jaar op zich genomen een heer van een kvraal vol
komen te genezen waarvoor die heer hem een
niet onaanzienlijke som gelds had uitbetaald. De
gewaande geneesheer liet echter niets meer van zich
hooren, tot dat de bedrogene hem dezer dagen
op straat tegenkwam. Zonder zich te verraden wist
nu de man, die zijn dokter weer gevonden had,
dezen door een list tot in het politie-bureau te
brengen, waar hij het geval verhaalde en de nieu
wen dokter voorstelde, die echter bleek een oude
kennis, en wel een straatkunstenaar uit 's Herto
genbosch te zijn.
Het te Zwolle in een der achterbuurten
wonende echtpaar F. door het noodlot bijeenge-
bragt, deed elkander dagelijks de zwaarte van de
huwelijksketen gevoelen. Met schooien en bedelen
aan den kost moetende komen, was de man voor
eenige dagen 's morgens de buurt opgegaan met
lucifers, bhauwsteen en schoensmeer en betrad
's avonds weder de schamele woning, Maar wie
schetst zijne verbazing, toen hij de eenige kamer
verlaten en in een staat van de grootste wanorde
vond. Slechts eenige minuten behoefden er te
verloopen, oin hem geheel op de hoogte der zaak
te brengen, want eenige gedienstige buren kwamen
hein al spoedig vertellen, dat zijne gade met een
polderwerker was doorgegaan, men wist niet welke
windstreek uit, maar dit nog wel, dat zij eerst
hun eenig kindje aan een doortrekkend kermis
gast voor eenige guldens verkocht had.
Vrijdagavond had te Zaandam een groot
aantal niets kwaads vermoedende en zeer zeker
geen kwaad in het zin hebbende burgers, waaron
der vele vrouwen en dames, uitgelokt door het
schoone weder, zich naar het station begeven om
de komst van den volkstrein van Rotterdam af
te wachten, die dan ook omstreeks 11 uur aan
kwam. Zooals dat gewoonlijk gaat, kwamen de
reizigers in opgeruimde stemming aan en trokken
deels zingende, deels pratende, in groepjes huis
waarts.
Ongelukkig genoeg meende de commissaris van
politie het zingen, dat zich thans alleen bepaalde
tot een «Wien Neerlandsch bloed,» enz. te moe
ten verbieden, hetgeen wel eenig gemompel uit
lokte, maar volstrekt geen werkdadig verzet ten
gevolge had. Eensklaps hoorde men het thans
aldaar gestationeerde eskadron cavalerie, onder lui
tenant jhr. des Tombes, aankomeu, dat zich aan
het einde van het plein in orde schaarde.
Men zegt, dat toen de wandelaars zijn aange
maand om het stationsplein te ontruimen. Waarom
kan ik mij als toeschouwer niet verklaren. Die
verwijdering ging niet zeer vlug, hetgeen zeer
goed te begrijpen is, wanneer men in aanmerking
neemt, dat ongeveer 500 menschen uit den trein
kwamen en dat daarbij, zonder overdrijving, even
zooveel nieuwsgierigen waren gekomen, van eiken
stand der maatschappij. Kortom daar werd door de
cavalerie op die niets vermoedende menigte een
charge gemaakt met de sabel. De schrik en ont
steltenis waren algemeen; ieder trachtte het leven
van zich en dat vaii de zijuen zoo goed mogelijk
te redden. De wanorde wis verschrikkelijk; vrou
wen zoowel als mannen trachtten zich door de
sloten heen te redden of werden daarin gejaagd of
gedrongen, terwijl de cavaleristen hen daar nog
nazette. Zoo ik hoor, zijn heden morgen twee per
sonen levenloos opgehaald. Aan een aantal bur
gers werden met de sabel geduchte wonden toe-
gebragt; één kreeg een sabelhouw op het hoofd
en was onmiddelijk dood.
Met afkeuring en leedwezen hebben de meeste
inwoners de schandalen van Maandag en Dingsdag
aanschouwd, maar over deze daad van ruw geweld
is men algemeen verontwaardigd.
De verbittering is groot, zelfs onder hen, die
nimmer aan wanorde dachten.
Des ochtens te vijf nren is de cavalerie ver
trokken, hetzij uit vrees voor schromelijke tooneelen,
die wellicht zoudeu gevolgd zijn, hetzij omdat het
bestuur de ruwe maatregelen afkeurde; 120 man
infanterie zijn daarvoor in plaats gekomen. De
Commissaris des Konings met den griffier, benevens
de procureur-generaal bij het gerechtshof, zijn
des morgens hier geweest. De vreeselijke nacht van
gisteren zal bij ieder ingezetenen lang in het ge
heugen blijven en wanneer na dagen van kalmte
de feiten en bijzonderheden bekend worden, zal
men kunnen oordeelen, op wie de verantwoorde
lijkheid van deze treurige gebeurtenis rust.
De bnrgemeester heeft gemeend zijn ontslag te
moeten aanvragen.
Met het oog op bovenstaande zegt de Nieuwe
fiott. Ot.
