Candia en de Ilollandsclie
poëzij.
spoorweg dpartoe zeer mede werken. Door dien
spoorweg zullen de voortbrengselen gemakkelijk
kunnen vervoerd worden de waarde der akkers
zal daardoor rijzen en van zclven zal dat te weeg
brengen dal de voornaamste krachten der natie
zich aan den landbouw zullen wijden. De roge-
riug zal tegen den algemeenen stroom niet kun
nen oproeijenvan zclven zal zij er tockemen om
bet standpunt van haar magt niet buitenlands
maar binnenlands te zoeken.
Niet in Coustantinopcl maar in Moskow ligt
de tooverstaf verborgendie aan Rusland de
heerschappij over de wereld verzekert. A\ 'int zoo
toch de uitgebreide Russische velden van het
binnenlnnd overal op de beste wijze in cultuur
worden gebragt dan zal geen land ter wereld
zich met dat rijk in welvaart kunnen meten.
GLVYOIVE BEIUGTE
In de vorige week heeft een jongeling te Veen-
hnizen uit jaloerschheid zijn meisje eerst geslagen
en daarna in de trekvaart .geworpen vervolgens
ziende dat zij zich kon en wilde reddensprong
hij insgelijks te water, rukte haar van den kant
meer naar het middendompelde en aloeg haar
op nieuw. Hoor haar geschrei kwamen eenige
personen opdagen die haar redden en hem arres
teerden.
Pe overwinnaar in den zeilwedstrijd tusschen
de drie Amerikaansche jagtrn is door prins Alfred
tegen 'Aug. a. a. uitgeneodigd tot een wedvaart
pm het eiland Wigh». De heer Bennet heeft de
uitnoodiging aangenomen. De prijs zal 100 pond
sterling zijn, en de prins zal in zijn eigeu jagt
Zeilen.
Ala een curieus staaltje van wederkeerigen
dienstijver verhaalt men het volgendein de ge
meente Gent (Over-Betuwe) is onlangs de veepest
uitgebroken en dientengevolge is aldaar, tot be
waking der lijn van afsluiting, een detachement
dragonders ingekwartierd, ten van deze soldaten
ging dezer dagen in «ijoe vrije aren wandelen en
Veelal zien de staatkundigen met een zeker
soort van minachting neder op de dichtersdie
de staatkunde tot een stof voor hunne zangen
kiezen.
Evenwel leert de ondervindiug dat de uitkomst
veelal de dichters met hunne droomeit in het
gelijk stelt en met alle berekeningen der Staats
mannen den spot drijft. Metteruich moge een
groot Staatsman zijn geweest en Byron een poë
tisch droomermaar toch wat ia er van het
staatkundig stelsel des eersten gebleven maar
het vrije Griekenlandhet vrije Italiëde her
stelling van de eer des eersten Napoleonsallen
staatkundige droomen des laatstenhebben zich
bewaarheid.
Van de tractaten te Lavbach en Verona, door
den Oostenrijkschen Staatsman bewerkt, is niets
meer dan eene zeer treurige herinnering overge
bleven maar de Childe 1 Inrolde pelgrimage is
onder de tegenwoordige omstandighedenwat het
staatkundige gedeelte betrefteerst waarheid ge
worden. De edelmoedige staatkunde door de
dichters voorgestaan verkrijgt dus veelal, na ver
loop van tijd, den voorrang boven de praktische
maar bekrompen politiek der staalmannen. Onze
vaderlandsche geschiedenis heeft daarvan menig
bewijs gegeven.
In 1669 zond de republiek van Venetie een
gezantschap naar de Staten om hulp te vragen
tegen de overmagt der Turkendie reeds sinds
21 jaren Candia belegerden. Doch in plaats van
gehoor te geven aan dat verzoek zonden de Sta
ten al te weinig bekommerd voor de groote be
langen der cünstenheid maar te veel het oog
rookte zijn pijpje. De veldwachter der gemeente
had hem spoedig in de gatenging op htm af
cn zeide ahet is verboden op den pnblieken weg
te rookru uit een pijpje zonder dop, ik maak
proces-verhaal." De dragonder antwoordde: »ik
rook niet." #Pan moest ik niet meer kunnen
zien, hernam dc veldwachter, vgij rookt wel!'
vliet is niet waar," zeidc de dragouder veegde
zijn pijp af en gaf ze den veldwachter over, zeg
gende vprobeer maar of er vuur in is." l)e
veldwachter nam de pijptrok eenige keeren
bliesen een rookwolk en vuurvonken kwamen
te voorschijn. #Zie zoo," zeide de dragonder, nu
heb ik u ook, gij naoogt op den publieken weg
niet rooken uit een pijp zoudcr dop.
