clio's hun zweep over de paarden en binnen enkele ogenblik-
ken ploegt de wagen in volle vaart door de rivier. Aan de
overkant wordt een half uur rust genomen om mensen en die
ren te laten drinkén en de waterzakken opnieuw te vullen.
Dan gaat het weer verder,de ondergaand.e zon tegemoet.
DE VIJAND VALT AAM; Vor onze vrienden hun kamp opslaan,
wacht hun nog een onaangename verrassing. Uit een lichte
glooiing van het terrein links van hen duikt onverwacht
een tweede groep indianen op. Jaguar en Rode Wolk houden
hun paarden in en grijpen naar hun geweer. Maar spoedig
herkennen ze in de naderende troep hun stamgenoten en rij
den rustig door. Ze denken,dat die anderen ook de zwart
rok komen begroeten. Doch enkele ogenblikken later blijkt,
dat de nieuw-aangekomenen heel andere plannen hebben. Op
tweehonderd pas afstand gekomen steken ze plots hun lansen
in de iucht en komen onder wild geschreuw op hen toege-
rend. Voordat Jaguar het heeft kunnen verhinderen,heeft
Zwarte Gier zijn lans reeds in de buik van het paard van
de missionaris gedreven. Wild steigert het dier omhoog en
zakt dan met een jammerlijk gekreun in elkaar. Een tweede
lans nadert,deze keer voor de priester zelf bestemd. Maar
gelukkig weet de missionaris met een krachtige zwaai van
zijn arm de stoot af te weren. Van alle kanten rijden de
aanvallers nu op de karavaan in: "Dood aan de blanke,
schreeuwen zij; Namuncura wil het! De hoofden hebben het
besloten! Hij is een verrader!" Ook een paard voor de wa
gen wordt getroffen. De gaucho's vuren in het wilde hun
revolvers af en proberen tegelijk de verschrikte paarden
in bedwang te houden. De plotselinge aanval heeft Rode
Wolk en zijn mannen in het begin totaal verrast,maar nu
gaan za als één man tot de tegenaanval over. Onder vroest
krijgsgehuil drijven ze hun paarden op de aanvallers in.
Doch dezen geven geen kans tot een gevecht. Als op een af
gesproken teken wijken ze terug de vlakte in. Het is dui
delijk dat ze een gevecht met hun eigen stamgenoten wil
len vermijden. Ze hebben het alleen op de priester gemunt.
Van verre blijven ze de karavaan volgen. Een enkele komt
soms wat dichter bij en schreeuwt dan:"Dood aan de zwart
rok! Namuncura wil het!" Maar Rode Wolk hechtte geen aan
dacht aan dat geschreeuw. Als het werkelijk waar was,dat
Namuncura de dood van de priester bevolen had,zou hij dat
wel aan hem gezegd hebben. Bovendien: Zwarte Gier heeft al
meer misdaden op zijn kerfstok en onder zijn aanhangers
zijn er minstens tien,die voor een fles vuurwater alles
over hebben. (wordt vervolgd)