Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad. 6 MIUAEM. Jfê Mi. Veertiende Jaargang. Ao. 1869. Waarom is de poging tot staats hervorming in 1787 mislukt. 70 GEMEENTE AFKONDIGINGEN. KENISGEVING. SCHAGER COURANT. Dit blad verschijnt op Woensdagavond; doch wordt, met een bijvoegselbevattende het jongste Schager- marktberigtden volgenden avond verzondenaan hen die zulks verlangen. Brieven franco aan de uitgeefster. Abonnementen op dit blad worden'door alle Paus per jaar 8,Franco per post f 8,60. Afzonderlijke nummers f 0,07§. ADVBRTiwriëN van een tot vijf regels f 0,75; iedere regel meerder 0,15. Groote letters naar de ruimte die zij beslaan. Naar volksheil zonder deugd te dingen Is arbeid aan een rota te bién. Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen. Burgemeester en Wethouders der gemeente Scha- geu, noodigen bij deze belanghebbenden uit, die over deu jare 1869 van de gemeente iets te vor deren hebben, hunne rekening vóór of uiterlijk op den 20steu Januarij 1870, ter Secretarie dezer ge* meente in te leveren. Schagen den 4 Januarij 1870. Burgemeester en Wethouders voornd. van Dörnberg Heiden. C. de Pater Wethouder. Burgemeester en Wethouders van Schagen, her inneren de ingezetenen, dat met 1 Januarij e. k. in werking treedt de wet betreffende de maten en gewigten en weeg werktuigen, van den 7 April 1869 (Staatsblad No. 67). Ten einde de sijstematiche namen der maten en gewigten, die van af dat tijdstip bij uitsluiting in het Kijk mogen worden, gebezigd, algemeen bekend worden en in gebruik komen, noodigen zij de nering doenden uit, in hunne winkels voorhanden te hebben de tabel houdende opgave dier namen eu derzelver verkortingen, zooals die door de Inspecteurs van het lager onderwijs in deze provincie, voor het school onderwijs is opgemaakt, welke bij de uit geefster dezer courant te verkrijgen is, voor den prijs van f 0.20. Schagen den 28 Dec. 1869. Burgemeester en Wethouders "ooruoemd, Van Dörnberg Heideu. A. J. van üantfort. Secretaris. UI. Hoe verscboonlijk deze overdreven eerbied voor de stedelijke aristocratieu ook ware, zij was ech- des niet te min een groote fout in de hervor mingsgezinde partij. Die partij had voor allea twee dingen in het oog te houden lo. verzekering van den volksinvloed op de verkiezing der regerings- colegie2 gelijkstelling van alle godsdienstige ge zindheden. In bijna alle steden van ons vaderland was de burgerij op eene wederregtelijke wijze beroofd ge worden van allen invloed bij de samenstelling der regnringen. Schier overal verkozen de regerings- colegieu zich zeivende patricische families be hielden de vette posten voor zich zeiven en lieten de burgerij toezieD, deze moest zich even als in de dagen van Vondel vergenoegen dat zij was: Een vrijgevochten beest. Zoo naar het ligchaam niet, dan zij het naar den geest. De hervormingsgezinde partij kon dus voor de herstelling dezer grieve voorwaar geen hulp ver wachten bij de stedelijke aristocratieu, veeleer mogt zij dien bijstand van de Oranjepartij te gemset z.en. Meer dan eens toonde de prins zich ge zind om dien volksinvloed te herstellen. Zoo o. a. antwoordde hij op een heftig voorstel door de zoo patriotische gezinde Staten van Overijssel dat hij voor alles de medewerking van de burgerij bij de verkiezing wilde verzekerd hebben, en des niette min bleven de patrioten zicli aansluiten bij een partij die daarvan niets hooren wilde. Hoe wei nig goedgezind ten dien opzigte de anti-stadhou derlijke partij wasbleek o. a. uit een voorval te Heusdeu in 1786, in deze stad had de bur gerij zelve in strijd met een bestaand reglement hare regering gekozen en nu deed de patriotische regering vau Holland juist het zelfde wat de oranje gezinde staten in Gelderland ten opzigte van Hat- tem en Elburg deden, door de gewapende magt bragt zij alles tot het oude terug. Ook van eene gelijkstelling van alle gezindheden wilde de stede lijke aristocratien weinig hoorenzoo werd o. a. de burgerij te Enschede, waar inen twee protestante twee roomsche en twee doopsgezinde geconstitu- eerden had gekozen in het ongelijk gesteld. Bij znlk eene gezindheid mogten de aristocratische re geringen geen bondgenooten van de hervormingsge- zinden zijn. In dien stand der zaken kon hun aanhang geen andere weg .overschieten dan als derde partij op te treden en zich als magtige scheidsman te stellen tusschen de twee ellendige factiën, die eeuwen lang der republiek hadden ver deeld. Hadden de hervormingsgezinden