zen althuis weinig de pogingen thans in som
mige katholieke kringen aangewendom den
katholiek te trekkeH uit ons volk om er een
Italiaan uit te maken. Men spreekt toch in
sommige bladen van de schepping eener Room-
sclie partij in «ns vaderland afgescheiden van
de Nederlandseh liberale partij. Die partij
zal op weinig verstandige aanhangers kunnen
rekenen.
En waardoor gebeurt dit alles nu Uit
■godsdiensthaat of revolntiegcestgelijk de clc-
ricalen beweren of veeleer gedrongen door
den heiligen geest der vrijheidvolmakings-
zncht en godsdienstzin
Hierom noemen wij het waagstuk beslist.
Daar is niets meer, dat de menschheid be
zweren kan af te wijken van den weg dien
rede en mcnschelijkheid haar wijst. Geen twij
felachtige tekst geldt er meer tegen de uit
spraak van het ontwaakt geweten der mensch
heid. Het pausdom heeft zich xedven over
leefd.
Beschouwen wij echter liet vraagstuk reeds
wils opgelosthet feitdat de oplossing brengt,
•is echter steeds i-og achterlijk. Zelfs wordt
door ons betwijfeld of de nieuwe conventie
'hiertoe veel nader brengen zal. Wij verwach
ten niets van staatkunsten, niets van bedrog;
niets van geweldniets van misdaad. Wij
hopen hierin alleen op de kracht der waarheid,
•en als ook wij in de eerste plaats uilzien naar
het vaticaan, dan is dit niet om Garibaldi
daar te begroeten, op gestolen gebiedmaar
•om den paus vrijwillig te hooren teruggeven
de regten die hij der menschheid ontvreemd
heeft.
Men versta ons welwij treden niet op het
gebied van het geloof. Ieder geloof maakt
zalig, wij hebben het gezien. Maar wij treden
op tegen het catholicisme als staatsmagtof
liever, want als staatsmagt heeft het catholi
cisme weinig meer te hedniden, tegen de
kerk ails raagthcbbende, en dat bij uitnemend
heid tegen de Roomsehc kerken dat ver
der tegen elke geestelijkheid, zwart of wit
gehoed of gesteekt en dat in naam van het
liberalisme dat het clericalisme bestrijdt a's
■een vijand wan de belangen der menschheid.
Gelukkig echterdat de langzame ontwikke
ling der geschiedenis aan den waarlijk vrome,
gelegenheid geeft, de teekenen der tijden gade
te slaan; zoo doende wordt de eenige
oplossing der Romernsche kwestie geboren
hierin gelegendat men niemand den Paus
ontneemt, maar ieder den Paus laat vallen.
het hui* bionen, en twee minuteu later kwam hg
■er met den beer Sebald weder uit.
Met Sebald? Hebt gij hem herkend
Zoo zeker, als ik u thans zie.
Waar gingen zij heen?
De straat uit, naar het raadhuisplein.
■Spraken zij met elkander?
Neen.
Was Sebald lacg boven geweest
Ik had hem ongeveer een half uur geleden zien
aankomen. Hg zal zoolang bij mevrouw de ba
rones, op den baron gewacht hebben.
De barones was alzoo te huia?
Zij is neg te huis.
Minnerli, gij zult aan niemand zeggen, dat ik
hier geweest ben.
Aan niemand, mijnheer Bosner.
Goeden nacht, schoone en lieve Minnerli,
Goeden nacht, lieve heer Bosner.
Hij vertrok.
Zij staarde bem na, zoo lang zij, door de klei
ne opening, in de donkere stratt, zijne gestalte
zien kon, en zette daarna met eene diepe zucht,
natte oogen en droevig hart, baren arbeid voort.
De student ging eveneens de kleine straat nit
naar het raadhuisplein.
Liefde kan men hier genoeg Tinden, zeide hg,
onder weg, tot zich zeiven. Doch wat zal ik met
liefde alleen doen Sebald was bij hem 1 Had
hg op hem gewacht Bij de schoone vrouw Hij
is met bem hier langs gewandeld Waar of zij
heen gegaan mogen zijn. Ik weet het.
Hij ging weder sneller, over het plein, de groente
GEWONE «ElUGTEN.
