MMMMM
Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad.
M DECEMBER.
A°. 1863.
X 327. Zevende Jaargang.
De Staatkunde van Napoleon
III ten aanzien van liet
inwendig bestuur.
GEMEENTE AFKONDIGINGEN.
HERINNERING.
J AGT.
Gezien het besluit van Gedeputeerde Staten
SCHAGER COURANT.
fei
ABONNEMENTSPRIJS VOOR DRIE MAANDEN:
Voor Schagenƒ1.00.
Franco per post door het geheele Rijk. „1.15.
Afzonderlijke Couranten0.10.
Verschijnt iederen Donderdagmorgen.
TJITGrEVER ZP. J". O. DIDERICH.
PRIJS DER ADVERTENTlëN
Van een tot vijf regels/"0.75.
Iedere regel meerderm 0.15.
De 85 cents zegelrecht niet medegerekend.
Groote letters naar de ruimte die zij beslaan.
BRIEVEN IFZEb^IsrCO.
Tlurgemeester en Wethouders der gemeente
Schajen,
Brengen bij deze ter algemeens kennis, dat
liet zoogenaamde Nieuwjaarswenschen aan de
Huizen der Ingezetenen in deze gemeente
alleenlijk zal mogen plaats hebben op Don
derdag den 31 sten December 1863, niet later
dan tot des voormiddags ten 11 ure van
dien dag.
Dat allen, die na dien tijd, tot dat einde
aan de buizen rondgaan, als bedelaars beschouwd
en behandeld zullen worden.
Dat dit Nieuwejaarwenschen binnen den
omtrek der gemeente Schagen bij uitsluiting
aan de ingezetenen dezer gemeente toegestaan
wordt.
Dat de Ingezetenen van naburige gemeenten
aan de grenzen van Schagen zullen worden
afgewezen en belet om hier, aan de huizen
rond te gaan.
En, dat wederkeerig ook in naburige ge
meenten bet Nieuwejaarwenschen aan ingezete
nen van Schagen teu allerstrengste verboden
wordt.
Schagen den 28 December 1863.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
lie Burgemeester
II. K. DE MEÊR,
Be Secretaris
A. J. VAN CANTFORT.
De Burgemeester van Schagen
Herinnert, bij gelegenheid van het in te
treden Nieuwejaar, de Ingezetenen, zijner Ge
meente aan de bepaling van art. 157 van het
policie—reglement dezer Gemeente luidende
onder anderen als volgt
»Het afschieten van geweren of pistolen
binnen de kom der gemeeute, is verboden op
eene boete van één gulden.
En dat deze bepaling zouder oogluiking zal
worden gehandhaafd.
Schagen, den 28 December 1863.
l)e Burgemeester voornoemd,
II. R. DE MEER
Burgemeester en Wethouders van Schagen,
verwittigen nogmaals de Ingezetenen dat art.
7 der verordening tot regeling van het lager
onderwijs binnen deze gemeente, luidt als
volgt
eNoor de leerlingen der hoogste klasse zijn
de schooluren bepaald het geheele jaar door
des 's morgens van 9 tot 1 i en des namid
dags van 1 tot 3 en van 4 tot 6 ure,"
Aldns, ten tweede male, afgekondigd den 80
December 1863.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
H. R. de MEER, Burgemeester
A. J. VAN CANTFORT, Secretaris
De Commissaris des KoDiogs in de pro
vincie Noord-Holland
dier provincie dd. 9 December 1863 no. 4;
Gelet op art. 11 der wet van 13 Junij
1857 (Staatsblad No. 87)
Brengt ter kennis van belanghebbenden dat
de sluiting van de jagt op klein toild in
Noord-Hollandvoor dit jaar is bepaald op
Donderdag den 31 December en brengt tevens
in herinnering dat dus op grond van het
bepaalde bij bet eerste lid van art. 27 der
aangehaalde wet het verkoopen te koop uit
stallen en vervoeren van klein wilduiterlijk
tot en met den 14 Januarij 1864 zal mogen
plaats hebben.
En zal dit besluit in het Provinciaal blad
worden geplaatst en iu de Gemeeuten van
Noord-Holland wordeu aangeplakt.
llaarlem, 11 December 1863.
De Commissaris des Konings voornoemd,
RöELL.
De onlangs plaats gehad hebbende en in
eenen liberalen geest uitgevallen verkiezingen
in Frankrijk, hebben weder de algemeene aan
dacht doen vestigen op het inwendig bestuur
van den tegenwoordigen keizer.
Yelen meenen in den uitslag dier verkiezin
gen een voorbode van den val des tegenwoor
digen regeringstelsels te moeten aanschouwen
en ofschoon wij de toekomst voor het keizerrijk
wel niet zoo dreigend gelooven, erkennen wij
toch dat er veel is, hetwelk aanwijst, dat de
dagen van den grootsten bloei des keizerrijks
voorbij zijn.
