Worden gevraagd, (li *ic timmerlieden Aan den h?er A. Ising. Advcrtcnticn. bij K. Blom te Schagen. fanz. Schenk fe B'rsutgerhorn. •rxv.fii u:ts'uitei:d met hard voeder g'nK"11 sle irijs f50 aan den heer Jan de Wit. te Bf-uister; 2de priji f30 aan den heer D. Sleu»el. te Wieringerwaard3de prijs f30 aan den bee: W. de Geus te Schermeer. Koeijen met spoeling gemest: 3de prijs f5 aa- den heer Jan de Wit te Bremster. Xiet erm»«t vee. Ossen, oud 3 jaren. 2de prii- f20, aan den heer J. J. Kaan, te W ieringerrsard Pr zen var het he«'unr bekwamen o. a. de herin Dirk Jaitz. Schenk, te Barsirigerhom D. Schoei, te Heemst er K. de Vrie», te Alkmaar; D. J. Schenk te BarsingerbornP. Bleij, te Schermer- horn. Ons Nuts-deparfement gaf ons in de laatste wintervergadering het bewijs, dat het n'tt geheel in den winterslaap verzonkeu is: wij ha.lden toei ons jaarlijksch kinderconcrrt van de leerlingen der departementale zangschool, thans onder de leiding sttande van den hulponderwijzer F. G. van den Berg. Ongeveer 15 jaren geleden werd die school alhier opgericht, hoofdzakelijk door dt bemoeijingen van den hooldondetwijzer drr openbare gemeintc schoolde zangvereeniging Etiterpe, om vin niets anders te spreken, moge ten bewijze strekken, dal de vruchten niet achter gebleven zijn. Het programma wa* lief en de wel uitgevoerde nummers (koren, quatre-mains, duetten) werden afgewisseld door Verschillende voordrachten van leden der rederij kerskamer. Deze avond stelde ons bijna schadeloos voor het weinige, dat ons departement ons dezen winter te genieten gaf. De heer J. Hanon Jr. geneesheer te Kolhorn onlangs in die betrekking benoemd t e Haarlem mermeer, in de buurt Abbenes, heeft voor die betrekking bedankt. Uit Apeldoorn wordt aan de Tijd het vol gen de geschreven: Zoowel hier als in de omstreken heeft zekere vischboer, Jan Bot in de wandeling genaamd, eene algemeene bekendheid, en die bekendheid is er te pikanter op geworden, sedert een bezoek, dat bi; den Koning op zijn buitenverblijf Het Loo gebragt heeft. Ziehier wat er is voorgevallen. Evenals te Amsterdam is ook eenigen tijd gele den te Apeldoorn de lokale bepaling door het gemeentebestuur uitgevaardigd, dat voortaan geen honden als trekhonden mogen gebezigd worden. Een der slagtoffere van dien maatregel was Jan Bot. Jaar in jaar uit had hij met een hond voor zijn wagentje zijne waar aan den man gebragt, en 't laat zich begrijpen, dat h*t den man wel hard moest vallen, als hij halverwege de plaats zijner inwoning en Apeldoorn zijn bond moest uitspannen, St. Vincentenacht te Schagen 1168. Vervolg van No. 911.) Reeds liggen eene menigte woningen in puin cn asch, terwijl een ander gedeelte nog hoog staat te branden, en zijn de plunderaars druk bezig met bet aaubrengen en opladen van de geroofde goederen, die zij op het veld verzamelen, en onder bewaking laten van de daar geposteerde krijgslieden. Nog altijd staan daar de Edelen op bet veld te midden van het woeste getier, eu overleden om de pluudering verder te staken, en in triomf op den Burgt van Scagen af te gaanmaar nog worden zij terug gehouden door de weinig'- nog overgebleven, maar wanhopig met onbezweken moed strijdende Scagers, die trachten aan de brandstichters eu moordenaars den geroofden buit weder te