19 lOTIlBIE
m
Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad.
TIJ DSBESCH0U WIN G EN.
Twaalfde Jaargang.
J\<> 582.
COÜRAW
ABONNEMENTSPRIJS VOOtt DRIB MAANDEN
Voor Schagen 1,00.
Franco per post door het gehe»le Rijk 1,15.
Afzonderlijke Courantenn 0,10.
Verschijnt iederen Donderdagmorgen.
Abonnementen op dit blad worden door alle
PRIJS DER ADVERTKNTlëN
Van een tot vijf regels0,75.
Iedere regel meerder0,15.
De 35 cents zegelregt niet mede gerekend.
Groote letters imar de ruimte die zij beslaan.
Naar volksheil zonder deugd te dingen
Is arbeid aan een rots te biên.
IJITOEEFSTER WED. ZP. J". Gr. DIDERICH.
Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen.
BBIEVEN PEANCO
De lagere volksklasse in Nederland.
De oproerige bewegingen te Rotterdam en Leiden
hebben in den laatsten tijd weder meer bepaalde
lijk de aandacht doen vestigen op de geaardheid
onzer lagere volksklasse. Na de treurige tooneelen
waarvan de twee zoo even gemelde steden de ge
tuigen waren kon het niet anders of deze beschou
wing, moet niet zeer gunstig zijn ten aanzien van
die klassewelke als de voornaamste bewerkster
van die onlusten werd beschouwd.
In onderscheidene dagbladen en brochures van
verschillende kleur zagen wij haar dan ook weder
aangeduid met al die liefelijke benamingenwaarin
onze taal zoo bijzonder rijk is, en die altezeer een
getuigenis afleggen van onze onchristelijke gezind
heid ten haren opzigte. Zoo als daar zijn kanalje,
graanw, Jan Hagel, uitschot en schuim
der natie. Al die benamingen bewijzen dat er nog
al te weinig een christelijke zin naar gelijkheid
bij ons volk bestaat.
Inderdaad onze zoogenaamde aristocratie ziet
met minachting neder op de burgerij en deze we
der op het- gemeen zonder dat inen zich afvraagt
met welk regt men dien minachtenden blik op de
lagere standen werpt. Het bezigen van de zoo
even genoemde woorden bevordert al te zeer bij
onze hoogerc standen, dien phariseeschen hoog
moed die ben doet uitroepen de schare die de
wet niet kent, is vervloekt. Wij vragen, met
welk regtbezigt men ten aanzien van onze lagere
klasse die schimpnamen
Vooreerst gelooven wij niet dat onze hoogere
standen in werkelijkheid zooveel hooger in zede
lijkheid staan dan het zoogenaamde gemeenmaar
ten anderen zoo werkelijk de lagere volksklasse
zoo diep gezonken is, dan mag niemand baar dat
verwijtenwant die zedeloosheid zoude dan het
gevolg zijn van de ellendige omstandigheden»
waarin de personen uit dien stand worden gebo.
ren en opgevoed. Die zedeloosheid zoude dan den
grond tot eene bittere aanklagt tegen onze gehee-
le natie opleveren daar deze zoo weinig christe
lijk isdat zij zonder er zich over te bekomme
ren een groot gedeelte van haar kinderen in het
wilde laat opgroeijen.
Is onze lagere volksklasse in werkelijkheid zoo
diep gezonken dat men regt heeft om haar te
bestempelen met de benaming van kanalje, uit
bot en schuim der natie, dan hebben wij
regt om uitteroepen wat nut geefto volk van
Nederlandu uw Christendomwaarop gij zoo
hoogvaardig zijtlaat gij niet even als de heiden-
sche oudheid een groot gedeelte uwer kinderen ver
smachten in duisternis en in schaduwen des doods,
laat gij hen niet levenslang zwoegen als lastdieren
en veelal hongeren zoo als een gierig en onbarm
hartig heer zijn vee doeten tot overmaat van
ramp bestempelt gij hen met verachtelijke namen?
Maar gelukkig is, gelijk wij zeiden, de peil der
zedelijkheid bij ons lagere volksklasse niet zooveel
lager dan bij onze hoogere standen.
De verhouding tusscben slechten en goeden is
bij allen bijna dezelfde. Doch daarenboven worden
de oproerige bewegingen ten onregte aan het ge-
meen gewetendoorgaans zitten raddraaijers uit
den hoogeren stand, in hel verborgen, achter het
spel. £n onder het getal van hendie wegens
geweldadighedeii worden gegrepen behooren door-
gaans nog meer personen uit den kleinen burger-
stand dan uit bet gemeen.
