1 I genoemden Hennep-molen, waar van de roeden zulk een gewel digen vaart kregen, dat er geen houden of stoppen meer aan was en deze tegen half elf uur 's avonds in brand vloog. Daar deze molen gevuld was met bos sen Hennep, welke tot de uit oefeningvan het bedrijf behoorden, werd deze lichtbrandbare stof door den geweldigen wind in de lucht gejaagd en als brandende fakkels in de windrichting over het dorp gedreven. In dien tijd was het grootste gedeelte der huizen met riet gedekt en zijkanten en gevels van hout gebouwd factoren, die allen mee werkten om het vlamvatten der woningen te bevorderen en den brand met groote snelheid deed uitbreiden, in de eerste plaats werden de huizen aangetast die het kortst bij dien molenstonden n.1. de Lieflandsbuurt- en Kfizers- buurt en bijna tegelijkertijd een heele reeks huizen aan de Zuid zijde van de kerk, n.1. de Sint- Jacobsbuurt en de Meelzakbuurt, waaronder de Doopsgezinde kerk en al het getimmerde dat op het oostelijk deel van het dorp was gelegen, loopende bezuiden de vaart die zich uitstrekte vanaf den Beeinsterdijk tot aan den Middel dam, zoodat te middernacht, dus binnen anderhalf uur, al de ge bouwen aan de zuidzijde van de vaart beoosten den Dam in lichte laaie vlammen stonden. Onder deze gebouwen waren talrijke groote pakhuizen, gevuld met hennep, teer, olie, buizen- want, en andere drooge licht brandbare stoffen, welke door den storm als brandende fakkels door de lucht werden gevoerd, en het allen schijn had alsof het vuur en zwatel van den hemel regende zooals dit van Sodom en Qomorra beschreven staat. Door dit vreeselijk gebeuren ontstond een bang gejammer van menschen, die droevig door de straten krioelden en door grooten schrik bevangen warendie sidderde en beefden en waarvan velen de oogen ten hemel sloegen als meende men dat den laatsten dag gekomen was; anderen poogden den brand te blusschen, doch alles was te ver geefs elk had de handen vol met voor eigen redding te zorgen, zoo dat niemand een ander hulp kon bieden ook wist men geen ge reedschap te vinden, öf door dat anderen er reeds beslag op hadden gelegdóf, door dat men zoo verslagen was, dat men elk be grip om te handelen had verloren en niet wist hoe de hand aan het blusschingswerk te slaan. Men stelle zich den toestand der bewoners voor 't was mid den in den winter, in 't midden van den nacht, toen alles in de diepste slaap verzonken lag. Eenklaps gewekt door het ge schreeuw van „Brand", en dan te ontwaren dat het niet hier of daar is, maar aan alle kanten tege lijk, ja overal. Men vliegt naar buiten, - men ziet niet alleen eigen, maar ook de huizen en stallen zijner buren in vollen vlam men ziet naar den hemel en men ont waart niets dan vuur en en rook, zoodat het niet te verwonderen valt, dat zich van allen een on macht tot handelen meester maakt. Eindelijk ontwaakt weer de energie; het onmiddellijk gevaar voor goed en levenhet flinke voorbeeld van enkelen en ook de kennisname van den oorzaak de zer ramp, brengt de menschen weer tot handelen. Machtelooze ouders worden uit den brand ge dragen anderen redden kraam vrouwen en teeder kroost, wien nauwelijks tijd rest onder de brandende daken vandaan te ko men en ook nu oppenbaart zich de opoffering en moed die aan den dag gelegd wordt om te dra gen, te slepen, te trekken waar het noodig is en de zwakken, zieken en onvermogenden uit de brandende huizen te helpen ter wijl moeders heur kinderen uit de brandende gebouwen rukten en hun leven waagden om dat hunner kleinen te redden kortom van toen af zocht men te redden wat te redden viel, terwijl de lucht