Burgcrl. Stand der gcmeenle Barsiiigerliorn c.a.
Burgerlijke stand der gemeente St, Maarten
BEURSTIJDINGEN-
Burgerlijke stand der gemeente Schagen.
MARKTBERIGTEN.
den godsdienst, als de leermeesteres van het geloof, als
een burgt en bolwerk van de katholieke waarheid.
Van daar list en bedrog, van daar het openbaar
geweld onlangs gepleegdmen heeft namelijk nit de
heffe des volks haastig eenige troepen geworven en
dezulken, die tot elke schanddaad jegens ons bereid
waren, naar onze provinciën uitgezonden om de vaan
des opstands omhoog te heffen, welke dorpen, steden
en gewesten met schrik, roof en allerlei heiligschennende
misdaad vervuld en zelfs gepoogd hebben om het volk
vsn het verschuldigd geloof en dienstvaardigheid jegens
ons en den heiligen stoet af te trekken. Maar in zulk
een groot gevaar heeft de dapperheid van onze krijgs
lieden op bijzondere wijze uitgeblonkenwant hunne
aanvoerders volgende, zijn zij, niet afgeschrikt door de
slechte wegen, niet vermoeid door de langdurigheid
der marschen, niet ontmoedigd door bet verrichten van
allerlei werk, haastig toegesneld, om den aanval van
den vijand te onderdrukken en hebben zij, na een op
vele plaatsen vernieuwd gevecht, zoo dapper, zoo hevig
gestreden, dat zij die woeste benden hebben doen sneu
velen en verjaagd, en aan de landbewoners en aan de
burgers rust en veiligheid hebben wedergegeven. En
toen niet lang daarna gewapende troepen het hebben
durven wagen de muren van de stad te naderen, en
een inval te beproeven, om met hunne misdadige raed-
gezellen die heimelijk binnen geslopen waren en nieuwe
middelen ter verdelging bereid hadden, op een afge
sproken teeken, door brand, plundering van buizen,
verwoesting van kerken en met het bloed der goede
bursers, de woede die hen bezielde te bevredigen,
toer, zijn onze krijgslieden niet nalatig geweest in het
volbrengen van hunne plichten; want toen de hinder
lagen ontdekt waren, hebben zij de trouweloosheid der
zaroenzweerders verijdeld en na hen gedeeltelijk Over
wonnen en verstrooid, gedeeltelijk gevangen eenomrn te
hebben, den zetel van den godsdienst en het verblijf
der schoone kunsten van een dreigend gevaar gered.
Maar eene nieuwe gelegenheid is ons aangeboden
om de dapperheid van ons leger te doen uitkomen
want toen een troep gewapenden, van hier en elders
bijeen verzameld de atad Eretum, in de naburige Sa-
bijnsche provincie bezet, aldaar vele schanddaden be
dreven had en met eene toomelooze en brandende
begeerte op een nieuwen aanval der stad bedacht was,
toen werdeu zoowel onze, als Fraoscbe hulptroepen
tegen den vijand gezonden om hen aan te vallen; en
nadat bij Nomentura het ecvecht begonnen was, hebben
zij gedurende den strijd zooveel kracht, ijver en stand
vastigheid aan deu dag gelegddat zij die veel tal
rijker troep roovers bedwongen en verslagen, en, terwijl
er velen van dezen gewond en gedood, de meeaten
gevangen genomen en de overigen met den stoutmoe-
digen veldheer op de vlucht gedreven waren, eene
belangrijke overwinning behaald. De overwinnende
troepen naar de s'ad teruggekeerd, werden toen in
zegepraal ontvangen, de burgerij ging hen te geraoet
en begroette hen met gejuich ea handgeklap; die met
aanwending van hunnen krachten de zaak tot zulk een
