DUITSCHLAND.
Weenen 30 Junij. De nieuwe opperrabijn te Krakau
heeft aan de jeugdige vrouwen zijner gemeente verboden
crinolines te dragen, terwijl zij met dit kleedingstuk niet tot
de godsdienstoefening in de kerk zullen worden toegelaten.
Berlijn, 4 Julij. Uit Desseldorp wordt gemeld, dat een
bediende der koninklijke bank aldaar plotseling is verdwe
nen, na gisteren ochtend voor die inrigting een gezamelijk
bedrag van 113,500 thaler te hebben ontvangen, 's Namid
dags ten 0 ure was hij nog niet teruggekeerd, en had men
ook op de per telegraaph gedaue navraag itaar hem niets
vernomen. Dit voorval heeft algemeen verrast, daar bedoelde
persoon voor ren zeer eerlijk man werd gehouden.
Prailkfort30 Junij. Uit Mainz wordt gemeld, dat een
geneesheer aldaar, de heer Confeld; dezer dagen toevallig tot
de ontdekking is gekomen, dat een zijner patiënten het hart
op de verkeerde plaats heeft, altijd in physieken zin, name
lijk onder de regterborst. Dit als zoodanig zeer zeldzaam
verschijnsel heeft vele geleerden bewogeu, den patiënt eeu be
zoek te brengen.
BELGIË.
Bl'U33el5 Julij. Voor eenige dagen heeft in de kolen-
De kransviiider.
SPANJE.
Madrid, 4 Julij. Te Loja is eene insurrectie uitgebroken,
welke echter geheel op zich zelve staat. De troepen omsin
gelen de stad; de insurgenten roepen: »Leve dc republiek
Dood aan den paus
RUSLAND.
Warschau 4 Julij. Alhier hebben op nieuw volksde-
monstratiën plaats gehad, en wel op de apenbare plaatsen,
bekend onder den naam van Saksischen en Krasynkischen
tuin. Er zijn strenge repressieve maatregeleu genomen. De
stemming der bevolking; zoowel in de hoofdstad als in de
provinciën is eeue zeer opgewoudene.
AMERIKA.
New-York, 19 Junij De boodschap van den president
Lincoln aan het congres, dat den 4den Julij wordt geopend,
was bijna gereed. Volgens den New-York Tribune zullen
daarin zeer krachtige maatregelen worden voorgesteld, opdat
de oorlog voorden aanstaanden winter kan worden ten ein
de gebragt. De president zal o. a. voorstellen eene leening
van 200 millioen dollars te sluiten en 500,000 man onder
de wapenen te roepen.
It I j\ i: I\ L A IV 1>.
Schagen, 10 Julij 1861.
sexe bezat. Verder wilde zij zicb niet nan den eondnetenr en
den gendarme, die liet eerste proces-verbaal opmaakten, uit
laten. Er werd dadelijk naar alle stations getelegrapheerd,
doeli de oude mannelijke dame was nergens te vinden. Alle
lioop scheen verloren om hem op te sporen, toen men
dezer dagen in een der badhuizen, die alleen voor dames in-
gerigt zijn, een heer in hechtenis nam, die daar, als een
nieuwe Acteon, zijner nieuwsgierigheid wilde voldoening ge
ven. Men had dadelijk vermoeden, dat hij dezelve persoon
was nis de onde spoorwegreizigsttr en dat vermoeden werd
ook bewanrheid, toen hij nan de jonge dame vertoond werd.
Zeker blad verhaalt de volgende anecdote: Een jonge
ling stond in de zaal der tentoonstelling van schildereijen
te Parijs het portret van Prins Napoleon te begluren en
riep uit: Welk een lummel (flandritr) Een oppasser hoort
den uitroep en spitst het oor. i/Welk een mooije lummel"!
hernam de bezoeker. De oppasser is verontwaardigd en wordt
rood als een kalkoensche haan. //Welk een groote lummel"!
herneemt de jongeling even bedaard. //Wacht roept de op
passer verwoed ge beleedigt zijne keizerlijke hoogheid
en zoo ge nog eeu woord durft zeggen laat ik je vatten"
De jongeling slaat een verachtende blik op den map, zeg
gende: Wilt gij mij beletten te zeggen dat 't een groote lum
mel is? welnu, laat mij in hechtenis nemen en ik zal voor
al de regtbanken ter wereld staande houden dat het de groot
ste lummel van dit jaar is. En op de schilderij de handteekc-
ning van den schilder wijzende, riep hij: //ziet gij dan niet,
ezel, dat onze groote kunstenaar Elandrin dit portret ge
schilderd heeft?" liet schatterend gelach der omstanders
deed den ongelukkigen oppasser het hazenpad kiezen.
3 Julij. De jagers der garde in Ilannover zijn dezer
dagen voor liet eerst van een Zouavenmuts naar Eransch
model voorzien. Naar men meldt, zal dit monteringstuk
bij de gehccle llannoversche armee ingevoerd worden.
Uit het leven van een velend.
(Vervolg en Slot.)