Uit Zaandam wordt ons gemeld, dat het voor
gevallene aldaar zich heeft toegedrageu, gelijk in
het bericht door ons medegedeeld is vermeld, net
gebeurde zou te wijten zijn aan overdreven ijver.
De cavalerie is vertrokken en infanterie in de plaats
gezonden. Gisteren en heden was alles rustig.
Nog wordt ons geseind dat de cavalerie vervan
gen is door 100 man infanterie en dat de ver
ontwaardiging bij de burgerij zeer groot is, aange
zien de burgers tot de genomen maatregelen geen
aanleiding gaven.
Ofschoon het op 't oogenblik rustig is, zijn de
gemoederen nog geenzins tot kalmte gebracht.
De nieuwsgierigheid, die het publiek aan den
dag legde, bij het aankomen van een pleiziertrein
werd verkeerd begrepen.
Men verdiept zich in gissingen wie tot het doen
der charge bevel gaf.
Men meldt uit Hilversum van den 2den
September;
Gisteren Vrijdagavond 8 ure ontstond eensklaps brand
iu de tapijtfabriek van de heeren A. van Rood
zoon, welke zoodanig toenam, dat binnen korten
tijd de gelieele fabriek met de bijgebouwen en het
woonhuis in de asch werden gelegd.
Te Steenwijksmeer is Vrijdag voormiddag een
landbouwer gevallen, onder het dragen van een
zwaar stuk hout. Hij was binnen een kwartier een
lijk, en laat eena vrouw en drie kinderen achter
Een pastoor die zijne kinderen ver
moordt. Het crimineele geregtshof te Barcs heeft
dezer dagen vonnis geveld over Johann Sulhay
den gewezen R. katholieken priester en deken van
Zelicz in Hongarije, die iu 't jaar 1869 wegens
medepligligheid aan een kindermoord geregtelijk
ondervraagd werd, en tot heden ten dage op ver
moeden gevangen werd gehouden. Het geregtshof
heeft Johann Sulhay schuldig verklaard aan twee-
voudigen moord, aan viervoudige vervalsching in
de registers, aan 't bedriegen en verwonden van
geregtelijke ambtenaren, en veroordeeld tot acht
jarige, zijne huishoudster Hermine Varga tot vier
jarige en de medepligtige vroedvrouw tot tweeja-
rige zware kerkerstraf. Opmerking verdient, dat de
1 eerste kindermoord iu 't jaar 1862, de tweede in
't jaar 1869 bedreven is. De laatste gaf aanleiding
tot het proces. De honden hadden namelijk de
begraven kinderlijkjes uit den grond gekrabbeld en
de omhulsels, waariu de lijkjes gewikkeld waren,
werden als uit de pastorie afkomstig, herkend.
Te Schönhausen, in de provincie Pommeren
ligt het familie-elot der von Bismarck's, omstreeks
1860 gebouwd. Boven den hoofdingang van het
kasteel prijken de wapens van het geslacht von
Bismarck drie netels die een klaverblad omringen.
Men verhaalt het volgende over den oorsprong
van dat wapen: Zeer lang geleden kwam een groot
en machtig heer vergezeld van 100 ruiters, uit
een der Pommersche landen in het Noorden, om
de hand te vragen van Geertruida, een schoone
jonkvrouw, uit deu huize von Bismarck. Doch de
wijl zij reeds met een ander was verloofd, weigerde i
ze den Noor, die daarover zoozeer in toorn ontstak
dat hij het kasteel storuieiihand innam en Geer-1
truida's vader doodde; daarop trad hij, prat op
zijne overwinning, de kamer der weeze binnen,1
zeggende: «Ik kom om u te breken, heerlijk kla
verblad van mijn hart; gij zijt geen netel en steekt
niet; 't klaverblad veroorzaakt geen pijn» en met
die woorden omhelsde de onbeschaamde de bemin
nelijke Geertruidamaar eensklaps viel hij op den
grond, wentelende in zijn bloed. De schoone gra-
viu had den onverlaat een dolk, tusschen haar
gewaad verborgen in 't hart gestoken en voegde
nu deu stervende toe: «Deerlijk hebt ge u vergist
verwaten riddertje! ik ben een netel, als ik het
wil en kan steken als het mij behaagt. Aldus zul
len netels altijd iedereen steken, die een klaverblad
der von Bismarck's tracht te breken.»
In de N. R. Ct. is het volgende bericht
ingezonden:
Onder de gemengde berichten, in uw nommer
van gisteren, wordt een verhaal gegeven van een
tocht, die een Engelschman,. Mc. Gregor, «een
roekelooze zeeman", met een volgens uw correspon
dent bijna onmogelijk bootje (de Rob Roy) gemaakt
heeft en wordt dit voorgesteld als een bewijs «an
den „eientrieken volksgeest der Engelschen" en
als iets bijzonders. Intusschen is Mc. Gregor niet
maar zoo losweg een Engelschman, maar integen
deel is bij zeer bekendhij heeft sedert jaren
Europa en Azia met dezelfde „Rob Roy" bereisd
en vroeger ook ons land bezocht. Daarenboven
is men hier ruimschoots in de gelegenheid geweest
het zeilen met canon's met eigen oogen te aan
schouwen, daar twee onzer stadgenooten ieder
zulk een vaartuig, model, „Rob Roy", bezaten en
zich daarmede verscheidene keeren vertoond hebben.
