3 1 MET.
Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad.
M 649.
Veertiende Jaargang.
Ao. 1870.
De antidefensie-bewegiug
EMËKGOE BEH1GTEN.
Prijs per jaar f 3,Franco per post f 3,60.
Afzonderlijke nummers f 0,0 7|.
GEMEENTEAFKONDIGING.
NATIONALE MILITIE.
Oproeping van Vrijwilligers voor de
Zee-Militie.
SCHAGER COURANT.
Dit blad verschijnt op Woensdag avonddoch wordt
met een bijvoegselbevattende het jongste Schager-
marktberigtden volgenden avond verzondenaan hen
die zulks verlangen.
Brieven franco aan de uitgeefster.
Abonnementen op dit blad worden door alle
AnvERTE.NTiëN van een tot vijf regels f 0,75; iedere
regel meerder f 0,15. Groote letters naar de ruimte die
zij beslaan.
Naar volksheil zonder deugd te dingen
Is arbeid aan een rots te biên.
Boekhandelaren en Postdirecteuren aangenomen.
Burgemeester en Wethouders der gemeente Scha-
gen-
Gelezen eene missive van den Heer Minister
van Binnenlandsche Zaken van den 5 Maart 1862,
medegedeeld bij Provinciaal Blad No. 24 van
dat jaar.
Gezien art. 150 der wet van 19 Augustus
1861, [Staatsblad No. 72]
Roepen mits deze op alle die lotelingen welke
genegen zijn om bij de Z e e-M i 1 i t i e te dienen,
om zich daartoe aan te melden ter Secretarie
van liet Gemeentebestuurvóur den len April
aanstaande dagelijks van des morgens 9 tot des
namiddags 4 ure uitgezonderd des Zondags.
Scliagenden 1 Maart 1870.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Van Döruberg Heiden.
C. de Pater, Wethouder.
Het karakter, onlangs door ons toegeschreven,
aan de beweging tegen de oorlogskostenbegint
zich openhartiger te teekenen. Van de bewering
dat de verhouding dier kosten tot die welke de
andere takken van bestuur vereischen onverdedig
baar is, is meu afgegleden tot die, welke een
plaats in een gekkenhuis toedenkt aan een Ne
derlander, die in ernst meent zijn land te moeten
verdedigen. Het Noorden, zoo wel dagblad
als provincie geeft hierin den toon en de
kleinere couranten zingen na. Nu achten wij
niets noodlottiger voor een land dan de vestiging
der overtuiging dat de vraagverdediging of niet
doelloos is, omdat wij toch niet zullen worden
aangevallen, ongerijmd isomdat wij ons toch
niet verdedigen kunnen en kleingeestig is, omdat
toch nationaliteit tot de bekrompen begrippen be
hoort.
Het verwondert ons niet dat de meening veld
wint volgens welke geen anderen strijd ons volk
meer wacht dan die tegen volksgebreken en vóór
nationale ontwikkeling. Gedurende eene halve eeuw
bevrijd van den oorlog, vredig gelaten in het be
zit van het ouze en ongestoord in onze ontwikke
ling die met 1848 een belangrijker schrede heeft
vooruit gedaan dan wel algemeen vermoed wordt,
achten wij een keer hierinonmogelijk. Zoo min
als aan den krachtigen, levenslustigen mensch het
denkbeeld invalt, dat morgen de dood hem wei-
ligt oproept, zoo min acht een aanzienlijk deel
van ons volk het mogelijk dat het krijgsrumoer
plotseling onze kalme overleggingen zou over
schreeuwen. En toch moest de geschiedenis ons
wijzer maken.
De poorten van den tempel van Janus zijn
nog immer slechts zelden gesloten en de donder
bui over andere volken losgebroken, was in den
beginne altijd een wolkje, groot als de span van
een hand, dat elk oogenblik ook aau onzen ho
rizon verrijzen kan. Maar het helpt niet of men
van geschiedenis spreekt. Wij zijn als de kleine
kinderen die uit leering niet willen leeren en bij
wie het voelen steeds voor af moet gaan aan het
luisteren. Ja, zelfs zijn wij nog erger, want onze
geheele geschiedenis leert het ons dat de dikwijls
noodlottige uitslag van den oorlog altijd tot oor
zaak had verwaarloozing der krijgszaken in vredes
tijd. Zij, die zoo stout weg het geld weggewor
pen achten voor onze verdediging bestemd, die
om hunne stelling te kleurenspreken van een
door de opbrengst der oorlogslasten uitgemergeld
volk, zij moesten bedenken dat een oorlog tot de
natuur der dingen behoort en dat men zich als
optimist ligt kan voortooveren een toekomst vim
eeuwigen vrede, maar dat men dus droomende ge
vaar loopt akelig wakker te worden geschuwd.
Eiken oorlog betreuren wij, ook om de schatten
die hij verspilt en het bloed dat hij vergiet, maar
toch voornamelijk omdat hij het regt afhankelijk
maakt van het geweld, maar kunnen wij daarom
ontkennen dat het regt in deze wereld van ma
terie den steun noodig heeft van de magt Om
dat armoede, misdaad en onkundeeven als de
oorlog, eeuwige gezellen van den mcnsch, akelige
dingen zijn, denkt men ze gaarne weg, maar weg,
blijven zij niet.
