai opgraven in d,e duinen. We moeten
hem hebben!"
Ook de baas voelt verband tuissdhen diit
vreemide geval, en het zonderlinge bedrijf
op den taats-ben ooalogsmorgen.
De b:eid!e mannen haasten zich met het
voeren en melken der koeien en trekken
dan dadelijk weg naar die duinen o,m,de
strikken gauw na te zi-en, zoo-als ze te
gen de boerin en de meid zeggen.
Behoedzaam- en slechts fluisterend nu en
dan beklimmen ze het hooge duin, den
iZ.g. Papenberg, en begluren aanstonds, ver
scholen adhiter struikgewas, de naaste om
geving, Vooral, de bosohjes in de duinpan
nen worden aa,n een streng onderzoek on
derworpen. Gelukkig, dat de bbomen kaal
zijn en geen nevel over het landschap ligt.
De ijje, heldere winterlucht werkt mede
air aannemen van het monopool te bezitten,
„soioiaal" te zijn!
ZIJ ZIJN BEZWEKEN VOOR DE
GROOT—INDUSTRIE.
•Bezweken voor adresssen, zooals nog de
laatste die in tie pers circuleerden, n.l. dlie
onderteekend waren d-oorgroot-indlustrieelen
als Ver kade, Paul Kaiser enz.
Is het dian too erg, vragen wij, als die
groote bakkerijen plus tie luxe-bakkerijen,
gelijk behandeld worden als die kleine Moe
ten de eerstgenoemde 'nu j-uist een streepje
voor hebben en 'moet men voor haar actie
bezwijken?
Afijn, treurig, maar waar: van een ern
stige piogiing om- aan den nachtarbeid in de
bakkerijen nu eens voorgoed een e-ind te
maken, komt vborloopiig nog niets.
Een toestanidj nadeelig voor de gezond
heid-, nadeel,ig vo-or het gezinsleven, nad-ee-
liig voor de maatschappij' blijft met dit
al bestendigd.
Dank zij de vrijzinnig.,... de.... mo.
eraten!
Minister Talma.
Zal hij heengaan?
Wij geloo'ven van niet.
Vooral omdat hij midden in die Verze
keringswetten zit.
Wellicht zal 'hij overleg plegen betreffende
de Bakkerswet op eenige punten, waarin
verandering geëisdh-t 'Wondt door oindtersdhei-
denen, die tegenover de grondgedachte der
wet niet vijandig staan.
Minister Lely 'deed dat ook bij zijn
eerst verworpen Ongevallenwet en zij
kwam e-r met glans zij 't ook naar zijn
oordeel minder 'deugdelijk tian in haar
eerste gedaante.
Minister Talma zal tiius ook water in
zijn wijn moeten tioen.
Maar het echte, het sterke van den wijn
is er tiian 'todh zeker af!
Do verkiezingen in België, een las
voor Nederland.
„Niet miet ti-ie hulp willen wij een link-
sche overwinning", 'heeft het Belgische li
berale volk gezegd, een linksche overwin
ning, -die slechts kan doen toenemen de
macht der sociaal-democratie, tie macht der
partij van 'het geweld, van de wanorde en
van de revolutie.
„Niet miet die hulp".
Dat is tie groote les, welke ook weer
deze verkiezingen aan 'onze liberale land-
genoo'ten geven. Van een rood-blauw blok,
we zagen het dezen winter in Duiischland,
we zien het nu weer in Bielgië, profitee-
ren alleen 'de -socialisten, ten koste van
de liberalen.
om elike beweging en elk gerucht in de
stille omgeving 'waar te nemen. Maar lang
reeds liggen 'beide mannen te spieden in
het doodsche 'landschap, en niets vreemds
nog ontdekt 'hun oog, geen enkel gerucht
treft hun oor.
Todh gaan ze niet heen. En Kees is
vast besloten den heelen dag te blijven
wachten, om 'tenminste te kunnen ontdek
ken, of ook iemand: de duinen verlaat.
Van den 'hoogen topi toch overziet m,en -een
groot deel van de vlakte.
D-aar stoot de knecht zijn baas even in
de zijde en fluistert: „kijk, daar bjj dat
elzebosohje; daar staat iemand, hij sjwt,
ja hij spiit!" De baas gluurt langs den
uiigestirekten arm 'yan Kees en meent ook
een man te zien graven. „En hij heeft
een blauwe buis aan, als ik goed kijk.
Dat komt uit met wat Jantje zei."
„En een kotiijnendelver kan 't moei
lijk wezen bij een boschje is het niet veel
gedaan met splitten."
—„Neen, 't zal vast die vreemde sinjeur
wel wezen; diie gisteren naar de boerderij
heeft staan tuien en vannacht in de schuur
heeft gesJapem."„en toen ee-n spa heeft
meegenomen", vult de knecht aan.
