Australiërs oogmerk:
DE' LANDBOUW IN 1948
Materiële overwegingen spelen
hoofdrol
ÏN
EN OVER EEN
HALF JAAR?
DE RIJPER
2
PREDIKBEURTEN.
16 Januari 1949
DE RIJ!
Ned. Herv. Kerk v.m. 10 uur ds.
Kastein; v.m. 11.30 uur Zondags
school.
Doopsgez. Gem. n.m. 7 uur ds.
Keuning.
Evang. Luth. Kerk v.m. 9.45 uur
de heer J. van Vliet, Theol. Cand. te
Amsterdam.
Geref. Gem. v.m. 10 en n.m. 3 uur
Dienst.
GRAFT
Ned. Herv. Kerk. Geen dienst.
NOORDEINDE
Doopsgez. Gem. v.m. 10 uur mevr.
Rinsema-Schipper van Beemster.
OOST-GRAFTDIJK
Doopsgez. Gem. v.m. 10 uur ds.
Keuning.
Ned. Herv. Kerk n.m. 7.30 uur ds.
J. Boekee. Aanvang Zondagsschool
te Oost en West.
V "ST-GRAFTDIJK
Ned. Herv. Kerk. Geen dienst.
GROOT-SCHERMER
Ned. Herv. Kerk n.m. 7.30 uur de
heer H. U. Albertz.
DRIEHUIZEN
Ned. Herv. Kerk. Geen dienst.
STOMPETOREN
Ned. Herv. Kerk v.m. 10 uur de
heer H. TJ. Albertz.
ZUID-SCHERMER
Ned. Herv. Kerk v.m. 10 uur ds. F.
Keja.
OTERLEEK
Ned. Herv. Kerk zie Stompetoren.
SCHERMERHORN
Ned. Herv. kerk v.m. 10 uur ds.
Leendertz.
Geref. Kerk v.m. 10 uur en n.m.
3 uur ds. J. E. Visser.
OOSTHUIZEN
Ned. Herv. Kerk v.m. 10 uur J.
M. Faber.
MIDDEN-BEEMSTER
Ned Herv. Gem. geen dienst.
ZUID-OOST-BEEMSTER
Ned. Herv. Gem. v.m. 10 uur ds.
Oldeman.
BEEMSTER
Doopsgez. Kerk. Geen dienst.
PURMEREND
Doopsgez. Kerk v.m. 10 uur da.
Leistra.
Ned. Herv. Kerk v.m. 10 uur ds.
F. Bannink.
Geref. Kerk v.m. 10 en n.m. 5 uur
ds. A. A. van der Leer.
Jeugdkerk v.m. 10 uur spreker D.
van Vliet, Amsterdam. Weeshuiszaal
Leeftijd 1216 jaar.
Evang. Luth. Kerk v.m. 10.15 uur
ds. L. Schutte (A'dam).
ZONDAGSDIENST ARTSEN
BEEMSTER/DE RIJP. Zondag 16
Jan. dr. K. J. v. Welsenes, M.-Beem-
ster, tel. 2.
PURMEREND/L. O.-BEEMSTER.
Zondag 16 Jan. dr. C. de Moor, Vene-
diën 1, telef. 54.
APOTHEEK.
B. H. Jurgens, Peperstraat 26, tel.
33.
Als wij straks gaan kweken
Nu is het nog stil en doods in het
hok, maar over ±8 weken als we de
weer een leven van jewelste zijn, dan
breken de doffers hun broedhok weer
bijna af.
Dan zal het hok weer één gekoer
zijn en de duivinrien zullen weer de
hele dag hoeè- hoeè- roepen.
Onze mooie tijd is dan weer aange
broken van, mooie jongen kweken,
en de mooie wedvluchten daarop vol
gend.
Het koppelen
Als wjj straks gaan koppelen, zul
len wij ons afvragen, hoe zal ik dat
doen, hoe zou „hij" dat doen, en hoe
doet die grote kampioen uit Hoorn of
Purmerend dat.