Wel zal iedere onpartijdige moeten erkennen,
dat sinds den oorlog met Oostenrijk, het bin-
nenlandsch bestuur in Frankrijk veel zachter,
humaner en liberaler is gewordendat de
handelswetgeving er van veel vrijzinniger begin
sels is doordrongendat aan de volksvertegen
woordiging een belangrijker deel in de regering
is toevertrouwd, ja! dat zelfs, al is het in ge
ringe mate, de drukpers iets vrijer is geworden,
zoodat altans zulk een schandaal als de ver
volging tegen de Montalembert, in den laatsten
tijd, niet heeft plaats gehaden ofschoon tot
groote schande voor het liberale Frankrijk de
dispotieke wet tegen de verdachten er blijft
bestaan, zoo is er toch, als wij ons niet bedriegen,
in de laatste 4 jaren geen gebruik van ge
maakt. Het keizerrijk schijnt zich alzoo op
den goeden weg te bevinden. En desniette
min durven wij op zijn voortdurenden bloei,
geen groote hoop stellen. De reden daarvan
is, dat de persoon des keizers niet langer, zoo
als hij vroeger deed, de eenheid van den al-
gemeenen volkswil vertegenwoord-gt; er is eene
scheiding gekomen tusschen den keizer en den
nationalen geest van het Fransche volk. En
een magt als die van Napoleon kan alleen in
wezen blijven zoo lang hij den volkswil achter
3
zich voelt, zoodra die volkswil hem verlaat
moet hij de kroon nederleggen. Men beschul
digt het Fransche volk veeltijds van behebt te
zijn met eenen slaafschen zin, men brandmerkt
het als eene onvergeeflijke laagheid, dat het
tweemalenna van de vrucht der vrijheid
reeds geproefd te hebben, toch heeft kunnen
knielen .aan den voet van eenen dispotieken
troon. Wij gelooven echter ten onregte. Het
Fransche volk heeft een geheel ander begrip
van vrijheid en vrijziningheid als de andere
aan zelf-regering gewone volken. In Engeland
b. v. is de bescherming der persoonlijke vrij
heid dc voornaamste strekking van alle vrijheden
de liabeas corpus acte isals het waredc
zuil, waarop al de reglen der ingezetenen
steunen, daar is de staat ondergeschikt aan
den individu, die staat wordt alleen als goed
beschouwd, zoo lang hij de vrijheid der indivi
duen ongeschonden laat en dienstig blijft voor
hunne ontwikkeling. Maar in Frankrijk wordt
de staat beschouwd als te staan boven den
individu. Waar het belang van den staat
zulks vordertwordt èn het belang èn de vrij
heid van den individu opgeofferd. Die staat
is immers de woordvoerder van den algemeenen
volkswil, en waar deze spreekt moet al het
andere zwijgen. Is die volkswil tevreden met
het dispotismus dan moeten allen, die tot het
volk behooren het ook hunne hulde brengen.
Geen wonder dat het Fransche volkten allen-
tijde, zijn heil heeft gezocht in het bezit van
een eminent hoofd. Want wie kon beter dan
zulk een eminent hoofd, den volkswil vertegen
woordigen en vertolken. Zulk een eminent
hoofd vertegenwoordigt ook beter, dan iets
anders, de eenheid van het Fransche volk en
geen volk, dat ten allentijde het noodzakelijke
dier eenheid zoo zeer heeft ingezien als deze
natie. Die eenheid wasals het warede
orifiamme, waarom zich het geheele Fransche
volk in strijd en gevaren hoopvol schaarde.
De ondervinding trouwens heeft het steeds aan
dat volk kunnen leeren welke eene groote
behoefte het aan die eenheid had. Waar die
eenheid uit het oog werd verloren, daar was
de toestand van het land aller rampzaligst. Zoo
was b. v. het tijdperk van omstreeks 1350
tot 1450.
Ten gevolge van het leenstelsel en de af
scheiding van groote leenen had het koning
schap het vermogen verloren om zich te doen
gelden. Gescheiden van twee zijner schoonste
gewesten Bretagne en Bourgondie, verscheurd
door binnenlandschen oorlogonderdrukt en
vertrapt door gehate vreemdelingen geplunderd
nu eens door edellieden, die zich in roovers
hadden veranderd, dan door landlieden, welk
de gedweeheid van het schaapdie hun den
naam van Jacques lon-iomme had doen ver
dienen eenklaps hadden verwisseld met de
bloeddorst van een tijger, bood Frankrijk een
schouwspel aan zoo ontzettend en jammervol,
dat het nageslacht er zich g en deuk beeld van