TWEEDE BLAD. Vrijdag 28 Juni 1918. Mo. 76. Algena. Vergadering van Aandeelhouders N,V. „Ons Blad", Da maand Juh, OAS BLAO. van de R. K. Nieuwa- en Advertentieblad voor Noord-Holland, op MAANDAG i JULI 1918, des avonds 8 uur, ten huize van den heer PRODT. Je behandelen: 1. Verkoop van het uiïgeefrecht aan de N. V. Drukkerij „De Spaarneatad", 2. Ontbinding der N. V. „Oria Blad"t Het Bestuur: H P. M. KRAAKMAN. H. KENTER. U JE. QUAX. N-B. Voor de beslissing op punt 2 is noodig, dat minstens s/4 van het ge plaatste aandeelenkapitaal vertegen woordigd is. TOEGEWIJD AAN HET ALLER KOSTBAARST BLOED DES HEEREN, Aan de Allerzaligste Maagd en Moeder Gods Maria werd door den Engel Gabriël gelast haar Goddelijk Kind den Naam Jezus te geven: Gij zult Zijn Naam Jezus noemen. Door eeji Engel werd aan den H. Jozef bovendien de beteekenis van dien H. Naam verklaard: Gij zult Zijn Naam Jezus noemen, want Hij zal zijn volk van hunne zonden verlossen. Dien naam van Verlosser nu beeft Jezus zich gekocht door zijn bloed, op den achtsten dag na Zijne geboorte. Dien Naam van Verlosser heeft de Zalig maker zich hoe langer hoe meer waardig gemaakt door Zijn voorbeeld en door Zijne leer: Hij, de Weg, de Waaarheid en het Leven maar vooral door Zijn heilig lijden GujiUis una stilla totuin maudum quit ab omni scelere. Hij, van wie één druppel bloed toereikend was, om de gan- sche wereld van zonden te reinigen Hij heeft zichzelven voor ons gegeven, om ons vrij te koopen van alle ongerech tigheid en Zich een welgevallig volk ie zui veren. En onze goedertieren Verlosser stelde Zich niet tevreden met een énkelen druppel voor onis te vergieten ineen, al Zijn heilig bloed tot den laatsten druppel toe heeft Hij voor ons ten beste gegeven, om ons zijn oneindige liefde en tegelijk de onmetelijke boosheid der zonden te toornen. Aan Hem danken wij, zegt de H. Paulus, onze verlossing, de vergiffenis der zouden, door zijn Bloed. Door het Bloed van zijn kruis heeft Hij bevredigd al wat op aarde en al wat in den hemel is: uitwisschende het handschrift van het vonnis, dat tegen ons was, door het weg te nemen en aan het kruis te hechten. OHet heilig Bloed van het Lam Gods, waarmede niet de posten, der deuren, maar de zielen Zijner vrijgekochte1» besproeid wor den, redt ons van den eeuwigen dood en beschermt ons tegen de slagen, va» Gods vergramde rechtvaardigheid. En voor het huis van David, voor de Katholieke Kerk, blijft die bron" van, Jezus' bloed onophoudelijk vloeien tot afwassching der zonden in het bad der boetvaardig heid. Ja, hoe besmeurd en hoe bezoedeld eene ziel ook moge wezen, wanneer de boetvaardige zondaar den weg der onge rechtigheid verlaat, in oprechtheid en in rouwmoed des harten zijne schuld belijdt en waardig en geldig de absolutie des priesters ontvangt, dam vloeit het zoenbloed van Jezus over zijmie ziel en hij is van alle vlekken gereinigd en van alle smetten gezuiverd. Dat bloed van Jezus heeft hem gewasschen witter dan sneeuw en blank gelijk wol. En zulks niet een, enkele maal, maar zeventig maal zevenmaal; en met de heiligmakende genade keert ook de vriend schap Gods met den vrede des harten en de rust