goed einde gebragt hadden. Opdat de herinuering aan
deze overwinning, welke niet zonder hulp des hemels
verkregen en overal gevierd is, tot in volgende tijden
zou biijven bestaan, hebben wij bevolen dal er een
zilveren teeken in de gedaante van een achthoekig
kruis geslageu zou worden, op welles uiteinde gegrift
staat: Pius P.P. IX Ao. 1867, in welks midden echter
eene kleine munt is aangebracht, welke aan de eene
zijde de tcckenen van ds pauselijke waardigheid ver
toont met het bijschrift: Pidei et Vertutie (voor be
toond geloof en moed) en aan de keerzijde een klein
krnis met het bijschrift: Hiur Victoria (van hier de
overwinning). Voorts hebben wjj toegestaan dat dit
zilveren toeken door elk der krijgslieden van ons leger
gedragen zal wordenop de linker borst hangende aan
een zjjden lint met vyf blaauwe en witte strepen, en
tot meerdere belooning van hunoe moeite hebben wij
aan dtzeiven toegestaan, dat er ren jaar van den tijd
zou afgenomen worden, welke bepaald ia, om sold|j te
verdienen en om andere voordeelen volgens militaire
bepalingen te verkrijgen. Bovendien hebben wij dit
zilveren teeken op de linker borst te dragen, gegeven
ssn elk der krijgslieden van het Franscbe leger, die
bij Nomentum met onze troepen tegen de vijandelijke
drommen hebben gestreden.
En opdat eindelijk die dappere mannen, die, om
onze rechten te verdedigen en om van de stad de
woede van de onrechtvaardigen af te wenden hun
bloed en leven hebben opgeofferd, eene plechtige ver
melding van hunne dapperheid en roem zouden ver
krijgen, geven wij met dezen brief openlijk te kennea
en verklaren wij dat zij zich omtrent ons, omtreut den
apostolischen zetel en omtrent de katholieke zaak
zeer verdienstelijk gemaakt hebben iets eervoller, iets
roemrijker en iets dat meer bijdraagt tot de onster
felijkheid vsn hunnen naam, er zeker niets grootschrr
kan genoemd worden dan deze verkondiging.
Gegeven te Rome bij den H. Petrus onder den Vis-
scberaring, den 14 November, Anno 1867, het 22»ten
van ons prieaterschap.
N. Card. Paraviani Clarelli.
Tot zoover de brief. Ik geloof dat het niet noo-
dig is om dezen nader toe te lichten. Ieder kan hieruit
zien hoe men de daden beoordeelt van hen die een 1
verandering in de bestaande orde van zaken te Rome
tot stand wilden breugen, eene verandering die, naar i
het oordeel van velen, hoogst noodzakelijk was.
GEHUWD10 April. Jacob Pignum wc Irtï-
naar van Anna Busker oud 31 jaren wonenaê-
te Zijpe en Pietertje Dekker, jd.oud 34 jaren,
wonende te Schagen.
OVERLEDEN 6 April. Jan Kamp, ond 1 jaar
en 10 maanden.
Ingeschreven van 81 Maart 13 April 1869.
GEBOREN Geene.
ONDERTROUWD Geene.
GEHUWD Geene. v
OVERLEDEN 5 April. Dirk de Geus ond 6
«eken.
POSTKANTOOR SCHAGEN.
Brieven gerigt aan onbekende personen over de
maand Maart 1869, verzonden aan het postkantoor
SchageuBeuka, te AmsterdamIzak Mijer, te
BroekA. Ileuck, te Rheidt.
Ingeschreven van 6 13 April 1869.
GEBOREN: Geene.
ONDERTROUWD: 9 Aril. Pieter Kooijm.
wonende te Hoogwoud en Atiaantje Prancis jd.
wonende te Barsingerhorn 10 dito. {Dirk YVa-
gen maken jm. en Dieuwertje Peetermans jd.
beide wonende te Barsingejhorn.
GEHUWD Geene.
OVERLEDEN Geene.
Dingsdag den 13 April 1869.
