zijn mustang en fluistert half-fluitend een vreemd
woord"Itschi-gun" (ItschirenHet is alsof het vu-
x"ige dier hierop gewacht heeft: meteen spitst het de
oren,het paardenlijf rekt zich en in gestrekte galop
gaat het over de vlakte. Het is deze galop,die elke
Indiaan zijn paard leert,en die hij alleen toepast als
zijn leven of dat van een ander op het spel staat,
v'lug Hert we et, dat zijn paard deze vaart niet meer zal
minderen totdat het er hij neervalt
,-J.s een vuurrode hol st jgt de zon hoven de prairie,en
xOg altijd gaat het voor; met dezelfde vaart. Itschi
toont niet het minste spoor van vermoeidheid. Maar
voor Bella heeft de wilde rit al meer dan lang genoeg
geduurdZe voelt overal pijn en ze is zo moeo zo moe
Be Indiaan -schijnt het te merken. "Mijn hlanke zuster
zal heel spoedig kunnen rusten" .-"Waar riiden we heen,
vlug Hert?"-"Naar de grote wigwam van mijn hlanke zus-
ler"-':2al Grote Wolf ons spoor vinden?"-"Itschi is
sneller dan alle honden van Apachen. Mijn hlanke zuster
kan gerust zijn;Vlug lert heeft haar niet ontvoerd om
naar weer in hun handen te doen vallen. Howgh!" Bella
vraagt nu niets meec. Na een half uur laat het jonge
opperhoofd zijn paard in draf overgaan. Het sterne
dier zweet en dampt aan alle kanten,maar zijn gang is
nog even veerkrach ;ig. Bij een groepje "bomen,tegen een
heuvelglooiinghouc.en ze halt. Even luistert de Indi
aan gespannen naar de geluiden rondom hem en snuift de
geuren op,die hem tegenwaaien. Ban stijgt hij af en legt
Bella zacht neer in het hoge gras. Met de hand heduidt
hij haar rustig te hlijven liggen. Intussen leidt hij zijn
dampend paard aan de teugel verder de heuvel op,tot
aan een open plek tussen de bomen,waar fris gras groeit
dan neemt hij uit zijn zadeltas een stuk buffelvleesge
stolen van d-e Apachen,die de paarden moesten bewaken,
en de twee knollen,die hij heeft uitgespaard op zijn
maaltijd van de vorige avond. Zo keert hij hij Bella te
rug. "Eet,mijn hlanke zuster!" en hij reikt haar een
lapje vlees en een stuk knol. Lekker is het niet,maar
de honger helpt haar om haar tegenzin te overwinnen.
Het zou trouwens erg dom zijn om niet te eten,want wie
weet hoeveel vermoeienissen haar nog te wachten staan.
PangJ^ nen doffe knal. Vlug Hert kijkt op en drukt tege
lijk 3ella tegen de grond. Ze ziet nog net,hoe ook het
Comanchen-paard uit zichzelf is gaan liggen...