Rijper Courant N.V.H [0 Co&owei-1 De belevenissen van de op 6 Februari 1945 gevangen genomen Rijpers. No. 1592 Zaterdag 16 Juni 1 94535e jrg voor de Rijp, Graft, Noordeinde, O.- en W.-Graftdijk, Zd. en Nd.Schermer, Beemster, Schermerhorn en Omstreken Abonnementsprijs 50 ets p. 3 mndn bij vooruitb. ranco p. p. f 2.40 p. jaar plus incassokosten Losse nummers 5 cent Drukkerij G. J. Hoogcarspel De Rijp Telef. 1 Advertentieprijs: 10 ets. per galjard regel bij abonnement reductie Inzend, tot Donderd.avond Verschijnt wekelijks op ZATERDAG Aanvang 7 uur 16 JUNI a.s. in Hotel „De Eendracht", De Rijp Zie de biljetten Er werd zeer ijverig door de Roode Kruis-menschen met de moffen gesproken, doch geen resultaat. Toen kwamen er meer, maar ook dat gaf niets. Ten slotte ongeveer 75 personen. Allen de Roode Kruisband om. Die groote groep konden de moffen niet tegen houden. Zij kwamen toen langs de trein, en vroegen waar wij gebrek aan hadden. Al spoedig kregen wij koffie en daarna brood. Er kwam steeds meer en meer, heerlijke soep, melk, tabak, eieren enz. Zelfs landkaarten. Het Roode Kruis heeft daar ontzaggelijk veel en gevaarlijk werk verricht. De zusters hadden er goed slag van, om vele mannen uit de trein te halen. Men kreeg hierdoor de kans om te ontvluchten, wat velen gelukte. Het was voor iedereen jammer, Winterswijk te moeten verlaten en naar het Duitsche rijk te moeten. Wij zes Rijpers hadden nog zeventien roggebrooden mee gekregen uit Winterswijk. Dinsdagmorgen zeven uur d.a.v. moesten wij de trein uit, niet wetende waar men was. Al spoedig ontdekten wij, dat het de stad Krefeld was. Het was een doode stad. Men zag niets anders dan kapotte huizen en puinhopen. Toen moesten wij loopen naar Hüls, ongeveer zeven km. ten westen van Krefeld.- Wij hebben er ongeveer 3 uur over gedaan. Men was dood moe. We hadden al in geen drie nachten kunnen slapen. Daar aangekomen, hebben wij onze intrek genomen in een noodwoning. 20. mannen bij elkander. Er waren wel geen stoelen of banken en het bed was los stroo, maar als de deur dicht was, konden wij eens vrij spreken en en dat was veel waard. Onze arbeid'bestond uitloopgraven maken. Door de snel heid, waarmee wij werkten, kon Duitschland de oorlog niet meer winnen. Als er luchtgevaar was, dan had de Hollander gauw een diep gat voor zijn eigen. Wat het eten betreft, dat was zeer dun en schaars. De „lager-führer" had alle dagen een ander smoesje, maar weinig of geen eten. Dus men moest maar eens gaan bedelen of een aardappelkuil leeghalen en inbreken. Zoo kwam men aan de kost. De boerin naast ons, gaf [zich zelf ook niet weg, als zij het begaan kon, kreeg men zelfs geen waschwater. Toen de nood op zijn hoogst was, was de redding nabij. Na twintig dagen, onder het moffen-geblaf (precies ganschen), werden wij bevrijd. Er gebeurden weinig oorlogs-handelingen, er vlogen wat kogels door onzen woning, maar wij vluchten allen naar een veilige plaats. Het was Zaterdag 3 Maart des morgens acht uur. Wij konden onze vreugde en geluk niet. De honger was toen ook over. Wij kregen veel van de Amerikanen en hebben toen zelf ook veel bij elkander gehaald uit de boerderij. De boerin was er uitgejaagd. Wij bakten heerlijke panneköeken en kookten 60 liter tarwe-pap. Suiker en stroop was er in overvloed. (Slot volgt).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Rijper Courant | 1945 | | pagina 1