GL.lt Mfwrws. EN ADVERTENTIEBLAD VOOR NOORD-HÖLtAflB
BUITENLAND
HET WITTE HUIS.
Eerc sympathiek
Optimisme.
FEUILLETON
éts'sês.
Absnnement'Pf'i8'
Per Wartaal s f 2,—, franco por post f 2.50}
Met Geïllustreerd Zondagsblad f 0.4.5 hooger.
Verschijnt d a g S 3J k s
E~- ADMINISTRATIE 433.
BureauHOF 6, «LKiwlAAre. - Tcsefcon. redactie 633.
Advertentieprijs:
Van 15 regels f 1.25 5 elke regel meer f 0.26}
Reclames per regel f 0.75; Rubriek „Vraag en aan
bod" bij vooruitbetaling per plaatsing f 0.60.
Aan alle abcn^T^ cp car.vrpag flratfs een polls verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen «ot een bedrag van f 500,-, f 400,-, 200,-, <100,-, f80,-, 136,- <15.-
Met den Bind veer groot® gezinnen te
Rotterdam, wil bet niet vlotten.
Op dit feit werd onlangs in de „Maas
bode" door een inzender de aandacht geves
tigd.
Eobter, niet alleen in de Maasstad doet
•dek dit betreurenswaardig verschijnsel voor.
Ook in meerdere andere plaatsen van ons
/and. waar de Bond onder laaiende geest
drift werd opgericht, wordt weinig of niets
-ernomen van een krachtige actie, waaruit
een voprtsehrjjden naar bloei mot practische
resultaten, valt af te leiden.
De Bond voor groote gezinnen schijnt
daar ingedommeld te zijn.
En toch sc&reef Mr. Bomang eens zeer
Juist: „Er bestaat wellicht geen sympatieker
lereeniging voor de Katholieken, dan juist
ite-ze."
Waaraan vaJt het verschijnsel, waarop we
zooeven wezen, dan toch toe te sohrijven?
Op eenige oorzaken, die belemmerend ge
werkt hebben op den goeden gang van zaken,
wijst de Weleerw. heer H. Geertman, kape
laan te Enschedé in de „Maasb."
Wii laten den Eerw. schrijver hier zelf aan
l 't woord-
„De hoofdoorzaak meen ik te moeten
zoeken in het ondiepe van (bet vaar
water. Men heeft over het algemeen de
taak van den bond van den beginne af
aan te materialistisch opgevat. Men
heeft te eenzijdig den nadruk gelogd op
het stoffelijk steunen van de groote ge
zinnen (bij bevallingen, bij bet helpen
aan goed-loonende betrokkingen, aan
ruime woningen, bij progressieve ver
mindering van belasting, enz. eniz.)
Zeker, werken in dien geest is zeer lof-,
felijk en. meer dan noodzakelijk in den
tegenwoordigen tiid. maar m.i. moet
vooral de bedding van het godsdienstig-
zedeiiik element verbroed en verdiept
worden.
Wil het „scheepje" een betere vaart
kunnen nemen, dan moet er dieper ge
graven worden. Daar zit nog zooveel
modder onder van het heomalthusia-
nisme; de bedorven ideeën van het mo
derne (heidendom over „kinderzegen''
moeten grondig worden uitgebaggerd.
Het is nu wel is waar een tijd, waarin
de havenarbeiders staken, maar voor de
leden van den bond voor groot© gezinnen
mag dat geen red'en ziin om ook het
werk er bij neer te leggen; er is hier
nog genoeg te baggeren, het wordt
hoog tiid."
Echter, naast deze hoofdoorzaak bestaan
nog meerdere bij-oorzaken, die eveneens door
kapelaan Geertman worden aangestipt;
1 Het Hoofdbestuur werkt te zeer in
't verborgene, waarbij komt, de onderlinge
verdeeldheid.
2°. Het Hoofdbestuur zelf wordt niiet
voldoende door de afdeelingen ondersteund.
3 De standsorganisaties houden zich
totaal onzijdig, waai liun steun hier toch
noodzakelijk is.
