REIS NAAR DE BLAUWE
VALLEIEN
LAND- EN TUINBOUW"
VERGADERDE
Baldadigheid kost Nederlandg
jaarlijks 20 millioen
Og
enblikken
van groot geluk
Podium
DE MECHANISATIE
IN DE LANDBOUW
DE RIJPER
2
Onvergetelijke schoonheid van het Kerkorgel
PI het grauw van de winteravond verrast op het Amsterdamse Oudekerks-
pleln de kerk. Onder en bij de kerk ebt het sterk vertraagde leven van
de hoofdstad nog wat uit. Achter rossig doorlichte ruitjes, aan de overkant
van het water, wordt surrogaat-intimiteit beloofd. Het regent zeurderig en
het leven lijkt zwaar ontluisterd.
Maar daar is die kerk. Hij heet: de Oude Kerk, en dat is een goede
naam. Hoeveel geslachten zagen die muren en die toren, die ramen en die
daken niet komen en gaan? Hoeveel stormen raasden niet over de Oude
Kerk! Hoe weinig gelukkige mensen gingen met blij opgeheven hoofd langs
haar muren voorbij en hoeveel teleurgestelden en gedesillusionneerden slopen
er huiverend langs! Duizenden kinderen speelden, op zoele zomermiddTgen,
in de schaduw van de muren hun onschuldig spel. Tienduizenden ontgoochel
den en bedroefden liepen berooid en triest langs het water van die gracht en
zagen op dat verstilde, mysterieuze water neer.
Maar die avond scheen licht door de gebrandschilderde ramen van de
kerk. En met het licht vermengde zich het kolken en ruisen van het oude
orgel in de Oude Kerk. Anton van der Horst speelde op dat orgel. Vier
honderd jaar geleden speelde op hetzelfde orgel in dezelfde kerk Svveelinck.
brachte geld. Weemoed over het
voorbijgaan van de laatste faze der
jeugd en een oud plezier bij de ge
dachte van het opengaan van alle
geheimen der volwassenheid.
Dat alles golft en deint door el
kaar, zonder begin en zonder eind;
al die dingen die er altijd al waren,
in het binnenste van dat wonder
lijke hart. En nu breekt het baan
het is niet meer tegen te houden
het wil er uit.... het wordt weer
zichtbaar, het dient zich aan, on
weerstaanbaar, tomeloos. En dat
alles doet het geheim van de muziek
van het orgel, boven je; de muziek
die om je is en in je.
Wonderlijk, wonderlijk is die oude
muziek op dat oude orgel. Je zit en
je behoeft verder niets te doen dan
het geluid te absorberen. De klan
ken, opgevangen door de antennae
van het menselijk hart, doen de rest.
O, het is onbeschrijflijk mysterieus.
Toccata en fuga! En héél 't leven
keert terug, van de lichtblauwe val
leien der jongste jeugd, toen we
zweefden over de hoogste toppen on
zer verbeeldingskracht, tot de dras
sige moerassen der latere jaren,
waarin we vochten tegen de bittere
werkelijkheid der nadagen en de
eentonigheid van een schamel heden.
Toccata en fuga...!! en alle wind
selen, sluiers en beletselen die zich
in zoveel jaren rond het hart ge
won f r hebben, maken zich, één
voor één, los en men ziet zichzelf in
benarde naaktheid.
En dan is daar, ineens, hard en
onverbiddelijk, het einde van het
concert. De stilte valt tussen de mu
ren, even onverwachts als een steen
in een zomerse vijver. Gestalten en
schaduwen richten zich op, er komt
leven in de jassen en de mantels,
waaronder zich mensen bevinden.
En langzaam verlaten die mensen de
kerk.
Het is uit. De orgelist boven heeft
zijn muziekboeken gesloten. Hij gaat
naar huis. Hij zal wel moe zijn.