Amsterd. w. S. 2$pC. 55; SpC. 66J.
Rusland, oude 5pC. 95 1831, 5pC. 79$
Oostenrijk, Metaliek 5pC. 471 idem A. 62
idem Nationale 1854 5 pC, 53j
Spanje thans 2{pC. 80{ j 3pC. 82{
Portugal 3pC. 86$
BI. Grieken, 5pC. 10$.
Mexicanen 3pC 14J.
Londen Wisselk. zigt 11,90,2 m. 12,05.
Parijs, 57 56
Hamburg35{ r 35.
Bordeaux 15 dagen 654 5f,i
Metal. Coopons f 19,90.
Idem nationale r 24,45
Ingeschreven van 4—10 April 1869.
GEBOREN: 4 April. Jacobus Johannes, zoon
van Pieter Baars en Lonise Schmit. 8 dito.
Maartje dochter van Tijs Rentenaar en Ariaan
i tje Kruit.
ONDERTROUWD: 4 April. Petrns Pepping,
ijra., oud 20 jaren, wonende te Limmen en Cor-
nelia Mooij jd.oud 28 jareu wonende te Caa
i tricum.
«telingen den 8 April 1869,
Aangevoerd 7 Paarden I 80 a 150; I Stier f 80;
10 vette gelde Koeijen f 160 a 200: 10 Kalf-
koeijen f140 a 190;. 4 vsarsen 60 a 80; 20
nacht Kalveren f3 a 6; 846 magere Schapen
f 12 a 22 3 Bokken en Geiten f 1,50 a 6 10
magere Varkens f 14 a 30 60 Biggen f 8 a 14;
Konijnen 15 a 65 ets. Kippen 40 a 100 ets.
Duiven 15 a 40 ets. Boter 75 ets. per kop of
fl per N. 8. Kaas 17$ a 22$ ct*. per N. W.
Kip-Eijeren f f2,50, Eend dito f2,75 a 2,80.
Purmeren.de, 13 April. Aangev. Boter fl a
1,10 per N. W. 116 vette Kalveren 60 a 85 ets.
per N. 8. 162 nucht. dito f4 a 10 39 vette
Varkens 58 a 64 ets. per N. 8 41 magere dito
f 16,50 a 26,50, 243 Biggen f7 a 1 1.50 Kip—
Eijenn f2,50, Eend dito f3,50 per 100.
Alkmaar, 9 April. Kleine hooikaas 133,50
commissie f34 middelbare f36, laagste prijs f 15,
aangevoerd 138 stapels, wegende 27178 N, k.
tneer dan het even ledigen van een giftbeker.
Toch schijnt het afsof tnen ons zegevierend de
vraag voorlegtwanneer men een gift-drank het
antwoord der wereld noemt op het streven
van een Socrates kan in eene wereld waar de
deugd als misdaad wordt gestraftde deugd ooit
bloeijen en heeft dus de dichter geen regt wan
neer hij die wereld veracht en haar de moor
denares noemt van bet groote en edele onder de
menschen. Die ganscherei van slachtoffers zal men
doen opkomen uit hunne graven en eene keur
bende naar den geestzal daar voorhij strompelen,
gekneveld door eene werelddie hen niet be
greep.
