27o. 35
Zaterdag: 23 Maart 1918
12e Jaargang
Uitgave van de Naamlooze
Vennootschap „ONS BLAD"
ALKMAAR.
Bar.: BREEDSTRAAT 12.
Telefoon Na 433.
DIT BLAD VERSCHIJNT DDMSDAQ,
DONDERDAO EN ZATERDAQ.
BERICHT
WILSON
voorheen en thans.
Een edel Hart.
LAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Per kwartaal franco huis. t 1.1B
Met geill. Zondagsblad 11.65
bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers:
van de courant - 10.05
van het Zondagsblad f 0.05
ADVERTENT1ÊN:
Van 15 regels
Elke regel meer
Reclames per regel
Kleine adv.: 30 woorden bij vooi
I 0 62'
012
t 0.36
0 M
Zij, die zich 1 April per 3 maanden op
ons blad wenschen te abonneeren, ontvan
gen de tot dien datum verschijnende num
mers gratis.
DE ADMINISTRATIE.
Men moge getracht hebben met zoo
groot mogelijke kalmte en zelfbeheersching
de buitenlandsche gebeurtenissen der laat
ste dagen aan zichzelf te laten voorbijgaan.
men moge den „storm van verontwaar
diging", welke er tegen minister JLoudon
óp stak, zeer terecht beschouwd hebben
.ais storm in een glas water,
het ongeoorloofde van de handel
wijze der geassocieerden is ook den kalmen,
den zichzelf beheerschenden toeschouwer
niet ontgaan.
Onrecht blijft onrecht, met hoe fraaie
phrasen over „de beginselen van het vol
kerenrecht" men ook schermen moge en hoe
veel brute kracht men het eigen vindinkje
dat men „recht" noemt ook moge
kunnen bijzetten.
Onrecht is en blijft de daad der ge
associeerden, die, zonder nog verder in
te gaan op het antwoord van onze regee
ring, botweg constateerden, dat Nederland
het „ultimatum" niét had aanvaard, en
die dus aanstonds overgingen tot inbeslag
neming onzer schepen in hunne havens.
Op Wilson valt "het grootste deel der
verantwoordelijkheid voor deze onrechtvaar
dige daad, op Whson, die eenige jaren
geleden door zijn juiste uiteenzettingen van
wat recht en onrecht is het neutrale Eu
ropa eerbied afdwong voor zijn persoon,
op Wilson, van wien wij een nieuwe
opleving van het volkerenrechtelijk besef
over heel de beschaafde wereld verwacht
ten,
Wij willen het niet met zulke kracht
woorden zeggen, maar wij vinden het zeer
verklaarbaar, dat een „Kölnische Zeitung"
over Wilson schrijft:
„Het is een ironie der wereldgeschiede
nis, dat de schijnheilige aartshuichelaar Wil-
son de van zalvende rechtsphrases druipende
president van de Vereenigde Staten, de eer
ste is, die het kleine en neutrale Holland
het vel over de ooren haalt, zijn karakter
als neutraal land met voeten treedt, zijn
zelfbestemmingsrecht als lucht behandelt en
zijn eerbied voor de rechten van het kleine
Holland met een vuistslag in het aange
zicht betuigt."
Wat is er van den ouden Wilson, die
ons zoo eerlijk, zoo volkerenrechtskundig en
zoo demokratisch toescheen, overgebleven?
Een oneerlijke autokraat, die het volke
renrecht wel niet aan z'n zool lapt, maar
het toch zóózeer verwringt en verkneedt,
dat het heelemaal niet meer hindert in het
FEUILLETON.
Omgewerkt naar het Eransch,
20, 1
Een gepensioneerde bouwmeester der
stad. Oud, tamelijk eng van geest; maar,
evenals zijne vrouw, zeer vreedzaam en
eerlijk.
Ik dank u. Nog iets
Spreek op.
Kent gij in deze streek eene vrouw,
denkelijk behoorende tot de hooge wereld,
groot, lenig, bruin, met oogen als een
Oostersche, zeer hardvochtige en vastbe
raden oogen, bleeke gelaatstint en weelde
rig haar? Een hoogmoedig en prachtig
voorkomen, dat haar doet gelijken aan een
koningin uit vroegere eeuwen.
