GEWONE BEUIGTEN. heertcht ceue aristocratische minderheid over de groote massa des volks; daar is het de wil van den vorstdie het burgerregt regelt, onafhankelijk van de wenschen en behoeften des volkshier regeert het volk zelf mondig als het geworden is door ontwikke ling en geschiedenis. Immer gaan regten aan pligten gepaard en waar het volk van Ne derland in het algemeen en de kiezer in het bijzonder het regt wilverbonden aan de in genomen plaats, daar worde de pligj vervuld, wier uitoefening noodzakelijk is tot handhaving van het regt. En onverstandig is het te noemen, zoo de kiezer zich terugtrekt. Wat waarborgt hem, dat het licht, hetwelk hem beschijnt, niet zal weggenomen worden Trekt hij zich te rug een ander trekt zich niet terug en het veld blijft ruim voor intrige en partijbelang. Wat deze missen aan zedelijke kracht, wordt dikwijls vergoed door hun aanhoudenden toe leg om tc zegevieren. De vrije volksstem ming wordt dan het middel om een vrij volk ongevoeligmaar wettelijk en regtensin de boeijen te klinken van cene partijdie eigen voordeel bouwt op anderer slavernij en als wat God verhoedede onverschilligheid der kiezers ons eens die toekomst brengen moestdan zou het een slechte troost zijn zoo wij de bewustheid haddenons zclven die toekomst te hebben bereid. Wij hebben niet meer dan eene stem maar wij spreken tot velen, Wij rekenen echter niet alleen op den invloed van onze woorden op den kiezers, wij rekenen ook op de me dewerking van het verlichte gedeelte onder hen. Laat ieder het zijne er toe bijbrengenhet gevoelen des volks in dit opzigt te doen ont waken een goed voorbeeld doet ook hier goed volgen maar krachtiger nog zal wer ken het beroep op den kiezer, als het tot hem spreekt van de waarde der onafhankelijke stemdie pligtbelang en vaderlandsliefde van hem eischen. Te Nantes is een brand van petroleum geblnscht door een emmer vloeibare ammonia in den kelder te storten, waar de brand zich ontwikkelde. Dit middel werd door een apo theker aan de hand gegeven. Het had onmid- delijk de verlangde uitwerking en Nar.tes bleef voor een groot gevaar bewaard, daar de brand uitbarstte in een gedeelte der stad, waarin onderscheidene magazijnen van brandbare stof fen gelegen zijn. De eigenaar van een nijverheidsgesticht van Elbeuf, zezt het Journal de Rouen, de Paaschfeesten willende te baat nemen om den ketel zijner stoommachine schoon te maken belastte op Maandag morgen hiermede den vourstoker. Om vier uur namiddag kwam de eigenaar eens zien, en voud het werk half f nederbet bloed stolde in mijne adereDen ik meende in den grond ie zullen wegzinken. Nog eens haalde ik diep adem en terwijl het mij groen en geel voor de oogen begon te worden bief ik mijn buks in de hoogte en legde op bet ondier aaD. Toen ztide op eens eene vrouwen stem tot mij „Gij hebt mij een doodschrik op bet lijf ge jaagd en daarvoor zal ik u eenige oorvijgen geven gelyk gij verdient. En met deze woorden trad een vronwspersooo op mij toeterwijl bet buffel vel achter baar op den grond vielalvorens ik nog wist wat er ge beurde begonnen mijne ooren even als onze oude theeketel des avondste suizen door de ontvangen oorvijzen. Zoo bepaald als ik vroeger aan een spook ge loofd had was ik nu overtuigd dat ik eene ge- apierde vrouw voor mij had. Mijne andere mak kers die van lieverlede nader kwamen sperden hunnen mond van verwondering wijd openzij ergerden zich zoo ik geloofdat het geen spook was. „Nu zei de ik tot de dame terwijl ik baar stevig aangreep om zeker te zijn dat zij vleesch en been had „nu gij geen spook zijt wil ik weten miss Buffalo van waar gij komt, en waar- gedaan en verlaten; de vuurstoker was Diet te zien. Alstoen besloot hij zelf het werk te voltrekken. Na al de zamenvoegsels goed gestopt te hebben, ging hij den