Wij hebbeo voor ons liggen eene bro
chure getiteld: vSchagcns Kanaal, De schrij- 1
ver tracht daarin de noodzakelijkheid te be-
toogen van eene voldoenden waterweg voor
Schagen in verbinding met het groot Noord-
Hollandsch Kanaal, ilij wil op eene satirieke
wijze de onverschilligheid der Schagers tot
levendige belangstelling eu krachtdadige han- i
deling opwekken. Wij mecneu dat zijne be- i
weringen niet onjuist zijn en raden de belang-
stellenden de lezing van dit werkje ten dringste
aan. Alleen weuschten wij dat de prijs, om j
het meer algemeen tu handeu te zien, wat
lager gesteld ware. 1
In de vorige week is te Haarlem in den bui-
tensingel over de fabriek van den heer Wilson
een jeugdig zeeman verdronken waarbij men
alle redenen had aan zelfmoord te denken. 1
Deze persoon toch na zich in het bijzijn
van onderscheidene tnenschen ontkleed te heb-
ben en zijn horologie en ring aan een aanwe
zigen jongen te hebben gegeven sprong in het 1
water zwom den singel herhaaldelijk over en
liet zich eindelijk iu liet midden met de hander. i
omhoog eigendunkelijk zakkenin het werk
gestelde pogingen om den ongelukkige te redden i
bleven vruchteloos.
Naar nren zegt zou oneeniglreid met zijn
meisje de Tedenen zijn geweest tot dezen dwa-
zen stap en «3 men dat een toestand van op-
gewondenheid veroorzaakt door het gebruik van
sterken drank bij deo ongelukkige zigtbaar wai.
De dagbladen zgn gevuld met bijzonder
heden nit het regtsgeding tegen Muller, die be-
schuidigd is den 9den Juiij den heer Hriggs 1
in den spoortrein vermoord te hebben. Gansche
kolommen zijn gevuld met de beschrijving van 1
de oubeduidenste handelingen van den beschul-
digdchet getuigenverhoor dat niets nieuws i
aan het licht brengt enz. Wij gelooven dat
de lezex niets er bij verliest zoo wij de zaak i
laten rusten tot de reglcr uitspraak heeft ge- j
daau. De ophef die er van gemaakt wordt i
is voor eeii groot deel het gevolg van de nati- j
onaliteit der beschuldigden. Muller is Duit* i
scher eu het nationaal gevoel der zonen van
het groote vaderland is nu zoo gespannen dat i
zij zelfs eene uationale zaak maken van den
moord dien een duitsch kleermaker op een i
eagelsch bankier zou gepleegd bebbeu. 1
De minister van financiën heeft bij be- i
sluit van 9 dezer bepaald, dat de kantoren j
der directe belastingeu en accijnsen te Mid- i
woud en Sybecarspel zullen worden vereeuigd 1
met rangschikking van het kantoor Midwoud
c. a. in de zesde klasse.
Het toeval is soms wonderbaar. Onlangs
brug, door de harddraverspoort naar het kanaal
en bleef toen voor een klein eenzaam huis staan.
Hij keek bet huia aau, eveu als hijjin de Kreef-
tenstraal gedaan had.
In orde, zeide hij. Zij hebben den winkel ge
sloten, maar het licht is er toch. Door die kleine
reet is het duidelijk te zien, zg zgn alzoo daar, zij
hebben geheimen, ik moet weten wat zg daar
doen.
IIL
De Ylugtelisoen.
De oude huizen ia Zuricb zgn hoog.
De vlugteliugen in Zurich konden niet allen
aangenaam en gemakkelijk wonen. Menigeen moest
boog onder Let dak zijn verblijf zoeken! Deze
behoefte werd echter grootendeels vergoed door
iets dat de schoonste beneden woningen hun niet
verschaffen kondennamelijk het uitzigt in de
schoone prachtige omstreken der stad.
Het kleine, eenzame huis aan het kanaal, had
een nietig verborgen dakkamertje. Naast dit ver
trek was nog eene bijzoudere schuilplaats, eene
soort van spreckvertrekje, zonder houten besehout,
zoodat de dakpannen zigtbaar waren. Men kon
er van twee kanten biunenkomen: onmiddelgk van
beneden en van uit het dakkamertje.
Het was reeds donker, toen de bewoner van het
dakkamertje met den vreemdeling te kuis kwam.
Zij waren zachtkens de trappen opgeklommen, en
liepen door het vertrekje dadelijk naar het spreek
kamertje.
