Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad^ M 549. Twaalfde Jaargang. A. 18ÜS. Nieuwe Alkmaarsclie Courant. SCHAGER ABONNEMENTSPRIJS VOOR DRIK MAANDEN: Voor Schagen 1,00. Franco per post door het geheele Rijk n 1,15. Afzonderlijke Couranten0,10. Verschijnt iederen Donderdagmorgen. Abonnementen op dit blad worden door alle PRIJS DER ADVERTENTlëN Van een tot vijf regelsf 0,75. Iedere regel meerder0,15. De 35 cents zegelregt niet mede gerekend. Groote letters naar de ruimte die zij beslaan. Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen. Naar volksheil zonder deugd te dingen Is arbeid aan een rots te biêu. TJITOEEFSTER WED. IP. 0". O ZDIIDIEIRICIEE. BBIEVENT De antirevolutionaire partij heeft in dit dis trict dan eindelijk een orgaan opgerigt. Niemand die meer dan wij het nieuwe week blad met een vriendschappelijk hart en blijden mond zoude begroetenzoo wij konden hopen dat de denkbeelden en gevoelens der gemelde par tij daardoor op eene edele wijze zouden verspreid worden. En dat mag niemanddie onze denk beelden ten aanzien van het nut der partijeu kent vei wonderen. Ieder partij werkt door het openbaar maken van hare gedachten en gevoelens aan hare zelf ontwikkeling en veredeling. En alleen in die ontwikkeling der partijen, wordt op den duur het middel tot hare onderlinge verzoening, gevonden. De overschoone woorden van den dichter Ha- scbroek Geneve en Rome moeten karapcu En zelf tot overmaat van rampen, Zich 't hart doorboren met eeu zwaard Tot Rome en Geneve zatnen, Zich eens omarmen in het amen Dat Heemlen verzoent met de aard. Zijn van toepassiug op alle partijen, hetzij van godsdienstigen of van staatkundigen aard. Daaren boven ieder onzer lezers weet 'hetwij hebben bijna even groote sympathie voor een partijdie mogt roemen op een Groen van Prinsterer en da Costa, als voor de liberaleaan welke wij an ders met harte en ziel gehecht zijn. Doch on gelukkiger wijze is de toon van het nieuwe week blad niet van zoodanigen aard, dat wij er veel heil van mogen verwachten, noch voor ons va derland, noch voor zijn partij. Over het program ma in het proefnummer opgenomen willen wij heen stappenwant iedereen weet dat men bij zulk een programma eenige algemeene plaatsen bij elkander moet halen en vervolgens, door het gebruik van bij deze of gene partij in zwang zijnde woor den, er een zekere kleur aan poogt te geven, al leen willen wij een klein protest aanteekenen, te gen de daarin voorkomende uitdrukking, regt- matig voordeel dat Nederland vanzijne Indische bezittingen geniet, en wij moe ten hier de antirevolutionaire partij tegen haar eigen orgaan in bescherming nemen de edelsten toch van die partij zullen dat gewis niet beamen, maar zijn het reeds lang met ons eens, dat die Indische baten een jammerlijke vlek op het Nederlaudsche volkskarakter werpen. Nederland heeft gedurende twee en een halve eeuw heerschappij uitgeoefend over die bezittingen, het heeft er handel gedreven het heeft er ge woekerd en vaak gestolenhet heeft de inwoners bekend gemaakt roet al de zonden en misdaden der europesche wereld maar het heeft gedurende twee eeuwen hoegenaamd niets gedaan voor de ontwikkeling dier volken en in de laatste 50 ja ren heeft het oneindig meer op geld verdienen, dan op de vervulling zijner pligten ten dien aanzien gedacht. Jawat zeggen wijdie heiland der wereld van wien het nieuwe weekblad spreekt en van wiens vereering en geest en in waarheid, ook wij alleen het heil der volken verwachten zag toen hij zijn loopbaan derwaarts wilde rigten, om zijne gezegende handen ook over de inwoners dier ge westen uit te strekkenvaak zijn weg versperd door