R.-K. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR NOORD-HOLLAND De kleine Pilatus !o Z42 0e Anonymiteit in de Pers. BUITENLAND Vrijdag 15 October 1920 2e Jaargang ABONNEMENTSPRIJS t Verschijnt dagelqks^ BureauHOF 6, ALKMAAR. - Telefoon: SSSSSm" m ADVERTENTIEPRIJS Wat de Pers zegt FEUILLETON. AD PER KWARTAAL» f2.FRANCO PER POST I 250 MET OE1LLUSTREERD ZONDAQSBLAD f 0.50 HOOOER. VAN 1-5 REGELS f 1.25; ELKE REOEL MEER f 0.25 j RECLAMES PER REOEL f 0.75; RUBRIEK „VRAAG EN AANBOD" BIJ VOORÜ1TBETALING PER PLAATSING f0.60 V Aan alla abonné'a wordt op aanvraag gratis aan polis verstrekt, welke hen verzekert tegen ongevallen tot een bedrag van t 500.—, f 400.—, f 200.—, f 100 f 60 f 35.—, f 15.- Gelijk onder de nieuwsberichten is gemeld, zal de Nederlandsche Journalistenkring a.s. Zater dag voor het eerst sinds het beslaan onzer dag. bladpers een journalistiek congres houden. Dit feit moge al voor de dagbladschrijvers zelf van beteekenis zijn; het moge blijk geven van de kracht hunner vereeniging; van de grooler wor dende waardeering ook van hun werk, nu autori teiten, waaronder drie ministers, in 't eere-comité hebben zitting genomen en belangstelling voor deze samenkomst ook buiten den eigen kring dei- betrokkenen valt waar te nemen toch wettigt 'dit alle» nog niet om aan deze journalisten-bij eenkomst meer aandacht te wijden dan aan een tongres van geneesheeren, juristen, tooneelspelers of musici. Integendeel zou bescheidenheid eer no pen tot zwijgen over deze eigen zaak. Dit zou ook onze gedragslijn zijn, wanneer op dit eerste journalistieke congres geen ander onderwerp Werd behandeld dan thans op den eersten con gresdag aan de orde komt, n.m. „de economische positie van den geestelijken werker". Maar de hoofdschotel der agenda, bestaat juist uit twee jp unten, waarbij het lezend publiek zelf betrok ken is. Waarover dus a.s. Zondag op het con gres in Rotterdam wordt beslist, is uwe zaak, le ver en daarom een enkel woord over de dan te houden inleidingen en voorgestelde conclusies. Het eerste is: „de anonymiteit in de Pprs". In Ons Nederlandsch dagbladwezen is het regel, dat fedactioneele artikelen, berichten en verslagen 'óngeteekend zijn. 't Is altijd monsieur X, die aan 't woord is; of liever nog, 't persoonlijke ken- toeken ontbreekt geheel en de schrijver van een Artikel, oen beschouwing, een interview, spreekt 'Wet van „ik" maar van „wij". De Nederlandsche dagbladlezer is daaraan ge- Jvoon geraakt; de courant is voor hem geworden de meening van een collectiviteit; hij hoort er uit jfle stem van velen; 't is het orgaan, dat de pu blieke meening leidt en weergeeft tegelijk. De twee inleiders, die a.s. Zondag op het jour nalisten-Congres dit onderwerp der anonymiteit kullen behandelen, staan lijnrecht tegenover el kander; de een zegt: met opheffing der anonymi teit staat of valt het gezag van de pers; de an- der meent, dat „de geschiedenis der dagbladpers, In haar ruimsten omvang, bewijst, dat de anony miteit steeds een dekmantel is geweest voor leu gen, laster, kwaadspreken, onrustsloken"! De laatste heeft de meeste kans met zijn be loog de groote massa achter zich te krijgen. Ètg aan de menschen met den Quitschen ge schiedschrijver von Treitschke: „Als de eenvou dige lezer in zijn courant de woorden vindt: „Wij Waarschuwen Ruslanddan denkt hij aan Ben demonische macht; .wist hij echter, dat er 'Ulemand anders achter zit dan Veitel Itzy ot Christian Miiller, dan zou hij er eenvoudig om lachen. Zoo ontstaat een bedenkelijke indruk op gcdachtelooze lieden alleen door de anonymiteit. Men moet toch aan een gekkenhui» denken, Wanneer men het moet aanzien, dat menschen, die zich zelf verbergen, de roeping zouden heb ben al het verborgene aan het licht te brengen.' Met deze en dergelijke sophismen kan men gemakkelijk den indruk wekken, dat het dwaas, belachelijk, ja gevaarlijk is, dat het geschrevene in de dagbladen niet wordt onderteekend. Men zegt: Laat het toch niet heeten, dat