De koppeling, althans de wtjze van
koppelen speelt de grootste rol om le
klas jongen te kweken.
U moet dan ook op de eerste plaats
over een koppel prima kweekduiven
kunnen beschikken. Met prima bedoel
ik, duiven die aan alle opzichten uit
muntend kunnen worden beschouwd.
U moet er vooral op letten dat
deze (het kweekkoppel) zo veel moge
lijk op elkaar lijken. Wat betreft
kleur en bouw. De doffer is echter
zwaarder gebouwd dan het duivin-
netje.
Als het kan moet men natuurlijk
eerst informeren of nagaan wat de
ouders hebben gepresteerd, en of deze
w»1 aan de vereisten als zodanig heb
ben voldaan en of hun ouders ook
goede jongen hebben gebracht, ge
schikt voor wedvluchten en kweek.
Het zal denk ik niet nodig zijn, om
even te zeggen, dat men nooit 2
duiven uit een en het zelfde nest met
elkaar mag koppelen, dit geeft een
veel te nauwe bloedverwantschap.
(Dit voor de beginners). Er komen
herhaaldelijke malen „jonge duiven
melkers" bij me, die zeggen, „nou heb
ik toch een prachtig stelletje jongen,"
later hoor je weer zeggen: „Ze z\jn
al aan het paren ook, ik zal nu wel
gauw eieren krijgen". Doe dat nooit,
of laat dit niet toe.
Dit geeft een veel te nauwe kruising
in bloedverwantschap.
Het oog.
Een duif in alle opzichten prima
moet o.a. een paar „volmaakte" en/of
„volle" ogen bezitten.
De kleur der ogen doet helemaal
niets terzake, alle kleuren zijn goed,
mits ze natuurlijk helder zijn, en de
kleur van het regenboogvlies helder en
duidelijk, dit kentekent de kwaliteit
en volmaaktheid der duif.
Een oog waarvan de appel of pupil
niet rond, dus eivormig is, zo'n duif
kan men gerust uit het hok halen,
deze zal geen prg"s vliegen, al is het
een jong uit het allerbeste ras, weg
er mee, zulke vogels kosten U geld.
Het oog is het peilglas van de ge
zondheid. Bij ziekte of minder gun
stige lichamelijke conditie treedt een
ver» mi er in in de bloedcirculatie,
welke gemakkelijk valt waar te nemen
in het regenboogvlies ook wel iris
genaamd.
We bekijken het oog van een te
keuren duif altijd onder de zelfde
licht inval. Dat Is, de punt van de
snavel altijd naar de zon gericht.
Om nu een flink aantal jonge
duiven van dat ééne of 2 prima kop
pels kweekduiven te krijgen moet men
als volgt te werk gaan.
Zodra U dit goede koppel duiven
koppelt zet U ook een stel mindere
duiven bij elkaar, de eieren van dit
laatste stel haalt men weg, en legt
de eieren van het goede kweekkoppel
er onder.
Men moet er echter wel voor zor
gen, dat dat minder goede koppel wel
over uitstekende gezonde bekken
beschikt.
Men kan ook het eerste koppel
eieren onder het „goede" koppel laten
uitbroeden, want 14 dagen of 3 weken
nadat de jongen zijn uitgekomen leg
gen ze weer een nieuw koppel eieren.
Dit kunt U dan ook weghalen en on
der de mindere duiven leggen, dit
kunt U meerdere malen herhalen, wel
6 tot 8 maal.
Zo kunt U dus per kweekseizoen 8
koppels jongen uit dat ene „prima
konpel" kweken.
Deze goede kweekduiven moet U
echter nooit op de reizen mede ge"en,
want deze mag U niet verspelen. Het
is de bloem van het hok.
Broed echter niet te veel, geef liever
elk konpel maar één ei om uit te
broeden.
