Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad.
21 APRIL.
JS 396.
Aan Mr. R. Eruin
hoogleeraar te Leiden.
De steen der wijzen.
Negende Jaargang.
A°. 1Ó63.
SCHAGER COURAlfTi
ABONXEMBNT3PRUS VOOR DRIE MAANDE*
Voor Schagen
Franco per post door het geheele Rijk
Afzonderlijke Couranten
Verschijnt iederen Donderdagmorgen.
1,00.
1,15.
0,10.
Abonnementen op dit blad worden door alle
Die timmert aan den wegh,
Verwacht gezegh. (Cats.)
TJITGI-EVER IP. O". Gk DIDERICH.
PRIJS DER ADVERTENTlëN
Van een tot vijf regels0,75.
Iedere regel meerder0,15.
De 85 cents zegelregt niet mede gerekend.
Groote letters naar de ruimte die rij beslaan.
Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen.
BRIEVEN PRANOO.
Het jongste uwer politieke opstellenge
plaatst in de Gids is in menig opzigt
merkwaardig. Wij bewonderen daarin om het
zeerst de echt eerlijke gevoelensdie van
geene transactie willen weten en den aan ver
metelheid grenzenden moedwaarmede Gij
het ongerijmde verdedigt. Generaal 1 Gij zult
de wapenen moeten nederleggenwant uwe
stelling is onhoudbaar.
Gij hebt van uit Uwen professoralen kathe
der eenen uitval gedaan op het batig saldo
en zulks ten behoeve van den Javaan. Gij
beweertdat het Nederlaudsche volk sedert
jaren het batig saldo van Indië in den zak
steekteu dat het daarop geen aanspraak
maken mag. Gij trekt ten strijle met het
woord souvereiuiteit maar wij zullen
U dit wapen uit de hand slaanzoodat Gij
het niet meer opvat.
«Wij hebben,zoo zegt Gij, Indië met
het zwaard veroverd en dit geeft den verove
raar geene andere rechten dan die van sou
verein.* De regten dier souvereiniteit bepaalt
Gij aan de hand der Christelijke wijsbegeerte
onzer dagenen Gij komt tot het besluit
«Dat de plicht van den souverein hierin
hoofdzakelijk bestaat, dat-hij de onderdanen
bij hun vrijheidveiligheid en eigendom be
waren moet; hen in staat stellen om al wat
plichtmatig en betamelijk is onbekommerd te
verrichtenhem helpen om al dat goede tot
stand te brengenwat noch door ieder af
zonderlijk noch door vrijwillige zamenwerking
van enkelen volbracht worden zou.«
VII.
ferrolg en Slot.
Gïj waart immers zonder medelijden
gisteren bragt gij haar den doodslag toe
door een vreugdekreet, toen Manasses n voor
den tweeden keer met goud omkocht
gij hebt haar vermoord zeg ik ulaat haar
thans ongestoord de eeuwige rust genieten.
En die Frits, anders zoo goed, zoo innemend,
lietgedurende eenige oogenblikken zijoen
vriend weenen en snikkenzonder hem een
woord van medelijden of troost toe te voegen;
eidelijk bewogen door eene smart waarvoor bij
misschien het hart van Henrr onvatbaar
geachtvoegde hij hem toe
Zij heeft u vergiffenis geschonken u
liefhebbende beminnende gaf zij den geest,
en ik beloofde haar, u voor het laatst bij
haar te zullen biengen werp nu dit doodlaken
over dit maagdelijk hoofd en laat ons heen gaan.
Ik ga niet heen Wilhelmina!
Zij zal mij nog eenmaal aanhooren.
«Dat het regt van den souverein eischt
dat hem de onderdanen in het vervullen van
zijn plicht behulpzaam zijn en dat hem wor
den opgebracht de geldmiddelen zonder
welke hij zijne pligten niet vervullen kan.*
Ziedeze bepaling der betrekking tussclien
souverein en onderdanen geven wij U gaarne
toe en geen wonder, want Gij zijt een ge
schiedkundige maar ons bevreemde hetdat
Gij door de Christelijke wijsbegeerte onzer da
gen er toegebragt wordt om eene souverei
niteit aan te nemen van het eene volk op
het andere. Heeft het Russische volk de
souvereiniteit over Polen Wij weten niet
van een volkdat zelf zijne souvereiniteit
niet bewaart en wij tarten U om in het
denkbeeld van volk, deszelfs souvereiniteit
als eerste voorwaardete doen ontbreken.