4 Tal van Katholieke politieke en so
oiale voormannen, blijven aan wal staan,
d.w.z'. blijven buiten den Bond voor groote
gezinnen en derhalve buiten de zegenrijke
actie, die er van uit kan gaan.
Wjj achten bet gewensckt, de aandacht
van degenen, wiien zulks aangaat, te vestigen
op het door kapelaan Geertman in het be
lang der goede zaak gehouden pleidooi voor
een wederopleving van den Bond voor groote
gezinnen, waar zulks noodig blijkt te wezen.
Diens zoo treffend Katholieke uitspraak.,de
bedorven ideeën van het moderne heiden
dom OTer „kinderzegen" moeten grondig
worden uitgebaggerd," maken wij volgaarne
tot do onze.
Weet iemand tegenwoordig nog wat op
timisme is?
Wie waagt het in dezen tijd van alge-
meene malaise op moreel zoowel als op stof
felijk gebied nog voluit-blij en opgewekt te
zijn; ja, erger, wie durft er optimist te we
zen?
En toch is er iemand, die het durft.
In „Das neue Reich", een weekblad na
den oorlog in Weenen opgericht, schrijft
Rector Robert Mader een heerlijk artikel,
waarvan wii niet weten wat meer te moeten
bewonderen; den echt-Roomschen geest, den
heerlijken moed van een martelaars-overtui
ging, oi het feit. dat zulk een zonnig stuk
voorkomt in een tijdschrift, dat verschijnt in
de diep-ongelukkige stad, het arme, honge
rende, stervende Weenen.
Wij willen er voor onze lezers een deel van
vertalen, omdat het daarin geboden geestes
voedsel tegenwoordig meer noodig is dan da-
gel ij ksch brood en toch maar zoo zelden en
zeker zoo weinig in dezen aanlokkelijken
vorm wordt opgediend.
De maatschappij, zegt Mader, maakt een
schrikkelijke crisis door. Het is de tijd der
duisternis. Donoso Cortes, de profeet onder
de diplomaten, wordt thans, zeventig jaar na
die rede, die de sensatie van Europa is ge
worden, schitterend in het gelijk gesteld: „Ik
geloof, mijne beeren. ik geloof met de 'diep
ste overtuiging, dat wij de periode van nood
lottigheden intreoen. Alle veischijnselen wij
zen daarop; de verblindheid en de opstan
digheid der geesten, de zoutelooze debatten',
de kerniooze polemieken, maar voor alles
de zucht naar economische hervormingen.
Wanneer deze zucht, gelijk zij allen heeft
aangegrepen, de geesten met zich voortsleept
zooals zij dat tegenwoordig doet. dan is
dat het zekere teeken van groote catastro-
phen, van groot verval.Aan het gezond
verstand zoowel als aan den vorschenden
geest kan het niet ontgaan, dat een nabijzijn-
de en schrikkelijke crisis in aantocht is. een
ruïne, zooals er nooit een over de menschen
kwam."
Het eenige, wat de maatschappij zou kun
nen redden, is het estheticisme. de kerk. Maar
de geestelijke barometerstand staat voor het
catholicisme op storm. De valuta der Katho
lieke ideeën daad in de meeste landen als
de valuta van het geld. Over de verspiei-
d'ingsmogelijkheia van een Katholiek bo3k in
een Katholiek land ondervraagd, schreef een
priester: het zou slechts begrepen worden
door Katholieken, die katholiek zijn! Dat is
meer dan een geestige zinswending. De ont-
roomsching onzer geesten heeft onder den
invloed van het protestantisme, liberalisme,
socialisme, modernisme, huiveringwekkenden
voortgang gemaakt, Al het ras-echie. het
specifieke onderdrukkende, denken, spreken,
schrijven, handelen wij altijd meer als alle
anderen. Wij worden veiproiestant. verlibe-
raüsesrd, versocialist. Wij houden op ons zelf
te zijn. om in den derden persoon meeivoud
op te gaan: wij zij!