het „De Maas bode", de „Nieuwe Rotterdammer", „Het Volk" is, die een regeering bestrijden, een campagne voor of tegen een gewichtige maatregel voeren, die invloed uitoefenen op bet publiek. Maar laat onder de beschouwing staan: het is meneer Mul der of Jansen, die dit of dat beweert en heel het beloog is tot de proporties van een persoonlijke meening teruggebracht. En toch is deze redeneering absoluut valsch. De Nederlandsche dagbladpers, welke zulk een uitmuntende plaats in de wereld inneemt, lieeft andere beginselen. Een leidend artikel in een ïourant is zelden een vluchtige persoonlijke mee ning, maar heel vaak het resultaat van studie en saraenspreking, van langdurig onderzoek en ern stig wikken en wegen. De redactie van een blad vormt een geheel, een gemeenschap, waar de mee ningen dagelijks door onderling overleg en dooi 1 einvloeding van gratis gegeven of gevraagde ad- viezen van buiten tot stand komt. De courant krijgt op deze wijze haar karakter, haar rich ting, ook in de wisselwerking van de voortduren de aanraking tussclien redactie en lezers. Wij spreken nog niet van de vele artikelen, die gezaghebbende personen van tyd tot tijd in be- paaide bladen publiceeren en welke op het juis. tu moment van groot belang op de vorming der publieke opinie kunnen zijn; artikelen die niet gepubliceerd zouden worden, wanneer de voor aanstaande schrijver zijn naam bekend moest maken. Wij spreken nog niet van den velen, gewichti- gen arbeid, die aan een courant moet worden ver richt in den vorm van verslagen, onderzoekingen, bewerking van rapporten, vertalingen, het in een enkelen greep samenvatten van uitgebreide be- toogen en verhandelingen, het zoeken naar den kern en het verwijderen van allerlei franje, de arbeid van de „stille werkers", die door ophef fing der anonymiteit voor enkele rubrieken, als minderwaardig zou worden an -merkt door liet publiek. f Zooals men ziet, zit er aan de anonymiteit der pers zeer w 1 vast; wij stipten slechts enkele punten aan. De inleiders van het congres gaan o.i. beide te ver, waar de een de absolute anonymiteit, de an der de andere de onderteekening van alle redac tioneel stukken wenscht. Maar onze sympathie gaat toch liet meest naar den eerste. Wij achten het een belang van de Nederlandsche dagbladpers, dat de thans be staande toestand onveranderd blijft; dat een dag blad als courant, als orgaan, zijn eigen karakter en beginselen blijft behouden; dat de redactie een eenheid blijft vormen en een blad niet de staal kaart wordt van duizenderlei persoonlijke mee ningen. Dat de onderteekening van critische verslagen, voornamelijk over' kunst, de teekening van arti kelen van specialen aard, aan dit algemeen be ginsel geen afbreuk doet, spreekt natuurlijk van zelf. Als het congres maar besluit voor handha ving van het tegenwoordige Nederlandsche stelsel, zal het aan het dagbladwezen en het lezend pu bliek den besten dienst bewijzen. k-enn-en, weet, dat hij den presidialen hamer voortreffelijk weet te kantoeren. Zijn scherpzinnigheid en koelbloedig heid komen hlem daarbij uitnemend te De uitzonderingen op dezen regel zijn in ons land zeer gering. DE NIEUWE VOORZITTER DER TWEEDE KAMER. Mr. Dr. Kooien zal, na bekrachtiging door de "Koningin van de voordracht der Kamer, d;en heer Rock op den voorzitters- zetel der Tweede Kamer opvolgen. Het is geen gemakkelijke taak, welke deze katholieke afgevaardigde daarmede op zicli neemt. Aan den voorzitter der Tweede Kamer werden, in dezen tijd vooral, liöoge ei- schen gesteld, en dit zal er niet minder op worden, wanneer straks weer de ver kiezingen in 't zicht geraken en de par tij- en propaganda-drift ook in het par lement tot uiting komt. En meer en veel meer dan gewone mate van kracht en bekwaamheid eener zij d;s, van tact en uithoudingsvermogen anderzijds zat dan van den mau, die de debatten heeft te Leiden en in het rechte spoor te houden, worden gevergd. Er valt niet aan tie twijfelen, of Mr. Kooien lieeft daarvoor de noodige eigen schappen tsclwrijft het „Centrum," die het weten kan.