Men zal er de deugdde kunstde weten
schap immer vinden als martelaresse en de wereld,
die Socrates ter dood veroordeeltverpligt Galilei
om de waarheid als eene ketterij af te zweren en
gebiedt Tasso om zijn eigen kunstwerk te ver-
Hinken. Wat een armzalige eerbiedwaarmede
de wereld de kunst eerbiedigt! Zie op Vondel
den grootste onzer dichters en terwijl het straal-
licht u in de oogen flikkertieder door hem be
zongen voorwerp eigen «egt men u deze man
die over de onsterfelijkheid beschikte leed in
zijn ouderdom gebrek ea moest zijne laatste
krachten gebruiken tot ellendig slaafwerk dat hem
uitmedelijden werd toegeduwd. Wie is hier de meer
dere de man van geniede schepper van ons
Hollandsch wiens woorden omtrent huwelijkstrouw,
zonder iets van hun gloed en kracht te verliezen
iinmer nog leven in het Hollandsche hart of de
dommetrotsehe koopmandie uit genade dat
genie voor den hongerdood bewaart. Zie bij die
uitgeteerde wang en dat van zorgen doorploegde
voorhoofd den rustigen lach der gezondheid, die de
zelfvoldaanheid van den ander teekent en vraag
dan nog voor wie de wereld is, of de eer een
kroon is die het hoofd van den waardige siert
en het geluk eene belooning weggelegd voor deugd
en verdienste. O neen Piet Paaltjes dit be
weren wij ook niet. Heeft uwe stelling slechts
deze beteekenis dat om regt gezond te ziju en
goed te eten groote voortreffelijkheid niet dienstig
isdat dommen niet sukkelen aan de ziekten der
geleerden en dat deugd en talent die de wereld
moesten overheerschen meesteutijds slechts allen
dienstknechten zijndan wil ik u dit gaarne toe-
geveo.
Maar nimmer geef ik u toe dat hierin het
bewijs zou liggen voor de stelling die ik bestrijd,
dezedat de wereld het genie zou doodknijpen
dat het genie zou versterven als een plantdie
geen aarde heeft en dat de overwinning in den
strijd tusschen het kleine en groote aan het kleine
zou zijn.
De magere hand van Vondel moge om deernia
bidden maar wij behoeven alechta dat oog te
zien om te gevoelen dat wij hier tegenover on
ze meerdere staan en het geniewij erkennen
hetnaar de wereld verachtverlicht voor ons
thans als een schitterende juweel het gansche tijd
bestek waarin het door de gesehiedenis is ge
plaatst. Is het pleidooi tusschen de regters van
Athene en Socrates verloren door hem die den
giftbeker drink Nog zijn ons de minste woorden
van Socrates bekend. Wij wonen zijne laatste
gesprekken bij; wij gevoelen met de vrienden,
waarvan hij afscheid neemt en schoon gestorven,
vinden wij zijn krachtigen geest immer levend, om
moed bij te zetten aan eene bestreden overtuiging.
De wereld heeft niet dood te knijpenhet zout
der wereld kau niet zouteloos worden. Gij kunt
deugd en waarheid kerven trappenverguizen,
deugd en waarheid blijven de zuurdeessem uitma
ken der menschelijke geschiedenis. Hare overwin
ning boogt niet altijd op een ziglbaar teeken
zij hecht niet als de krijgsman haar vlag op de
veroverde sterktezij overwint ook waar zij schijn
baar de nederlaag lijdt.
Dit schoone denkbeeld heeft ook den kunstenaar
bezield, die de groep heeft ontworpen door een
dankbaar nageslaeht opgericht ter herinnering aan
de eerste dagen uit onzen onafhankelijkheids-oorlog.
De stervende Adolf overwint. Trots de tegenwer
king eener magtige partijdie ter reconstruering
onzer geschiedenis, zich niet ontziet aan het vader
land dierbare namen prijs te geven aan de ver
guizing van hen die de vruchten plukken hunner
opoffering, zal op het afgelegen Heiligerlee weldra
aan een zoogenaamd overwinner nu eene eerzuil
worden opgerigt. Doch ook al is dit niet het
loon der deugdhet is ook hare verwachting niet
geweest. Zedelijke grootheid mogen vallen door de
verwoede aanslagen der helhet bloed der marte
laren ia ook in een heiligen zin het zaad der kerk
geweest dier kerk namelijk wier gebied ongemerkt
zich uitbreidt, beschermd door de magtige vader
hand, die op de laatste bladzijde van de geschie
denis der menschheid het woord overwinning
geschreven heeft.
(Wordt vervolgd.)