6 Drie uur later vertrekt Bill,de cowboy,op het snel ste paard om het plan aan de stam van Vlug Hert mee te delen.-De-avond daalt over de Bever-rivier. Van achter de struiken op hun eiland verkennen Vlug Hert en Witte Stier de prairie. De Utah-hoofdman heeft de oostelijke prairie voor zijn rekening genomen,de Co- manche de westelijkewaar hij elk ogenblik de gehate Grote Wolf met zijn krijgers verwachtBel la zit nu eens naast de een,dan naast de ander. Ze zou graag iets zeggen,maar de Indianen zijn zwijgzaam;ze schijnen alleen te denken aan het gevraar dat dreigt. Het paard Itschi ligt op een kleine grasplek midden op het eilandtussen dichte struiken. Het is alsof het verstandige dier voelt in hoe groot gevaar zij verke ren; het. doet geen moeite om op te staan. Aan da wes- terkim hangt de zon als een roodkoperen bal laag bo ven de prairie. Aan de oostelijke hemel komt hot grijs van de nacht nader en nader. Plotseling laat Witte Stier een scherp gesis horen. Vlug Hert zit met een sprong naast hem. Boven de glooiingen van de prairie, recht vóór hen,is een rode schijn zichtbaar. De Anti= loop-Apachen hebben hun kampvuren ontstoken,ergens in een inzinking tussen twee heuvels. Ze moeten zich wel volkomen veilig voelen,dat ze zo'n groot vuur aanleggen. Van die Apachen zullen ze vannacht geen last hebben! Vlug Hert neemt een stuk reeboutover gehouden van vanmorgen. Hij snijdt het in tweeën en geeft Óen helft aan 7/itte Stier. Zijn eigen stuk neemt hij onderzoekend in handen en snijdt er dan een mals brokje uit voor Bella. Dan gaat hij weer op zijn plaats achter de struiken zitten en tuurt al etend over de prairie. Vreemd,aat Grote Wolf zolang op zich laat v/achten. Ook Bella knabbelt tevreden aan het stukje vl^esZe gaat zö op in het smakelijk brokje,dat Zb niet merkt hoe Vlug Hert naar voren is gedrongen.Zijn scherpe oren hebben een onregelmatig geluid in het water gehoord. Voorzichtig plant hij zijn vingers ver der tussen het riet,rekt de hals en gluurt langs het eiland heen, stroomopwaartsHij heeft zich niet ver gist Daar klieft een zwart lichaam het watervlak. Het moet wel een verkenner van de Beren-Apachen zijn, door het opperhoofd vooruit gezonden om de rode glo^d aan de hemel te verkennen. Grote Wolf is dus wel de gelijk in de buurt! Een geluk,dat de zwemmer zo dicht-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Op De Hoek, weekblad voor Akersloot | 1954 | | pagina 6