Blijkens de geschiedenis zijn de oproerige be-
wegingen in ons vaderlandoneindig meer uitge-
gaan uit den boezem der burgerijdan uit dien
van het zoogenaamde gemeen. Zoo althans was
'het in 1672, in 1747, in 1785 tot 1787. De
moordenaars der de Witten behoorden allen tot
den gegoeden burgerstand en het geschreeuw tegen
de pachters der belastingen ging natnurlijk ook j
uit den boezem der burgerij op. Daarenlegeu was
in die bewegingen, welke ons vaderland werkelijk f
zegen hebben aangebragt, zoo als te Vlissingen
in 1572 en te Amsterdam in 1813 het gemeen
doorgaans in het eerste gelid.
Desniettemin is het schimpen op de lagere
volksklasse onze natie altijd eigen geweestonze
vrijzinnigste regenten eu staatslieden hebben zich
daaraan schuldig gemaakt, zoo gewaagd onder au-
derende met regt beroemde leider der patri-
otiscbe beweging in 1785, de bekende Capelle
van der Marschvan schuim en rebut der natie.
J In het licht eener echt Christelijke w ereldbeschou
t wing moet het gebruik van al die schimpnamen
j ten sterkste veroordeeld worden. Allen moeten wij
ons best doenom de bestaande diepe kloven tns- j
schen de verschillende standen der maatschappij te
''dempen. Wij moeten den omgang en het verkeer
tnsschen gegoeden en armen tussehen beschaafden
en onbeschaafden gemakkelijk makenmaar wij1
maken de kloof dieper en dieper en den afstand
't tussehen de standen al grooter en grooterals wij
het reeds zoo diep ter narde gebogen hoofd der
lagere volksklasse, door het bezigen van schimpna
men nog dieper nederdrukken.
Laat ons in Gods naam toezien dat wij niet be
hulpzaam zijn in het aankweeken eener klasse
van parias in onze maatschappij. Want daardoor
zouden wij aan die parias het regt geven om met
hunne sterke handende zuilen WHarop de tempel
onzer maatschappij rustomver te halen. Dat
dom gehouden en beschimpte gerappn zal dan als
de blinde Simsondien tempel eens op onze
hoofden doen nederstorten.
Een zinstorende drukfout in een
vorig nnmmer. O letterzetter, welk een ge
voel van spijt deedt gij bij d-n schrijver van het
stuk in het voorlaatste nummer dezer courant ont
staan toen hij dit onder de oogen kreeg. In dat
nummer had hij de houJiug van de T ij d vergele
ken met een kwAjongetidie met een steen ge
gooid hebbende naar een ruiter, tot zijne ver
ontschuldiging uitriep, «lat hij wel het paard, maar
niet den ruiter bedoeld had. En nu liet gij hem
in plaats van ruiter, znster zeggen, en daar
mede viel die zoo fijn bedachte aardigheid geheel
in het water.
De bedoeling was namelijk om onze orthodoxe
partij te vergelijken met den ruiter, en het paard
waarop hij zitmet de protcstantsche kerk. Even
als de ruiter uit zijn aard stil en ruslig moet blij
ven zitten zoo is het ook met de orthodoxe par
tij doch het paardwaarop hij zitis de pro-
testantsche kerk en deze draagt hem ondanks al
zijn rust met grooten spoed met zich voort. Als
lid der protestantsche kerk wordt elke orthodoxe
ondanks zijn wilvoortgedreven.
Als wij het oog slaan op de houding der or
thodoxen bij onsdan moet ieder bij hen een
groote vooruitgang bespeuren. In 1824 liet de
schrijver van de bezwaren tegen den geest dezer
eeuw, Da Costa, zich ten sterkste uit, tegen de
afschaffing der slavernij, bij zijn dood in 1860,
was hij een der grootste voorstanders van die af
schaffing. De Bilderdijkiaansche school schold in
in de jaren 1H20 tot 1825 luide op den consti-
tutionelen regeringsvorm en met welk eene welspre
kendheid verdedigde in 1866 Groen van Prinsterer
niet de bevoegdheid der Staten—Generaal om de
regering voor elke regeringsdaad ter verantwoording
te roepen
Die vooruitgang moet worden dank geweten aan
het protestantismus. Elk protestant is uit zijn
-T-