des gewetens weer in de ziel terug, in het zoete bewustzijn, dat de He- melsChe Vader zijn kind weer lief heeft ge lijk te voren. Bij deze overweging va,n Gods oneindige barmhartigheid en liefde ons betoond in het zoenbloed van Jezus, rijst van zelf de vraag op zijne lippen: Quid retribaum Domino Wat zal ik den Heer voor zooveel weldaden wedergeven? Hoe zal ik er aan de Goddelijke Majesteit een: bewijs ■van dankbaarheid voor schenken? Daar toe heeft Gods grenzelooze liefde zelf ons weder in staat gesteld. Dit toen sprak de Heer bij den profeet Malachias: Van den oj)gang der zee tot haren ondergang, zal mijn Naam groot zijn onder de volkeren en óp alle plaats zal geofferd worden en zal mijnen Naam een zuivere offerande worden opgedragen, want groot zal mijn Naam zijn onder de volkeren, zegt de "eer der heirscharen." <»-me voor9Pelling hu is^ volgens de on feilbare uitspraak van liet Concilie van dei H 'Ve,VUlling g'egaan in- het Offer t, ls> waar de verdiensten van 't „«J.! 1 op ons worden toegepast, wan- vonr US zidl °P onbloedige wijze offert005 Mn ^en 'leme'schen Vader op- Die goede Jezus is en blijft de welbe minde Zoon, in Wien de Vader zijn wel behagen heelt. Zoo dikwijls derhalve het H. Misoffer wordt opgedragen en, wij daar aan deelnemen, ziet de hemelsdie Vader met welgevallen op zijnen Zoon, en ook tegelijk op ons neder, die, door onze deelname aan het Offer, de grootheid van den naam van den Heer der heirscharen helpen bevorderen onder de volkeren. E11 met des te grooter welgevallen zal de Vader op zijne kinderen neerzien, naarmate die kinderen meer gelijkvormig worden aan zijn goddelijken Zoon. Zie, Jezus, zachtmoedig en oontmoedig, verdraagt alles wat er met de H. Hostie en den H. Kelk geschiedt. Aan het kruis verborg Hij zijne Godheid, hier ook zijne menschheid onder de nederige gedaanten van brood en wijn. Hier gelijk aan het kruu roept zijn H, Bloed om genade en, ont ferming. Wie nu kan bij dit H. Offer nog toornen tegen zijnen broeder? Wie durft zich bij dit H. Óffer verhoovaardigeii of zinnen op rijkdommen en op schatten? Met het grootste welgevallen ziet de bemelsche Vader op ons, neder, als wij aan dat H. Misoffer daadwerkelijk deel nemen door eene waardige H, Communie, waar wij op bet innigst vereenigd en als vereenzelvigd worden met den Zoon van zijn Goddelijk welbehagen. Immers wij1 heb ben de plechtige verzekering van Jezus zelf: „Wie mijn Vleesch, eet en mijn Bloed drinkt, hij blijft in Mij eni l'k in hem. Gelijk de Vader, die mij heeft gezonden, leeft, en Ik leef door den Vader, zoo zal hij, die Mij eet, leven door Mijt" Inder daad 11a de H. Communie kunnen wij met den H. Paulus getuigen: „Ik leef niet meer, maar Christus leeft in mij." Voegt daarbij 'sHeeren overheerlijke belofte: „Wie mijn Vieesch eet en mijn Bloed drinkt, hij heeft het eeuwige leven, en Ik zal hem opwekken ten jongsten dage." Bidden wij derhalve vurig in deze Juli maand, dat die bron van Jezus' zoenbloed altijd voor ons blijve stro-omen in het bad der boetvaardigheid, in die consecratie van bet li. Misoffer en in de li. Communiê. Laten we niet moede worden te roepen: Uw Bloed, lieve