Laten wij eerlijk zijn. De grond staat op
instorten, de aarde dreunt. De hemel is
zwart. De storm huilt. Er is groote angst
onder de volkeren in afwachting van de din
gen, die komen zullen. Dat is het uur van
het pessimisme. Een ware epidemie van ver
twijfeling maakt zich meester van een 'bree
den Katholieken kring. Het geloof van ve
len maakt een geweldige crisis door. Het
schijnt, ik zeg: het schijnt, dat God sinds
zes jaar slaapt, dat Hij doof. stom en lam
geworden is. Spottend zegt men ons: Laat
dat weenen! Laat dat bidden! God is dood!
Gij wekt hem nooit weer! De moedeloosheid
is de zonde der volkeren geworden. Overal
treffen wij den man met den zwarten bril.
Zelfs onder het masker van onvei schrokken
optimisme greinst al te dikwijls het monster
van den twijfel aan God en Kerk. Er zou
den onder ons nog niet zoovelen als geloo-
vigen te boek staan, wanneer het geloof,
dat men met God alleen er niet meer .ko
men kan, niet zoo algemeen verbreid was.
Weg met den zwarten bril! De man met
den zwarten bril is een godsdienstig gevaar.
Hij is misschien het godsdienstige gevaar.
Wij proclameeren het optimisme. Wij voegen
daar echter dadelijk aan toe, dat ons opti
misme bovennatuurlijk is. Het is een stuk
van ons credo. Het wortelt niet in geld en
macht en organisatie. Dat zijn krukken,
hulpmiddelen, maar geen fundamenten. Wij
gelooven aan de toekomst der Katholieke
zaak, omdat wij aan een God gelooven. Het
eerste geloofsartikel is een bron van niet-ver-
sagend, bovennatuurlijk optimisme.
De God van de modernen heeft kronen en
scepters en koningsmantels aan het historisch
museum afgedragen. Hij is een consiitutio-
neele onmacht, gebonden aan de verorde
ningen van volkeren en de meerderheidsbe
sluiten der pailemenien. God heeft zijn ker-
kelijken staat verloren en moet blij zijn, wan
neer de regeeringen den naam van dezen
„Vreemdeling" nog in hun uioudivei sctnij-
v.en Hij is slaaf van den status quo in reli
gie, politiek en economie. Hij heeft in de
tijdelijke aangelegenbeden der mensciiheid
niets meer te zeggen. „Verboden toegang"
voor Hem op het Raadhuis, fabriekspooit en
school. De wereld is liberaal geworden.
Omdat ons Godsbegrip zoo klein en arm
is, daarom zijn ook wij zóó geworden. Ge
lijk God, zoo zijn aanbidders: dwergen en
nullen. Al onze moderne dwaalleeringen,
godsdienstige, politieke en sociale zijn uit
vloeisels van dit armzalig liberaal godsbe
grip. Predikt ons weer den ouden God van
den Bijbel, van liet oude Christendom en der
middeleeuwen, den Gcd der heerscharen en
wij zullen gered zijn. Spreekt ons van den
sterken, alonitegenwpordigen, alwetenden. van
Wien stroomen van kracht door de wereld
vloeien, van den God. die in den bruisen
den waterval, in bliksem en storm en don
der spreekt en wij woraen een volk van
helden.
Toont ons den God. die de zielen met ju
belende kracht vervult, die zonnen schept
en wonderen wenkt en nuttelooze volkeren
met hun regeeringen verplettert als potten
en pannen! 'toont ons den God, die met
lachend optimisme over het waanzinnig ge
schreeuw der menschen heenschieidt en door
zijn „Goddelijken staatsgreep" altijd weer
iecht krijgt en wij zullen het aanschijn dei-
aarde veianderen.
Wij houden op met citeeren. Nog deze
eene zin: Ik was nooit meer optimist dan
thans in het aangezicht van de algemeene
ineenstorting. Nooit bad ik met meer over
tuiging mijn credo. Het tijdperk van den
modernen God gaat zijn einde tegemoet. Ex-
surget Deus! God rijst op. Wanneer de ma
gere week van het wereldbankoet zijn goe-
cen Vrijdag achter zich heeft, zal onze God,
de God van den Bijbel, de God der almacht
en liefde, de katholieke God, weer de God
der volkeren zijn. Na ae anarchie het Gods
rijk! Het eerste geloofsartikel weer het fun
dament aller wetten en verordeningen.