het alleen om geld en goud denkende Ne- derlandsche volk. En wij zouden mogen spreken van cenig regtraatig voordeelwij die in ons geweten een beschuldigende getuige van een ver zuimden heiligen pligt en een bedreven onregt eeu wig zullen dragen. Doch stemde dit programma ons niet bijzonder aangenaam, nog minder deed her de toon, die in het binneulandsch overzigt wordt aangeslagen. Vol gens de voorstelling, die daar wordt gegeven, heerscht alleen vaderlandsliefdewijsheid en bezadigdheid bij de regerings-partijmaar zijn onverstand partijzucht en egoïsmus het uitsluitende deel der radicalen. Een geschiedschrijver, al is hij verre van onpartijdigzal zich toch den schijn van on partijdigheid willen geven en wie zoude het geen dwaasheid achten als iemand als voorwoord van zijn werk begon met te zeggenik wil een par tijdige geschiedenis schrijven. Een berigtgever is in zeker opzigt een geschiedschrijver en daarom zoo zulk een verslaggever bij het eerste berigt begint met znlk eene voorstelling van de zaken te gevenbegaat hij onzes inzienseen grooten misstap. "VVij raden daarom dan ook den schrijver van de nieuwe courant, in het belang van zijn partij ten dringendste aan om althans den schijn van onpartijdigheid wat meer in het oog te houden. Nog eenen anderen raad meenen wij hem te mo- :gen geven en wij hopen dat hij dien ons ten f goede zal houden. Wij lazen in dat verslag van paradoxen, hoogen toon, apodictische stellingen, professorale hoogte van Thor- beckevan van Bosses nimmer verouderde liefde voor de portefeui 11e (en heeft de man niet die van een groot rijk geweigerd en nog al meer van die woordendie geen ander nut stichten, dan dat zij bij dezen of genen ver eerder van die mannen, eenige ergernis verwekken. Waarvoor dient toch het gebruik van die woor den P Gij versterkt er waarlijk uw partij niet door en anders denkenden vervreemdt gij hoe langer hoe meer. Die woorden trouwens kan men dagelijks in het dagblad lezen en hebben daarom alle nieuwheid verloren. Eu zie ook in de kunst van het sma delijk sprekenzoo naanw verwant aan de edele schimpkunstmoet men een zeker climax in acht nemen dan moet ineu b. v. als er lang gesproken is van radicalen gaan spreken van Jacobijnen en democraten en als het publiek lang genoeg heeft gehoord van de liberale wanbegrippenliever de uitdrukking bezigen van godlasterlijke kette rijen. En die climax is op den duur niet gemakke- lijk te vinden. Nu voorspellen wij u en dit zij ter uwer cerc gezegd dat gij het nimmer ver in die kunst zult brengen. Wij hebben althans re denen om dit te vermoedenwij zullen ze u ont vouwen. Er was eeu tijd, het begin der 18e. eeuwtoen gelijk gij weethet zamenkoppelen van woorden bij ons zeer in de mode was en een vers als het volgende Ik zie met schrik en angst aannadren uit het Zuijen Wind- regen- hagel- weerlicht— bliksem- don- der-buijen, tot den hemel toe werd geprezenin dien tijd waren er rederijkerskamer, die geen nieuw lid toe lieten zoo hij niet zijn aanleg voor de beoefening der vaderlandsche taal had getoond door een fonkelnieuwe zamenkoppeling van woorden. Wan neer in onzen tijd eene vergadering van dagblad schrijvers tot staud moest komen dan zouden zij waarschijuhjk het uitvinden van een nieuw schimp woord als een voorwaarde van bet lidmaatschap stellen en wij voorspellen u mijnheer, dat gij dan niet zoudt worden toegelaten, want wij vonden in uw stuk niets dan oude bekenden en dat duidt, in dit opzigt, armoede van vinding aan. En wie zal u juist om die armoede niet meer achtendan zoo het anders het geval waswant

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1868 | | pagina 1