Do Noordsche brik Vigilant, kapitein Olsen,
heeft in de Noordzee een bootje opgepikt, waarin
zich twee knaapjes bevonden van 5 en 6 jaar oud.
Zij waren uitgehongerd en verkleumd vau koude.
Zij verklaarden dat hunne ouders woonden aan de
kust van Jutland, dat zij in een bootje speelden
aan het strand en door den wind in zee waren
gedreven.
Men leest in Le Droit, dat als het zaken
van zijn eigen gebied geldt, steeds ten volle ver
trouwen verdient:
Hoe onwaarschijnlijk het klinke moge, er bevindt
zich thans in een der gevangenissen van het de
partement der Seine een persoon, die het leven
slechts te danken heeft aan de omstandigheid, dat
hij bij tijds zich beroepen heeft op art. 12 van den
Code Péltal, dat, gelijk men weet, bepaalt: „elk
ter dood veroordeelde zal onthoofd worden."
Den 27sten Mei ll„ ten acht ure des avonds,
wachtte zekere P„ die wegens moord vóór den
18den Maart ter dood veroordeeld was door het
hof van assisses, in de Roquette de verwerping of
aanneming vau zijne voorziening in cassatie; toen
hij in vrijheid gesteld werd door de mannen van
de Commune.
Naauwelijks was hij in vrijheid, of het eerste
werk van P. was, met zijne nieuwe makkers naar
de barricade op den boulevard Prince Eugéne te
gaan, waar hij den nacht doorbracht met drinken.
Zijn geluk duurde evenwel niet lang, want reeds
des anderen daags werd hij met zijne gezellen ge
grepen door een detachement linietroepen, waarvan
de aanvoerder beval gaf hem te fusilleeren.
P. riep daarop met benijdenswaardige tegen
woordigheid van geest«Ik ben ter dood veroor
deeld door het hof van assisses der Seine; ik wil
niet gefusilleerd worden. Gij hebt daar het regt
niet toe
Op dit zeldzaam, maar zeer gewettigd verzet,
besloot de kapitein om P. in hechtenis te houden
en ter beschikking te stellen vau deu burgerlijken
rechter.
Jl. Donderdag morgen keerde te Maastricht
een man van de begraafplaats, waarheen hij het
lijk zijner moeder begeleid had, huiswaarts, toen
middelerwijl zijn vrouw, die wel aan een borst
kwaal leed, doch overigens niet ziekelijk was, den
laatsten adem had uitgeblazen.
Als een onfeilbaar middel tegen de aardap
pelziekte wordt aanbevolen
Men ontbinde in een hoeveelheid van 10 liters
koud water l kilogram cboorkalk, schudde dit
tneugsel goeJ dooreenwanneer het een genoeg
zaam grauwachtige kleur heeft aangenomen, weekt
men er de plantaardappelen gedurende 30 uren in,
zoodat zij goed doortrokken zijn; dan worden zij
er uit genomen, op de lengte doorgesneden en op
de gewoue wijze gepoot. Bovenstaande quantiieit
is voldoende voor 3 i 1 mudden aardappelen,
Aan de Economie van Doornik, ontleenen
wij bet volgend fraai proces-verbaal:
«Wij, maire van de gemeente X...., onderricht
dat een persoon die zich als krankzinnig wil doen
doorgaan, het land afloopt zonder middelen vau
bestaan, hebben die persoon voor ons doen ver
schijnen.
«Op onze vraag naar zijn naam en voornaam,
antwoordde hij onmiddelijk dat wij een ellendig
beest waren. Weshalve wij, alzoo tot de ervaring
gekomen zijnde dat gezegde persoon in het volle
bezit zijner verstandelijke vermogens was, hebben
opgemaakt het tegenwoordig proces-verbaal!» enz.
Te Donkerbroek zijn gehuwd een zoon en
dochter van K. F. met eene dochter en zoon van
de wed. H. Sedert kwam de echtgenoote van
K. F. te overlijden. De overblijvende man trad
nu in het huwelijk met de weduwe, zoodat de
i ouders niet alleen vader en moeder, maar ook be-
huwd-en stiefouders hnnner wederzijdsche behuwd-
kinderen zijn. Dit is zeker al eene zeldzame
i combinatie van bloedverwantschap,
Lit Tilburg schrijft men aan de N. K. Crl.
van 31 Augustus: «Gisteren avond te elf ure
heeft alhier in de sociëteit, de harmonie een
betreurenswaardig feit plaats gehad. Terwijl eenige
jonge heeren, in beschonken toestand, de muziek
uitvoeringen stoorden, werden zij, met een gepaste