Is het geen troostende gedachte, te weten,
dat er in landen en volkeren, die schijnbaar
(en ondergang zijn gedoemd door den loop
der wereldgebeurtenissen, die aan den rand
van den afgrond staan, nog zulke stemmen
opklinken? Is het over het algemeen niet een
verademing, dat zulke dingen in dezen tijd
nog openbaar worden gezegd en gesciireven?
Nog honderd van zulke optimisten en zelfs
het zieltogend centraal Europa zal herade
men; geef ons een Gedeonleger van zulke
mannen met zooveel geloof en Godsvertrou
wen en de wereld is gered!
De toestand in iuuitscïiaaEia.
Wat gebeurt er in de Rijksweer?
De „Vorwarts'' van gisteren schrijft: Wat
gebeurt er in de Rijksweer? En stelt deze
vraag naar aanleiding van een telegram uit
Hamburg, dat als volgt luidt: „De in wijden
omtrek van Hamburg liggende rijksweertroe-
pen hebben Maandag van het Rijksweercom.
mando in Stettin bevel gekegen ter bescher
ming van de Poolsche grens daarheen te ver.
trekken. Op het uiegraafkanioor te Ham
burg is door een aantal officieren een tele
gram met <ten volgenden gelijkluidenden
tekst verzond: „Vertrek 14 April naar In
die". Daarop volgen, dan- afscheidsgroeten
aan particulieren. Een officier seinde aan
een vice-FeldwebelOntwapening onzin,
ontbinding der troepenkletspraatjes, heb u
over enkele dagen noodig. De troepenafdec-
ling wordt gezuiverd."
Naar de correspondent van de Vorwarts''
te dezer zake uit goed ingelichte kringen der
regeeringsgetrouwe njksweertroepen ver
neemt, gaat het er klaarblijkelijk om, dat de
in aanmerking komende legerafdeelingen wel
ker manschappen en onderofficieren in de
dagen van Kapp bewezen hebben trouw aan
de grondwet te zijn naar plaatsen gezonden
zullen worden, waar ze, volgens een uitlating
van een officier tegenover den zegsman van
de „Vorwarts" bewerkt en weer in 't goede
vaarwater gebracht zullen wprden. Nog
daargelaten, schrijft de „Vorwarts", dat er
in breede kringen niets van een Poolsch ge
vaar bekend is. moet men ook de omstan
digheid in aanmerking nemen dat Hamburg
cicor dezen maatregel geheel van Rijksweer-
troeipen ontbloot wordt.
tiet inleveren der wapens.
Met de inlevering der wapens in het Ruhr
gebied gaat het niet geheel naar wensch. Er
worden daarom op het cogenbiik besprekin
gen gevoerd tusschen de burgerlijke autori
teiten om de inlevering te verbeteren.
De afdeeling der rijksweer, die te zijner
tijd bij de ongeregeldheden in het Ruhr-
gebied onder bevel van generaal ven Gill-
hausen in het door de tngelschen bczetie
gebied werd gedrongen is door de Engelsche
bezetlmgsautoriteiten vrijgelaten en op den
terugweg.
Staat van beleg over Saksen-Gotha,
De toestanden in Gotha hebben het noo
dig gemaakt, den staat van beleg over Sak
sen Gotha af te kondigen en een rijkscom
missaris daarheen te zenden, die moet zor
gen, dat de grondwettelijke toestand daar
zoo spoedig mogelijk wordt hersteld. Reeds
voor den putsch van Kapp, schrijft de „D.
Allg. Ztg." heeft de regeenng in Gotha, in
strijd met de grondwet een wederrechtelijk
tot stand gekomen besluit van den Landdag
in Goiha uitgevoerd en de herhaalde aan
maningen van den Rijksminis/.r van Bin-
nenlEnasche zaken, deze handeiwijze in strijd
met de grondwet, na te laten, genegeerd.