Jezus, kome tot zegening, over ons en over onze kinderen. Uw Bloed Vorst des vredes, kome over 'het zwaar geteisterde Europa, om den oorlogsfakkel uit te dooven. ,Uw Bloed, G-oddelijke Stichter, kome over Uwe strijdende kerk op aarde, die Gij hebt liefgehad, voor welke Gij Uzelven hebt overgeleverd, om haar te heiligen en te zuiveren in het Doopsel, door het woord des levens. Door uw H. Bloed blijve zij uwe gorievolle Kerk, zon der smet of rimpel, heilig en onbevlekt. Laat ons smeeken: Uw Bloed, lieve Jezus, kome ook over uwe 1 ij d e n d e Kerk in het Vagevuur, om de vlammen van den afgrond te blusschein, opdat onze dier bare afgestorvenen, uwe veelgeliefde brui den, spoedig hun hemelsche Bruidegom te gemoet snellen. Vragen we vurig: Hemelsche geneesheer, uw H. Bloed kome over onze zieken naar het lichaam op hun krankbed, om den gloed der koorts te temperen "Uw H. Bloed kome over onze zieken naar de ziel. om ze van alle ongerechtigheid te zuiveren en ze te heiligen tot een uwen Hemelschen Vader welgevallig volk. Uw Bloed, lieve Jezus, kome tot zege ning over ons en- over onze kinderen al de dagen van ons leven, opdat wij eenmaal komen bij de zaligen in uwe zegepra lende Kerk in den hemel, om het Lam Gods te omringen en in een eindeloos danklied te juichen,: Redemisti nos, Deo sanquine tuo: Gij hebt ons voor God vrij gekocht in Uw Bloed. Alkmaar, den 28en Juni 1918. M. P. A. DOMS, D.P. EEN DAAD VAN PIËTEIT. (DE St. WilLLIBRORDUSPUT TE HEILO). Een oud liedeke van Heiloo begint aldus: „Hoe lieflijk ligt het klein Heiloo Door het donker woud bes-chut; Een ketk, zeer oud, is da,ar gebouwd, Daar achter ligt een put". Het komt mij voor, dat er wel niemand zal zijn die Heiloo kent, die het niet met den onbekenden dichter eens zal zijin, dat het door het donker woud beschutte Heilo lieflijk plaatsje is en onder hen zal er dam ook wel geen een zijn, die de oude St. Wiiliibcordsput niet kent. De ouderen van dagen herinneren het zich nog in zijn voormaligen toestand, toen het er zoo echt landelijk stond met de groote wip er achter, waaraan, aan een langen stok bevestigd, de aker hing om water te put ten; er tegenover aan den weg gtond een oude steenen doodkist, waarin men, het water kon voeren om het vee te drenken; afbeeldingen er van vindt men nog in het stedelijk museum van Alkmaar. Het was een echt schilderachtig onder deel der schilderachtige omgeving van de mooie, intieme oude dorpskerk. Maar helaas, „niets is er op aairde be stendig van duur". In 1877 was het metsel werk van den ouden put in niet al te goeden staat en de dorjnsijeugd, die geen eerbied kent, ontzag zich, niet „het water met puin en vuilnis te verontreinigen", tot veler er gernis. Dit gjf aanleiding, dat meerdere oudheid kundigen en kunstliefhebbers' zich tot „de hoogschatters pnzer vaderlandsche herinner ingen in de provinciën N - en K.