liet ebbenhouten kistje.
GEWONE BEMGTEiY.
Pen 9dcn April a. 8. zal voor liet hof ft*
Zwolle behandeld worden de zaak tegen H. J.
Hoeren beschuldigd van moord op E. Walewijn
te Deventer. Het hart van den verslagene is in
eene gesloter.e fiesch op spintos gezet en als over-
tuigingstuk voorhanden, Een vrij groote steek
die deu dood oumiddelijk ten gevolge had is in
dat hart zigtbaar.
De grootste duitschc vlag die ooit vervaardigd
iswerd dezer dagen door den hofleverancier Han-
sotte te Herlijn voltooid. Zij bestaat uit niet minder
dan 410 ellen vlaggendoek. De heraldische
adelaar is 19 voet hoog. Deze vlag is bestemd
om op 's konings verjaardag van een der hoogste
bergen in Silezie te wapperen.
De brigadier der kommiezen te Aulwerpen
v. Ooien, ging zijne vroow te gemoetdie zijn
zoon, uit Mexico teiugkeerendemedebragt. Door
de gladheid viel hijwerd overreden en was een
lijk. Dat een onbeschrijfelijk tooneel van droef
heid volgde is duidelijk. Eene damedie het zag
kreeg een toeval en stierf des avonds.
Uit het archief van het departement van
oorlog te Weenen is een belangrijk voorwerp ont
stolen de kaart van AVallachijebestaande uit
120 bladen, vervaardigd gedurende den Krimoorlog
en waaraan 200000 gulden is ten koste gelegd is
spoorloos verdwenen. Men wil dat deze diefstal
met politieke of diplomatieke kuiperijen in verband
staat.
Te Wijk bij Duurstede had Maandag middag
een treurig ongeluk plaats. Het zesjarig knaapje
van den veldwachter B. vielterwijl hij bezig was
te hoepelen in het wateren werd slechts leven
loos er uitgehaald.
Ter gelegenheid des overlijdens van zekeren
Felix de la Motte hebbeu al de dagbladen bet
vertelsel medegedeelddat de la Mottein de
revolutie van bet jaar 1830 gansch alleen de stad
Mons in Henegouwen zou ingenomen en er de
Hollanders uit verjaagd hebben. Graaf A. d'Al-
cantara heeft de moeite op op zich genomen dit
vertelsel te logenstraffen. Hij schrijft aan de Ga-
zette Beigedat het vertelsel der inueining van
Mons door deu zoogenanmdeu kolonel de la Motte
gansch bezijden de waarheid is. Mijn vader en
zijn broeder waren er bij tegenwoordig, schrijft hij;
de tweede viel bij de verdediging der poort van
Nimydie hem was toevertrouwddoor zeven
kogels getroffen, 't Is niet voor een uur of voor
een enkel man dat het garnizoen de plaats ont
Uit het dagboek van een politie commissaris.
II.
Het had de grootte van een kleinen schrijflesse
naar die de dames tot berging VRn hare geheime
correspondentie met den goudsmid gebruiken. Aan
ieder einde was een stevig handvatseloogenschijn-
lijk om bet beter te knnneu vasthouden en te dragen.
De half uitgebrande kaars stond omgekeerd in den
kandelaar. Het wss zes unr, naar ik dacht, en
toen ik opstond en eens rondkeek zag jk dat de
deur in den gang half open stond hoewel ik mij
herinnerde ze gesloten en den sleutel omgedraaid
te hebbeo toen gij waart heengegaan.
En wat was er in dat kistje?
Alles op zijn tijd. Ik ging in de slaapkamer
mijner vrouw. Alice sliep nog. Het venster van
mijn «todeervertrek stond nog even als den vori-
gen avond open want het was een warme nacht.
En het kistje
Nadat ik zorgvuldig had rondgezocht kwam ik
tot het besluit, dat het kistje door iemand hier w a
gebragtdie door het venster der vooikamer in huis
was geklommenwant de deor der achterkamer
was insgeluks gesloten, en de sleutel stak als gewoon-
lijk in het slot. Ik greep de handvatsels, en bemerkte
dat het kistje niet minder dan vijftig pond zwaar
was. Naar het gewigt te oordeelen bevatte het
geld ik sloot en grendelde daarna haastig mijDe
kamerdeur en onderzocht het uitwendige van het
kistje.
De letters S. P. L. maakte mij verlegen. Zij
hadden eene zonderlinge gedaante en konden niet
door eene Europesche hand vervaardigd zijn. Ik
begon met eene vijl de koperen banden door te
vijlen en vras spoedig met dat werk klaaronder
ruimde. Nooit hij mijn weten heeft het nallnnd-
sche leger te Mons door zijn gedrag tot eene
veronderstelling van lafheid aanleiding gegeven.
