Mijn plicht. Geschiedenis eener weeze. het paard op hol, waarop de boer uit het rijtuig springt met het doel het paard te grijpen. Dit mislukte hem, zoodat het paard en wagen met vrouw en kind voortholden. In wanhoop loopt hij zoo hard hij kan het rijtuig steeds na, doch het te bereiken was niet doenlijk. Het hollende paard vliegt met den wagen den hoogen zeedijk op; de toestand wordt daardoor nog erger. De boer valt uitgeput neder en waant reeds alles verloren, doch op eens ziet hij dat zijne vrouw uit het rijtuig stort met 't kind, en, o wonder I beiden ongedeerd. Het paard gaat nog door en stort zich eindelijk met het rijtuig van den dijk in de diepte neder. Later bleek dat ook paard en wagen er zonder belangrijke schade waren afgekomen. Men verbeelde zich de blijdschap van den vader, die zijne dier baren van een reeds gewissen dood zag gered en van den boer toen hij zag geen averij aan paard en wagen bekomen te hebben. Te Niekerk, Westerkwartier, is eene vrouw bevallen van een levenloos kind, zonder schedel, zonder neus, met een dubbelen hazemond en slechts één voetje. In den morgen van 4 dezer trad een ar moedig gekleed persoon eene herberg te Moordrecht binnen, waar hij een kop kofTij gebruikte, waarvoor de herbergierster uit meewarigheid met zijn scha mel voorkomen, hem geen geld in rekening bragt, Na zijn vertrek ontdekte de tapster, dat haar bezoeker, tot loon van hare goedheid, drie billart- ballen had ontvreemd, gezamenlijk f 24 waard Aanstonds werd de man achtervolgd en aangehouden. Tengevolge daarvan stond hij jl. Donderdag voor de regtbank te Rotterdam teregt en bekende zijne schuld aan den diefstal, die hij uit armoede heeft bedreven. De eisch is een jaar. In de gemeente Eeckeren in Belgie heeft een huwelijk plaats gehad, zoowel geestelijk als wereldlijk, dat als een zeldzaamheid mag beschouwd worden. Door dit huwelijk wordt de broeder va der, de zuster moeder, de oom echtgenoot, de nicht vrouw en de neven en nichten worden broeders en zusters. Het was de landbouwer Pauwels, op het Laar, te Eeckeren, die gehuwd is met de oudste dochter van zijn eigen broeder Pauwels. Er wa ren meer dan 125 genoodigden. Een vreesselijke gebeurtenis had onlangs te Baracé in Frankrijk (dep. Maine et Loire) plaats. Twee broeders, Girard genaamd, van beroep put- buorders, waren bezig een put te delven en waren met hun arbeid zoo verre gevorderd, dat de hou ten bekleeding aan de binnenzijde van den put reeds was gedaald tot de plaats waar zij water hadden gevonden, toen plotseling de bovenranden van den put naar binnen stortten. De oudste der broeders was op dat oogenblik beneden in den put werkzaam. Hij viel door den schok in het water, maar bleef met het hoofd toch nog vrij want men hoorde hem om hulp roepen. De jong ste der broeders, Joseph genaamd, daalde onmid- delijk in den put om zijn broeder hulp te verlee- nen, maar helaas, een tweede instorting bedolf Wat gg aan een deier kleinen doet. tal n gerekend worden, nla hadt gij het aan mg gedann. Jezus r. Naaareth. Maar! riep de roode papa Piermont toen hij bijna ademloos iu zijn leuningstoel neerviel, met een kind op zijn schouder, een onder den voet, een derde op zijn regterann, eeu vierde op zijn linkerknie, maar waar is Alice Wat is er met mijn lieve geelkopje gebeurddat ik haar niet zie Eu nu werd het plotseling doodstil vrouw Piermont joeg de naald met een haast door haar naaiwerk, alsof zij binnen een uur wel vijftig hem den moest afleveren. Ik heb Alice naar het weeshuis gebragt, zeide zij eindelijk. Papa Piermont, die anders geweldig veel moeite had om overeind te komen, sprong op als of er een adder op den stoel lag en schudde zijne kin deren van zich af. Alice! in het weeshuis! Onze kleine, arme AliceOnzin vrouwonzin riep hij alsof hij het niet goed verstaan had. Ik hield het voor mijn pligt, antwoordde zijne vrouw haastig. Zij was ons eigen kind niet, zoo als gij weetde tijden zijn 3lecht en ik heb het geld dat gij weggelegd hebt noodig om win- erkleeren te koopen voor Suze en Betsyen ook dezP, eenige meters boven den anderen. On- middelijk toog men aan 