- „Wie hem in and-ere, zij 't dan minder zware voorzitters functies, mocht leeren Bovendien is hij in hfet bureau dei- Kamer geen vreemdeling meer, terwijl hij als afgevaardigde op een dienst staat van ruim vijftien jaren kan wij zen. Zoo kent hij de Kamer, eii dat Üe Kamer ook hem kent en h!em waar deert, blijkt uit de stemming, waarbij hij terstond aLs nummer één op de no minatie werd geplaatst. De Kamer deed een keuze, welke, naar onze vaste overtuiging, een -zeer gelukkige mag heeten en die li/aar in d-e gelegenheid zal stellen, onder de nieuwe leiding evenzeer met bekwamen spoed te werken aLs onder de vorige.' Van treuzelen en tijd-verspillen zal bij president Kooien geen-sprake zijn." De „N. Rott. Grt," schrijft over Mr. Kooien als aanstaand voorzitter der Twee- do Kamer o.m. het volgende: „Of en in hoeverre (afgezien dan van zijn andere bezigheden, welke belem merend kunnen werken) de heer Koo ien mr. Eock op bevredigende wijze zal vervangen, dient te worden afge wacht. De Kathloüekc afgevaardigde is een goed jurist en een bezadigd man; van zenuwen schijnt hij niet veel last te hebben, maar luet is de vraag, of hij op oogeublikke-n van beroering en onrust zoo försch zal kunnen optre den, als helaas in de tegenwoordige Kamer noodzakelijk is. Op. die vraag zouden wij niet gaarne? een ontkennend antwoord géven, maar aan een ojivoor- wa r. -eL.k bcvjy.igëni beso teid wagen wij ons toch niet." Het „Handelsbl." geeft het oordeel volgende „De Tweede Kamer zal weldra, voor 'de tweede maal in de laatste tien jaren reeds, een Koomschen voorzitter hv b- ben. Wij herinneren ons nog zeer goed, hoeveel ongerustheid de benoeming van d-en heer Vau hispen wékte" in streng- protestaiitsche kringen. Hoeveel meer zal men zich in die kringen dan nu ongerust maken, nu niet alleen de Eerste, maar ook de Tweede Kamer een Roomsch presidium zal hlebbeh en ook de voorzitter van den ministerraad tot dezelfde partij behoort. Maar een en ander is slechts de redelijke uit drukking- van de werkelijkheid; de machtspositie, waartoe de katholieken in ons land zijn gekomen. En die po sitie hadden ze toch, al zat er nergens een van hen in hlet „geoto-elte de-r e-ere." De heer Kooien zal dus- d-e volgende week aLs eerst-voorgedi-agene wel tot praai dent benoemd worden. Wij zullen zeker niet beweren, dat de Kamer, ge geven de moeilijkheid waarvoor ze stond, een betere keus had kunnen doen. De heer Kooien heeft in elk ge val een groote mate van kalmte in zijn voordeel en dat zal hem misschien door vrij wat lastige Oogeftblikken heen helpen. Wij hopen, cl-at h,ij zoo goed mogelijk zal slagen." Mü^WERKEfiSSTAtü^G iN ENGELAND, Hot resultaat van hef referendum, dat gisteren in de conferentie der mijnwerkers werd mede gedeeld, is als volgt: 181.428 vóór het voorstel der mijneigenaars, 635.093 tegen. Officieel wordt medegedeeld, dat de mijnwet-} kersconferentie besloten heeft, dat de termijn der stakingsaankondigingen 16 October zal afloopen.' pen. (Dit besluit der mijnwerkersconferentie betee- kent, dat tot de staking besloten is, die dun Maandag begint. Het denkbeeld, om den looneisch aan een on partijdig scheidsgerecht voor te leggen waarop alle verwachtingen op een vreedzame regeling waren 'gebouwd als liet voorstel der mijneige naars werd verworpen heeft blijkbaar geen ingang kunnen vinden, want dit zou een nieuwe verlenging van den termijn der slakingsaankon- disingen hebben meegebracht.) DE TOESTAND IN IERLAND. De kwestie van zelfbestuur in hel Lagerhuis. Zelfbestuur voor Ierland zal het eerste onder werp van bespreking uitmaken in het Lagerhuis, wanneer het Parlement Dinsdag a.s. zal bijeenko men. Het Comité van Ministers, eenige, maanden ge leden benoemd, om Zich bezig te houden met een „Home Rule"-wetsonlwerp, kwam gisteren bijeen ter bespreking van de amendementen, wel ke de regeering voorstelt in te dienen. De mi- nislerieele