En een arendsneus.
Ik ken eerf dame, die tamelijk wel aan
dit portret gelijkt, maar zij is zoo onbe
schaamd als hoovaardig.
Juist.
Maar de mijne is helder en blozend
van gelaatstint, heeft groenachtige oogen,
kastanjekleurig haar, eer licht dan donker.
Dit koninklijk hoofd staat op een zwaar
hjf, een echt b-oerinnelijf.
Dan is zij het niet. Mijn onbekende,
integendeel, is fijn en rank als. een riet.
Dan kan ik u niet thuisbrengen. Te
minder daar zij, die gij beschrijft, opmer
kelijk schoon moet wezen.
Zeer mooi, inderdaad. Een karakter-
Jwofd,
begaan van ongerechtigheden, ja, zóó
verwrongen en zóó verkneed toovert Wil
son ons het volkerenrecht na tijd en wijle
te voorschijn, dat hij zich bij het begaan
van ongerechtigheden uit puur eigenbelang,
op dat recht beroepen durft en inderdaad
ook beroepen kan,
De vraag is maar, of er van dit recht,
nadat Wilson het even onderhanden nam,
nog iets recht overbleef 1
t i l ii i
Amerika's brutale mededeeling van het
besluit tot inbeslagneming der schepen,
zooals wij deze in telegramvorm in ons
vorig nummer publiceerden, is gevólgd
door een uitvoerige „proclamatie" van Wil
son, welke ons misschien moet dienen als
eene verklaring van het „rücksichtlose" be
sluit. i 1
Na uiteengezet te hebben, hoe de eco
nomische onderhandelingen tussehen Neder
land en de geassocieerden verliepen (over
de juistheid van een en ander kunnen wij
thans nog niet oordeelen), doet Wilson
het voorkomen, dat Nederland de oorspron
kelijk gesloten overeenkomst (dat het 150.000
ton ter beschikking van de V. S, zou stel
len tegen vergoeding en levering van levens
middelen,, enz.) niet durfde nakomen, o m-
dat de Duitsche bedreiging e.n
steeds ernstiger werden, met het
doel een permanente overeenkomst te be
letten en Nederland te dwingen de eventu
eel -tijdelijke overeenkomst niet na te leven.
Daarom zouden de geassocieerden met
Wilson aan 't hoofd doorgetast hebben
en niet geschroomd voor een daad van
onrecht
Wij laten de waarheid van Wilson's be
wering in het midden, doch als die be
wering waar is, dan begaan de geassoci
eerden thans eenzelfde fout, als Duitschland
indertijd, toen het België binnen viel met
de Verontschuldiging: dat België bezig wns
met Frankrijk samen te spannen.
De diplomaten der oorlogvoerende landen
zijn aan elkaar gewaagdwij dachten lan
gen tijd, dat Wilson iets beter was dan
de rest: hij blijkt van hetzelfde kaliber
Ook hij let alleen op eigen baat, ook
hij ontziet geen neutrale belangen, als die
niet met eigen baat in overeenstemming zijn
te brengen, en ook hij schroomt niet
dien eigen baat door de neutralen te doen
dienen, door huldiging van het vroeger
door hem verfoeide recht van den
sterkste1
STEMMEN BUITEN WOON
PLAATS.
Bij alle schoone theorie-verkondiging over
de juiste uiting van den volkswil, wan
neer ons volk evenredig zal stemmen, had
men bijkans een heel voornaam ding-vau-
de-praktijk vergeten
dat n.l. niet alle kiezers jn de gelegen
heid zijn op den dag der stemming in hunne
woonplaats Jmn stem uit te brengen, dat
een niet onbeduidend deel der kiezers zich
i-n-i i
Neen, dergelijke schoonheden wonen
er niet in deze streek, ik zou ze kennen.
't Is wel, zei Qreliche, ik zal eens te
Agen gaan zien.
Ik heb niets ontdekt, zeide. hij tot
Roselin, die samen met hem, gezeten in
een hortende en krakende koets, de negen
en dertig kilometer aflegde, welke Agen
van Condom scheidde.