Enkele konpels jongen, van goede
uitgezochte ouden, die aan alle vereis
ten voldoen, geven U veel meer vol-
d^ning, dan een h<de bende jongen
ven minder goede oude.
Begin Augustus moet U weer on-
houden met kweken, dan hebben de
duiven weer rust nodig, zei het dan.
-1°+ U nog met enkek duivpn aan de
Na vluchten" gaat meedoen.
De nesten moeten m'ns^ens aPe
acht dagen met kalkstof worden b°-
sfrooid. omdat er geen ongediertje in
mag komen.
De nesten.
In de broodschotel gebruikt men
tabaksstelen of gewoon een zandlaag-
van ±5 cm dik.
Deze moet in het nest blijven tot
lat de jongen acht of negen dagen
oud zijn, daarna moet ze tenminste
alle 3 of 4 dagen worden vernieuwd,
daar de mest der jongen een zeer
slechte lucht verspreidt, wat zeer
biecht is voor de luchtpijpen en adem
haling van de jongen en ouden.
Zolang het kweken duurt gelieve
men in het drinkwater twee k'ontjes
suiker per liter water te doen of een
lepel honing per liter water.
De suiker is een versterkingsmiddel
voor het gebeente, de hon-'ng zeer aan
te bevelen voor de luchtpijpen.
„De ^Blauwband witpen".
Denk oin het bietenaaltje
Naar aanleiding van de gunstige
vooruitzichten voor de verbouw van
suikerbieten in 1949, zullen vele
landbouwers een uitbreiding van 't
gewas in overweging nemen. Het is
immers zeer logisch, dat ,de grond
gebruiker, bij het opmaken van zijn
bouwplan zich een zoo gunstig mo
gelijke financiële uitkomst voor ogen
stelt.
Men dient daarbij evenwel te be
denken, dat een zonder meer toege
paste uitbreiding, voor vele bedrij
ven ernstige bezwaren kan hebben,
n.1. de bietenmoeheid (slapers).
De bietenmoeheid wordt veroor
zaakt door een microscopisch klein
aaltje, dat op bieten en o.a. ook op
koolzaad leeft en zich op deze ge
wassen vermenigvuldigt.
Is een perceel met bietenaaltjes
besmet en worden hierop in een aan
tal jaren geen bieten of koolzaad
verbouwd, dan zullen de aaltjes door
voedselgebrek sterven.
Mogendheden rondom Indonesië
Van onze Haagse redacteur).
N NEDERLANDSE sportkringen is de verontwaardiging hoog opgelaaid over
de houding van Mevrjuw Fanny Blankers-Koen, omdat zij de uitnodiging van
de Australische sportbonden aanvaardde, terwijl de Australische vertegenwoordiger
bij de Veiligheidsraad, Kolonel Hodgson, ons land voor alles wat lelijk is heeft
uitgemaakt, terwijl de Nederlandse schepen In de Australische havens geboycot
worden, terwijl het Australische lid van de Commissie van Goede Diensten zich
onbehoorlijk over Nederlandse officieren gedraagt. Fanny, zo zegt men, had de
uitnodiging met verontwaardiging van de hand moeten wijzen
Ah
Vergelijkingen
I~V-\ AR VALT WAT voor te zeggen.
Faimy heeft zeker een deel van
haar populairiteit ingeboet door de po
litiek te liften voor wat zij is en toch te
vertrekken op een bepaald ongunstig
ogenblik. Zij is er nu en zij zal zich daar
ook wel niet op de politieke sintelbaan
begeven. Mocht zij dat onverhoopt
toch doen, dan zal zij er ongetwijfeld
tot de ontdekking komen, dat niet alle
Australiërs dezelfde kant uithollen.