Het is volkomen waardat de stad Utrecht
van den souvereinen Staat heeft te vorderen
al de regtendie Gij noemt en jegens den
souverein moet nakomen al de pligten die
Gij opsomt. Want er is een volk dat Ne
derland heet en dus is er ook eene souve-
reiniteit zamengesteld uit de deelen van dat
volk. Maar geen volk is ons bekend onder
den naam van Indië; de Javanen vormen geen
Staat maar een eigendom. Nederland en Indië
zijn tot nog toeniet wat men noemt een
Staatwaarvan al de deelen tot elkander en
tot het geheel in dezelfde betrekking staan.
Wij zijn niet een geboren eenheidgelijk
een volk dat is, of eene geworden eenheid,
gelijk een volk dat worden kan maar de band
tusschen ons is door het geweld gelegd en
wordt door het geweld behouden.
Indië is het verkregen eigendom van het
Wilhelminaik smeek het u Zij be
minde mij zoo teeder! Welke afschu
welijke bleekheid 1 Welke afschuwelijke onbe
weeglijkheid 1 Och! ongelukkige 1 on
gelukkige die ik benik wist niet dat
men zoo zeer kon lijdenen Henrv viel ge
heel buiten kennis in de armen van Frits.
Toen hij weder tot zich zeiven kwam, lag
hij op zijn beden zijn getrouwe vriend
waakte aan zijn hoofdeinde. In de eerste
oogenblikken geloofde hij gedroomd te hebben,
doch de neerslagtigheid op het gelaat van
Frits te lezenbragt zijne deukbeelden spoe
dig in de wezentlijkheid terug.
Wij moeten naar het verblijf der doo-
deti terugkeeren zeide hijterwijl hij overeind
ging zitten.
Het is thans voor ons geslotenantwoordde
Frits, en daarenbovennu alles gedaan is
moet gij vergeten.
Dat nooit
En het goud van Manasses
Dat veracht ik.
Het goud dat gij zelf zoudt leeren
maken
Nederlandsche volkdat om eigen voordeel
de heerschappij over Indië heeft weten te
bemagligen. Het is onwaar dat Indië zich
zelf behoorthet behoort toe aan Nederland.
Zoo er een Indisch volk bestond zult Gij
naar de Christelijke wijsbegeerte onzer dagen
de souvereiuiteit van dat volk nergens anders
kunnen leggen dan in Indië. Het is niet
Christelijk maar b&rbaarsch die over te bren
gen naar den llaag. Geheel uwe redenering
berust dus op een misverstand. Of er be
staat een Indisch volk en dan is het onge
rijmd over zijne souvereiniteit te beschikken
of er bestaat er geen en dan stelt Gij de
vraag verkeerd. Wij geven U toe dat het
regt van den souverein bepaald is tot het
innen der geldmiddelennoodig tot de ver
vulling zijner pligten jegens den onderdaan
maar voor de beantwoording der vraag, hebben
wij meer aan uwe noodzakelijke concessie, dat
Nederland regt heeft op alle voordeelen, die
regtstreeks en zijdelings voortvloeijen uit zijn
eigeudomsregt. Uw regel dat dit voordeel
zich tot eeu minimum moet bepalendunkt
ons in flagranten strijd met het begrip van
eigendom.
Welke voorstelling hebt Gij n toch gemaakt
van de betrekking tusschen een moederstaat
en eene kolonie Is naar de Christelijke
wijsbegeerte een Staat verpligt ter wille van
eene zich zelf verterende massa wilden aan
wien het gezag moet worden opgedrongen
eene kolonie te veroveren en te verdedigen
De vestiging eener kolonie schijnt U eene
daad van philantropieen toch is zij alleen
verschoonbaar wanneer men aan een Staat
het regt toekent zijn toestaud te verbeteren.
Ik verwensch dat geheim. Het heeft de
eenige vrouw die mij ooit bemind heeft ver
moord bet 'heeft mijne liefde onderdruktja
geheel doen vergeten. Ik vervloek het.
De tijd zal uwe smart leenigen en
die ook doen vergeten.
Nooitzeg ik unooitAlle» komt
mij hier neerslagtig voor, alles boezemt mij
schrik in. Frits in u vind ik een opregteo
vriend gij zijt al wat ik op aarde bezit.
Kom laat ons vlugtenen daar ik mijne
Wilhelmina niet kan medenemenzullen wij
naar Frankrijk vertrekkenom nooit terug
te keeren.
Het postrijtuig staat gereed.
Ochdierbare Fritsgij redt mij het
levennog hecht ik er aan alleen om uwent
wille. Laat ons vertrekken.
Een half nnr later zaten zij in het rijtuig.
De nacht was donker, enkele zware regen
droppen vielen neder en van tijd tot tijd
schoot een bliksemstraal door het hemelruim.
W ij liebben zwaar weêr te wachten
zeide Frits. Henrv antwoordde nietzijne
denkbeelden zweefden in hooger sfeeien in