LI. Zondag heeft men ontdekt dat de steen
kolenmijn der Htereu Barber\lalkir en Comp..
ui Xottiughainsliire in Kngidatid in brand was
geraakt. De vlammen zijn zeer geweldig en tot
nog toe beeft men ze niet kunnen bedwingen; men
vreest dat dc schade hoogst aanzienlijk zal wezen
dewijl de kool van do beste hoedanigheid is.
De drukte in liet fabriekwezen is te Almelo
in deu laatsten tijd aanmetkelijk verminderd. Reeds
zijn op vele fabrieken de werkureu ingekort en is
bet werkloon verminderd. We! wil men bet doen
voorkomen dat zulks geschiedt iu het belang van
handel en nijverheid en fabriekarbeiders, ten
einde eene overvoering der Indische markt te voor
komen doch dit is geeuzins het gevaldaar zulk
een maatregel door Twenlhe alleen genomen, weinig
zou bateu die overvoering bestaat reedsen wel
zóó dat vele fabriekanten er geen geheim van ma
ken dat de toekomst zeer donker isen zoo er
geene verandering in komtde fabrieken met ge-
heelen stilstand bedreigd worden. Reeds hebben
eenige arbeiders die biervoor bevreesd waren een
goed heenkomen gezocht, en zal, naar men ver
neemt, hun voorbeeld spoedig door meerderen ge
volgd worden.
Te Zevenaar is afgekondigddat ten gevolge
van eene aanschrijving uit Prnissen de ingezetenen
op nieuw gewaarschuwd worden de grenzen niet
te overschrijden daar ingeval van aanhouding het
opzenden naar Wessel, en tot een jaar zitten bet
gevolg kan zijn.
Deze aanschrijving heeft echter geene betrekking
op het vervoer met den spoortrein. In dit opzigt
is geenerlei veraudering gemaakt. Het vervoer met
de spoortreinen blijlt vrij.
In liet begin van het vorige jaar heeft te
Ede een belangrijke diefstal van geld en gelds
waarde ten bedrage van f40,000 en een partij ju-
weelen plaats gehad waarvan men dezer dagen
tot de ontdekking der daders is gekomen welke
zijn gebleken te zijn de 72jarige freule v. PI. en
hare jufvronw van gezelschap Pr. beide naar En
geland uitgeweken.
Reeds een paar maanden na den diefstal werd
een nominale waarde van f 25,000 van deze effec
ten op name van freule vao PI. bij een makelaar
te Amsterdcm beleend deze ontdekte echter niet,
dat die stukken een gedeelte uitmaakten der toen
kortelings te Ede gestolen effectenwanvan de
nommers bekend waren gemaakt de hooge afkomst
eo ouderdom zijner principale deden bem zeker
geen argwaan voeden. Mejofvrouw Pr. vertelde in
die banden bemerkte ik de koppen van schroeven,
die gemakkelijk los gedraaid werden. Ik had er
nu nog slechts het deksel aftcnemen maar daar
komt mij te binnen dat er wel een electiische
batterij of een of ander helsche machine in kon
verborjen zijn, en dat dit alles alzoo een aanslag op
mijn leven kon zijn. Om niet het offer van znlk een
duivelsstreek te worden zette ik het kistje op bet
eene einde, eo sloeger het hout in kleine spaanders
af. Nu kwam ik op eene met teer bestrekene vlas-
bekleeding eo hieronder aat een tweede kistje van
hoot dat op leder geleek. Ik trok het er voor-
zigtig uit en ging er op dezelve wijze mede te werk
als met het eertse. Nu stuit ik op 4 goudstaven,
welke ieder twaalf tot veertien ponden wogen en
in een hoekje vond ik nog een kleinen lederen bui
del met twintig groote diamanten waarvan de
de kleinste minstens honderd pond de grootste
zeer wel driemaal zooveel waard was. Ik zocht
overal te vergeefs naar eenig teekenom te ont
dekken aan wien deze schat mogt behooren.
Gij weet ik ben van natore voorzigtig, lang
zaam en niet ligt ontroerd maar dat gond eo
die diamanteu ouder mijue handen wekteu iu mij
de koorts d e begeerte op cn ik greep ze aan
alsof ze mijn eigendom waren. Het geweten trail
hierbij ver op den achtergrond. Ik lag een vuur
aan en verbrandde iederen splinter van de beide
kistjes; maar de handvatsels en de koperen banden
waren niet zoo ligt wegtemaken. Na eenig ua-
denkenklom ik naar boven en wierp het eene
stok metaal na het andere in het opene veld
achter het huistusschen de schatting en de steen
hoopen in.