Hughes, de leider der oppositie in het
parlement, heeft het betoog van Hodg
son huichelachtig genoemd. Dat is het
ook
Op Java is de autochtone bevolking
de laatste honderd jaar dank zij Neder
landse maatregelen vertienvoudigd zon-
det te verarmen. In Australië is de
autochtone bevolking gedecimeerd en
desondanks verarmd.
Op Java kan geen Europeaan grond
bezitten.
In Australië bezit de blanke alle
grond.
Op Java zijn de hoogste onderwijs
instellingen toegankelijk voor alle
rassen.
In Australië mag een kleurling de
steden niet betreden. Hij heeft geen
scholen.
Op Java staan de hoogste functies
open voor elkeen.
Hieruit volgt, dat de enige me
thode om het bedrijf van bietenmoe
heid vrij te houden of eventuële uit
breiding te beteugelen gelegen is in
een ruime vruchtwisseling ten op
zichte van genoemde gewassen.
Worden daarentegen op een een
maal besmet perceel te veel bieten
na elkaar verbouwd, dan zal dit tot
een zéér sterke uitbreiding dei-
aaltjes aanleiding geven, hetgeen
een volslagen misgewas tengevolge
kan hebben. Bovendien is de grond
dan zodanig bedorven, dat geduren
de vele jaren geen normale, gezonde
bietenoogst kan worden verwacht.
Een doelmatige methode om deze
schade te voorkomen vormt het
grondonderzoek op aanwezigheid van
aaltjes (cysten), waardoor een in
zicht wordt verkregen in de mate
van besmetting van de grond en te
verwachten schade aan het gewas.
In Australië bestaan slechts blanke
ambtenaren.
Een Australiër kan zich vrijelijk op
Java vestigen en er elk beroep uit
oefenen.
Een Javaan kan zich in Australië
evenals elke andere kleurling niet
vestigen, noch er een werkvergunning
krijgen.
Het officiële Australische standpunt
pro Replubliek anti Nederland
is derhalve niet oprecht. Het getuigt
ook van óndankbaarheid jegens Neder
land. De slag om Singapore, waarin
Nederlandse vliegtuigen en duikboten
een bijdrage hebben geleverd, en de
slag in de Javazee, waarin de Neder
landse vloot zich heeft opgeofferd,
dienden mede ter bescherming van Aus
tralië.
De drijfveer
IVfAAR WAT IS dan de drijfveer? In
1 J de eerste plaats hebben de ultra
links georiënteerde vakbonden er een
sterke machtspositie. En in de tweede
plaats hebben de artikelen in de Austra
lische dagbladen over de olie-voorziening
van het land in oorlogstijd de aandacht
gevestigd op de geheime motieven van
de regering te Canberra. Het land zelf
bezit geen oliebronnen. Een intensieve
exploitatie op Australisch Nieuw Guinea
tot 3000 meter diepte hebben geen resul
taat opgeleverd. Iran en Birma zouden
in geval van oorlog wel eens onbereik
baar kunnen zijn. Daarom zijn het Aus
tralische leger, de vloot en de luchtvaart
voor een groot deel aangewezen op de
olie van Borneo, Sumatra, Java en
Nederlands Nieuw-Guinea.
Om zich te verzekeren van de voor
ziening uit die bronnen heeft Australië
gemeend zich een good-will bij de Re
publiek te moeten verschaffen in de
overtuiging, dat er met haar leiders
beter iets te bereiken zou zijn dan met
de Nederlanders.
Die opzet is mislukt, want de Indone
sische federalisten, die nu aan bod
komen, doorzien dit politieke spel maar
al te goed. De Australische regering
lijdt een fiasco en dat terwijl de komende
zomer verkiezingen zullen worden ge
houden. De oppositie voelt zich sterker
worden en voorspelt reeds haar komende
overwinning
Mocht die overwinning komen, dan
is te vwerwacliten, dat een dan in hoofd
zaak liberale Australische regering zal
trachten met de Nederlanders en de
federalisten tot een accoord te komen.