Ik verlang zoo spoedig inogelijk terug
bij mijne vrouw te zijn, verklaarde de
Provensaal. Al die zaken beginnen mij te
vervelen.
Verlangt ge dan niet het fijne van de
historie .te kennen? vroeg de agent, die lie
ver in gezelschap dan alleen reisde.
Roselin 'weifelde.
Bahl zeide hij, ge zult niets achter
halen.
Zijn voorzegging kwaim Uit.
Zoomin te Agen als te Condom was
eenig spoor te vinden.
De echtelieden Dupin warén zeer brave
menschen.
De echtgenoot was sinds een jaar of
twee dood; de vrouw, ofschoon stokoud
en wat sukkelachtig, was nog goed bij
haar verstand en had nog een frisch ge
heugen.
Zij gaf de beste inlichtingen van" Clé
mence Foulon en bevestigde, dat ze wei
nig kennissen had toen ze bij haar diende.
Trouwens, voegde mad. Dupin er bij,
dit meisje was zeer godvruchtig, zij ging
nooit uit, tenzij zij zich naar de kerk be
gaf. Ik heb nooit geweten, dat zij Ier veel
vriendinnen op na hield; zij kwam zelfs
zoo weinig mogelijk in betrekking met de
lieden uit de buurt,.
van stemming zou moeten onthouden, terwijl
nog wél de stemplicht ingevoerd zou
wezen.
Wij dachten in dit verhand aan militai
ren, aan handelsreizigers en aan anderen, die
om misscïiien heel gewichtige redenen op
den dag der stemming niét in hun woon
plaats aanwezig kunnen zijn,
Hoe moest het daarmee gaan'?
Werd dat deel van ons volk maar ge
woonweg uitgeschakeld, werd een deel van
ons volk ertoe gedwongen, zich de straffen
wegens het niet voldoen aan den stemplicht
op den hals te halen?
Dat ware toch al fe mal!
Dan zoude er ten eerste wél iets van
de schoon geprezen evenredigheid in den
verkiezingsuitslag verloren dreigen te gaan;
dan zou men ten tweede zeer onopvoed
kundig dwingen tot overtreding.
Er moest dus jets op gevonden worden;
voor wat betreft de militairen, zegde minister
Cort van der Linden reeds een regeling toe,
waarbij ongeveer 77 °/o van de officieren,
83 °/o van de onderofficieren en 73 °/o van
de minderen gelegenheid zouden krijgen in
de eigen woonplaats het stemrecht uit te
oefenen.
En voor wat betreft de handelsreizigers,
stelde men vóór, den dag der stemming
steeds op een Maandag te bepalen, omdat
op dien dag der week de meeste reizigers
wel zóólang in hun woonplaats aanwezig
kunnen zijn, dat zij aan hun stemplicht
kunnen voldoen,
Doch dit alles vinden wij maar theoreti
sche lapmiddelen; niet een zeker procent,
maar héél de massa der militairen moet
dunkt ons aan 'de stemming kunnen
deelnemen, en het stellen van den stem
dag op Maandag voorkomt o.i, niet, dat
nog talloos velen op dien dag niet in
hunne woonplaats kunnen aanwezig zijn.
Theoretische lapmiddelen helpen hier niet:
de groote praktijk van het werkelijke leven
solt nu eenmaal met alle theoretische vin
dingrijkheid
Daarom deed het ons bijzonder genoe
gen te vernemen, dat het .Centraal Stem
bureau voor de verkiezingen van de leden
der Tweede Kamer, ter zake door den mi
nister van advies gevraagd, twee wetsont
werpen met toelichting heeft ingediend,
strekkende tot het geven van ge
legenheid aan personen, die niet
in hun woonplaats kunnen stem
men, om elders aan de stemming
deel te nemen.
Ziedaar de eenig goede oplossing van
de moeilijkheid!
Wat doét het ertoe, of men hiér of daar
stemt: i
Héél het land is één stemdistrict, de acht
tien kieskringen zijn slechts g e m a k s1 a
halve gemaakte indeelingen, en de tijd, dat
de bewoner van een bepaalde streek stem
de voor een bepaalde candidatuur ligt ach
ter ons.