Tijdens een Putsch van Kapp heeft zij
haar plicht verzaakt en in stiijd met de
grondwet haar bevoegdheden overgedragen
aan een Vollzugsrat. Als de ïegeering niet
had ingegrepen, zou in Gotha bovendien
Rijkseigendoni ter waarde van vele millioe-
nen mark vernietigd zijn.
De Katholieke Centrumpartij, die in Rijn
land en Westfaleir verreweg het grootste aan
tal kiezers achter heeft is eer. agitaiie be
gonnen met het oog op de aanstaande ver
kiezingen voor den Rijksdag. In alle distric
ten worden vergaderingen van de partij ge
houden, en de moties, die men er aanneemt,
richten zich tegen deBerlijnsche regeering en
eischen grooteie provinciale zelfstandigheid
voor de Westfaalsohe provincies.
Het stelsel van de bevoogding van het pro
vinciale bestuur door sociaal-democratische
commissarissen van de regeering te Berlins
wordt als onduldbaar en in strijd met de
grondwet bestempeld.
Evenzeer als de Bielefeldsche en Berliju-
sche overeenkomsten onaannemelijk zijn voor
het centrum zijn zij dit voor de christelijke
vakvereenigingen van Rijnland en Westfalen,
die ruim iO0,000 leden tellen. Zij gaan met
het Centrum samen.
Voor de centralen regeering is deze bewe
ging te bedenkelijker omdat in Beieren een
dergelijke beweging gaande is.
Gisteren heeft het bestuur van de centrum
partij van Westfalen en Hannover vergaderd
en verklaard, dat liet centrum als christelijk-
democratische middenpartij ten zeerste ver
ontrust is door den loop van de regeerings-
politiek. Het talmen met krachtdadige beslui
ten, de onbegrijpelijke lankmoedigheid jegens
de communisten in het oproerige industriege
bied, de ongrondwettige amnestie, de zwakke
houding tegenover cte afdreigingspogingen
van het regeeringsradicalisme en de achter
uitzetting van alle. andere standen tegenover
de roode vakvereenigingen hebben in de heeie
provincie Westfalen de grootsle bezorgdheid'
gewekt en hebben de vraag doen rijzen, of het
centrum in de regeering kan blijven. De aan
genomen besluiten verlangen een niet-poli-
tieke rijksweerbaarheid die trouw aan de
grondwet is. onder bekwamen beroepsofficie
ren. Dergelijke vergaderingen zijn gehouden
te Burgsiein, Gladbach en Essen.
De moderne Rinaldo Rinaldini.
Te Klingenthal had Hoelz van de verschil
lende fabrikanten een millioen mark weten
los te maken. Vierhonderdduizend mark wer
den onmiddellijk betaald. De rest zou men op
een bank te Platten gaan halen. Een auto
met twee bankbeambten en een lid der roode
garde zijn Maandag naar Platten getuft, om
dit geld af te halen. De fabrikanten hadden
de noocige kwiianiiën ondetteekend, maar
de politie stond ck uitbetaling van liet geld
niet toe eti nam den vertgenwoordiger van
Hoelz gevangen. Te Klingenthal wachtten
Hoelz. en de zijnen tevergeefs op fc'ri geld et'
nu is de bevolking van deze stad „iterst on
gerust, daar zij vreest, dat Hoelz represail
ia, maatregelen zal nemen.
Dc Tsjechen hebben op de grens bij Klin-
genibal 2 bataljons geiegd om te beletten,
dat I toelz c.s. ongemerkt de grens passeeren.
Tc Klingenthal, Adoif ert Oelsnitz heeft
Hoelz de algemeene staking afgedwongen.
De aanrukkende rijksweerbaarheid wordt,
evenals in het Roer-gebied, vergezeld door
burgerlijke commissarissen om het wan t ou
wen der arbeiders tegen de troepen weg te
nemen.