plannen in verband met de te nemen maatregelen zullen, naar verwacht wordt, hellen door het kubinet behandeld worden. Gemeld wordt, dat de regeering geen onver zoenlijke houding zal aannemen ten opzichte van voorsteilen, welke gedaan zuilen worden tij dens de behandeling van het ontwerp, mits zij niet de fundamenteeie grondslagen, welke er in zijn vervat, in gevaar brengen. Deze zijn: le. dat de bevolking van zes Ulster-districten admi nistratief niet zal worden gebracht onder een alzonderlijk Iersch Parlement; 2e. dat de reser ves, welke zijn gemaakt met het doel de levens belangen van het Vereenigd Koninkrijk te behar tigen, niet verzwakt zuilen worden. De Regeering en de lersche spoor wegen. De correspondent van de „Daily Mail" te Du- blin is in staat uit onaanvechtbare bron mede te deelen, dat de regeering vastbesloten is een eind le maken aan den onbevredigenden toestand op de lersche spoorwegen en de spoorwegen te no pen hun gewone functie van openbare middelen van vervoer te vervullen en alle vervoer, zonder onderscheid, te doen geschieden. Sir Eric Geddes heeft dit volkomen duidelijk gemaakt toen hij zich in Dublim bevond. Van de spoorwegen zal worden geëischt, dat zij troepen en legermaieriaal vervoeren en als zij, ten gevol ge van dit vervoer, zooveel beambten verliezen dat het vervoer er onmogelijk door wordl, dan zullen de betrokken lijnen worden stopgezet en zal de regeering een aulodienst inrichten voo> zoover dit in haar eigen belang vereischt wordt. Blijven de spoorwegen in gebreke hun ver plichtingen na te komen en houden zij dienten gevolge op te werken, dan zal de regeering in staat zijn te weigeren aan de aandeelhouders divi denden te waarborgen. Dit is een gedragslijn, waaraan de regeering niet definitief gebonden is, maar zij zal er zoo noodig toe overgaan. De lersche spoorwegen zullen nu, naar gemeld wordt, de beambten ontslaan, die weigeren trei nen te bedienen, waarmee troepen en munitie vervoerd worden. Tot dusver zijn die beambten alleen maar geschorst. KARDINAAL MERCIER OVER HET SOCIALE VRAAGSTUK. Kardinaal Mercier heeft Maandagavond te Brussel voor de Waalsche studenten een rede gehouden over het sociale vraagstuk, waarin hij o.m. het volgende zeide over de verhouding van den arbeid tot het kapitaal: „Gij zult hebben te onderzoeken, in welke mate men, in het alge meen belang, het aantal der eigenaars kan ver menigvuldigen, Voorts zult gij de verdeeling van de landelijke eigendommen tot het voorwerp uwer studie maken." De bewoners van het platte land worden aangetrokken door de stad, en loopen weg van de akkers. Gij zult onderzoeken in welke male men den werkman aandeel in de winsten kan toeslaan; gij zult een onderzoek wijden aan bet „auctionariaat," aan de deelne ming van de werklieden in hel bestuur van de ondernemingen." NA HET 1TALIAANSCHE ARBEIDSCONFLICT. De „Malin" verneemt uit Rome, dat de justitie te Turijn er in geslaagd is licht te verspreiden over den moord op den voorzitter van den Na- lionalislischen Boud, Sonzini, en den gevange nisbewaarder Scimula, tijdens de bezetting der fabrieken door de arbeiders. Sonziui werd in dertijd ter dood veroordeeld door een roode arbeidersrechtbank. Hij werd met Scimula in de nabijheid van het kerkhof met revolverschoten gedood. De politie zet de uasporingen voort naar an dere moorden in dienzellden tijd gepleegd. DE BERLUNSCHE COURANTEN STAKING OPGEHEVEN. Gistcrenochtend werd in een drukbezochte vergadering van stakers en uitgestotenen der counuitenbedrijvcu van Berlijn liet verslag van de stakingsleiding over het verloop en het resul taat der onderhandelingen van beide partijen in liet rijksministerie van arbeid uitgebracht. Hier op volgde een langdurige discussie, waarbij een groot aantal sprekers vóór de aanneming van de bij de onderhandelingen getroffen overeen komsten en voor de beëindiging van de staking opkwam. Een motie van de stakingsleiding, welke het aannemen der voorwaarden aanbeval, werd met een overweldigende meerderheid aan genomen. In een andera motie danken de stakende beambten Be arbeiders voor hun soli dariteit. Gisterochtend werd in alle bedrijven de ar beid hervat; om technische redenen konden de couranten echter gisterenavond nog niet uitko men. Hedenochtend zouden echter alia weer verschijnen.