vervuld was van het droeve ge jammer van menschen het geloei der beesten, die niet uit hun stal len konden komen en aan het alles verslindende vuur ter offer vielen; terwijl wild geworden paarden, niet begrijpende wat er gaande was, met den kop in den brand vlogen, en met schapen en ander vee in de vlammen om kwamen. Onder dit snerpend en hart verscheurend geluid, mengde zich nog het somber geklep van de brandklok, net zoo lang, tot dat ook deze door het vuur tot zwij gen gedoemd werdwat eerst geruimen tijd na het uitbreken van den brand gebeurde. De wind was zoo hevig, dat de brandende vonken over den Ring dijk van de Beemster gedreven werden, waar zij een fraaie boe renplaats aanstaken, die eveneens geheel in de vlammen opging. Benoorden deze hofstede lag een kleine buurt huizen, meest bewoond door minvermogenden, genaamd de Klaterbuurt, welke ook al door de overslaande vonken het slachtoffer van dezen brand werd. Voor deze menschen een zware slag, daar ze van het wei nige dat ze hadden beroofd werden en op den kalen dijk een toevlucht moesten zoeken, Aanvankelijk scheen het dat het Oosteinde van de Rijp aan de Noordzijde van de vaart die over langs door het dorp stroomt, geen last zou hebben aangezien deze vaart als afschetding dienst deed tusschen de geheel in brand staan de Zuidzijde en de vlammen die zoo om den omtrek van de Beem- sterbrug woedden van den wind af waren, waarom niet aan te nemen viel, dat het vuur zich te gen windrichting in zoude uit breiden naar de overzijde. Daarom bracht men meubelen en huisraad naar den overkant; eveneens naar de kerk welke men met haar dikke sttenen muren en leien dak veilig achtte. Al deze verwachtingen bleken echter ijdel te zijn; het noodlot wilde, dat de voornaamste gebouwen van het heele dorp in den asch werden gelegd en dat kort na midder nacht de brandende vonken door den sterken wind gedreven zich vastzetten in de luigaten van den toren, waar niemand bij kon om te blusschen, waarna ten slotte ook de deuren der kerk ontbrand den zoodat men al spoedig de vlammen uit het dak der kerk zag komen; den toren met hetspeel- werk ineen zag storten, en de balken in het brandende puin vie len waardoor het vliegende vuur zich over het hart van het dorp verspreidde; terwijl door de dwar relingen van den wind het vuur op het Oosteinde bij de Beem- s.erbrug als het ware tegen den wind in het eene huis na het an dere ook aan de overzijde aan tastte, wat gretig brandstof vond in al de rieten daken en houten betimmeringen welken metzooveel brandbare stoffen gevuld waren en ook de steenen gebouwen, al waren ze dan ook met pannen gedekt, door den geweldigen storm aangeblazen voor den ver- schrikkelijken vuurzee moesten' zwichten, zoodat alle gebouwen ook daar een prooi der vlammen werden. Wordt vervolgd. Ingezonden Mededeeling De waarheid over coffeïne. Er is in den laatsten tijd nogal wat te doen ge weest over de vraag, of coffeïne bij normaal gebruik door dagelijks 2 k 3 kopjes koffie of thee te drinken» wel of niet schadelijk is Vele al of niet weten schappelijke uitingen werden door belanghebbenden opgegrepen, om daarvan op hunne wijze te profi- teeren. Waar het gehalte van coffeïne in de verschil lende kofflesoorten zeer uiteenloopt (van 1 tot 2 pCt). waar de samenstelling der in den handel zijnde melanges sterk uiteenloopt en ook de wijze van het zetten zeer verschillend is, kan omtrent het gehalte van coffeïne, op een kop koffie berekend elk ge- wenscht rekensommetje worden opgemaakt. Ook ten opzichte van de maximaal dosis coffeïne» welke een mensch zonder schade voor de gezond