Buiten staat, op het rossige Oude-
Als een betovering
Er waren niet zo heel veel men
sen- hoewel de man, die achter het
klavier zat, hoog boven ons, een
grootmeester in de orgelkunst was.
Er luisteren meer mensen naar
filmmuziek dan naar de muziek van
het kerkorgel, hoewel het kerkorgel
de moeder aller instrumenten is.
In het gedempte licht van het
kerkinterieur speelde de orgelist
zijn muziek. Het was er niet warm,
eerder kil, en ik huiverde in m'n jas,
die ik omgeslagen hield. De kerk
was ook zo groot en er waren te
weinig mensen om zich aan eikaars
nabijheid te verwarmen.
Van der Horst speelde fuga's en
toccata's van Bach. Hij speelde liede
ren van Widor. En dan opnieuw pre
ludia van Bach.
Heel de Oude Kerk was, in de
ogenblikken der grote forti, een
baaierd van geluid, klank, muziek.
Het golfde en stroomde uit de pijpen
van het instrument, het spoelde en
stroomde langs
de muren, de
banken en het
dak. Die muziek
was overal, op,
over en in ieder
onderdeel van de
J Amsterdams
Oude Kerk, en het scheen soms of
de Kerk zélf orgel was geworden. Ik
geloof niet dat er op de wereld mu
ziek is, die een mens onweerstaan
baarder meesleept en buiten zich
zelf doet keren dan de muziek van
het kerkorgel. Zij is oeroud en won
derlijk jong tegelijk, en er is niets
dat in edelheid en voornaamheid
aan haar gelijk is.
Deze muziek doet vreemde dingen
in een mens, als hij zich neerzet om
te luisteren. Het was, die avond, als
of het stof en spinrag van de vele
uren daarvóór weggeblazen werden
op haar adem. Ineens was er niets
overgebleven van de droesem der
verloren uren en het verdriet om
desillusies. De klanken van het or
gel, soms één verrukkelijk pianissi
mo, het fijnst, prilst en tederst be
gin van geluid van een jonge vogel
in de lente, soms een aanzwellende
storm, tenslotte orkanend van muur
tegen muur, een zee van klank, die
het hart van de luisteraar vult, vol
maakt, barstend vol. Dat zijn de
ogenblikken van een groot en wild
geluk om het mogen ondergaan van
zoveel schoons.
Je zit daar dan, ineengedoken in
de harde, matglazende bank, en de
storm der muziek is boven je, naast
je, achter je, maar vooral binnen in
je.
Alles anders..—
Ineens is alles andersweet
men dat de dingen van die dag veel
minder belangrijk waren dan je
eerst meende. Je probeert ze te her
inneren maar ze zijn zo ver weg
niet meer vast te houdenze zijn
weggeglipt in de spoelende bran
ding van het orgel en ze zullen eerst
terugkomen als de betovering van
het instrument, bespeeld door de
kunstenaar achter het kleine klavier
van het grote orgel, verbroken
wordt.
Zulke ogenblikken wil je vasthou
den. Je zou willen blyven luisteren,
uur na uur, dagenlang. Net zo lang
tot je zou inslapen, toegedekt door
die muziek, en dan in die slaap van
verre nog steeds mogen luisteren.
Het is alsof het hart van een mens,
zyn ziel, het geweten (het geeft niet
hoe je het noemt) groter wordt, als
of het gaat overstromen door her
inneringen die opwellen uit dat ont
zaglijk en onmeetbaar niets van alle
herinnering, die onbewust bewaard
bleef. Er is de weemoedige treurnis
over de slechte dingen, en er is de
goede, milde herinnering aan die
andere dingen die het leven zijn
fleur gaven, zijn glans en zijn beto
vering. Verdriet over een doodge
gaan vriendje, vreugde over de eerst
ontvangen kus van het liefste meisje.
Wat melancholie over het leed dat je
moeder aandeed en de geur van
blijdschap over het eerste thuisge-
kerksplein, de kerk. Als een grau
wt, eenzame rots in de avondzee van
de stad. Het regent nog steeds en
het is nog stiller geworden.