Want behoefte aan olie heeft nu een
maal elke Australische regering, of zij
links dan wel rechts georiënteerd is.
Ons
Postduivenhoekje
Met voldoening kan op het afgelopen jaar
■worden terug gezien
Hoewel een mens nooit zonder zor
gen is, menen wij, dat de landbouw
'met voldoening op 1948 terug mag
zien. Het is een jaar geweest van
krachtige verhoging van de agra
rische productie met nog grotere be
loften voor de naaste toekomst wat
de sterkte van de veestapel betreft.
Bovendien kon de bedrijfsvrijheid
voor een deel worden terug verkre
gen, terwijl de regering met ernst
zoekt naar een systeem, waarbij de
boer toch beschermd wordt tegen de
wispelturigheden van vraag en aan
bod.
Het begin van dit jaar vertoonde
een heel wat minder optimistisch
beeld. Het was de droogte van 1947,
die ons een heel eind teruggezet
had op de weg naar herstel, waar
door de oorspronkelijk geraamde
verwachtingen niet in vervulling
gingen. De slechte opbrengst van
1947 noodzaakte ons land tot het aan
kopen van veel meer voedsel en
veevoeder uit het buitenland dan
het plan was, waarvoor bovendien
hogere prijzen moesten worden be
taald. De landbouw zelf werd in
sommige streken van ons land zo
getroffen, dat de boeren bij de jaars
wisseling 1947-'48 tot een minimum
bestaan waren teruggedrongen. Voor
een groot deel werd dit veroorzaakt
door de mogelijkheid om het aantal
varkens en kippen te vergroten.
1947 ging echter met een zachte win
ter in 1948 over en hoewel er nog
wat late kou kwam, deed deze geen
schade aan de wintergranen. Het
voorjaar zette in met enkele prach
tige weken, die echter gevolgd wer
den door een koele, doch niet over
matig natte zomer. Het hooien
bracht veel moeilijkheden met zich
mee, zodat het hooi van de eerste
snede gedeeltelijk verloren ging of
in bedenkelijke toestand binnenge
bracht werd. De grasgroei was ech
ter zo overvloedig en hield zo lang
aan, dat niettemin een record-op
brengst van het grasland werd ver
kregen. Zowel aan gedroogd gras.
als aan kuilvoer en hooi konden in
drukwekkende hoeveelheden bin
nengereden worden en wij zagen
zelfs tot in begin November nog
gras maaien.
Beslissende wending.
Hierdoor is een beslissende wen
ding in de landbouwproductie geko
men. Moest vorige jaren, zelfs bij
een beperkte veestapel, vrij veel
voor de slacht worden bestemd we
gens gebrek aan voeder, dit jaar kon
men zowel de aangroei als de afge
molken koeien op eigen bedrijf hou
den en daardoor meer, zwaarder en
vetter vee afleveren. In de zomer
leidde dit tot een vertraagde aanvoer
op de veemarkten, waardoor zelfs
het vleesrantsoen tijdelijk verlaagd
moest worden, doch, zoals wij des
tijds schreven, dit was een belofte
op de toekomst, die dan ook uitge
komen is. In geen jaren hebben wij
zoveel en zulk goed vlees in de win
kels gezien als op het ogenblik.
Het aantal varkens bleef nog ge
ring, wat eveneens begrijpelijk is,
want eerst eind Mei werd de be
perking van de varkensfokkerij op
geheven. De uitwerking daarvan in
de vorm van een toenemend aantal
biggen, kon dus eerst tegen het eind
van het jaar worden verwacht. Het
gevolg hiervan was, dat er dit na
jaar een groot tekort aan jonge var
kens om te mesten was. Dit tekort
zal echter slechts zeer tijdelijk zijn,
omdat inmiddels het aantal fokzeu-
gen snel is gestegen. Tegen het voor
jaar zal zonder twijfel ten volle in
de behoefte zijn voorzien. Die be
hoefte is overigens zeer groot, door
dat ook de akkerbouw zulke bij
zondere mooie resultaten heeft op
geleverd. Mooi dan in de zin van
grote oogsten per hectare, want min
der mooi was, dat door het grote
aanbod van aardappelen de prijzen
op een ongekende wijze daalden.