't werk om den put te ontgraven, doch slaagde er eerst na vier dagen in,1 om Joseph, erg verwond en uitgeput van honger en dorst, te verlossen. Wat zijn toestand nog verschrikkelijker maakte was, dat hij de klagende stem van zijn broeder hoorde, die hem smeekte om het water uit te pompen, dat voortdurend rees en hem nauwlijks den mond meer vrijliet. Intusschen was het hem onmogelijk hulp te ver- leenen, bovendien was de poinp door de aard—in storting gebroken. Toen men Joseph verlost had en eindelijk ook den anderen bereikte was hij be zweken. Alvorens had nog een aandoenlijk toonecl plaats, toen hij namelijk, inet flauwe en gesmoorde stem, een laatst vaarwel toeriep aan zijn vrouw en kinderen, die zich in radeloozen angst aan den rand van den put bevonden. De behandeling der zaak van Edmund Walter Pook, beschuldigd van onder Eltham, bij Grecnwich, bet daar vreeselijk verminkt gevonden meisje te hebben vermoord, is nog niet kunnen voortgezet worden, aangezien de politie haar voor- i loopig onderzoek nog niet ten einde had gebracht. Intusschen gaan de dagbladen voort met dagelijks i allerlei bijzonderheden omtrent de zaak mede te deelen, waaruit nu eens de schuld van den beklaag- J de zonneklaar zou blijken, dan weder omtrent die i schuld groote twijfel zou ontstaan. De verdedi- ging van Pook schijnt vooral hierop te worden ge- bouwd, dat het 1. niet bewezen is, dat hij zich op het noodlottig uur met het meisje op de plaats, waar de misdaad werd gepleegd, kan hebben be-1 vonden; 2. dat niet hij, maar een ander het werktuig, half hamer, half bijl, waarmede de won-1 den schijnen toegebracht te zijn en dat in de nabijheid der plaats werd gevonden, in een win kel te Greenwich zou hebben gekocht. Het arme slachtoffer, Jane Maria Clousen, is intusschen jl. Maandag onder een ontzettenden toevloed van nieuwsgieringen begraven. i Omstreeks 3 uur in den afgeloopen nacht is 1 aan de Houtbrug te Rotterdam een welgekleed i persoon in beschonken toestand in het water ge- J vallen. Op zijn hulpgeroep kwamen eenige men- 1 schen, waaronder twee politie agenten, ter hulp i toesnellen. Hij werd behouden weer op het drooge 1 gebracht. Men meldt ons uit Scheveningen van 12 Mei: Gisteren is G. Buis, oud 13 jaren, de jongste van de bemannig van de Scheveniugsche pink de Zeevogel, stuurman Fop Dijkhuizen, van Scheveni- gen, ongeveer 2 uur van den wal, terwijl de schuit aan hare netten lag, van de handspeek, die van de vischlijn was losgeraakt, over boord gesla gen en onraiddelyk verdronken. De vader van den drenkeling, die ook behoort tot de equipage van het visschersvaartuig, was getuige van het zoo noodlottig omkomen van zijn kind. Te Zwolle is een postkar-koetsier gearresteerd, toen hij sis naar gewoonte 't roggebrood, dat zijn Piennonts goedhartig gelaat was plotseling ver anderd, hij zag zijne vrouw aan, zoo als hij haar nog nooit had aangekeken, hij verachtte haar bij na op dit oogenblik. Dan moeten de tijden wel slecht zijn, zeide hij ernstig, als er geen stukje brood en een el goed meer over kan schieten voor de kleine Alice. Vrouw 1 vrouw! waar hebt gij uw hart gelaten? Waaraan hebt gij gedacht Alice iu het weeshuisKom maak u spoedig klaar, dan gaan wij haar terstond terughalen. Vrouw Piermont begon te weenen, de woorden van haar mail ea haar geweien waren juist in over eenstemming. Ik weet het, ik deed niet goed ik heb het al dien tijd gevoeld, snikte zij, maar wij zijn zoo arm en ik heb iederen cent noodig. Ja, lieve! troostte haar goede echtvriend, dat weet ik allemaal, maar daar mag Alice niet om lijden, zij eet als een vogeltje, verslijt weinig kleederen en was altijd de eerste aan de huis deur als ik thuis kwam, God zegene haar kleine hartje! Kom, vrouw 1 kom! wij willen gaau en ze dadelijk halen, denk eens als onze kinderen eens wezen worden, en zij zitten daar te weenen, en Papa Piermont trok zijn jas aau en liep naar buiten zonder zijne redevoering te eindigen, zijne vrouw volgde hem: zij had haar doek omgeslagen en was nooit zoo vlug klaar geweest om uit te gaan. Wij wilden juist om u sturen, zeide de grim mige vrouw