Licht valt getemperd en warm ge
kleurd door de ramen van de Oude
Kerk, en het is met een bezwaard
hart dat men de gracht langs loopt.
Naar huis. Naar het leven, en de
wereld.
Van binnen sluiten zich de schel
pen alweer over het hart dat even,
een kort ogenblik, openstond. De
sluiers en windsels wikkelen zich er
weer overheen en niets blijft achter
dan de herinnering aan een paar
wonderlijke, superieure momenten.
Donker dreunen ae slagen van de
kerkklok over de stad. Er zit iets van
waarschuwing en vermaan in die
klank van brons op brons.
De Oude Kerk heeft het mooiste
orgel. Het is, als ik me niet vergis,
een instrument waarop Sweelinck
vierhonderd jaa^* geleden al zijn
Cantiones Sacrae speelde, zijn tocca
ta's, variaties, koraalvariaties en
echo-fantasieën.
Er zijn meer kerken in de hoofd
stad en in verscheidene ervan wor
den orgelconcerten gegeven.
Waarom gaat ge niet eens luiste
ren?
Geen geloof aan eigen herinne
ring? Geen heimwee naar die licht
blauwe valleien
ANTHONY VAN KAMPEN.
Het water in onze bodem
ZWARE STORM RICHT AANZIEN
LIJKE SCHADE AAN
DE RIJP/GRAFT. De orkaan
welke jl. Dinsdag over ons land
raasde, heeft ook in onze omgeving
geducht huisgehouden.
Aan het Oostdijkje woei de kap-
berg van de heer W. Besse om. Deze
nam in zijn val een deel van de stal
muur mee, zodat voor het vee een
andere verblijfplaats moest worden
gezocht. Bij de heer C. Laan werd
een openslaand raampje vernield. De
Rechtestraat werd onveilig gemaakt
door vallende dakpannen. Bij de
heer De Haan moest de zinken dak
bedekking het ontgelden. In het
Langebrugspad woei het dak van
een schuurtje af. Ook verschillende
BEEMSTER. Donderdagavond ver
gaderde in Het Heerenhuis de af de
lingen land- en tuinbouw van de
Hollandse Mij. van Landbouw, on
der voorzitterschap van de heer G.
Met Fzn.
j Na de openingsrede van de voor
zitter, maakte de secretaris, de heer
P. C. van Meurs, bekend, dat er ge
legenheid bestond om in de maand
Mei tien dagen te verblijven in een
Franse Volkshogeschool. De ver-
I blijfkosten zijn zeer gering f 5.per
i persoon, buiten de reiskosten.
Land- en Tuinbouw had voor deze
bijeenkomst uitgenodigd de heren K.
Bergsma, leraar aan de Rijksland-
bo'uwwinterschool te Schagen, en ir.
Tj. Groendijk van de Rijkslandbouw-
Voorlichtingsdienst te Alkmaar. Bei-
i de heren zouden op verzoek het
onderwerp „De waterhuishouding
van onze bodem" behandelen. Het
I bestuur ,van het Waterschap Beem-
I ster, dat ook wel iets heeft te ma
ken met water, was ook als belang-
i stellende en -hebbende aanwezig.
Waterstand
Het is bekend, dat de plannen van
akkerbouwers, fruitkwekers en gras-
boeren niet parrallel met elkander
lopen als het gaat over de water
stand in de polder. De ene categorie
wil de waterstand laag, de andere
hoog, en de fruitkwekers zo tussen
beiden in. En het waterschap moest
i in deze de puzzle maar oplossen. Wat
natuurlijk zonder kleine botsingen
niet mogelijk is. Jarenlang heeft deze
stille strijd gewoed zonder dat men
I tot een bevredigende oplossing kon
komen. De drie groepen waren dan
ook "op de bijeenkomst vertegen
woordigd, in de hoop dat deze avond
de oplossing gevonden zou worden.
