toenemend succes ($an af ons ©ruft* en QBtnb* werft mvtf be^efffce goefce ^oroj hdWb. LAAT UW DRUKWERK-ORDERS DOOR ONS VERZORGEN. U ZULT NIET TELEURGESTELD WORDEN. Tï3tj jtjn nteffcuur! DRUKKERIJ G. J. HOOGCARSPEL - DE RIJP regelmatig adverteert, Het geïnuneerde land in het Ambtsgebied Noord-Holland Nu er al heel wat land weer boven water is en er steeds meer wordt droog gemalen, komt de vraag naar voren wat nu verder te doen staat. Allereerst moet men er op be dacht zijn, dat er hier en daar inundatie-water is gebezigd, waar in wat keukenzout voorkwam. Het grootste gedeelte van het geïnundeerde gebied was over stroomd met nagenoeg zoet water. De door ons reeds onderzoch te watermonsters geven het vol gende beeld. CQ ft ft ft ft ft «2 s c e R cc *2 *- C oj 3 O. r s c c e I lO \n ei ÖJ3 g O c ra W 2 W »Q iï M E C Q. OJ O) H3 (JJ JJ_ u O O) O) i-i CQ CQ PJ N P Bovenstaande gehalten doen verwachten, dat de zoutconcen- tratle in het bodemvocht niet zo ongunstig zal zijn als bijvoor beeld het geval was na de over stroomingen van 1916. Echter valt hierover niets po sitiefs te zeggen, zolang geen monsters op concentratie van zout in het bodemvocht zijn onderzocht. Met dit laatste onderzoek is inmiddels een begin gemaakt, dank zij de welwillende mede werking van het laboratorium voor grondonderzoek te Medem- blik. De droge periode, welke wij nu beleven, is niet gunstig voor een behoud van een goede struc tuur van het land, vooral niet waar het inundatiewater enig zout bevat. Dit is dus het geval in Breezand, Koegras en Wijker- meer. Een flinke regenval zal deze gebieden zeker ten goede komen. Regen kunnen we niet op be stelling krijgen. Waar mogelijk, is te denken aan infiltratie met zoet water. Dit is dan bedoeld om te voorkomen dat er zout uit de ondergrond omhoog komt als restant van ver dampend water. Zodra de zoutconcentratie van het bodemvocht bekend is, kan met meer zekerheid gezegd wor den wat men moet doen en la ten I Een eerste eis is momenteel dat men het water in de geïnun deerde gebieden flink diep laat weg Iaat haien. Vervolgens Is het zaak de bodem goed te laten opdrogen alvorens er eenige bewerking op toe te passen. Is het land eenmaal goed droog dan moet men op grasland de ontstane viltlaag los maken met de ketting-egge en op bouwland slechts lichte grondbewerking toepassen. Teneinde de groei te bevor deren moet men liefst wat extra stikstof geven. Als maatstaf noem ik voor gras land 2-300 kg kalkammonsalpeter of zwavelzure ammoniak per h.a. De geïnundeerde aardappelen zijn, ook onder zoet water, ver loren, een gevolg van verstikking. Bieten komen in het algemeen nog goed te voorschijn indien de inundatie niet te lang heeft ge duurd. Men vraagt zich zeker af wel ke gewassen nog zijn te verbou wen! Indien men er om denkt de reeds gegeven wenken in acht te nemen kunnen met een redelijke kans op succes op vrijwel zout loos land nog geteeld worden voederbieten, diverse koolsoorten, bruine boonen, korrelmais, late aardappelen, mergkool en stop pelknollen. Mergkool vraagt dan nu de aanleg van een plantenbaan. Over 6-8 weken kan men dan met goed resultaat dit gewas gaan planten. Waar enig zout in de grond is gekomen is het nodig te zor gen dat in de komende jaren de structuur van het land weer goed wordt. Daar verdient de teelt van rode klaver alle aanbeveling. Men kan dan nog dit jaar een snede klaverhooi telen en heeft het volgend jaar weer bruikbaar land. De teelt van haver voor groen voer evenals de teelt van mais voor dit doel verdient alle aan beveling. Wie nog kan beschik ken over wat Westerwolds raai- gras kan daarmede ook voeder winnen in de vorm van grashooi. Alvorens men echter iets gaat uitzaaien, moet beslist worden afgewacht tot het land goed droog isl daarna licht en oppervlakkig bewerken en dan pas gaan zaaien. Wie nog niet precies weet of zijn land kans maakt op verzou ting wachte nog op volgende mededeeling met de cijfers be treffende zoutconcentratie in het bodemvocht. De meest verdachte gebieden I voor zoutschade zijn allereerst Koegras, dan de Wijkermeer en misschien iets in Breezand. In deze 3 streken zij men nog even voorzichtig met uitzaai van bruine bonen. Indien onze cijfers bekend zijn, is er nog tijd genoeg dit gewas te zaaien. De Rljkslandbouwcon- sulent vobr Noord- Holland te Schagen. Bet iikuilei