Ik had eigenlijk geen bepaald doelen daarom had ik spoe
dig een besluit genomen. Wagen en vei lies aan den, op hel
onschuldige driespan origineel russisch, vloekenden koetsier ter
verdere bezorging overlatende, begaf ik mij welgemoed op
weg. Ik was reeds een half uur langs den oever voortge-
loopendoch had nog volstrekt geene brug of iets dat er
naar geleek bespeurd. Daar overviel mij op eenmaal ik
weet zelf niet hoe een eigenaardig bangmij anders ge
heel vreemd voorgevoel; nu nog, kan ik het voor niet anders
verklaren, dan eeue soort van leedgevoel over de eenzaam
heid in onbewoonde vreemde laudenwaarin ik mij bevond.
Wat toch mijnen toestand betreft, deze bragt daar zeer veel
aan toe. Twee honderd mijlen van mijne geboorteplaats ver
wijderd, liep ik midden in den nacht eenzaam en alleen op
wild vreemde paden en een mij onbekend doel te gemoet.
En eenmaal op de plaats mijner bestemming aangekomen, wat
kon ik dan nog verwachten Geen enkele vriendelijke wel-
komsgroet, geene warme vriendschappelijke handdrukniet het
kleinste, kleinste teeken van liefde, geen geene! Een
diepe smartelijke blik liet ik glijden over de golven van den
vloed, die woest schuimende daarheen rolde, daar
wat was het? Neen, waarachtig, een lichtglans op de
golven, een drijvende bloemenkrans Een bloemenkrans met
mijnen Belle- Vuo, Balsienx, Dour en Phulin, nabij Bergen,
ccne schrikkelijke ontploffing plaats gehad, waardoor 50,
volgens sommige berigten 200 werklieden onder de aardmas-
sa bedolven werden. Reeds zijn er 10 lijken opgehaald, en
men vreest, dat al de daarin aanwezige werklieden door deze
ramp den dood hebben gevonden.
Door de oorlogschepen der Unie zijn elf schepen van
het Zuiden, met mond- en krijgsbehoeften voor de separa
tisten beladen, genomen.
In de vorige week brak te Nieuwediep omstreeks s'nachts
ten 1 uur een hevige brand uit, die in weinig tijds ren buis
in de asch legde. Zoo niet een kind ten gevolge van den stik -
damp, de ouders had wakker geschreeuwd, waren welligt
allen in de vlammen omgekomen.
Per liet schip Zaanstroom, kapt. Schaap, te Nieuwe
diep, zeilklaar liggende, zullen weder 60 passagiers liet va
derland verlaten, om zich in de Kaapkolonie te vestigen.
De Hollandsclie maatschappij van landbouw zal te
Alkmaar eene algeineeue tentoonstelling van vee, zuivel,
tuinvruchten en bloemen houden van 11 tot en met 15 Sept.
c. k.
Door bet Departement var. Oorlog is met de directie
der stoouibooldienst van Amsterdam langs Zaandam en Alk
maar eene overeenkomst aangegaan, tot vervoer van militairen
langs die rou^e tot Nieuwediep en omgek eerd.
Even rfts de hoogleeraar Leverrier te Parijs, hebben
thans ook de heereti tlind, te Londen, en Heis, te Munster,
verzekerd, dat de tegenwoordige komeet niet die is van
keizer Karei V (1556).
drie lichten versierd, in een vreerad land, te middernacht, mij
te gemoet drijvende een wonderlijk, onverklaarblaar, raad
selachtig liefdesteekenWas het waarheid of verbeelding van
mijne opgewondene zinnen Neen het was werkelijkheid. De
drijvende kransdreef juistdoor tegenstroom van den vloed
zoo digt aan deze zijde van den oever, dat het mij gemak
kelijk viel, hem met een stok er uit te visschen. Als door
eene zoete hetoovering bedwelmd, stond ik zoolang, den krans
in de linkerhand triumpherend vooruit houdende, tot de
drie lichtjes verbrand waren, vervolgens blikte ik nogmaals
half reikhalsend, half droomerig in den vloed, even als moest
mij van daar eene nog zoetere boodschap toekomen. Doch
om Godswil, wat was daar nu weder! Een witte arm, boven
de golven uitstekende, een menschen arm, en een menschen
hoofd, een doodelijk bleek vrouwengelaat, met lange neder-
hangende haarlokken. Daar gold geene bedenkingen. In een
oogwenk bad ik hoed en rok afgeworpen en mij met groote
haast in den ijskouden vloed gestort. Drie, vier krachtige
slagen bragten mij, de geoefende zwemmer, in het midden
van den stroom. Ik greep naar de lange haarvlokkendie
juist weder boven de golveo uitkwamen vatte ze aan en
na twee doodelijk lange minutenhad ik met mijnen nood-
lottigen last gelukkig den oever weder bereikt. Zalige, en
toch wreede aanblik Ik hield in mijne armen, door het hel
dere maanlicht beschenen, het schoonste vrouwenbeeld, dat ik
in mijn leven gezien had, bleek en koud als marmer. Ik had
een lijk gered. Alle middelen tot het in het leven terugroe
pen die door tijd en plaats zeer beperkt waren en de een-