Benkow, die zij aan de huisdeur ont- paard te Meppel had moeten hebben, te Zwoll aan zijn vrouw gaf. Dingsdag in den namiddag heeft zich de officier van justitie te (3reda naar Roosendaal bege ven, om onderzoek te doen naar een aldaar ge pleegd misdrijf. Zekere vrouw V. heeft namelijk een poging gedaan ora hare zuster van het leven te berooveu, door haar met een bijl een slag aan het boofd toe te brengen, waardoor het slachtoffer hoogstwaarschijnlijk liet leven zal verliezen. Dit treurig ongeval schijnt aan waanzinnigheid toege schreven te worden, daar de gearresteerde reeds vroeger om die reden in een gesticht is geplaatst geweest. De Kölnisclie Zeiting vertelt, dat in Praag dezer dagen een meisje stierf, dat langen tijd een kanarievogel verzorgd had. Toen het ineisje dood was vloog het beestje, wiens kooi altijd openstorid, naar de overledené eu zette zich bij haar neer. Het weigerde eten en men vond het den dag daarna dood naast het hoofd zijner meesteresse liggen. Een tijdschrift, het Milk Journal genaamd, berigt dat het toedienen van zaagzel aan melk gevende koeijeu de hoedanigheid der melk verbe tert. In het Handelsblad verzoeken eenige Amster dammers, dat de Holl. Sp. M. de retonrbilletten op Zaterdagavond uitgegeven, tot Maandagmorgen moge geldig stellen, Op een der deuren van een huis in de Tw ije- straat te Utrecht, leest men het volgende curieuse versje: Ik mag niet liegen, ik mag niet jonken, Ik ben driemaal ingeënt, en toch heb ik pokken Zaterdag jl. kreeg men te Vlissingen een be zoek, dat een verschrikkelijk gevolg had kuiiuen. hebben, Twee Tyrolers met kolossale beeren, die hnnne geoefendheid in het dansen, duikelen en sprin gen op de straten vertoonden, gaven aanleiding tot eene scène, die groote ontsteltenis te weeg bragt. Een der ruige, scherp geklaauwde Tyrool- sche boschbewoners, gelukte h< t ziju ijzeren muil band los te wringen en op den loop te gaan, zijn geleider vervolgde hem met een zwaren stok; de beer beklom een boom, en zette zich daar te brommen; het geëerde publiek maakte ruim baan, nit vrees dat liet beest uit zij o zetel op hen zou de nederspringen; de geleiders beklommen den boom en een regen van stokslagen maakte de beide dieren sedwee en het gelukte den geleider den deserteur te breidelen In eene gemeente van Groningen hebben drie verwanten, waaronder twee vrouwen, van een aan pokziekte bezwekene het g'af moeten uraven, het lijk kisten en ter aarde bestellen, omdat de vrees voor pokziekte zoo sterk was dat niemand zijne diensten wilde leenen. De commissaris des Konings hcefi thans aan de gemeentebesturen een circulaire gerigt waarin zij verzocht worden onver wijld personen aan te wijzen en te bezoldigen, die met de verzorging van de aan besmettelijke ziekte lijdende personen en met de begraviog hunner i lijken worden belast. moetten, maar nu is bet te laatkoin binnen I Zij is toch niet ziek, hoop ik, riep Piermont outsteld. Ziek! zeide vrouw Benkow verwonderd ziek niet, maar dood. En in de laatste vier en twintig uren heeft zij niets gedaan dan onze ooren stuk schreeuwen en naar haar moetje gevraagd en telkens naar de deur geluisterd of zij niet kwam; dat had een steen kunnen verraurven. Ik zeide nog als zij niet gaauw dood gaat moeten wij u laten halen, maar onze dokter ge loofde niet dat zij van heimwee zou sterven en daarom lieten vrij het. Nu is zij doed gij moogt er God wel voor danken. Zoo sprak vrouw Benkowde door de stad aangestelde weesmoeder, terwijl Piermont en zijne vrouw over het schoone lijkje heen bogen en de kille handjes gevouwen op de borst legden wat heeft haar dan gescheeld, vroeg Piermont, terwijl hij met geweld zijne tranen trachtte te weer houden. O, ik weet niet, zeide de oude onverschillig. Het was niets bijzonders, zij zal aan het heimwee en gebroken hart gestorven zijn. Aan het heimwee juist dat was het. De kleine Alice was naar den eeuwigeu tuin gegaandie Christus voor de kinderen bestemde, welke ouder liefde moeten derven. Vrouw Piermont had niets gedaan dan haar pligt. Slot.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1871 | | pagina 2