Elk volk dat leeft, kan in zijn belangen stooteu
tegen de cischen van andere volken en daarom is
in het algemeen verdediging, volkspligt. Maar zij
is dit in het bijzonder voor Nederland. De wel
vaart waarin wij ons verheugen heeft zijne gevaren.
Te eeniger tjjd zullen wij ons bedreigd zien door
de naijverende magt van Frankrijk en Pruissen en
welligt, als wij het er naar maken om een vrij,
zelfstandig, edel volk te blijven, wacht ons in dc
toekomst eene roeping even luisterrijk als die van
ons glorievol verleden. Doch ongetwijfeld brengt
dit gevaar voor oorlog mede.
Maar wij kunnen ons immers toch niet verde
digen is het tweede woord. Geen verdediging
stelsel, hoe schrander ook uitgedacht, bestaat er,
hetwelk onze onafhankelijkheid waarborgt tegen
eeneu overmagtigen vijand. Neen, indien die over-
magtige vijand goedvindt zijn overmagt te knotten,
door ouze magt te fnuiken, dan is het gedaan met
onze onafhankelijkheid. Maar elke vijand zal zich
hoeden voor een aanval op een volk dat zich ver
dedigen kan. Eene overwinning tegen eiken prijs
geeft geen voordeel.
Twee, ik hou er één, geeft geen rekening. Wie
zich niet wil verdedigen omdat het geval zich zou
kunnen voordoen, dat een overmagt hem besprong
geve als grond voor, zijn gevoelen eenvoudig vrees;
- ook in een mug zal hij een overmagt zien.
liet schoonc woord van Racine is hem geheel vreemd t
Que voudriez vous qu'il fit contre trois
Qu'il mourut.
En dan ten slotte nationaliteit is voor ons
wereldburgers een bekrompen begrip. Misgeboorte
uit eene ware stelling, dat geene onderscheidingen
behoeven te scheiden.
Aan alles heeft de natuur persoonlijkheid gege
ven. Waar de vorm weg valt, de. gestalte, valt ook
de persoon weg. Eu blijkbaar ligt in deze keus
der natuur de bedoeling om ook in de volkomen
heid tot verscheidenheid te geraken. Geen ver
heffender begrip dan liefde voor zijn land; alle
groote inannen hebben er hunne edelste daden op
geënt.
Te Zalt-Bommrl zijn in de vorige week de
kippeneieren verkocht voor twee en een balvecent
per stuk zelfs in den zomer waren ze voor dien
prijs niet te koop.
Als eene bij/ondejheid kan worden vermeld,
dat eene gezonde koe te Amerongen oud 7 h 8
jaar r.a bet kalven van hetzelfde oogeoblik af,
geen melk meer heelt gpgeven.
Dezer dagen is door een koopman in honden
enz.genaamd Voogd te Rotterdam aan een
particulier te Elburg ten gedresseerde echte St.-
Hernardhond (grootste soort) geleverdvoor den
hoogen prijs van f 142.
Bij den wedstrijd op schaatsen van jl.
Woensdag te Snpek is de bsan lang 150 meiera
op het snelst afgereden in 13 secondeD.
Twee jonge knapen van Atseet veimaakten
zich met een ratdie in hun kamer gedrongen
waste plagenzij eindigden met het dier in
een gat op te sluiten, dat zij met stroo volden,
en in brand staken. De rat werd woedend door
de ijsselijke martelingenwelke men haar deed
uitstaan. Het dier ontsnapte, en beet een der
kinderen aan het been het andere kind wilde
zijn broeder ter hulp snellen het werd op zijne
baart aan dan hand gebeten. De moeder haastte
zich hare kinderen, die van pijn huilden ter hulp
te snellenEen geneesheer werd onmiddelijk
geroepen en deze verklaarde dat de wonden doode-
1 ijk waren. Dit gebeurde op 2 December, en op
30 derzelfde maand bezweken de twee knaapjts
len gevolge van honne wonden.
Een arbeider uit Wageningen die den 18
dezer gehuwd was ging in den vroegen morgen
van Zaterdag 19 Febr. op weg naar Arnhem, oin
aldaar eenig huisraad te koopen. Op deD Wa-
geningscben berg werd hij door twee mannen die
zich zwart gemaakt hadden aangevallen en beroofd
vau ruim f30. Hierna trapten de booswichten
hem op dc borst en mishandelden hem zoodanig,
dat hij bewusteloos bleef liggen en eerst later een
der dadersdien bij kende kon opgeveu. Deze
is onmiddelijk door de policieopgespoord en was
de zwager van den bestolene. Hoogstwaarschijnlijk
zijn de dieven bekeud geweest mtt het voornemen
en het bedrag aan geld dat de ongelukkige bij
zich had die nu welligt voor zijn gebeele leveu
zijn gezondheid zal moeten missen.
Lotgevallen van twee Naaisters. Twee
naaisters hebben zich te New-york beide op eem
verschillende wijze onderscheiden.
De eerste genaamd Kariien Smith een lieftalli:
meisje wier schoonheid reeds menige minnaar ha
uitgelokt. Zij bewoonde een kamer boven re»