-Holland" .wendden men een cicelaire, waaraan het volgende is ontleend: „Sinds onheugelijke tijden is 'jn Heiloo de St. Willi brorduspuit bekend. .Volgens eene overlevering, van welke de ernsljge pen der geschiedvorschers het niet beneden zich ge rekend heeft, aanteekening te houden (een noot verwijst hier naar de „Geschiedenis der Christelijke kerk in Nederland, in tafer celen, onder redactie van B. ter Haar, W,:. Moli en E, B. Swalue" Deel ,1 blz. $2) is deze bron ontstaan in 't Heiloër duin, op 't gebed van den groote» geloofsverkondiger Zeker is het, dat zij door vele menschen- geslachten in eere js gehouden en als een monument onzer vroegste kerkgeschiedenis moet worden beschouwd. Intusschen stemt haar uiterlijk heden ten dage maar weinig' met de eerbiedwaardigheid overeen, De bemetseling van den put zelf is- aan verwaarloozing ten prooi en, de dorpsjeugd ontziet zich niet zelden het water met puin en vuilnis te verontreinigen", De commissie wijst er dan verder op, dat de put een Hollandsoh monument is, dat er niet veel bijdragen noodig zijn om er een waardig monumentaal karakter aan te geven en wendt zich daarom tot „de hoogschatters der .Vaderlandsche herinnerin gen in de provinciën N- en Z, Holland", De onderteekenaren waren: j. J. L. ten Kiafce, J. B. F. Roelvink, A. B. J. Sterk, J, A. Alberdingh .Thijm, A. D. de Vries, Azn„ Th. Borret, P„ J. H. Cuijipers, J. P» Hase- broek en W. J. Hofdijk. Vlot ging het zeker niet met de bij dragen der „hoogschatters", want eerst in het jaar 1880 kon de put worden hersteld; de wip (werd verwijderd, de puit afgedekt en omgeven door een gotbiek hekwerk. Men moge bet al of niet betreuren, dat deze poging om dit „Hollandsch Monu ment" te bewaren,, ten gevolge had dat de wellicht eeuwen bestaande toestand gewij zigd werd, de daad zelf was er een die van, piëteit getuigde en als zoodanig aanspraak mocht maken op waardeering. Helaas, van die waardeering werd maar zeer weinig blijk gegeven en men ko,n Jot op beden, en met veel meer reaht dan in 1877, wanneer men over den St. Willi- brorduspuit sprak, de woorden der vroegere Commissie tot de zijne maken: „intusschen stemt haar uiterlijk heden ten: dage maar weinig met de eerbiedwaardigheid overeen". Het hek om den put, toaal verfloos, was voor een groot deel verroest; de letters van het randschrift van het hek en de ornamentatie er van waren grootendeels ver gaan, men had paar het Heiloër Monu ment zoo goed als piet omgezien, het eenige, wat gedaan werd, was: dat men in 1911 den van FraesChen steen opgetrokken hals van den put, die meer en meer vergaan was, liet afbreken en vervangen door een gegoten hals van beton! gelukkig^ dat de vorm ten minste bewaard bleef. Op pogingen door den Bond „Heem schut" aangewend om verbetering te krij gen, werd geen acbt geslagen en het droef verval werd gaandeweg erger. Een en ander gaf mij aanleiding om op dezen desolaiten toestand te wijzen, door mij te wenden tot den eenig overlevende van de vroegere Commissie voor het behoud van den St. Wjllibrodsput, Dr. J. P. Cuij- pers, den Nestor onzer Nederlandsche kun stenaren. Het zal geen verwondering wekken, dat deze wel verouedrde, maar piet „oud" wordende kunstenaar, onmiddelijk bereid ge vonden1 werd om op te komen voor de taak, die hij in 1877 op zich had genomen „te zorgen voor de beveiliging van den St. Willibrorduspiut";. Persoonlijk kwam hij zich overtuigen van den toestand van den put en gaf *an hoe deze het best te herstellen was en hoe verder verbetering in het geheel was aan te bren- brengen, Het scheen ons eerst, dat de sympathie om daartoe mede te werken niet groot was en dat er opnieuw een beroep zou moeten worden gedaan op de „hoogschatters der onzer Vaderlandsche herinneringen". Gelukkig is dit niet het geval gebleken. Het tegenwoordig gemeentebestuur van Heiloo, dat de belangen van het mooie Heiloo energiek behartigt, meende, dat wat de zorgloosheid van een wel goedmeenend maar minder krachtig Bestuiur had verwaar loosd, niet hersteld moest worden door de hulp van huiten, maar dat het een eereschuld was voor de gemeente Heiloo;, om voor haar rekening dit „Monument der Kerk geschiedenis", dat meer bizonder Haar monument is, in eere te herstellen. Dit nu is geschied en ik meende dit te mogen noemen een daad van piëteit, welke het Heiloër Gemeestebestuur eert en waarvoor het den dank vain alle belang stellenden verdient. Onder de zorgzame leiding van den heer L. Bonman, bouwkundig opzichter van de gemeente Heiloo, is het herstel geschied. Het fraaie hek is geheel gerestaureerd en het pleit voor de vakkunde van, onzen stadgenoot, den heer P. van Maarleveld, die het heeft gemaakt. He schilderwerk van het hek is zeer goed uitgevoerd door den Heiloër schilder, den heer Willeb-rink. Zonder twijfel mag men van deze restau ratie zeggen, dat de St. Willibro-rduspiut nu in eere is hersteld. Door het aanleggen van een breed kiezel pad rondom den put, komt het hek beter tot zijn recht dan voorheen, toen het in den breeden grasberm van het kerkhof wat nie tig deed. Door een haagbeplamring om het pad, is het geval intiemer geworden en heeft het een veel mooier en monumentaler ka rakter gekregen dan voorheen, wat nog beter tot uiting zal komen, wanneer "de haag wat forschcr is gegroeid. Drie spijlen van het gothis-dhe hek zijn gesierd door wapenschilden, die in de her aldieke kleur drie wapenen vertoonen der plaatsen waarmede de put in historisch ver band staan. Het eene wapen is het oude Stichtsche wapen, zooals dit was tot in het jaar 1534, een rood veld door een zilver kruis ge dekt; het brengt in herinnering, dat St Wiillibrordus de cerate Bisschop was van het Aartsbisdom Utrecht; het tweede wapen een zilveren kruis op rood veld is 't wapen der plaats, waar de put is, dus het Heiloër- wapen, terwijl het derde wapen het wapen der landstreek is, waarin Heiloo is gelegen, liet wapen van Holland, de roode Leeuw met hemelsblauuwe tong en klauwen op gouden schild. .1) Ofschoon hetgeen bereikt is tot dankbaar heid stemt; het is nog niet wat het moet zijn. Minder fraai is zeker de „Douglas-stal- pomp" welke men te zijner tijd hij den put heeft geplaatst om het verkrijgen van water dat niet meer geput kon worden, te verge makkelijken en die door de inmetseling, van den gootsteen in de voeting nu één geheel met den put uimaakt. Niemand zal zeker beweren dat die pomp een monumen taal karakter beeft of tot het monumentale karakter van den put bijdraagt. Door die pomp een paar meter verder te plaatsen, tusschen de boomen aan den weg, kan op bescheidener wijze haar die nend karakter worden .uitgesproken. Behal ve om deze aesthetische reden is er nog een practiscbe bovendien. De dorpsjeugd, evenals die van 1877, is niet eerbiedig en bet water uit den put, dat zij nu jiietmeer kan verontreinigen, heeft ook nu nog een groote aantrekkelijkheid; is het niet om te drinken, dan is het goed om elkander nat te gooien, t Het gevolg daarvan, ook van minder zorgvuldig water halen, is dat de grond voor den put altijd nat en vuil en modderig zal zijn. Laat men met de verplaatsing van die piomp dus niet te lang wachten. Ook on- derzoeke men eens of er geen fout in het 'randschrift is binnengeslopen, die herstel ling vraagt. 2) De betonnen hals van den put vraagt verwijdering en het maken van een nieuwe hals in een goeden vorm van fraaien hand vorm steen. Dat dit komen zal, durven wij met -ver trouwen hopen. Het gemeentebestuur van Heiloo is op den goeden weg en begrijpt, hoe goed het is, zidh te laten leiden door den „Bond Heemschut"; welnu „Heem schut" zal steeds bereid zijn tot voor lichting en duidelijk maken, dat kosten, gemaakt voor den welstand van stad en land, geen 'onnutte kosten zijn; mocht men dit ook elders beter begrijpen! Het was eene verblijding in deze dagen waarin van zooveel leelijks moet worden gesproken, van iet» moois te kunnen- ver halen en op een goed voorbeeld te mogen wijzen, Laten nu Heiloërs en vreemdelingen het goede werk eeren en medewerken om deze aantrekkelijkheid van het fraaie dorp niet door baldadigheid' te ontsieren en moge het gemeentebestuur doorgaan met te zor gen, dat het door het donker woud be schutte Heiloo, toch zijn lieflijk karaker behoude; het kan nog gebeuren, «1 is er reeds veel bedorven, wanneer men met „Heemschut" voor de Heemstede waakt. O. TH. M. VAN DEN BOSCH. Alkmaar, 21 Juni 1918. 1 Jhr. van Riemsdijk, Directeur van het Rijksmuseum, zorge te dien opzichte voor de noodige gegevens, waar voor ban dank toekomt. 2) Er staat: St. Wjllibrordusput hersteld in d'en jare „Dominl nostri Jesu Christi MDCCCLXXX", dit zal ongetwijfeld ge weest zijn: „St. Willibrorduspiut hersteld m den jare „Onzes Heeren(ni) Jesu Christi" MDCCCLXXX." i ALKMAAR. NIEUWE AARDAPPELEN. De Directeur van het Distributiebedrijf van Alkmaar maakt bekend, dat gedurende de week van 24 tot en met 30 Juni 1918 zal verkrijgbaar zijn op: Bon No. 28: 2 K.O. nieuwe aardappelen, GEVONDEN VOORWERPEN. Een band van een sportkar, een ring met sleuteltjes, een hond, een poppenwieg met toebehoor en, vijf portemonnaie's met eenig geld, een schol? (ballast), een rozenkrans, twee mesjes', twee legitimatiekaarten, een ketting met slot, "een horloge, een vulpen, een lorgnet in étui, een hoed, een pet, eenige zilverbons, een zijden kwastje en eenige Rijkspostspaarbankzegels. VERTROKKEN PERSONEN. N. Seegers-Stoppelsteen, N.H., z.t Tuin straat 55, Bakkum. A. Dekker, R.K., z., Varnebroek 22, Beverwijk. A. Krul. R.K., db., Kennemersingel 2, Medemblik. Wed. A. W. van KliuijVe, N.H., i.t Fnidsen 80a, Den Haag. G'. Hes, R.K., db., WiOgnumschebuiurt 6, Oudorp. G. H. Hofman, N-H., oommie» ter secretarie. Zuiderhoutlaan 3, Deventer. H. de Bie, N.H., timmermansknecht, Oudegracht 207. Den