Toen de regering aanvankelijk na
liet in te grijpen ontstond daardoor
grote ongerustheid en ook zeker on
tevredenheid bij de landbouw, die
vertrouwd had op het handhaven
van lonende prijzen. Een ogenblik
dreigde zelfs een aardappelpaniek,
doch deze kon door een samenstel
van maarregelen voorkomen wor
den. Een onderdeel van het bestem
mingsplan voor onze aardappelen is
het op grote schaal mesten van var
kens, waardoor een definitief eind
I aan de binnenlandse schaarste aan
vlees en vet zal komen. Intussen zijn
wij er nog niet gerust op, dat al die
varkens ook de prijs zullen opbren
gen, die de regering thans in het
vooruitzicht stelt. De tegenwoordige
kleinhandelsprijs van varkensvlees
is zo hoog, dat het verbruik erdoor
geremd wordt en de vraag is nu
of wij straks 'n groot aantal varkens
tegen deze prijzen zullen kunnen
verkopen. O.i. zal de regering dan
maatregelen moeten treffen om aan
de boeren hun rechtmatige inkom
sten te verzekeren.
Actieve organisaties.
De verschillende landbouworgani
saties hebben getoond ten deze een
grote activiteit te ontwikkelen. Niet
alleen de dagelijkse belangen wor
den met kracht verdedigd, doch ook
neemt men de vraagstukken in stu
die, die op de toekomst van de land
bouw van grote invloed zijn. Zo is
dit najaar door de Stichting voor de
Landbouw een studiecommissie in
gesteld, die richtlijnen voor de land
bouwpolitiek moet opstellen. Een
ander belangrijk studie-object is het
Melkbestemmingsplan, waarbij de
overheid de leiding heeft genomen.
De uitwerking van deze plannen en
van deze richtlijnen zullen de econo
mische en sociale grondslagen moe
ten leveren voor de welvaart in de
landbouw.
In deze zelfde richting werken de
internationale besprekingen, zoals de
Tarwe-conferentie, die een interna
tionaal plan voor de afzet van tarwe
moet ontwerpen. Nadat de eerste
overeenkomst is mislukt, zal thans
een nieuwe poging worden gedaan
om tot resultaten te komen en de
vooruitzichten daartoe zijn veel gun-
stigèr, omdat de dreigende overpro
ductie van tarwe wel tot het treffen
van maatregelen noopt.
Onze tuinbouw kreeg meer grond
onder de voeten door de levering van
grote hoeveelheden aan Duitsland,
terwijl Engeland een betere markt
voor onze producten bleek, dan aan
vankelijk gevreesd werd. Toch zijn
wij voor de toekomst van de tuin
bouw niet geheel gerust. Zowel En
geland als Duitsland beginnen hun
tuinbouw uit te breiden en dat zou
voor ons land wel een vermindering
van afzetkansen kunnen veroorza
ken.
Wat brengt de toekomst?
En hoe we nu de toekomst zien?
Wij verwachten voor volgend jaar
een snelle toeneming van de pro
ductie van vlees en vet, zowel in
Europa als in Amerika en Austra
lië; de enorme oqgst van granen en
aardappelen dwingt daartoe. Dit gro
tere aanbod zal in het algemeen lei
den tot dalende prijzen, die alleen
zullen kunnen worden opgevangen
door verlaging van productiekosten
en vergroting van het verbruik in
ons eigen land. Deze ontwikkelings
richting zal van de boeren, hun or
ganisaties en de overheid de groot
ste inspanning vergen om toch het
inkomen aan de boeren te verschaf
fen, waarop zij maatschappelijk
recht hebben.