ketel weder toe doen en vnur maken om stooin voort te brengen, wanneer door het grootste der toeval len het hem in de gedachte kwam om zich te verzekeren, of de slnitnagels van den sleutel stevig aangezet vraren. Hoe groot was zijne verbazing niet, wanneer hij den vuurstoker in den «ketel vond liggen, volkomen dronken Zon (Ier1 dit onderzoek zou de ongelukkige levend verbralid zijn geworden en zou men slechts zij ne baenderen terng gevonden hebben bij de aanstaande schoonmaking, dat is te zeggen bin nen eene maand of zes weken. Men leest in de Union de Charleroi Eene tijding, waarvan wij de echtheid kunnen waarborgen, was in de vorige week het voorwerp der gesprekken in onze stad. De erfgenamen van Marie-Jozefine Rassart, weduwe in eerste huwelijk van Bertrand ,en in tweede Tilmanne, waren in het sterfhuis ver- eenigd onder het voorzitterschap van den heer vrederegter, in bijwezen van MM. de notaris Delbruyere en den advocaat Chapdren toen M. de kanonik Raool, deken pastoordezer stad, die hoegenaamd niet geroepen was binnen kwam. Gij zijt ongetwijfeld verwonderd, mijnheeren mij hier te zien? zeide de deken. Inderdaadantwoordden verscheidene stemmen. Eh wel, weest gerust, ik kom hier niets eischen, ik ben enkel gelast eene kleiue terug gave te doen/ziehier dezelve. En uit zijnen zak een zorgvuldig toegebonden pakje halende, bood hij het den heer vrede regter aan. Het was goud en bankbiljetten van goede waarde voor eene som van 102,000 fr. Dit werd op de tafel opengespreid onder de oogen der verwonderde erfgenamen. Allen stonden stom. M. Lebon, vrederegter, vroeg san den heer deken zich neder te zetten, daar hij hem een kwitantie ging geven. M. Kaoul weigerde. Dit komt uit den biechtstoel, zeide hy. Ik weet zelf niet hoeveel geld er is en ik moet geene kwitantie hebben. Vaarwel! en de heer deken vertrok. Te nagebuchen nabij Argsberg heeft dezer dagen een der inwoners vier zijner vijf jengdige kinderen vermoord en daarna zich zei ven door ophanging om het leven gebragt. Men onderstelt dat deze vreesselijke daden in eene vlaag van verstandsverbijstering zijn ge pleegd. Naar men verneemt, heeft Pius IX jl. Zondag het besluit onderteekend, waarbij de zalige Canisius, anders gezegd de Houdt, ge boren te Nijmegen, eu de eerste Provinciaal van de Jezuïten-orde in Duitschland, heilig wordt verklaard. Den 8steo Mei a.s. zal Mgr. Dupanloup in de Cathedraal van Orleans op plegtige wijze om gij de helsche kunstgreep die wij zoo even gezien hebben uitgevoerd hebten dat alles overtreft, wat ik tot du toe beleefd heb, de slangen hier in het gras kunnen bij u wel ia de leer gaan dat is bepaald waar." Hierop begon zij hardop te lagchen en zeide mij dat tk een botterik was. Dat was echter niet waar, want de schrik was bij mij voorbij, en een botterik was ik nimmer geweest. Zij wees mij met den vinger naar een zwart punt op de prai rie en zeide „Daar kom ik van daan, en leef met mi:ne moeder alleen. Mijn vader ia dood en mijn broeder is de wij le wereld ingegaan. Ik moet voor al ons onderhoud zorgen en ben er thans tamelijk aan gewend hoewel het mij tusschen- beide zeer moeyelijk valt. Heden namiddag had ik de buffels iu de verte zien aankomen, en daar wij weder behoefte aan versch vleesch begonnen te krijgenbesloot ikhoewel het zeer gevaarlijk isbij nacht op de jagt te gaan om ten minste een paar buffels te vangen. In den afgeloopen zomer bad ik een kalf geveld en de huid zoo oehandeld als de Indianen doen. In het kalfsvel kroop ik langzaam onder hen en stiet met dit lange mes de buff-ls op het juiste plekje in het lyf, zoo als een Indiaan mij geleerd had. Ik den iSósten gedenkdag vieren van de bevrij ding dier stad door Jennne d'Arc. In de laatste dagen dus schrijft men uil Napels -— hadden wij zalk winterachtig weder, als