Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad.
12 NQYII11EL
Zevende Jaargang.
A«.
BROODZETTING.
M 320.
GEMEENTE AFKONDIGINGEN.
1S13.
SCHAGER COURANTI
abonnementsprijs voor drie maanden:
Voor Schagenƒ1.00.
franco per post door het geheele Rijk. „1.15.
Afzonderlijke Couranten0.10.
Verschijnt iederen Donderdagmorgen.
s=5A
i Stet
i1 I M 11
UITGrEVER IP. J". O. DIDERICH.
PRIJS DER ADVERTENTlëN
Van een tot vijf regelsf 0.75.
Iedere regel meerder0.15.
De 35 cents zegelrecht niet medegerekend.
Groote letters naar de ruimte die zij beslaan.
BRIEVEN PEANOO.
De Burgemeester der gemeente Schagen
als daartoe door den Raad uitgenoodigd
brengt ter kennis van de Ingezetenen
Dat, ter herinnering aan de heugelijke om
mekeer van zaken in November 1813, van
wege de gemeente op Dingsdag17 Novem
ber aanstaande, op luisterlijke wijze, het 50
jarig jubilé van de verlossing van ons dierbaar
Vaderland uit de Fransche overheersching en
deszelfs herstel als vrije en onafhankelijke
staat, zoo door het uitsteken van nationale
vlaggen als het illumineren van het Raadhuis,
zal worden gevierd.
En noodigt mitsdien alle Ingezetenen uit
op dien dagde feestvreugde te helpen
verhoogen, door zooveel in hun vermogen is
het door het Gemeentebestuur gegeven voor
beeld te volgen.
Schagen, den 3 November 1863.
De Burgemeester voornoemd,
II. R. DE MEER.
Ingaande Maandag den 9 November 1863.
Maximum van den prijs waarnaar hef brood,
binnen de Gemeeute Schagen mag worden ver
kocht.
Tarwebrood, 1p. soort per IN. ft. 21
et; 7$ N. Onc. 16 ct; 5 N. Ouc. 10$; 2*
N. Onc. 0">$ ct.
Tarwebrood, 2e. soort per 1 N. ft. 17$
ct; 7N. Onc. 13$ ct; 5 N. Ouc. 09$; 2$
N. Ouc. 05 ct.
Tarwebrood, 3e. soort, per 1 N. ft: 14
ct; 7$ N. Onc. 10$ ct; b N. Ouc. 07 ct; 2$.
N. Ouc. 03$ ct.
Roggebrood, per 3 N. ft. 30 ct; 1 N.
ft. 15 ct; 7$ N. Onc, 07$.
Aldus vastgesteld door Burgemeester en
o
U ethouders van Schagen, den 7 Nov. 1863.
H. R. de MEER, Burgemeester
A. J. VAN CANTFORT, Secretaris
Wanneer men geen vreemdeling is in de
letterkunde onzes land en in die onzer nabu
ren, de Duitsehersdan herinneren wij ons
met genoegenhoe we in onzen vroegeren
leeftijd dweepten met een der schoonste voort
brengselen van Rellstabb's lettervruchten, ook
op Xederlandschen bodem overgeplant.
Eene behagelijke voorstelling der zaken
alsof we die aanschouwdeneene levendige
schildering der gebeurtenissen, eene waarheid
en zedelijkheid ten grondslag des romans
ziedaar zoo vele kenmerkendie Rellstabb's
1S12 geliefd doen zijn bij landgenoot en
nabuur
Wat ons thans voor den geest staatis de
gesteendrukte titel des boeks: daarop vinden
we niets te zien dan de titelopgave, geen
vignet, het een of ander hoofdmoment uit de
geschiedenis van dien tijd maar bovenaan, als
hoofdtitel, als kenmerkend ouderscheidend, eene
donkere wolk, door schitterende bliksemstra
len verlicht, en op den zwarten grond dier
wolk, in vurig cijferschrift, 1812.
Zie, Lezer! wij weten niet welke staatkun
dige geloofsbelijdenis gij zijt toegedaan't is
ons onbekend, of, als u noemend antirevolu
tionair, gij de staatkunde vermengt met de
godsdienst, het heilige met het profane, of ge
de godsdienst de staatkunde doet volgen, dan
wel of uwe staatkunde een gevolg is van uw
godsdienstig leven en dan uw geheele denken
ontaardt in eene valsche historische voorstel
ling. 't Is ons onbekend, of gij, wars van
het monarchaal beginsel, alle heil verwacht van
de zegeningen eener eenige en ondeelbare re
publiek. Wij weten niet of gij tot de weini
gen behoort, wier ideaal van regeringsvorm
zich uitspreekt in den wensch naar een een
hoofdig absoluut vorstelijk bestuurdat zich
beroemt de vertegenwoordigerja, de plaats
vervanger der godheid op aarde te ziju en dus
alleen aan eene hoogere macht rekenschap ver
schuldigd is.