*1 De overeenstemming omtrent de opheffing vau de Berlijnsche courantenslaking en uitslui ting werd bereikt op de volgende grondslagen: De employés krijgen een toeslag van 10 tot 12 de jonge employés van 15 terwijl dc gehuwden bovendien nog 2.5 ontvangen. Alle arbeiders en geëmployeerden worde-:*, weiier aangenomen. De stakingsdagen worden aan dc employés niet uitbcraatd; de arbeiders ontvan gen voorloopig 75 van hun loon voor de stakingsdagen, terwijl over de overige 25 een beslissing zal worden genomen door een scheids gerecht. DE INTERNATIONALE ECONOMISCHE CONFERENTIE. Den tweeden dag der vergadering van de In ternationale economische conferentie, welke te Londen wordt gehouden, was het onderwerp aan de orde: „Noodmaatregelen op internatio naal financieel gebied met betrekking tot den wederopbouw." Dc voorzitter der conferentie. Lord Parmoor, waarschuwde er legen, dat Engeland, als het geen maatregelen neemt, het komende jaar zelf in moeilijkheden zou komen. Ais noodzakelijk middel tot verbetering noemde hij de herziening van het vredesverdrag en een verzoening tus- schen de naties. Men moest niet alleen praten over reconstructie maar ook handelen. Hjj pleit te voor een werkelijken volkenbond, waarin alle mogendheden zouden vertegenwoordigd zijn; aldus zou men een lichaam hebben, welks crediet boven verdenking stond. De Volkenbond moest worden gebezigd om het wereldcrediet te verbeteren. De lieer Hugo Simon critiseerde de vredes voorwaarden, voor zoover zij Duitschland raakten. Als de Duitschers het bedrag kenden, dat van hen gevraagd werd, zou dit zoowel in belang van de Entente als van den Duitschen handel zijn. Duitsclitand moest blijk geven van oen groo- tere productie, teneinde het buitenland er toe te brengen crediet te verschaffen. Er waren voorbeelden van overproductie in Duitschland, o.a. schoenen en hemden. Millioenen Duitschers Novelle van P. Louis Coloma. 11. Slaap en moeheid bevingen hem eindelijk kort voor het aanbreken van den dag en toen de zusier de eerste rondte dééd, vond zij liem nog slapend uret liet medaillon der Onbe vlekte Maagd in de iiand, twee groote tra nen in de oogen en een zacht lachje op de lippen. 7. Eerst na zonsondergang verliet Gabriel het hospitaal, want hij liad het vurig verlangen, zich te verbergen, gelijk de schuldige zich in het donker gelieft te huilen, uit vrees, dat men zijn gewetensangst raden kan. Met snellen tred verwijderd» hij zich van de plaats, waar hij begonnen was zijn schuld ta boelen en wendde zich naar het instituut, .waar hij ze geheel hoopte uit te delgen. Maar hoe meer hij het insiiluut padeide, des te langzamer werd zijn gang, zonder dat hy wist waarom; zijn moed verdween en dui- «euden twijfels kwelden hem an wekten aen zekere onrust, een zekere bitterheid in hèin op, die zijn goeae voornemens opzagen als de bodem van de woestijn het sap van een plantHoe listig is de geest der duister nis en met welk «n sluwheid pleegt hij het gevaarlijkste van zijn nelten de menschebjke zwakheid en onbestendigheid ic leggen: isel uitstellen van een goed voornemen. Het scheen Gabriel niei noodig, noch ver standig, zich zonder dwang aan een vreem den paler loc te vertrouwen; reeds meende hij thuis zijn lange afwezigheid onder een nietig voorwendsel ta kunnen verklaren en daar ta kunnen uitvorschen, of zijn moeder van het avontuur gehoord had, om dan later te biechten, wanneer hij een vreemden pries ter zou vinden, wien hij zijn naam niet be hoefde te noemen. Er waren er zooveel in Sevilla en het zou hem gemakkelijk zijn, er een te vinden I Bovendien dacht hij, zijn tred steeds meer vertragend;* dat bet reeds laat