wij ter naauwernood in de maanden December en Januarij, noch in de vorige jaren beleefd hebben. Dikke sneeuwvlokken en een konde noordewind noodzaakten ons weder tot onze winterkleederen de toevlugt te nemen. Een Napelsch blad vraagt met het oog hierop. Wat kan men ook anders verwachten wanueer de zon van Italië zich in Engeland beviudt. De moskousche courant zegt, dat men nog met geene mogelijkheid kan beweren, dat de rust in Polen hersteld is. fiooverbenden doorkruisen nog het land, slepen de boeren met zich mede in de bosschen, brengen de onderdanen, die aan Rusland getrouw zijn, om het leven, maken zich meester van de staats inkomsten enz. De opstand is misschien min der krachtig, maar hij is volstrekt nog niet onderdrukt en de rust en vrede zijn nog niet hersteld. Men is in Engeland begonnen giften in te zamelen tot vorming van een fonds, bestemd om een blijvend inkomen te verzekeren aan den generaal Garibaldi en zijn gezin na zijnen dood. Iu den Timea leest men dienaan gaande Wij weten niets stelligs omtrent Garibaldi's financiën en huiselijke aangelegen heden, doch hij heeft ze nooit bijzonder be hartigd en dikwijls moeten verwaarloozen. Dns moet hij thans arm zijn. Doch arm uit En geland terugkeeren mag hij niet. Zorgt hij niet voor zich zeiven, dat is geene reden voor anderen om geene zorg voor hein te dragen. Hij moet buiten het bereik van huiselijken kommer worden gebragt, opdat hij zich alleen om het welzijn van zijn land hebbe te bekom meren. Menig groot man is gekortwiekt en geknakt door geldverlegenheid, welke juist de vloek der edelste en onbaatzuchtigste menschen schijnt te zyn, en zoo eindigt ecu roemrijk en nuttig leven dikwijls in gebrek en ellende. De Frankfurter Potlzeilung deelt het volgende mede. Een Duitsch geleerde bezocht voor eenigen tijd het eiland Philge in den Nijl alwaar volgens de overlevering Osiris is begra ven. Bij een naanw keurig onderzoek dier plaats vond hij eene soort van opening of pat, welke de toegang blrek te zijn tot een ouderaardschen gang. Hij begaf zich in dien gang, welke ver onder de bedding der rivier liep. Eindelijk trof hij in den wand een inscriptie aan, luidende aldus: «Niemand mag het graf van Osiris naderen." Omtrent verdere nasporingen door hem in het werk gesteld, is nog geen berigt outvangen. Naar men verneemt is de talentvolle heer F. Dunkier, directeur van het muzijkcorps van het regement grenadiers en jagers, naar Parijs vertrokken, ten gevolge van eene uit- noodigiug van den Franscheo generaal Mellinet die als chef van de algemeene stafmuzijk bij de verschillende regementen der Frausche armee, den heer Dunkier wenschte te raadplegen over in te voeren verbeteringen bij de onder heb er dezen nacht vijf gestoken en wilde nu juist naar huis gaan om de paarden te halen die de buffels naar huis moeten slepen. Mijue moeder en ik bereiden die beesten dan zelf, wij rooken droogen of zouten ze. Toen ontmoette ik uen werd ten doode toe verschrikt, gij hebt als Be- elsebub in persoon gebruid." „Daarvoor hebt gij mijbij mijne zielook gezwollen ooreu bezorgd „En dit moest nog vier weken laDg duren bot terik," zeide zy, Het einde vau het lied wasdat wij allen baar bijstaud boden om de gedoode buffels naar huis te brengen. Wij aten dienselfden nacht een vierde van een jonge buffel open mogteu dus van ge luk spreken, Het beviel ons wel in hare bnurt. Het meisje behaagde mij bijzonderen zoo kwam betdat ik telkens naar haar keek. Ik mogt haar gaarne lijden en zij scheen ook niet boos op my te zijn. Zoo wachtten wij ten laatste op een rond trekkend prediker die ous in den echt verbond eu gij kunt mij gelooven een zoo schoonen buit heb ik in mijn geheele leven niet weder te huis gebragt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1864 | | pagina 2