Te Oelsnitz worden voortdurend commu
nistische vergaderingen gehouden en hou
den de communisten zich gereed om op het
ee.sie sein gevechtsklaar te staan.
De uitvoerende raad te Adoif heeft van de
kapitalisten de onverwijlde betaling van
20Ü.O00 mark geéischt en bovendien weke
lijks 100.000 mark voor de roode garde.
FRANKRIJK EN ENGELAND.
In hot Lagerhuis heeft Bonar Law gistcc.
ren in antwoord op vragen aangaande de ge,
daö'atemvisseling tusschen Eugelaud en
Frankrijk gezegd, dat er een verschil van
meening geweest was, maar dar de wisseling
van nota's die tusschen Londen en Parijs
geschied was. het geloof rechtvaardigde, aal
beid© regeeringen meer dan ooit de nood
zakelijkheid erkennen, om een vertrouwelijk©
en hartelijke overeenstemming te handnaven
voor de regeling van de grooto vraagstukken
waartegenover zjj ia Duitschland en elders
staan. D© naderendo conferenti© van de
hoofden der geallieerde regeeringen (te San
Keinoï zal ongetwijfeld ertoe bijdragen, om
de volmaakt© overeenstemming tusschen de
regeeringen te bevestigen en t© versterken.
Onder deze omstandigheden zou hot zeer on-
gewensd'ut zijn. om eenige gedachten wisse
ling te voeren. Er was niets waar van het
bericht in de pers. dat er eenig verschil van
meening bestaan bad in den boezem van bet
Britscke kabinet.
157.)
„Dat gaat ons niet an,' antwoordde
r£v,f ^wachters, „we zeilen er be-
i. hï van geven, dat we 't gevonden
ho„i lk denk> dat 'l gerecht de heel©
T„ii„Van dien kerel wel zal inrukken
.We,dte ohais met 't paard maar
de nam v-n !'°er bronS'en"- Kt zeggen-
lei'drfe et dier biï den toom en
waarna ui n?ar do aanoed.uide plaats
voor landman aanbeval er
na Jn Kf>rt daaroP vertrok hij
zijn tornar"4 av°nd" met
Eduard koerde met het werkvolk terug
e vond de drie dimes met ongeduld op
hern wachtende. De duisternis* maakte
haar ^verblijf in het huis met zeer ver-
rfUfe, da«r er zich geen enkel0 stool
bevond en zij zicli moesten behelpen
W ,zUtóa' Ofeehoon «iet gaarne al
teen willende vertrekken, maakten zij1 er
dvenwe} aanstalten toe, pp het oogemblik
dat de dokter binnentrad, met de woorden:
„Kom, laat ons nu maa-r naar huis
gaan, wij1 kunnen met die geschiedenis
voor vandaag weer toe."
„Niets zal ons aangenamer zij'n; wij
zullen ons gelukkig gevoelen als wij' el
kaar weer onder eigen dak en bij' een
helder lamplicht kunnen aanschouwen",
zeide Laura.
Daarop geleidde Eduard zijn damee
naar huis en bracht op haar- verzoek
het verdere gedeelte van den avond bij
haar door. Hiji gaf er zijn patiënten voor
het cogenbiik maar weer aan; terecht
begreep hij', dat het noodig was in het
witte hujs eenige gezelligheid to brengen
daar de vrouwen aan zich aelven overge
laten, te veel hettreurig voorval van
dien dag zouden bespreken, terwijl het
beter was, dat zij' dit zooveel mogelijk
trachtten ibe vergeten. Clara scheen dat
inzicht met hem te deelen, cn minder ont
steld dan mevrouw Traumbach en hare
dochter daar zij' geen ooggetuige van
het angstverwekkend tooneel was geweest
maar eerst op de plaats des onholb aan
kwam, toen bijna alle gevaar was gewo-
ken, stond zij den dokter zeer dipper
ter zijde in zijne pogingen om den
vroolijken toon in het discours gaande te
houden. D«e verblijdende tijding, dat zij
bezitster van zulk een aanzienlijk fortuin
was geworden, bracht er het hare toe bij
om haar opgeruimd te stemmen. Zij was
op het punt van rijkdom en weelde vroe
ger nooit veeleisohond geweest, nu zij
zich echter eensklaps met zulk een over
vloed begiftigd zag, bracht het geld
een omkeer in haar gemoed teweeg, wel
ken zij zich voorheen nimmer had kun
nen voorstellen, wanneer zij, een enkele
maal luchtkasteelen bouwende, zulk een
milden voorspoed in haar phautasieün
droomde.