Haag, C. Schenke, D.G., z., Mid denstraat 22, Bergen. G. Zwart, D.R., db., Fnidsen 82, Egmond aan Zee. J. E. Zonneveld, R.K., db., Verdronken- oord 69, Amsterdam. J. Schrier, N.H., db., Ie Kanaalstraat 20, Bergen. K. van Heiningen, Rem., huishoudster, Wil- demanstraat 11, Schagen. H. Franse, R.K., z., Huigbrouwerstraat 8, Ca&tricum. A. P. G. Hofstee, R.K., winkelbed Fnidsen 88. Nijmegen. A. J. van Dug- teren, E.L., musiauis, Houttil 34, Bergen. K. Bras, N.H., slagersknecht, Stuart- straat 14, Barsingerhorn. Bi. van der Sten-, N.H., gouv. el. tech. ambt.. Linden- laan 102, Ned. Indië. J. M, Cunen, R.K., winkelbed., Langestraat 13a, Os». J. Frijn, geen, boekb.kn., Ie Kabelstraat 2, Amsterdam. A. Visser, N.H., letter zetter, Turfmarkt la, Dordrecht. F. J. Klumper, N.H., mach.-teekenaar. Oudegracht 151, Den Haag. E. J, Brantenaar, N.H., db., Ramen '6, Schagen. J. C. Denne- man, R.K., z., Wognumsohebuurt 1, Hei loo. J. Koopman, R.K., letterzetter, Drui- venlaan 49, Den Haag. P. de Groot, N.H., db., Wiestenveg 4. Bergen. C. C. A. Rijnaarts, R.K., z., Mient 18, Bergen. Mi M, Koper, R.K., db.j Prins Hen drikstraat '18, Schagen. M. 'Asma, D.K., db., Langestraat 75, Urk. L. L. A. Wiegant, R.K., winkelbed., Huig'brouwerstr. 8, den Bosch. J. S. van Boshuijsen iMaij, N.H., db., Parkstraat 1, Amsterdam. H. B. Mors, R.K., z, Groot Nieuwland 38, Heiloo. J. F, Bar von Hemmersweil. N.H., vol. journ. A. C., Oudegracht 168, Den Haag. A. Vrinds-de Wit, N.H., z., Stuartstraat 14, den Helder. J. de Vries, Ev., werkman, St. Annastraat 23, Zuid-Scharwoude. J. T. Knip, N.H., slager, Koningsstraat 8, H.H.Waard. M. L. Kollmeijer, R.K., z., 'Oudegracht 273, Rijswijk. |C. M. L. van der Meiden, N.H., z., Nieuwpoortslaan 199, Schoten. P. M. van Leeuwen, N.H., db., Stations straat 79, Uitgeest. A. K. Kuiper, N.H.j z., St. Jacobstraat 6, Bergen. M. Tromp. R.K., db., Oudegracht 97, Castricum. D. !M. Moüs, R.K.. timmerman, Nieuwesloot 27, Gaasterland. D. Bakkum, R.K., db., Kenuemerstraatweg 11, Egmond aan Zee. A. C. de Graaf, R.K., z., Laat 130, Bergen. A. Nouwen, N.H., boekh..- Stationsweg 170, Broek op Langendijk. *J. D. Door man, E.L., leeraar H.Sdh., Geesterweg 1, Castricum. J. J. M. Kloppers, N.H., z., öudegracht 120, Limmen. -H. 'An drea, D.K., betonwerker, Koningsweg 66, Wprmerveer. "M. M. Zut, R.K., db., Breedstraat 53, H.H.Wiaard. T. Schipper, N.H., db., Langestraat 70, Heemskerk, C. W, Koster, N.H., z., Geesterweg 12, Heemstede. L. D. H. M. Wanna, R.K., z., Ritsevoort 3, Utrecht. *M. A. en J. P. Bouman, R.K., z., Verl. Landistraat 21. H.H.Waard. *H. H. Weijling, R.K,, kruidenier, Voormeer 6a, Amsterdam. Wi. J, (C. R. Rikkert, Rem., horlogemakefj Tuinstraat 5, Nijmegen. C. Beemster- boer, R.K., db., Fnidsen 95, Uitgeest. M. van Meiurs, Rem., adj. biblioth, leeszaal,- Koorstraat 35, Overschie. J. Gootjes, N.H., slager, Laat 7, Oostwoud. At. Kui per, N.H., z., Omval 49, Bergen. R. van Leeuwen, N-H., wagenmaker, Kinheimstraat 24, Bodegraven. Wed. H. ter Horst, R.K., z., Zegilis "73, Hengelo. E. van der Ooid, N.H., z.