Bij eene oplossing van de moeilijkheid,
Greliche keek toevallig door het open
venster.
De zon vergulde de naaste hoogte, op
welker helling de huizen verdiepingsgewijze
gebouwd stonden, 't Was een schilder.achtig-
inooi gezicht, nog opgeluisterd door de
tuintjes vol loof en bloemen. Dit landschap
werd beheerscht door een ranke, net ge-,
bouwde kapel.
Wat is dat voor een kerkje? vroeg
de agent.
't Is de kapel der ongeschoeide Car-
melieten, antwoordde mad. Dupin.
Ging Clémence daar ter kerke?
'Ja, mijnheer, gij hebt het geraden.
Had zij daar ook haren biechtvader?
Ja, daar verbleef haar biechtvader.
Herinnert ge u nog den naam van
dien biechtvader?
Heel goed, want hij was ook mijn
geestelijke raadsman, 't Was pater Théo-
time, een Spaansche monnik, een ware hei
lige.
Kende Clémence Foulon nog andere
zijner biechtelingen?
Mad. Dupin zette groote oogen.
Dat geloof jk niet, mijnheer, ant
woordde zij.
Heeft, zij u nooit gesproken over
eene of andere jonge vrouw, die bij pater
Théotime te biechten ging?
Er staat me niets yan voor.
Leeft pater Théotime nog?
Neen, mijnheer, hij is voor twee jaar
gestorven in het klooster, dat de Carme-
lieten hebben te Bagnères-de-Bigorre.
Is hier in 't klooster nog een monnik,
die pater Théotime gekend heeft?.
Ja, mijnheer, er is er nog een, die
zooals door het Centraal Stembureau wordt
voorgesteld, zal inderdaad ieder kiesgerech
tigde op dien éénen stem-dag zijn politie-
ken wil kunnen uiten, op een enkele
uitzondering na, hij ziekte.
BINNENLAND.
NEDERLAND EN DE OORLOG.
THEE.
Bons 15 en 17 zullen niet geldig zijn
voor eenige aflevering van thee en kunnen
dus als van geene waarde zijnde, vernie
tigd Worden.
Voor zoover de nog beschikbare voor
raden het zullen toelaten, zal de distribu
tie van thee, voor wat betreft de vervulling
van voorraden bij detaillisten, volgens de
vastgestelde regeling worden hervat.
Het tijdstip, waarop weder aan consu
menten zal mogen geleverd worden, zal
nader worden bekend gemaakt.
Bon 19 eener (hee- en koffiekaart is niet
geldig voor den aankoop van thee door den
verbruiker, doch door inlevering van dien
bon, op de wijze als in de regeling aan
gegeven, zal een verbruiker aanspraak ver
krijgen op de levering van thee op bon 21
en zoo mogelijk nog op een of meer der
volgende ofieven genummerde bons. De
detaillist die van een verbruiker bon 19
in ontvangst neemt, verplicht zich daardoor,
voor zoover fiij daartoe in staat zal zijn,
dien verbruiker te zullen verkoopen het
rantsoen thee, hetwelk voor dien verbrui
ker nog beschikbaar kan worden gesteld,
te leveren in eens of in~gedeelten, gelijk nog
nadgjr bekend zal worden gemaakt.
TUINBOUWZADEN.
De Min. v. Landb. brengt ter kennis,
dat, zoo in het volgend jaar 'de uitvoer
van tuinbouwzaden zal kunnen worden toe
gestaan, zulks slechts zal kunnen gelden
voor partijen, ajkomstig van perceelen land,
waarvan vóór 1 Juni 1918 zal zijn opge
geven aan de vereeniging „"Zaad-Centrale",
Cornelis Speelmanstraat 9, 's-Gravenhage,
de juiste grootte en ligging van het perceel,
de soort en' variëteit van het gewas, als
mede of het gswas voor eigen rekening of
op contract is geteeld, in het laatste ge
vat, mét wien het contract is afgesloten.
Ook z.g. eigen-lelers dienen deze opgave
te verstrekken. („St.-Ct.")