Helaas moest de eerste spreker, de
heer Bergsma, al verklaren, dat ook
hij niet precies kon zeggen hoe het
nu eigenlijk was en hoe of het moest.
Maar wel zou hij de vergadering zijn
zienswijze daarop mededelen. De
hoofdzaak echter om tot juist begrip
van de waterhuishouding van onze
schuurtjes in de Eilsndspolder wer- 1 bodem te komen is het proefonder-
den beschadigd. Aan de Beemster- j vindelijk onderzoek. Welnu, dat zal
dijk liepen ook verschillende wonin- er komen. De heer De Jonge van de
gen schade op. Hier werden ook eni- Jisperweg jtelt enkele percelen^ van
ge bomen het slachtoffer. Bij de heer 1 J 1 J"~
oüf" o'
zijn land beschikbaar om die proe-
J. Sünder wolP de schoorsteen om, ven te nemen.
gelukkig zonder door het dak te 1 Uiteraard kan dat niet op korte
storten. Bij de heer Fransen liep
het dak ernstige schade op. Niet al
leen de pannen maar ook een deel
van de vorst kwam hier naar bene
den. Van de directeurswoning van
de Zuivelfabriek „De Tijd" werd een
groot venster van de bovenverdie
ping door overwaaiend grind van
het mastieken dak der fabriek ver
nield.
Persoonlijke ongelukken kwamen
in onze omgeving niet voor.
termijn gebeuren, de resultaten kun
nen pas geconstateerd worden over
lange tijd, in verband dat verschil
lende factoren de uitkomst kunnen
beïnvloeden. De heer Bergsma was
van mening, dat hoge waterstand in
de sloten geen nadelige invloed uit
oefent voor het akkerbedrijf.
Verdwijnend water
In dezelfde trant sprak ook ir.
Groendijk. Niet alleen dat beide
Cowboy films en molorrennen
Han de lamlendigheid der z.g. massajeugd te bestrijden
Van <JM8 reizende redacteur)
'TWINTIG millioen gulden schade wordt er jaarlijks In
1 Nederland geleden ten gevolge van baldadigheid, aldus
hebben deskundigen aan de hand van de beschikbare ge
gevens berekend. Dat dit reusachtige bedrag beter besteed
zou kunnen worden, daarover zullen de meningen wel niet
uiteenlopen. Maar hoe kan men dan een eind maken aan
die baldadigheid? En hoe kan men, als dat mogelijk is,
dat bedrag In handen krijgen Ziehier twee cardinale
vragen, één brandend vraagstuk, waarop de antwoorden
en waarvoor de oplossing nog lang niet gevonden is. Edoch,
er wordt aan gewerkt!
.De grootste moeilijkheid
is, aldus dc heer C. J. Ruurs,
gemeentelijk inspecteur voor
ae lichamelijke opvoeding en
de sport te Dordrecht, die
zich intensiei met dit vraag
stuk bezig houdt, de bedrij
vers der baldadigheid te
vatten. Men moet ze zoe
ken onder wat men noemt
de massajeugd in de leeftijd
van 14 tot 20 jaar, zo tussen
het verlaten van de lagere
school en het begin van de
militaire dienst.
„Wat is dan die zogenaam
de massajeugd
„Dat zijn groepen opge
schoten jongens en mesjes,
die stuk voor stuk nog zo
kwaad niet zijn, maar in
eikaars gezelschap spoedig
tot een onbehoorlijk gedrag
geraken. Het zijn niet al
leen arbeidei skinderen, die
b.v. ten gevolge van ver
klaarbare oorzaken als
slechte behuizing tot katte-
kwaad geraken, maar even-
eer H.B.S.'ers en gymna
siasten, voor wie de voet
balcompetitie, de jazz en...
liet kammetje belangrijker
zijn dan de inhoud van hun
boekentas. De massajeugd
konit voort uit alle lagen,
standen en klassen van de
maatschappij.