en bet instituut reeds gesloten was en het een domheid zou zijn, op dezen Lijd iemand te storen. Deze hoop veranderde Gabriel geheel yaji gedachten, want zij gaf hem de mogelijkheid zijn drang, die item naar het instituut d.rong, met zijn innerüjken tegenzin in overeenstem ming te brengen, dia hein, hoe meer hij iiel huis naderde, steeds meer behesrsohié. Eèn j rijtuig, dal hem deu weg versperde, was voor hem een voorwendsel, ien omweg te ma ken; twee kijvende vrouwen gaven hem aan leiding een poos stil te staan, daar hij wilde zien, wie ia den strijd gelijk kreeg; en on danks alles bevond hij zich vroeger dan hij dacht voor de deur vau het instituut. Hij vond liet wijd geopend, een met pakken be laden dienstman zocht zijn last hij den hoek weder in orde te brengen. Gabv.el's voelen dreven hem, hij wist zelf niet hoe, en ic plaats van in de vooriial (e treden, schreed hij verder; maar op hetzelfde oogenbiik dwong hem een van die episoden, die in de nauwe stralen van Sevilla in het geheel niet zeld zaam zijn, terug le treden en in liet portaal van het huis zijn toevlucht te zoeken, wan neer hij niet ten onderste hoven geloopen witde worden. Een rijtuig, dat aan het vierie einde van de straat een draai maakte, en die ezel van een waterdrager, die van den an deren kant kwam, sloten den met pakken beladen dienstman in. In een oogenbiik was een menschenmassa verzameld, waar net ge schreeuw van den koetsier, de slem van den boven uit klanken. Gabriel wachlte ongfedul- ezeldrijver en tie vloeken van den dienstman dig ap de gelegenheid, den voet weder op de straat te kunnen zetten, toen een grijs aard, door hest leven opgasqhrikt, uan de deur van hel instituut verscheen en bij Gabriel's aanblik verheugd uitriep: „Gabriel, Goddank, dat ik je hier zie!,. Uw moeder had den paier-rector reeds haar bezoek aangekondigd en wij hebben ze verwachtKom u maar mee rit zal u dadelijk aandienen „Neen, neen, broeder Bernardo," riep Ga briel tot liet uiterste verward uit. ,,Het is reeds laat en ik zou liem maar storen." „Wat iaat? Het is toch nog geen acht uur. Hij zal met de knapen in de kapel zijn en het Marialof doenKom maar binnen, .Ga briel, ik zal 't hem dadelijk berichten." En de goede broeder Bernardo, die Ga briel nog van het andera instituut kende en die bier het ambt van portier vervulde, voer de hem -half tegenstribbelend naar dé ont vangzaal. <r Gabriel zette zich neer, zonder goed te weten, y t hij doen moest; zijn hart klopte heftig bij ieder geruisch ete wederom wus zijn ziel vervuld met een bitterheid, die alle goede voornemens te niel deed.. Toen kwam de gedachte bij hem op, bij den pater-irector slechts een beleefdheidsbezoek af té leggèn en zoo snel mogelyk afscheid te nemen. „Het is zoo het beste," zeide hij eindelijk tot zich zelf, „misschien weet mijn moeder niets en zoo kan haar ook alles verborgen blijven,Eu wat liet biechten aangaatdat dat breng ik later in ordeeen anaeren keer.. De pater-rector liet op zich wachten en de tijd viel Gabriel ontzaggelijk lang. Plotseling troffen dje tonen van een ver orkest zijn oor, dat een heilig gezang preludeerde... Gabriel beefde toen hij "dé eerste accoorden hoorde en zijn heete ziel soliean in zijn oog-en te liggen, als werd hij doior die zachte tonen aangelokt. Het orkest herliaaldje de eerste maten en angst en bitterheid vwd wenen langzaam uit Gabriel's ziel, gelijk, bij het eerste mor genkrieken .die donkere nachtschaduwen' verdwijnen. Meerdere knapenstemmen, rein en zal- verhelder, als tot een enkelen luchtotraal vereenigd, zongen daarep: „Kpimt, o komt allen Om strijd met bloemen Met bloemen voor Maria.' Dj® pnze Moeder is", „Die onze Mopdeir is", herhaalde Ga- blriel met zachte stem en een snikken ont snapte aan Zijn lippen, tejrwijl hjj! do hon den tegen dia" borst drukte. Dan hoorde hij een andere stem, helderder ©n téédóndéf tjan de andjeoien. - 'i (Slot j

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1920 | | pagina 1