GEEL MOSTERDZAAD.
Medegedeeld wordt, dat voorloopig het
geel mosterdzaad, bij Mosterdfabrikanten
aanwezig, niet behoeft te worden ingevor
derd.
Wel moeten de voorraden bij hen wor
den opgenomen en daarvan aan het Bureau
van d en Regeerings-Commissaris, belast met
de Rijksgraanverzameling in Noord-Holland,
mededeeling worden gedaan.
Tevens wordt in herinnering gebracht,,
dat het verboden is, geel mosterdzaad te
verwerken, tenzij deze verwerking geschiedt
in opdracht of met toestemming.
VAN HET BINNENHOF.
Vergadering van Donderdag 21 Maart.
De levensmiddelenvoorziening werd be-
repliceerd.
Eerste was ook nu de heer van B e-
r e s t e y n (V.D.), die nogal te keer ging
tegen den Minister van Landbouw. ]Hij
noemde diens verdedigingsrede „stuitende
goedpraterij" en verklaarde geen vertrou
wen meer te hebben in den Minister. Daar
om zou hij zich zelfs door de verklaring
i—
nu juist overste is, een zeer bekwaam man,
pater Sirice.
Greliche wist niet9 eii toch veel. Zonder
verderen uitleg te geven aan mad. Dupin,
die niets van de historie begreep, ging hij
regelrecht 'op het klooster af.
Want Ihij veronderstelde, dat de vrouw,
die Clémence belast had 'met het groot
brengen van het kind, geen onbekende was
van pater Théotime.
Hij vroeg naar den overste en werd
bij dezen toegelaten.
Hij was vergezeld van Roselin, dien hij
voorstelde na zichzelven tg hebben bekend
gemaakt.
Pater Sirice zag er, inderdaad, als een
buitengewoon schrander man uit.
Hoe begonnen? Recht voor het doel
uitkomen, of bet langs eenen omweg zien
te bereiken?
Greliche beproefde dit laatste middel.
Maar weldra zag hij in dat met open krprt
spelen veruit het beste was.
Zoo koel, ondoordringbaar en streng het
gelaat van pater Sirice gebleven wais, zoo
lang de politie-beambte loog, zoo aanmoe
digend en open werd het van 't oogenblik
dat hij er toe besloot waarheid te spreken.
Gij komt'hier, sprak eindelijk de mon
nik ernstig en met heldere stem, een dub
belen plicht kwijten; den uwen, vooreerst,
hierin bestaande: de taak welke u opgelegd
is, tot een goed einde te brengen, vervol
gens den plicht uwer oversten, die eene
misdaad willen wreken en waarschijnlijk
een arm gestolen kind willen terugschen
ken aan eene wanhopige familie. Kan ik u
hierbij van dienst zijn, dan kunt gij op
mij rekenen, Maw voor 't oogenblik weet ik
van Minister Cort van der Linden,
waardoor het lot van den Minister van
Landbouw aan dat van het geheele kabinet
werd gebonden, niet hebben laten weerhou
den van het indienen eener reeds gereed ge
maakte motie van afkeuring. Evenwei hield
hij d:e motie toch terug, omdat de hoogst
moeilijke tijdsomstandigheden thans een Ka
binetscrisis zeer bedenkelijk zouden maken,
Van beteekenis was de rede van den
heer M ar chant (V.D.), die eene poging
deed om te geraken tot gemeen overleg.
Vat het verleden betreft, stelde hij voor
de instelling eener uit hoogstaande mannen
buiten het parlement bestaande enquête
commissie, welke zou hebben te onderzoe
ken naar het crisisbeleid in zijn vollen om
vang.
En voor de toekomst verlangde hij hand
having van het tegenwoordige stelsel; even
wel met verbetering in de toepassing. Om
de verbeteringen aan te geven stelde spr,
een motie voor, waarin de regeering yvordt
gevraagd onverwijld maatregelen te treffen
ter voorziening in de 'instelling van een
Raad van Beroep voor de administrateurs-
rechtspraak inzake crisisaangelegenhedeii,.
en het geven van een ambtelijk karakter aan
alle gezagsorganen, welke het door de over
heid geregelde of gecontroleerde bedrijfs
leven betreffen en wier financiën als Rijks
financiën moeten worden beschouwd en in
het geven van een algemeen karakter aan
de rantsoeneering, die bijv. ook zou moeten
gelden voor de restaurants en voor veel
meer artikelen.