„Vertoont zij
eigenschappen
belang in dingen buiten het
eigen kringetje; In de zesd®
plaats veracht zij alles wa*
geen zichtbaar nut oplevert-
En in de zevende plaats
mist zij vermoedelijk alle
zelfwaardering.
„Dat is weinig verheffend
En meent u door het weg
nemen van deze in hoofd
zaak negat'eve eigenschap
pen de baldad'gheid te kun
nen bestrijden, dus die 20
millioen te kunnen uit
sparen
„In hoeverre dat moge
lijk is moet de practijk le
ren, maar ik geloof, dat wij
een heel eind zouden ko
men. Overigens moet u z'ch
op de materiële zijde van
het vraagstuk n'et blind
algemene staren. U moet die bereke
ning van 20 millioen slechts
z;en als een rechtvaardiging
Lawaai en snelheid I
„Zeer zeker. In de eerste .h_eii°°S ^et
plaats handelt zij collectief.
In de tweede plaats denkt
zij niet na, maar treedt zij
emotioneel op. Zij houdt van
lawaai en snelheid: motor-
rennen, cowboyfilms e.d..
hebben haar voorkeur To
neel vindt zij vervelend
cabaret kan zij soms waar
deren. In de derde plaats
accepteert zij geen leiding
In ae vierde plaats mist zij
elk leidend beginsel, leeft
zij volkomen in het heden,
hetgeen zich bijv. uit in een
de) verzoek om eenzelfde
bedrag beschikbaar te stel
len om de massajeugd op te
vangen en in goede banen
te leiden. De winst, de mo
rele en geestelijke winst
zou veel groter zijn. De
lamlendigheid is een veel
groter kwaad dan menig
een vermoedt. Het is een
begin van aantasting van
de volksmoraal."
Sport- en speelterreinen
„En stel nu eens, dat de
gemeenschap (hoe dan ook),
afkeer van sparen. In de dat grote bedrag beschik-
vijfde plaats stelt zij geen baar zou stellen, wat zou
er dan mee moeten gebeu
ren
Dan zouden ef door het
hele land sport en speelter
reinen moeten komen en
clubhuizen in elk dorp en
elke stadswijk. Dan zou er
in elke plaats een organisatie
moeten zijn om de vrije tijd
van de massajeugd te vullen
op een wijze, die zij kan
waarderen (dat is het moei
lijkste!) en die aan het doel
(morele en geesteliike ver
heffing) beantwoordt. Er is
een nieuw type jeugdleiders
nodig: mensen, die zich aan
dit werk geheel kunnen
wijden. De padvinderij, die
met vrijwilligers werkt, kan
lang niet voldoende doen.
Grote bedrijven zijn meer
malen tot grote medewer
king bereid, maar van be
paalde zijde wordt dat min
der gewaardeerd, omdat dat
zou kunnen leiden tot een
ingrijpen van de fabriek in
het gezinsleven De kerken
zouden veel kunnen en moe
ten doen. De overheid doet
hier en daar wat, zij het nog
op bescheiden schaal. Span
is van groot belang, maar
vele verenigingen hebben al
te veel leden of lieverte
weinig terreinen en lokalen.
Bovendien is het opkweken
van voetbalsterren met ver
waarlozing van zwakke broe
ders niet net juiste systeem.
Met films is veel te bereiken,
maar welke Dat weet men
nog niet. Heeft Arthur Rank
de juiste toon te pakkeu
Of zijn cowboyfilms toch
niet zo slecht Wij, jeugd
leiders, weten eigenlijk nog
lang niet wat wij precies
tnoete doen. Maar dat er
iets moet gebeuren staat
vast. En dat het financieel
verantwoord is ook. Het
geld komt er dubbel en
dwars weer uit!