Woensdag morgen den 2 dezvr toen de koe-
houder D. de Smit Ie Sluisals naar gewoonte
zijn vee drinken bezorgen wilde, gevoelde hij bij
het putten een cenigzins hard voorwerp in den
waterput. Bij nader onderzoek ontdekte men dat
dit het lijk was van zekeren J. L. vroeger brie-
veubezorger van Sluis naar Ileille, welke betrek
king hij wegeus voortdurende ongesteldheid sedert
lecnigen tijd niet meer bad hunnen waarnemen. De
man had het bombardement van de Citadel van
i Antwerpen en den Tiendaagscben Veldtochtals
kanonnier in Ned. dienst, bijgewoond. De eenige
reden voor deze wanhopige daad schijnt men daariu
te moeten zoeken, hij het sinds 21 achtereenvol
gende jareu door hem bewoond wordend huisje
met nieuwjaar zoude hebben moeten verlatenom
voor rekcuiug van het Lleivormd Armbestuur bij
een particulier te worden besteed. Met-r dan eens
heeft hij dan ook gezegd dat hij voor nieuwjaar
wel dood zou zijn fijne woorden ziju op treurige
wijze bewaarheid geworden.
Burgemeester en Wethouders van Arnhem
hebben zich rgehaast" ter ki-unisse van de inge-
zetcuen te brengen de verordeuing van den land
raad te Clevedat de personeu die zich van
Nijmegen naar Cleel begeven te Craneuburg en te
Wijier zullen worden gedesinfecteerd. Het voor
i schrift van den landiaad is zeker te verdedigen
maar uitlokkend is het niet voor de reizigers
i vooial niet nu men niet weet op welke wijze wij
gedesinfecteerd moeten wprden. Zal inen bezwaveld
i worden of de kreosoot-desiufectie ondergaan? Wij
1 zijn nieuwsgierig te vernemen aan welke operatie
i de reizigers zich zal moeten onderwerpen.
Het is te hopen dat de landraad van ('leve, nu
i hij eeumaal het beginsel van desinfeclie op de
houdende op handelsbelangen een gezant naar
Constanlinopclom met de 1'orte een nieuw ver-
bond te sluiteu. Het ongelukkige Candiabe
roofd van alle uitzigt op redding werd welras
door de Turken ingenomen.
Maar mogtcn ook de Nederlandsche Staatslie
den doof ziju geweest voor de angstkreten die
uit het jammervolle eiland opstegen de Neder-1
landsche poezij was het niet. De Nederlandsche j
dichters gevoelden het dat de Nederlandsche na-1
tie een deel uitmaakte der christenheid eq dat
zij dus niet onverschillig mogt blijven zoo een
deel verloren ging. Vooral de twee ru tachtig i
jarige Vondel was vol deernis met het ongeluk
kige eilandmet jongelingsvuurhief hij over
Candia eene weeklagt aandie nog onder de
sieraden onzer dichtkunst moet gerekend worden,
wij kunnen niet nalaten enkele fragmenten uit
dat te weinig bekende dichtstuk mede te deelen
in de tegenwoordige tijdsomstandigheden is het
dubbel merkwaardig,
liet begint aldus
Och kretevoortijds aangebeden
Gelijk een moeder van Jupijn,
Die eene kroon van honderd steden
Bezet met paarlen en robijn
Op 't voorhoofd voerendeen de stralen
Der zon verdoovende, als vorsten
Der zee, zaagt van al 's werelds palen
De vlotenzwanger van gewin
En rijkdom uwe kust bezoeken.
Zoo gaat de dichter voortden ouden roem
en de vroegere grootheid van Candia vermelden
de tot dat hij eensklaps uitroept
Maar Candiaoch wat baat dat roemen
Wat baat het dat U God verlichtte,
Toen hier de groote kroisgezant
Met Titus de eerste kerken stichtte,
En"t hoofd der Afgoön trapte in 't zand?
mensehen heeft toegepast, niet zal overgaan om
dat van outcigeDiug en afmaking voor heu in prak
tijk te gaan brengen.