ontnemen en ben te verdrijven. Al vech ten zij als leeuwen, de groote overmagt der vijanden maakt het voor die weinige dapperen onmogelijk wel sneuvelen bij tieutallen van des Graven leger door hunne geduchten slagen, maar telkens moeten ook zij een offer brengen aan de plunderaars, en klein is het getal, dat nog pal staat. Eenklaps verneemt hun oor te midden van het ruwe geweld, dat daar rondom hen heerscht, de melodie van een hun welbekenden krijgszang. Daar weergalmen over het ruimen \eld de toouen ei schetterende klanken der Mompel, en, a's op nieuw bezield met verdubbelde kracht, doen de afgestreden dapperen hunne belagers wankelen. Ouizet staren de Edelen n-et hunne plunderaars, als aan den grond genageld, naar eene nadere verschijning. De moed begint bun tt ontzinken, en de armen hangen werkeloos naar beneden. Te midden van den vuurgloed der brandende gebouwen, naderde langs de hooge terp de Jonk vrouwe van Harinxhuizenfier en moedig zet ze zich vast in den zadel, aan de eene zijde brgelnd door haren ouden grootvader, den Edelen Hr. van Harinxhuizen, en aan de andere zijde door hunnei bevrijder den dapperen Poedestaat van beugen, gevolgd door Hocgwoude eu V ijdenesse, benevens cenige andere Edelen en vasailen. Met ontblootr zwaarden banen zij zich eenen weg door alle beletselen. Het carmozijn rood blazoeu der banier met de z veren leliën en de roos van Scatren b.inken met verhoogden gloed, door de teregkast- aing der vlammen, terwijl de gebeele stoet allng* ow zelf zijn last voort te trekken. Op releren d--g door den portier van het Loo oud r handen geromen, da*, hij zoo slecht voor vtsch zorgde, oordeelde hij het lang genoez, en vroeg of er veen mogelijkheid zon bestaan om den Koning te «p-el>en. De portier deelde dien wensch aan een der adjudanten des Konings mede en deze vertelde "p aijo h-uri den Vorst wat er gaande was. Met 'i;ne gewone gnedhvrtigheid gaf Wilien III ten antwoo'd: r^diu, laat dei man maar binnenko men v Eerbiedig, doch ongedwongen, stapte Jan Bot einige nogenblikken later in de zaal, en bepleitte zijne zaak ongeveer aldus: #Dag Sire 1 Ik heb hier altijd gocije visch gebragt, maar zoo je niet maken kunt, dat ik mijn hond weer voor mijn wagen mag spannen, dan kan ik je niks meer brengen. Ze zingen wel te 's Hage: daar kan de Koning niks aan doen, maar ik denk dat je met een goed woordje hier wel wat andoen kunt, Sire alloor eens man, gaf de Koning eliinlaerhend ten antwoord ik zal maken, dat jij er voortaan je bond weer gerust voor kunt spannen 1 Met een: «rdai k je S re, nou zal ik zorgen dut je gaauw een lekkeren schrlvirh lieb.» ging Jan vrij wat ligter van hart dan hij gekomen was we der heen. Welke stappen 7. M. bij het ge>reentehe«tuur heeft aangewend, weten wij niet, doch zooveel i» zeker, dat de bepaling sedert dien tijd schijnt in getrokken te zijn; ten minste allerweg'- ziet men weer trekhonden. Burgerlijke Stand der gemeente Schaden Ingeschreven van 1B tot en met 22 Maart 1875. GEBOREN: 16 Maart Jan, zoon van Arend Noë en Aagj: Cam. 18 dito Dirk, zoon van Jan Noë Junior en Trijntje Marees. 20 dito Dieuwertje dochter van Jan Meurs en Maarlje Govcrs. 21 dito .lansje, dochter van Sijmon Blaauboer en Trijntje Grootes. 