(Nadruk verboden.)
sprekers constateerden dat er in de
grond, wat het water betreft, iets
aan het veranderen is, ook uit de
vergadering kwamen stemmen, die
dat met bewijzen onderschreven. Het
water in onze bodem verdwijnt, ook
in het buitenland heeft men dat ge
constateerd.
De heer Bergsma vertelde in ver
band hiermede, dat in Californië
boeren in de beginne op 1 m. diep
te reeds voldoende water voor hun
bedrijf konden krijgen, maar dat
men nu reeds tot 4 m. diepte moest
gaan. Voor wat Noordholland be
treft, de één veronderstelde dat het
waterleidingbedrijf oorzaak was dat
het water uit de bodem verdween.
Een ander berekende dat de norton
wellen millioenen kubieke meters
water aan de grond hadden onttrok
ken en dat nog steeds doen, enz.
Verschillende systemen om tot be
tere en doelmatige bevloeiing te ko
men werden evenzeer besproken.
Ook hierin kon niet gegeneraliseerd
worden, omdat de structuur van de
grond zo verschillend is. In de be
ruchte droge zomer had men met
bovengrondse bevloeing en onder
grondse door middel van draineer-
buizen reeds proeven genomen, alle
met meer of minder resultaat.
Het was al laat toen de voorzitter,
met een woord van dank aan beide
sprekers, de bijeenkomst sloot.
Leerzame demonstratie
De mechanisatie staat op 't ogen
blik in landbouwkringen in 't mid
delpunt der belangstelling. Door
grote demonstraties wordt aan be
langhebbenden getoond, wat wel het
beste is voor hun bedrijven, en wat
met diverse merken kan worden be
reikt.
Kortgeleden had een belangrijke
demonstratie van het z.g. Ferguson-
systeem plaats op een terrein in
Voorburg, waarbij vertegenwoordi
gers van het ministerie van Land
bouw, Stichting v. d. Landbouw,
Landbouwhogeschool te Wageningen
en vele landbouwconsulenten aan
wezig waren.
Hier heeft men bewezen, wat op
een terrein hetwelk in allesbehalve
goede conditie verkeert, met dit sy
steem bereikt kan worden.
Ondanks de gladheid van de
grond, die eerst stijf bevroren was,
maar later in een poel van modder
en slijk was veranderd, zodat de
wielen nu en dan weggleden en de
ploeg, de eg en de cultivator geen
kans hadden de grond te grijpen,
wist men toch voor het grote gezel
schap de kwaliteit van de Fergu-
son te demonstreren.
De gen kelijke bestuurbaarheid
van de tractor werd aangetoond door
binnen een omheinde ruimte van 5
bij 7 meter de grond tot de laatste
vierkante centimeter te bewerken,
zonder dat zelfs de sporen van de
tractorbanden achterbleven op het
land.
De kracht werd gedemonstreerd
door de „heuvelhoop" waarbij zon-
dei enige moeilijkheden een stei'
heuvel, door de trekker met aar
hangwagen geladen met 3 ton gri
werd genomen.
Jarenlang heeft men gezocht na-
een middel om te voorkomen dat c
tractor zou „steigeren" wanneer c
ploeg of eg tegen een of ander ol
stakel onder aarde stootte. Bij d
Ferguson heef' men de oplossing ge
vonden daar werktuig en tractor hie
één geheel vormen en de druk var
de grond op het werktuig de achte:
en (door zijn 3 punts ophanging) óók
de voorwielen belasten en dus de
tra*., omlaag duwt.
De hydra-Iische hefinrichting stelt
de tractorbestuurder in staat om het
aangehaak* werktuig te lichten, ter
wijl ook de diepte kan worden gere
geld.
Het nut /an d~ mechanisatie van
d landbouw en de noodzaak van de
bevordering daarvan werd hier doel
treffend aangetoond.
Voor een dergelijke demonstratie
m de 'mdbouw dan ook dankbaar
n, zij kan er veel voordeel va»
trekken.