De heer de Wykerslooth ging, ge
wapend met krachtige argumenten, het stel
sel van Minister Treub te lijf. Het pro
ductiesysteem van Z.Exc., dat neerkomt op
het opleggen der verplichting aan de ge
meenten om een bepaalde hoeveelheid graan
te leveren, is, betoogde spr., eenvoudig
onuitvoerbaar, omdat bijv. een hagelslag,
die slechts enkele gemeenten treft, alle be
rekeningen in de war moet sturen. Ook van
het distributiestelsel des Ministers met zijn
ievensmiddelenbons voor bijslag, wilde spr.
niet hooren. Dat systeem toch zou neer
komen op bedeeling ook van tal van mid
denstanders.
Ook de heer Ter Spill (V.L.) diende
een inotie in om te beproeven alle partijen
tot elkander te brengen.
Zij luidt als volgt:
„De Kamer, van oordeel, dat bij de zeer
buitengewone omstandigheden der laatste
dagen een geheele of gedeeltelijke re-
geeringscrisis niet kan zijn in 's lands be
lang,
van oordeel, dat de dringende voedsel-
nood krachtiger bevordering der productie,
verbetering van de organisatie «n distr.butie,
gepaard aan vollediger regeling en bescher
ming der individueele belangen op den
grondslag van het recht wenschelijk maakt,
van oordeel, dat de te treffen voorzie
ningen, zoowel wat betreft de organisatie
als wat betreft de kosten, zooveel mogelijk
op den vermoedelijken duur van den nood
toestand berekend moeten zijn,
spreekt den wensch uit, dat, bij voort
durend overleg tussehen en samenwerking
van de hoofden der verschillende departe
menten van algemeen bestuur, de regeering
onverwijld in herziening en ordening van
de bemoeiing der productie en van de
distributie zal voorbereiden,
en gaat over tot de orde van den dag."
i i i
Na de pauze moest worden gestemd over
een paar Zuiderzee-moties.
De motie-de Meester eti Ron*
gaerts, luidende:
niets.
Greliche maakte een gebaar dat ontmoe
diging te kennen gaf, terwijl Roselin in
tegendeel moeilijk zijne blijdschap' verber
gen kon.
Die dubbele, zoo verschillende uitdruk
king, ontging den monnik niet.
Hij begreep ze bij den agent, maar niet
bij den andere.
Waarom maakt mijn onwetendheid u
gelukkig? vroeg hij aan Roselin.
Deze legde zijn geval eerlijk uit.
Gij hebt een brave vrouw, sprak de
monnik. Haar gedrag is bewonderenswaar
dig. Ik zal deze zaak niet uit het oog ver
liezen. Ik zal er mij onvermoeid mede bezig
houden, totdat ik iets gevonden heb, voor
al in uw belang, mijnheer Roselin en in
dat uwer vrouw. Hebt gij dit kind groot
gebracht, heeft uw hart er zich aan ge
hecht, dan zou het wel droevig zijn, dat
een wreede scheiding uw teedere harten
zou verscheuren. Komt van tijd tot tijd in
ons klooster der rue de Vaugirard, te Parijs;
heb ik een speur of een aanduiding ge
vonden, ik zal het u laten weten.
Gij weet dus, op 't oogenblik, niets?,
hernam Greliche.
En toen hij de schoone onbekende zoo
goed hij kon geschetst had, dacht pater
Sirice rt».
■L- Dat is geen vrouw van hier, sprak
hij. Mogelijk is het een Spaansche, welke
pater Théotime gekend heeft in zijn vader
land, of misschien te Bagnères-de-Bigorre.
Maar kunt gij geen inlichtingen be
komen, piater, wanneer gij u wendt tot de
verschillende huizen uwer orde?
(SordJ vervolgd.} a