21 dito l'regje, dochter Jan Vel tuin en Trijntje Dekker. ONDERTROUWD: 19 Maart Klaas Denijs jm van beroep broodbakker oud 20 jaren en Izeling Denijs jd. zonder beroep oud 24 jaren beiden wonende te Schagen. GEHUWD: Geene. OVERLEDEN: 18 Maart Jan Bakker oud 1 dag zoon van Anthonjj Bakker en Antje Smit. Burgel. Stand der gemeente Barsingerhorn Ingeschreven van 16 23 Maart 1875. GEBOREN: 21 Maart Maartje, dochter van Comelis Veul en van Aaltje Bijwaard. ONDERTROUWD: Geene. GEHUWD: 19 Maart Gerhard Rudolf August Meijer, jm. oud 22 jaren wonende te Schagen, dreigend nadert. Als versteend staren Egmond en zijne eedgenooten het schouwspel aan. Dat kan geen zinbedrog zijn wat geest z» u zich van hen meester hebben moeten maken, om allen het zelfde onverwachte visoen te doen zien en echter hoe kon het werke lijk zijn? Die fiere jonge maagd en die achtbare grijsaard, waren zij dan niet achter grendels en sloten onder sterke bewaking op zijnen Burgt Pof zouden het hunne gresten zijn, die daar uit de vlammen der brandende gebouwen verrijzen? Wie zal bun dit raadsel oplossen? Door dwaze vrees hevansieo is terstond al hun dartele overmoed verlorenslechts op lijfsbehoud bedacht, stijgen zij te paard, en b velen hunnen mannen den af togt. Hoe vlug zij hiermede ook te werk gaan, velen li< bben hunnen overmoed reeds met hun leven geboet, en nog worden zij door de vassallen van Scagen gedeeltelijk belet hunne vlugt te volvoeren, want menig Edelman, die gereed staat zijnen voet in den stijgbeugel te zetten, valt als een lijk naast zijn stijuereiid ros neder. De Heer van Scagen en de zijnen hebben tijd uoodig om bet tooneel van verwoesting te overzien, en He moedige maar geheel afgestreden dorpers rondom zich te verzamelen, en hun moed in te boezemen. Met levendig gejuich wordt bij door allen begroet en de onverwachte, schijnbaar zoo woudere verschijning van hunne sanslaaiide meesteres, de overal zoo betrinde jonkvrouwe van Harinxhuizen met haren Edelen grootvader, hier op het tooneel des ooriogs en der verschrikking, voorspelt hun eeue i oede uitkomst van den strijd. Tan dat oogenbük maken Egmond en andere Edelen gebruik, om met achterlating van allen buit met hunne vassallin terug te trekken. Pe wagens en karren, die tot overbrenging van den buit moes ten dien<n, worden gebruikt voor de gewoi.de en' ges' euveide Edelen, en zoo trekken zij af. Ho» ook door den gedurhten tegenstand der bewoneis van Scagen, en de hun altijd nog onverklaarbare verschijning uit het veld geslagen, is naar hunne o eening hunne magt wel zoo groot en geducht, dat de weinige W esffriesche Edelen, met hun klein getal vassallen en stiijdbare dorpets het niet zullen wagen hen te achtervolgenmaar anders dachten de Hr. van Scagen en de overige Westfriesche Edelen daar overzoo gemakkelijk zou Egmond laatstelijk te Zijpe en Elisabeth Bood, jd. oud 23 jaren, wonende te Barsingerhorn. OVERLEDEN: 21 Maart Antje Dik-taal, oud 10 maanden, dochter van Dirk Dikstaal en van Aaltje S'ammes, Eujfcrl. Stander gemeente Haringcarspel Ingeschreven van 8 22 Maart 1875. GEBOREN 7 Maart Trijntje dochter van Dirk Bruin en Marij'je Groen. 15 dito. Pietertje, dochter van Jan Groeu en Maartje Brnssel. 17 dito. Antje dochter van Jacob Kant en Maartje Jongerling. 