kervolgens zocht ik naar eene veilige plaatsom
mijnen schat te verbergen. Koffer kast de zol-
deriDg de vloer en meer dergelijke schuilhoeken
kwamen mij den een na den ander in de gedachte,
de maand Junij jl. aan al haar kennissen to Ede
en Wazeningen dat zij met haar oom een reisje
naar Parijs ging inakenen toen zij van daar
terugkwam had zij niet weinig mede te deelen
omtrent het genoegen daar gesmaakt en het vele
daar gezien, terwijl zij een schat van kleedjes en
de laatste modes medegebragt. Thans blijkt, dat
zij er geheel alleen heen geweest is en haar eenige
doel de verkoop der gestolene jnweelen was. Zoo
als het gewoonlijk echter gaat, hebben hier de die
ven zich zeiven verraden. Fr. van PI. heeftzeker
stoot geworden door den goeden uitslag der belee-
ning niet geaarzeld een Oostenrijksche coupon der
leening 1851 in betaling uit te geven; zij beging
daarbij echter de onhandigheid om achter het
nommer op die conpon twee nnllen te plaatsen
waardoor dat cijfer veel te hoog werd dan dat [het
bij mogelijkheid tot eenig stuk van die leeuing kon
behooreD. Deze coupon kwam spoedig iu handen
van iemand die het bedrog ontdekte en tevens te
weten kwam dat die door fr. van PI. was uitge
geven. Deze logeerde toen met hare jufvrouw van
gezelschap Pr. bij den heer C. te Rotterdam en
toen men de freule vraagde op welke wijze het ef
fect waartoe de coupon behoorde en waarvan men
thans wist dat het tot de te Ede gestolenen behoord
had in haar bezit was gekomen verklaarde zij eerst
zulks niet te weten en later dat het uit de erfenis
haars vaders was gekomen daar die vader echter
in 1831 gestorven was, en het effect tot de leening
1854 behoorde, zoo bleek die bewering terstond
valsch te zijn. Dienzelfden dag vertrok mejufvrouwr
Pr. naar des freules woning te Ede, pakte geduren
de den geheelen nacht alles op wat maar eenigzins
opgepakt kon worden en wat erger is verbrandde
b! de effecten die nog niet beleend waren dit al
thans wordt vermoeddaar jufvronw Pr. volgens
verklaring eener dienstbode een aantal papieren
op het vuur geworpen heeft. Den volgenden och-
tent vertrok zij weder per eersten trein naar Rot
terdam waar zij freule PI. afhaalde, die aude ge
durende den nacht alles had opgepaktbeiden ver
trokken eenige uren later per stoomboot tëlegraaf
naar Antwerpen en van daar naar Londen, waar
zij zich nu bevinden. Wij behoeven niet te zeg
gen dat deze ontdekking te Ede, Wageningen en
omstreken waar freule van PI. met de aanziju-
lijkste en meest geachte fsmilien op vriendschappe-
lijken voet verkeerde en bij iedereen bekend isde
grootste sensatie heeft te weeg gebragt.
Den lldeu dezer heeft te Parijs de eerste
voorstelling plaats gehad van eene nieuwe opera
van Yerdi Don Carlus. De schouw burg was zoo
vol mogelijk. Al wat Parijs aanzienlijks bevat
was tegenwoordig. Er zijn stoelen iu het orkest
maar niet eene plaats wilde mij bevallen. Ein
delijk na een uur vau pijnlijk en oproerig na
denken deed ik mij zeiven de vraag of ik het
wilde blijven behouden, wanneer de werkelijke
eigenaar kwam en zijne aanspraak deed gelden
of wanneer hij door aankondiging of navraag zijn
schat weder hoopte te vinden Dus vroeg ik mij
zeilListon zijt gij een dief Bij deze gedachte
voelde ik mij ontrust. Dan zoo ging mijn gewe
ten voort zult gij wel zoo goed zijn meester
Liston, mij te verklaren, waarom gij de spaauders
der kistjes hebt verbrand en het overgeblevene iu
het veld gesmeten hebt Ja nog meer wie gaf
n de vrijheid het kistje te openen De aanvangs
letters van mijnen naam stonden er op en de
omstandigheid dat het in mijne kamer achter
gelaten werdis eene voldoende verontschuldiging
voor mij.
Ik beb er niet aan gedacht mij den schat toe
te eigenen maar ik wil alles nog dezen morgen
in eene bank beleggen zonder er meer van af
te nemen dan tot bestrijding der onkosten noo-
s.
Mijn geweten scheen met dit antwoord zeer te
vreden te zijn eu om de belofte, aan een zoo
strengen meester gegevenniet te verbreken Le-
gaf ik uiij dadelijk op weg om den schat bij
een bankier te brengen en verkocht alleen den klein
ste diamant aan een Juwelier voor vijf en zeventig
guiuées om de onkosten te dekken. Verder liet
ik alle veertien dBgen het volgende in drie der
meest gelezen dagbladen drukken
Gevonden in de nabijheid der D. straatboek
A. des morgens vroeg den 10 Jnnij een kistje
van meer dan honderd pond waarde, aan gouden
ju weelen.
Dat eigendom bij eenen bankier belegd zat
tegen betaling der onkostendengenen ter hand