(„Als 't nou todh eens een van de
soldaten was, de schurk, 'die ondier het
«meelvat heeft jfegraven
„Dat staat zooi vast bij Me, als, twee
maal twice vier is", zegt Kees; „maar lee-
liijk zal ie in We val loopien. We gaan er óp
af. W,e moeten den rakker in onze handen
krijgenKijk, als w'e hu van twee kanten
Ons socialistenblad: „Het Volk" gaf als
antwoord óp de vraag, waaraan de katholie
ke meerderheid in België te danken1 was:
„Men zag in de katholieke partij, de
„partij vand e orde", terwijl de libera
len met de socialisten, „de partij van Bon
net en Oarnier" samengingen.
Juist
Het volk in 'zijn 'groote geledingen wil
van het socialisme niets weten, het is niet
revoliutioninair, niet anti-monarchaal, -en hoe
meer het liberalisme 'met het socialisme co-
quetteert, hoe meer het van zijn eigen net-
burgerlijk prestige zal inboeten.
Ook In ons nusiige Nederland zullen ve
le Vrijzinnigen tie voorbeelden zijn er
van 'invloedrijke mannen hun partij het
„non taüi "auxilio" voor de voeten werpen.
xWant vrede en rust en ordelijkheid zijn
hun qmer waard dan een liberaal pro
gram ouder hooge 'goedkeuring van het
socialisme uitgewerkt, meer waard dan de
handreiking aan een partij, die de revolutie
in haar vaandel heeft geschreven, met alle
wanorde daaraan verbonden.
Nog een les.
Wij lezen in een correspondentie uit Bel
gië het volgende:
En nu, hulde aan, het zegepralende leger,
hulde aan de strijdfoendien, der Meeting,
die triomfantelijk tie vlag der vrijheid voor
allen en in 'alles boven de Antwerpsche
veste hebben geplant.
Hulde aan de leiders en in die eerste
plaats aan hem-, die sinds een jaar, nacht
en Öag onverpoosd werkt om- voor de
Meeting deze schitterende overwinning te
bevechten: aan Paul Segers.
De overtuiging, 'die hemt bezielde, heeft
hij 'aan zijne meidewerkers wieten in te
planten; zijin geestdrift aan anderen deel
achtig gemaakt; als tactieker heeft hij ge
manoeuvreerd, als Veldheer geleid, als sol
daat meegestreden.
De ii nriohting van den kiesstrijd, door
M. Paul Segers, was voorbeeldig, niet al
leen te Antwerpen zelf, doch in heel het
arrondissement; 'voor 'de eerste maal se
dert 'lange jaren in de strijd miet meetings
en volksvergaderingen gevoerd, zooals het
waarlijk behoort en zooals hij dient tin-
gericht om: naider tot 't volk te komen.
Een jaar 'leiding van Paul' Segers en
de Meeting is 6000 stemmen vooruit ge
gaan -in Antwerpen. Kan er schitterender.
„Een jaar leiding!" „Voor de eerste maal
sedert lange jaren een strijd met meetings
en volksvergadering gevoerd, zooals het
waarlijk behoort en zooals hij dient inge
richt om naid_er tot 't volk te komen/'
Waar blijven Wij: zoutzakken!
op hem aanvielen: dan kan hij ons niet
ontglippen
Zoo gaan ze het plan uitvoeren. Buk
kend, kruipend so-ms, sluipen ze het hooge
duin af en nemien dan elk de afgespro
ken richting. Duineveld nadert langzaam
van terzijde het elzenboschje, Kees trekt
er om heen. Gelijk Zullen ze, zoo mogelijk
onverwachts, den graver van twee kanten
bespringen.
Niet het minste onraad! vermoedende in
het stille diuin delft 'hij rustig voort. Al een
paar vierkante meters heeft hij omgespit en,
naar het lijkt, nog «iets gevonden. Of hij
de juiste plaats vergeten is?
Maar zoo- zacht kunnen de aanvallers niet
voortgaan; of droogr-do-ire bladeren en tak
jes kraken onder hum schuifelende voelen.
Daa-r kijkt hij in eens schichtig op|, Me
gravende vreemdeling, enherkent plotse
ling, Kees, den knecht van boer Diuirneveld
Maar ook Kees ziet dadelijk, dat hij dien
soldaat vooir zich (hfeeft, die op dan laat-
sten ocrliogsmorgen zoo vroeg naar de dui
nen geweest is.
Woedend in eens, dat zijn plan mislukken
zal trekt de soldaat een mes om zoo
noodiig den knecht onschadelijk te maken,
als hij miet dadelijk op de vlucht slaat
Maar' Duineveld schiet van achteren toe,
grijpt hem, stevig vast, en een paar tellen
later ligt de woesteling op den grond in
bedwang, gehouden door die stevige mannen,
(Wortit vervolgd.)!