„ Koningsweg 21, den Bosch. D. Haarstna, N.H., basculemaker, L. Oudorp. A. J. de Vries, N.H., Kraan- buurt, Egmond aan Zee. Hoofd van een gezin. PLAATSELIJK NIEUWS. URSEM. De pas drie maanden, gehuwde Jb. Pk sdhoot zich j.k Woensdag met een militair geweer een kogel door het hart, waardoor de dood spoedig volgde. Huiselijke on- eenigheid schijnt niet vreemd te zijn pan dit droevig dram*. WERVERSHOOF, Re Raad dezer gemeente besloota. goed gunstig té beschikken op het verzoek van den kantoorhouder van 'het telefoonkantoor om zijn jaarwedde van f215 op f400 te brengen plus f25 voor vuiur en lioht; b." f100 subsidie te verleenen voor het vak onderwijs alhier. Het distributiebedrijf bracht een verlies op van f6250. Van Ged. Staten Was bericht ingekomen van goedkeuring salarissen. Burgemeester f1300, Secretarisaen f1200 en Ontvanger f600. Alhier zijn 7 Amsterdamsche kinde ren gearriveerd om eenigen tijd van tie buitenlucht te genieten en op te sterken. EGMOND-BINNEN. Kruisverb-ond. De laatste verga dering was flink bezocht. Door onverwach te verhindering vam den nieuwen Adviseur, Kapelaan Hoorneman, kon de installatie niet plaats hebben. Meegedeeld werd, dat onze afd. op Hen ürankbestrijdersdag te Lisse en op de Algem. Verg. te Alkmaar ver tegenwoordigd was. Het bestuur had te zamen met de M.V-, een verzoek aan 'den gemeenteraad gericht om de kermissen Idit jaar niet te doen doorgaan, daar er na de inzending half Mei geen raadsver gadering gehouden is, wias het prdes nog niet behandeld. Op het verzoek aan Pastoor Saalenu een lezing voor de afd. te willen houden, was geen antwoord ingekomen. Wieder zullen eenige Sobriëtas-aanplakbil- jetten besteld worden, om bij voorkomende gelegenheden te dienen. In de volgende vergadering zal gesproken worden over re- clasaeerlng. j SCHAGEN. Raadsvergadering. De gemeente raad heeft in iSJne vcgadering van Dins- d*g het werk in de centrale keuken met inga- g van 1 J alï tot nader te bepalen tijd stop gezet Men meende, d*t de tijd van de gestampte pot "oorloopig voorbij erts Aan den ad ainis rateur en dsn kok zal een wschtgeid we rdtn ui b-'aald Met in- egrip va» kc-ukenhuur zG dit £0 gn'den per wtek bedragen. De k-uken koutte de xemetnte in den laatsten tijd ongev. f 100 per week. 'ANNA-PAU LOWNA, De storm. De sorm heeft in de laEdaouw-polders van Hollands Noorden veel s hade veroorzaakt. Geheele akkers rwten en boo >ea rijn zwart gewaaid, vele ^raangewarsen zijn tegen den g oid ge slagen; het z ?.id verlies bij de kat wij is z er belangrijk Ia d-n polder Het Koe- »;ras weiden 3 w termolens geheel vernield, H EERH U €0 W|A A3 D, Harddraver ij. uitslag der jurlijk- iche harddraverij8 deelnemers; de prijzen ia contanten werden gewonaen door: le prijs den hr. J, Appel, 2e prijs Arie de Boer en 3e prijs J de Groot, A^n het ringsteken met paard en kar namen 29 paren deel De prijzen beston den ia kunstvoorwerpen: le prijs mejuffr, Ursem met den hr. L-efung, 2e pr. inej. Blom met dm hr. P van Dam, 3e pr. mej Schilder met den hr Rood, Electrificatie. Door een groot aan tal belanghebbenden werd in het lokaal van den heer Bloothoofd alhier vergaderd ter bespreking van de middelen om voor het

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1918 | | pagina 5