Had zij altijd kunnen verkrijgen wat
zij noodig had, er waren in haar leven
toch oogenblikken voorgekomen dat zij
gaarne het een o-f ander wilde bezitten
wat niet zoo uitsluitend behoefte was,
maar haar toch genoegen kon schenken
en was zij' nooit zoo ontevreden dit ont
bering te noemen, zeker zou zij liet
aangenamer gevonden hebben, wanneer
naar nartewenscnen ia dit opzicht nu 'en
dan bevredigd waren geworden. Deze toe
stand schoon niet voor haar een ondrai-
gelijke had, tot haar ge-luk, fio-pen wij,
thans een einde genomen. Haar grillig
ste w'enschen, (gestald dat zij die hadde
gevoed) konden thans bevredigd worden
Nam zij met de meeste belangstelling j heeft den laa-tsten dam weggebroken, wel
deel aan de gesprekken welke dien avond
werden gevoerd, de rijke erfenis ging
haar niet uit de gedachten, en met wel
gevallen dacht zij er aan, hoe zij zich
zonder eenige bekrimping zaken kon ver
schaffen, welke zij reeds zoo langen tijd
had begeerd, maar die ^ij zich altjjd
moest ontzeggen, en het denkbeeld streel
de haar tegelijkertijd, dat zij' volop, zoo
zij dit wilde, genot kon smaken waar
auj voorheen niet aan mocht denken. Tot
hare eer moeten wij er evenzeer bij
voegen dat haar gewone zucht om wel
te doen ook thans met dubbele kracht
weer bovenkwam, en 't in de toekomst
lag opgesloten, dat menigeen wel zou
varen van den overvloed, waarmede zij
zich zoo kwistig bedeeld zag,
NEGENTIENDE HOOFDSTUK
„Er zijn zoovele jaren van angst en
vertwijfeling voor mij voorbijgegaan, dat
een treurig geheim mijn boezem bezwaart
mijn kinderen", sprak mevrouw Traum
bach ,,-en gij allen hadt sinds lang het
recht daarvan de ontsluiering te oischen.
Het oo-genblik is thans gekomen, dat ik
u in dit opzicht geheel bevredigen zal.
Het vrees el ijk voorval van hedenavond
ke een beletsel scheen ter openbaring,
en kalmer zal het mij stemmen wanneer
ik mijn hart van dien zwaren last ge
heel ontheven voel.
„Mijn eergevoel, mijn hoogmoed hoeft
mij altijd teruggehouden u een euLr.lo
opheldering te geven, die u uit het
wonderbaar labyrinth kon leiden waarin
gij door mijn zonderling gedrag werd
binnengevoerd en door mijn voortdurend
stilzwijgen verdwaald bleef. Da ongods
dienstige zielstoestand waarin ik de meeste
jaren mijns levens verkeerde, veroorloofde
mij nimmer te begrijpen, welk genot er
voor den oprechten Christen in gelegen
is zich te verootmoedigen, doch sinds
ik tot het geloof mijner vaderen bon
teruggekeerd, kwam ik tot do erkenning
dat hoogmoed en eigenwaan verblinden
en nederigheid en eenvoud alleen da ziel
voor hemelsche indrukken aanvankelijk
maken. Had ik mij vroeger verootmoe
digd, ik had ook vroeger geloofd en mij1
daardoor ontheven gevoeld van het som
ber geheim, dat mjjne ziel beiwaard
hield, want toen ik geloofde, werd uit de
wroeging een oprecht berouw geboren,
dat mij tot de bekentenis mijner misgre
pen leidde.
/[Wordt vervolgd.)-