dien weg inge slagen, het vaderland ware waarschijnlijk gered geworden. Al wat toch in beide oude partijen het waarlijk wei meende met het gemeenebest zoude hun vroeg of laat zijn toegevallen en aldus steeds in krachten toenemende zouden zij de hervorming van ous staatswezen zonder schrokken hebben kun nen volbrengen. IJdel was ook de vrees dat men door de stedelijke regeringen voor het hoofd te stooten de bekwaamste en van de leiding der zaken meest gewone personen van het staatstoo- neel zoude drijven, waut zoo deze al mogelijk voor een oogeublik zich zouden hebben teruggetrokken, de aan alle bekwaamheden natuurlijk eigene eer zucht zoude heu er spoedig teruggebragt hebben. De aristocratie der bekwaamheid streeft onder iedere staatsgesteldheid er naar om zich te doen gelden. De hervormingsgeziudeu bemerkten te laat welk een fout zij hadden begaan. Eerst in 1786 nadat de oranjepartij geheel vernederd en verbitterd was maakten zij zich gereed om de aristocratische re geringen te bekampenmaar toen was het te laat. De oranjepartij sloot zich aan dezen aan, en de nederlaag der patriotische partij zoude ook zonder de tusschenkomst der Pruissen volkomen geweest zijn. Tot deze nederlaag hadden echter ook veel bijgedragen de onregt vaardige en demagogische staatskunstendie de volksleiders bezigden om hunne heerschappij te vestigen. De middelen, die de patriotische partij gebruikten om de zegepraal harer beginsels te verkrijgen waren op zich zeiven beschouwd in vele opzigteu niet kwaad, zij beston den in de oprigting van zoogenaamde bnrgereocié- teiten, bestemd voor de bespreking van staatkun dige aangelegenheden, in het verzamelen van een dus genaamd nationaal fonds, waarin ieder Neder lander een vaste bijdrage van f 1 tot 5 kon stor ten uit welke toen de noodige mid delen zoude vinden om de zaak der patrioten, waar zij zulks noodig hadte ondersteunen; in de oprigting eener gewapende vrijwillige burgerwacht, tot het verkrijgen van een tegenwigt tegenover het bezoldigd leger van den staatwaarover de prins als kapitein-generaal het bevel voerde en eindelijk in het aangaan eener zoogenaamde akte van verbindtenis, waarbij de leiders der beweging zich onderling verbonden om zich op daartoe uit- geschrevene vergaderingen te verstaan over de aan- tewendene middelen. Wanneer men zich op het standpunt der pa triotische partij plaatst dan kan men geen dier middelen veroordeelen, maar de wijze waarop van die middelen gebruik werd gemaakt kan daaren tegen niet scherp genoeg worden gelaakt. Zoo b. v. werden uit de burgersociéteiten niet alleen alle andersdenkenden geweerd, maar werd zelfs de op rigting van zulke sociëteiten door de oranjepartij, op de geweldigste wijze, van de zijde der patri oten tegengegaan, jazelfs als dit niet hielp, door de vroedschapzoo deze er de meerderheid had, verboden. Zoo werd het nationale fonds al te zeer gebezigd om oproerkraaiende couranten als de post van den Nederrhijn, den politieken blik sem den Dieinenneerschen courantenz. aan te moedigen. Doch van geen middel werd ergerlij ker misbruik gemaakt dan van de vrijwillige bur gerwachten. Ofschoon die oprigting der vrijcorpsen in 1788 door het kwartier Westergo ia Friesland werd voorgesteld met het kennelijk doelom zoo als men het noemt, den prins een hok te zetten door uit te gaan van de veronderstelling, dat deze niet genoeg voor 's lands weerbaarheid had gezorgd, moet men echter erkennen, dat men in den aan vang met de volkswapening alleen een buitenland- scben vijand op het oog had, maar welras werden de vrijwillige burgerwachten hoofdzakelijk beschouwd om de aan oranje zoo gehechte volksklasse in be dwang te houden en des noods om het bezoldigde leger van den Staat te bekampen. Spoedig ging men verder, de vrijcorpsen werden beraadslagende iigchamen, benoemden zoogenaamde geconstitueer- den en schreven de stedelijke regeringen de wet voor. Zoo die regeringen iets bepaalden wat niet naar hun zin was, dan heette het dat de volksstem was miskenddan werden de regenten bedreigd en het gevolg was dan meestijds dat de vroedschap boog. De geconstitueerden beschouden zich zeiven als de eenige waarachtige vertegenwoordigers des volks, alle besluiten der regeringdie niet met [*1 Al* eea bewij» t»b de geestdrift, welke ia die degea heer echte ken «trek tem, dat eea oobekead ia-etetec de •om »»o f 100,000 sta dat foadi tea geackea&e gaf.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1870 | | pagina 1