Dat alles, wij weten het niet.
Maar dit weten wij, dat u hier beneden een
vaderland gegeven is, dat recht heeft op uwe
liefde, dat eischen heeft op uwe dankbaarheid
dat de meester is over al uwe levenskrachten,
en vermogens.
Is het eene waarheid, dat Nederland en
Oranje één zijn, onafscheidelijk één; dat de
ramp van het eene ook de ramp van het
andere is; dan wordt de cisch om liefde tot
uw vaderland nog dringenderde zucht tot
eendracht tusschen die beiden tot wet.
Wij zagen boven het cijfer 1812 door blik
semstralen omringd en wij schreven aan 't
hoofd van dit opstel 1813. Mij deden dat
met opzet, om onze Lezers te bepalen bij den
nacht en den morgen van ons vernieuwd volk-
bestaan, om ze te wijzen op de dagen, die
aangebroken zijn, als de herinnering van 50
jaren uitsprekende.
Mij zetteden voorop, Lezer! dat we niet
wetenwelke staatkundige geloofsbelijdenis
door u wordt beledenwij deden datomdat
wij meenen, dat deze belijdenis geen invloed
mag maken op uwe vaderlandsliefde; maar wij
deden dat tevensom van onze zijde eene
poging tot opwekking te doen voor den aan
staanden gedenkdag; om u in dezen aan te
manen tot vrede en eendracht.
Onze overtuiging is en blijft het, dat Ne
derland en Oranje, wanneer beiden of de
een van den ander zich niet moedwillig
afscheiden, één belang, één bestaan hebben, en
in de gegeven omstandigheden der historische
feiten en herinneringen niet gescheiden kunnen
worden.
Veroorloven we ons eenen terugblik op de
geschiedenis, dan zien we eene Republiek met
een constitutioneel Vorst aan het hoofdals
uitvoerende macht in den Staat: wie aan op
permacht of streveu naar oppermacht denkt,
doet de geschiedenis geweld aan. Het opdra
gen der gravenkroon aan den eersten Willem
is meer eene gedachte geweest van enkelen,
dan wel de uiting van den volkswil. Buiten
dien, de Zwijger was populair genoeg, om zich
onmiddelijk na den opstand die kroou zelve
op de slapen te drukken, maar juist die po
pulariteit, zijne wijze staatkunde weerhielden
hem, en wij zien de latere Oranje-Vorsten
optreden, zoo als zij waren, Stad- of Stede
houders: Stedehouders voor de Republiek,
dragers harer waardigheid, harer souvereiniteit
en deze waardigheid van Stadhouder, niet de
waardigheid van heerscher, werd later erfelijk,
alzoo den weg bereidende tot den constitutio-
nelen troon.
M'ij zouden liefst die Stadhouders vergelij
ken met de Israëlitieche Rechters, uitvoerders
van het bewind eener, zij het toen ook theo
cratische, Republiek, waarmede hun op- en
aftreden, gelijk ook de nooden en uitreddingen
der Republiek vele puuten van overeenkomst
hadden.
Opmerkelijk is het, dat de Germaansche
stammen voor hunne oorlogen en onderhande
lingen zich heitvoerders, hertogen (den heirtocht
leidende) kozen
M'illem I, de eerste Nederlandsche consti
tutionele Koning, kende, toen hij de verklaring
aflegde, om zonder constitutie niet te willen
regeren, beter den volksaard en de geschiede
nis, dan de weinige, nog in onzen tijd be
staande partijmannen, die'plus Orangist es
que le Prince", aan autocratie, als beeld der
theocratie, dachten. Willem I offerde de hem
in een enthousiastisch oogenblik opgedragen
souvereiniteit op omvolgens zijn eigen
wensch en wil, grondwettig Vorst te worden.
't Is waar, later zien we die grondwet in
de schaduw en de alleenheersching in het
volle licht, doch de schuld daarvan ligt bij
Vorst en Volk evenzeer.
Wiixem wilde en meende alles te kunnen;
in den beginne vertrouwde 'tvolk hem alles
toe; 'tgiug van kwaad tot erger; het kwaad
(want ktcaad was dat inconstitutioneel regeren
werd ingeworteld en, hoe men M'illem ook
beoordeele, naauwelijks zag hij, dat hij niet
meer paste in het raderwerk des bestuur»
veel min dat hij daarvan later de hoofdveer
kon zijnof hij legde kroon en schepter ne
der, om ze, 'tzijn zijne eigene woorden, in
jeugdiger en krachtiges handen over te geven.
M'illem's begin was goed, M'illem's midden
was slecht, Willem's einde dat midden
waardig
Wij moeten ons, om eenen nieuwen term te
gebruikenhierbij nederleggenen de geschie-