ras aardappelen Vervolg en slot Op grond van dezen prijs is de waarde van aardappe len per 100 kg. plm. f 2. Wan neer een veehouder f 2 per 100 kg voor aardappelen zou betalen, zou hij een te duur voer aanschaf fen in vergelijking met kracht voer, omdat de aardappelen moe ten worden ingekuild, waarbij verliezen in voederwaarde op treden. Wanneer wij deze ver liezen in voedingswaarde eens taxeeren op 20 pCt. (royaal) dan zou 'n veehouder dus niet meer dan f 160 per 100 kg. aardappe len moeten betalen, in vergelij king met krachtvoer. Wanneer wij dan bovendien rekening hou den met de kosten van het maken van de kuil, het eventueel snij den der aardappelen, het vullen en afdekken van de kuil en wij taxeeren deze kosten eens op 10 cent per 100 kg., dan is dus de maximale prijs welke in verge lijking met krachtvoer aardappe len betaald kan worden plm. f 1.50. per 100 kg. Is de prijs dus lager dan f 1.50 per 100 kg. dan begint het dus goedkoop voer te worden. Thans het een en ander over het inkuilen. Aardappelen als eiwit arm voedermiddel laten zich zeer goed inkuilen, zonder al te groote ver liezen in een gewonen kuil, zoo als men dat met gras doet. Wat de oppervlakte betreft, per 1000 a 1200 kg op een 1 m2, bij 60 cm diepte. Wanneer men dan voorts weef, dat een ronde kuil van 2 m in middellijn een oppervlakte heeft van 3 m2, een van 3 m middel lijn van 7 ma, een van 4 m mid- dell. van 13 en een van 5 m middell. 20 m2, kan een ieder in verband met het in te kuilen kwamtum de oppervlakte gemakkelijk zelf bepalen. Voor een wagon aardap pelen van 10.000 kg. is dus een kuil noodig met een oppervlakte van 8 a 10 m2 of bij een ronde kuil een middellijn van plm.31/» m. De diepte van de kuil in de grond is natuurlijk afhankelijk MARKT PURMEREND Kleine Boerenkaas f 0.f 21.00 Volvette kaas met Rjjksmerk f Boter f 1,58—El.65 Kippeneieren f 3.40.f 3.80 Eendeneieren f 0. Vette koeien f 0.88—f 0.96 p. K.g. Vette varkens f 0.66—f 0.69 p. K.g. COOP. CENTRALE EIER VEILING PURMEREND tt.A. Aanvoer Prijs Eendeneieren f 0. f 0.— 70000 Kippeneieren f 3.f 4. KAASBEURS Dinsdag 21 Mei 1940. Op de gehouden gemeentelijke kaasbeurs werden verhandeld 22 partijen, wegende plm. 04.000 K.O. Hoogste prijs f 20.— per 100 pond van de hoogste grondwaterstand. Men kan de aardappelen heel in kuilen, maar het spreekt vanzelf, dat het snijden via een bieten snijder aanbeveling verdient, om dat men de lucht uit gesneden aardappelen gemakkelijker ver drijft. Snijdt men ze niet, dan is het laagsgewijs goed stuksteken aanstampen zeker aan te bevelen. Bodem en wanden van de kuil moet men goed glad strijken. Voor de zuiverheid is het aan te bevelen, de aardappelen boven zoowel als aan de kanten te be dekken met een dun laagje stroo. Voor de kanten kan men ook planken of bordpapier van koekendoozen, of kunstmestzak- ken gebruiken. Men gebruike geen afval als bijv. overgebleven schim melig kuilgras. Voor de afvoer van hel perssap zal men de bo dem iets bol moeten maken. Als het mogelijk is moet men het perssap verzamelen, omdat de bemestingswaarde niet voor goede gier schijnt onder te doen (dit vocht is ongeschikt voorhetvee) verdund over het land te ver spreiden. Door de bodem met een laagje riet of takken te be dekken in de richting van de hel ling, krijgt men een goede drai neering. Bij het vullen van de kuil laagsgewijs stuk steken en aanstampen. Is de kuil gevuld, na bedekking met een dun laagje stroo, dan brengt men de grondbe lasting aan (80-100 cm.). Men zorge er voor de kuil iets boi van vorm te houden voor het afvoe ren van 't regenwater. Ontstane scheuren na droogte direct dichten. Waken tegen inregenen. De kuil na bezakking geheel met grond te bedekken. Aardappelen be stemd voor melkvee kan men rauw, inkuilen, zijn ze bestemd, voor mestvee of mestvarkens, zoo is voorafgaand koken of stoo- men en daarna inkuilen veel be ier zoo niet noodzakelijk. Door het inkuilen loopt het vochtgehalte tot op de helft terug, zoodat de voedingswaarde 2 x zoo hoog is ais van rauwe. Bij het voeren moet men hiermede rekening houden. Over de wijze van voe ren worden op verzoek gaarne adviezen verstrekt. De Rijksveeteelt-consulent Ir. L. de Vries Wie ban op rebenen Vraagt onze tarieven.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Rijper Nieuws- en Advertentieblad | 1940 | | pagina 4