was een heel sekuur werkjewaarin Lenning een grote vaar
digheid had verworvenzodat hij bekend stond als een eerste
klasse foto-lezerdie vaak door de politie van andere ste
den werd uitgenodigd om zijn diensten te verrichten.
Toen de hoof dkommissaris aanbelde aan Mon Repos, deed de
heer van Vlieten zelf hem open en nodigde hem uit in de
zitkamer plaats te nemen. Na even gepraat te hebben stelde
de hoofdkommissaris nog eens een nauwkeurig onderzoek in.
Ook hij kon geen enkel spoor van inbraak ontdekken. Hij meen
de met zekerheid te kunnen besluitendat er dan ook geen
sprake was van inbraak en dat de dief zich ofwel had laten
insluiten ofwel van een valse sleutel had gebruik gemaakt.
"Was het maar een inbraak geweest"verzuchtte mijnheer van
Vlieten. "Hoezo?"-"Welmijnheer Stevensenons zilver en on
ze sieraden zijn wel verzekerd tegen inbraak,maar niet te
gen diefstal".-"Dus,als de goederen niet terug gevonden
wordenkrijgt u niets vergoed?"Inderdaad dan ben ik in
één middag 90.000 gulden armer geworden;alleen de gelds
waarde van de gestolen papieren wordt me in elk geval ver
goed ;zó toch luidt het kontrakt"-"Een reden te meer voor
ons om ons best te doen uw goud en zilver op te sporen".
"En nu, vervolgde de hoof dkommissaris terwijl hij tegenover
mijnheer en mevrouw aan tafel plaats nam, zegt u me eens, hebt
u enige verdenking tegen iemand?" Zij ontkenden. "Hebt u 'de
laatste tijd misschien werkliedenschildersbehangers tim
merlui in huis gehad?"vroeg hij verder. "Neenmijnheertwee
jaar geleden zijn de slaapkamers van de kinderen behangen
en sindsdien is er geen werkvolk aan huis geweest"-"Wie
is uw dienstbod.e?"-"Clara van Blaederen"-"Waar komt zij van
daan"7"-" Uit Antwerpen"-"Hoe lang is zij bij u in betrek-
■king?"-"Ongeveer vier maanden"-"Hebt u ooit gemerkt,dat
zij niet eerlijk zou zijn?"-"Neennooit "-"Mist u ooit klei-
nigheden?"-"Neen"-"Kan ik haar spreken?"-"Dat zal moeilijk
gaan,meneer de hoofdkommissariswant zij is reeds naar bed
gegaan"-"Gaat zij gewoonlijk om deze tijd naar bed?"-"Anders
niet,maar het kind was zo overstuur; ze mist natuurlijk haar
kleine bezit zeer erg".-"Waar had. zij het geld opgeborgen?"
"In een lade van haar linnenkast"-"Was die niet afgeslo
ten, of is het slot vernield?"-"Dat zou ik u niet kunnen
zeggen;ik kom nooit op de kamer van het meisje"-"Waarom
niet, als ik u mag vragen?"-"Omdat ik ondervonden heb, zei
mevrouw van Vlieten,dat het personeel dat in het algemeen
niet graag heeft".