Naar men verneemt is de kapellaan Gcpkens
van den bisschop van Utrecht teruggekomen die
hem terstond eene vacature aanweesten einde
deze te vervullen doch het verzoek om den win
ter bij zijne bloedverwanten door te brengen
werd hem toegestaan. Sedert zijn wederkeeren
verrigt hij eiken morgen de dienst. Zondag ineende
men dat hij eene predikbeurt zou vervuld hebben
bij welke gelegenheid de menigte in de kerk zich
letterlijk verdiong doch de teleurstelling was groot
dewijl een ander geestelijke optrad.
In deu nacht van 27 op 28 December jl.
werden bij de Wed. S. G. Baarda te Eerwerd
ontvreemd 6 lammeren van Engelsch ras, waarvau
natuurlijk aaugitte werd gedaan. Door de bemoei-
jingen van deu bekenden, ditmaal met grond zeer
ijverig werkzaineri brigadier Schutstal thans te
lvauwerd gestationneerddie een ganscheu nacht
er aan besteeddeom den verraoedelijken dader
te ontdekken is het gelukt dezen in handen te
k rij hen. Het is een arbeider van Oosterlittens.
die reeds vroeger wegens veediefstal 5 jaren in het
tuchthuis heeft doorgebragt. Een der lammeren
was door hem geslacht, de andere vjjf had hij
verleden maandag op de markt te Sneek ver
kocht.
De molenaar K. te Almen was dezer dagen
met zijn knechf bezig eenige zakken met koren
door middel van een katrol naar boven te trekken.
Eerstgemelde bevond zich beneden en zijn knecht
boven iu deu molen. Nadat er twee zakken waren
i opgehaald bleef de knecht iu gebreke liet touw
j weder te doen afdalen, nicttegeustaaede het roepen
i van den molenaar. Deze zich daarop onmiddelijk
naar boven begevendebevouddat de knecht
i tusschen het kamrad wxs geraakt en ten gevolge
1 waarvan hij het leven had verloren.
De vrouw van den landbouwer O. te Har-
denberg die uit dweepzucht in 5 weken niets dan
koud water gebruikte, bijna geen woord wilde
spreken eu volstrekt niets van geneeskunde wilde
weten, is overledenzoodat deze ougelukkige zich
letterlijk heeft laten doodhongeren,
i In den naclit van 8 dezer ontstond er brand
in de hoizing van den Heer Kenuekens, onder de-
i gemeente Beek nabij Maastricht. Pe huizing be-
stond uit woouhuis, brouwerij, branderij en stalling,
i De braad schijnt ontstaan te zijn in de eerste
Wat bant hetdat de vont u wijdde
En 't heilig kruis een grooter eer
Die de afgrond brullende U benijdde r
Zoo na langdurig tegenweer
De zeeleeuw van Bint Mark uw eiland'
En hoofdstad eindlijk slaken moet
Zoo gijgetrouw aan 's werelds heiland.
Verdrinkt in eene zee van bloed?
De middellandsche zee gesloten
Gelijk 't Venitiaansche meer
Zal doodsch voortaan geen rijke vloten
Door 't schuim zien bruisen heen eu weer..
Treffend is vooral het slot
Nu is 't nog tijd naardien de vrede
De |chisten-wereld overstraalt.
Dat elk om 't eerst het slagzwaard sinede
En zette alle ongelijk betaalt.
Och Heiland spaar uw bruid voor 't schennen.
Des voorhuid loozeu erf lira us
Beschut de volkendie u kennen
En blinke uw eer met vollen krans
Reeds vroeger had Vondel in zijn noodkreet
tegen de Turken een zelfden toon aangeslagen,
en nog vroeger in zijn zee tri om s van Venetie
de overwinning over de vijanden der christendoms
bezongen. Hoe oneindig vetl meer voldoet ons.
de gevoel-politiek van onzen dichter dan de han
dels staatkunde onzer reg-nten. Na verloop van
twee eeuwen moeten wij de vraag doen zou het
Nederland niet beter zijn gegaan als er iets van.i
het edelmoedige gevoel des dichters in de borst
onzer staatslieden ware overgegaan. Dit overlaten
van enetie aan zijn eigen lotdat prijsgeven
javertrappen van de belangen der christenheid!
is eene onwischbare smet voor onze regering ge
worden. Nederland had iets moeten bijdragen
om de grootheid van Venetie in stand te houden..
Nederland had iets moeten doen om een bolwerk van:
het zuidelijk Enxopa tegen de overmagt der Tnikea