heid kan verdragen, loopen de meeningen uiteen. Verkeerd is echter te zeggen, dat de maximaal dosis in de Nederlandsche Pharmacopoea aangegeven door elk gezond mensch zonder schade verdragen kan worden. Het tegendeel is juist het geval, want de maximaal doses in de Nederlandsche Pharma copoea aangegeven, zijn therapeutische dosen, die in de meeste gevallen schadelijke gevo'gen voor gezonde menschen zullen hebben. Pharmacopoea geeft voor coffeïne als maximaal dosis 1 gram, voor opium b.v. 400 m.Gr. aan. Het zou een groot nadeel voor elk gezond mensch zijn, indien deze dagelijks 400 gram opium of 1 gram coffeïne zou gebruiken, omdat Geneesheeren dit kwantum hun zieken in speciale gevallen wel eens toedienen. De uitwerking van genotvergiften op het men- schelijk organisme is in hetalgemeen zeer individueel K. B. Lehmann, Professor aan de Universiteit te Wiirzburg, schrijft na uitgebreide onderzoekingen hierover als volgt Het komt ook veel aan op de individueele gevoeligheid tegenover coffeïne. Het is bekend, dat reeds koffie met 1/10 gram of 1/15 gram coffeïne slapeloosheid, hartkloppingen, conges ties enz. kan veroorzaken. De gevoeligheid is afhankelijk van de persoonlijke constitutie, van wenning, van den momenteelen toestand der stofwisseling en het centrale zenuwstelsel." Wat is nu wel de waarheid over coffeïne? Er zijn door bekende Professoren der geneeskunde zeer uitgebreide onderzoekingen gedaan en de resultaten daarvan zijn vastgelegd in verschillende studies, waarvan hier eenige uittreksels. DOOR COFFEïNE VEROORZAAKTE SLAPELOOSHEID. NA GEBRUIK VAN ai GRAM COFFEÏNE De bewegingen van den hond worden van een lossen bodem overgebracht op de activiteitsmeter, die deze bewegingen dan in curven gedurende den nacht registreert. Curve 2 toont, vergeleken bij curve 1 (normaal) door zeer sterke uitslagen dui delijk aan, hoe groot de nachtelijke onrust na ge bruik van 0,1 gram coffeïne was. NADEELIGEN INVLOED VAN COFFEïNE OP DEN BLOEDSOMLOOP. j JZooveel kracht moet het hark besteden om deze hoeveelbeid bloed te doen circuleer en voor COFFEÏNE <2ooueel meer kracht moet het Aar! besteden om deze kleinere hoeveelheid bloed te doen circuleeren 7coffeïne\ Coffeïne oefent op de meeste zenuwcentra een prikkelenden invloed uit. Het gevolg is een ver nauwing van de vaten. Wegens deze vernauwing moet het hart meer kracht besteden om den weer stand te overwinnen en de normale hoeveelheid bloed in circulatie te houden. Het hart moest veel sneller kloppen, om het bloed, door de vaten te persen. Uit dezen toestand vloeien volgende na- deelen voort 1. onregelmatige werking van het hart, 2. mindere prestatie van het hart, trots grootere inspanning, 3. vervroegde verslapping der hartspieren en ver hoogd vermoeidheidsgevoel. ONREGELMATIGHEID VAN DE HARTFUNCTIES DOOR COFFEïNE. Normale pols vóór gebruik van koffie. Het toestel voor het registreeren van de pols slagen zou de kleinste afwijking in deze curve hebben aangetoond, als deze had bestaan. Dezelfde proefpersoon krijgt daarna 2 koppen gewone koffie met het resnltaat, dat de pols, zooals de curve aantoont, onregelmatig werd. Na coffeïnevrije koffie HAG door dezelfde proef persoon gebruikt, blijft de pols volkomen normaal. Op dezen feiten ten overvloede nog gestaafd door de practische ondervinding van duizenden Genees heeren en millioenen verbruikers, baseeren de hygiënische waarde en de algemeene voordeelen van koffie HAQ, welke niet weg te cijferen zijn. Eisma's Boekhandel De Rijp

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Rijper Nieuws- en Advertentieblad | 1927 | | pagina 4