Hier zeide de bewoner van de kamer, kant gij
elk woord, dal hier naast gesproken wordt duide-
stond een gijzelaar in Duitscliland ten
eerlijk en achtbaar, doch door liet ongeluk
veiachterd handwerker juist voor het venster
zijner cel, toen een voorbijgaand heer eene
dikgevulde porte-feuille verloor. De gevangene
beproefde oin door kloppen tegen de glasruiten
eu roepen den voorbijgaande opmerkzaam te
maken; het gelukte hein. De wandelaar bleef
staan en wendde zich naar den gegijzelde.
Door dezen op het verlies opmerkzaam gemaakt,
verschrikte hij zeer, en nam met groote blijd
schap zijne brieventasch in bezit, en giug. na
den gevangene gegroet te hebben, zijnen weg.
Den volgenden morgen werd de handwerker
uit den Kerker ontslagende verliezer had
deszelfs schuld voldaan. En dit was nog niet
de eenige belooning, die de gijzelaar genoot,
neen I in zijne woning voud hij nog eene
beduidende som iu Friedrichs d'or.
Men meldt uit Maagdenburg dat in den
nacht van den 19den op den 20sten op den
machinist van een trein is geschoten op het
oogenblik dat deze het station Werder passeer
de. De kogel ging vlak langs zijn hoofd en
zou ongetwijfeld den stooker doodelijk hebben
getroffen, indien deze op zijne gewone plaats
had gestaan. Gelukkig hield hij zich bezig
met het scheppen van kolen teu einde die iu
den haard te werpen.
GEMENGDE «ElUGTEN.
De gemeenteraad van Hoorn heeft besloten
voor f 250,000 en die van Purmerende voor
f 100,000 deel te nemen in den Noord-Hol-
landsch-Friesschen spoorweg. In de vorige
week is te Amsterdam des avonds, brand ont
staan in de salon de Concert staande op het
Amstelveld. Men verzekert dat verscheidene
hoogleeraren der universiteit te Parijs het
congres te Amsterdam zullen bijwonen. De com
missie uit de eerste kamer der Staten-Geueraal
tot aanbieding van het antwoord op de troon
reden is door Z. M. den Koning iu plegtig
gehoor ontvangen.
Het corp slaf-muzikanten van het reg. gre
nadiers en jagers is tot 20 vermeerderd en dat
der elèves tot 30. De baron de Wetterstedt,
laatstelijk gezant van de hoven van Zweden eu
Noorwegen, is van 'sGravenhage naar l\ew-
York vertrokken. De koene Engelsche rei
ziger Dr. Liviugton heeft beloofd zijne togten
op nieuw te zuilen voortzetten. Te Flens
burg, Apen raden enz. bevonden zich op 16 dezer
nog 78 gewonde Pruissische eu 86 gewonde
Deensche militairen in de hospitalen. Tus-
scheu keizer Napoleon III eu diens gemalin
schijnt in de laatste dagen de verstaudhoudiug
veel te wenschen over te laten.
De grootste pompoen dezer dagen op de
lijk verslaan en des noods, kunt gij, door het
sleutelgat, ook de personen zien. De Kater zal
ik zoo plaatsen, dat geen trek van zijn gelaat u
ontgaan kan. De deur is aan de binnenzijde door
een greudel gesloten, zoodat gg elk oogenblik kant
vertrekken, Mogten de beide deuren op slot zgn,
dan kunt gij door het dakvenster ontsnappen.
Degene, tot wien deze woorden gerigt waren
had opmerkzaam toegeluisterd, vervolgens deuren,
sleutelgat grendel en dakvensters opmerkzaam
bekeken en scheen over een en ander zeer te vre-
den te zijn.
In orde, zeide hij, en waar ontmoeten wij el
kander, wanneer ik vóór u van hier vertrek
Bij u aan huis!
Bij mij, ik ben voor Bosner niet veilig.
Gg kuot hier weder terug komen.
Ook dat niet, wanneer ik vroeger vertrek zullen
zij eenigeo argwaan krijgen, en het huis bewaken.
Jegens mij bestaat het geringste vermoeden
niet.
Dit kunt gg niet weten, men is in den lsatsten
tijd zeer wantrouwend geworden. Van Bosner
begint men thans luid te spreken en de Kater,
zoo luiden de berigten over hem, moet eea regt
policiegenie zijn.
Dan zullen wij elkander aan de S. brug ont
moeten.
Dit blijft afgesproken.
De bewoner van het dakkamertje keerde in
hetzelve terng, sloot de deur, hield den sleutel
bg zich en stak licht aaD.
(Wordt vervolgd.)