20 dito. Pieter, zoon vaD Siebrand Kater en Neeltje Brinkman. ONDERTROUWD Geene. GEHUWD Geene. OVERLEDEN: 10 Maart Jnhannes Huijbers •"d 4 maanden zoon van C Hnijbers en Maartje W eel, 17 dito. Een als levenloos aangegeven kind vin het vrouwelijke g»-slacht vati Klaas (lessing en Taatjcs Rijilcs. 20 dito. Pieter, oud 4 jaar, kind van Wilem de Jongh en Antje Quant, ORRESPONDEXTIE. Me» belangstelling Jas ik uw woord over Mul- 'rttuli's Vorstenschool. Ik stel mij voor mijne critiek later uitvoerig te verdedigen. Doch door bezigheden overladen mis ik daartoe voorshands den tijd. Wil mij dus eenig uitstel gunnen. Het lid een Redactie. tt+TotJ diepe droefheid van mij, mijne kinderen behuwd- en kleinkinderen overleed heden na eene langdurige ziekte mijne Geliefde Echtgenoot de Heer JOZEPH BRUGEMANN in den ouder dom van ruim 71 jaar, na eene genoegelijke echt- vereeniging van 49 jaren en 11 maanden; tijdig voorzien van de H. Sacramenten der Stervenden. Wed. J. BRüGEMANN, Geb. Brut*. eu zijne medeplunderaars er niet afkomen. Geen gunstiger oogenblik dan nu, om des Graven magt te breken, en grootendeels te vernietigen, daarenboven /.ou d° dappere Poedestaat van Scagen, nimmer beter voldoening kunnen eischen van Egmond over diens gepleegde snoodheid ten aanzien van zijne verloofde, de Jonkvrouwe van Harinxhuizen en haren grijzen grootvader; daarom wonen spoedig allen bijeenverzameld, om den vijand achterna te zetten. Bij het hiervoor genoemde Witsmeer zwin, wor den zij ingehaald eu in hunnen aftogt terug ge- houden. Nu stellen zich de Grafelijken dadelijk in slagorde, om de Westfriezen af te weren en aan vankelijk gelooven zij daarin spoedig te zullen slagen, maar de verbitterde Westfriezen geven geen kwartier; vreeselijk wordt er in het donker van den nacht, van weerskanten gestreden. Wel is de mist nu opgetrokken eu de lucht verhelderd, maar uog is het in het holst van den nacht, en akelig wordt het tooneel van slagting bijgelicht door de vlammen van het op een kleinen afstand r.og bran dende Scagen. Met ongeloofelijke kracht, werpen zich de weinige Westfriezen op de Keuneiner Edelen cn het Grafelijke leger; van beide zijden vallen bij tientallen tegelijk. Ia afwachting van de hulp, die nu weldra van de te iukel en Nydoip gelegerde krijgslieden, zal komen opdagen, durven de West- friezeu de. koenste waagstukken ondernemen. Intus- «chen hebben ook de Kennemer Edelen, reeds renboden naar den Graaf te Schoorl afgezonden "m hulp eu bijstand. Maar ook de Westfriezen blijven niet van hulp verstoken; de overal rond gezonden boden hebben van alle kanten landlieden bijfen verzameld, en allengs groeit hun getal aan, gewapend met al wat zij slechts konden magtig sorden. Verschrikkelijk zwaaijen zij met hunne knodsen inden vijand om; elke slag velt er een; niet minder han'eren zij hunne aks of strijdbijl, en waar die treffen, stapelen zich verminkte lijken opeen. Met geweld dringt de dappere Poedestaat van Scagen, aan het hoofd zijner weinige overge bleven en afgetreden vassallen eu Scagers, in °de gelederen des vijands. om zich met Egmond en Ie zijnen te meten; reeds zijn onder meer Edelen, Ir. Simon van Antwerpen, Boudewijn van Haarlem en Willem van Voorhout, ouder hunne slagen bezweken. Slot volgt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1875 | | pagina 2