Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad.
Jti. 935
Negentienden Jaargang
A 1875.
Dit blad verschijnt op Woensdag avonddoch word'
met een bijvoegsel bevattende het jongste Scbager
marktberigtden volgenden avond verzonden aan hen
die zulks verlangen.
Hckciirimaking.
Jagt.
Koepokinenting en herinênting.
Patenten.
Een treurig teeken des tijds.
Gemengde berichten.
9
Brieven franco aan de uitgeefster.
Abonnementen op dit blad worden door alle
Prijs per jaar 3.Franco per post f 3.60,
Afzonderlijke nummers f 0.07 J
ADVERTsyriëN van een tot vijf regels f 0,75; iedere
regel meerder ƒ0,15. Groote letters naar de ruimte die
zij beslaan.
Naar volksheil zonder deugd te dingen
Is arbeid' aan etn rots te biên.
Boekbandelaren en Postdirecteuren aangenomen.
De Burgemeester der gemeente Schagen, brengt
ter kennis van belanghebbenden het navolgend
besluit
De Commissaris des Konings in de provincie
Noord-Holland,
Gezien het besluit van gedeputeerde Staten van
11 Anzustus 1875, No.
Gelet op art. II der wet van 13 Junij 1857
(Staatblad No. 87);
Brengt ter kennis van belanghebbenden:
lo dat de jagt op klein wild in Noord-Holland
voor dit jaar zal worden geopend op Zatur
dag den 4 September aanstaande met Zonsop
gang:
2o dat de korte jagt dagelijks, met uitzondering
van den Zondag, en de lange jagt alleen op
Woensdags en Zaturdag zal mogen worden uit
geoefend.
En zal deze in het provinciaalblad worden ge
plaatst en voorts in elke gemeente der provincie wor
den aangeplakt.
Haarlem, 18 Augustus 1875.
De Commissaris des Konings voorn.
ROËLL.
Schagen, 23 Augustus 1875.
De Burgemeester voornoemd.
G. J. MULLER.
liet hoofd van het plaatselijk bestuur der gemeente
Schagen, brengt bij deze ter kennis van de Inge
zetenen dier gemeente, dat het Kohier voor de
belasting op het personeel, No 3 dienstj. 1875|76
op den 20en Augustus door den Heer Provincialen
Inspecteur in de provincie Noord-Holland is exe-
cut'"" „iKlaard, en op heden aan den Heer Ont
vanger der Directe Belastingen binnen deze Ge
meente ter invordering is ter hand gesteld.
Ieder ingezeten die daarbij belang heeft, wordt
alzoo aangemaand om op de voldoening van zijnen
aanslag behoorlijk acht te geven, ten einde Jle
geregtelijke vervolgingen welke uit nalatigheid
zouden voortvloeijen, te voorkomen.
Schagen den 23 Augustus 1875.
Het Hoofd van het Plaatselijk Bestuur voorn.
G. J. MULLER.
De Burgemeester van Schagen:
Brengt ter kennisse der ingezetenen, dat over
eenkomstig de beschikking van den Heer Minister
van Binneulandsche Zaken, dd. 27 Julij 11. opge
nomen in de Staatscourant van den 28e dier maand
van af heden ter Secretarie ter bezigtiging is gesteld
het model der muilkorven, door honden te dragen
wanneer dit krachtens de Wet van 5 Junij 11.
(Staatsblad No. 10) is bevolen.
Schagen 23 Augustus 1875.
De burgemeester
G. J. MULLER.
Burgemeester en Wethouders van Schagen.
Gelet op art. 18 der Wet van den 4en Decem
ber 1872 (8taatsblad No. 134).
Brengen ter algemeene kennis dat op Vrijdag
den 27 dezer des namiddags van 2 tot 3 ore
door den geneesheer C. S. Timmers, ten zijnen
huize aan een ieder de gelegenheid zal worden
gegeven tot kosteloora inenting en herinênting,
Schagen 24 Augustus 1875.
Burgemeester en Wethouders voorn
G. J. MULLER.
De Secretaris
DENIJS.
D« Burgemeester van Schagen maakt bekend dat
van af Woensdag 1 tot en met Dinsgdag den
14 September a.s. (de Zondagen uitgezonderd) des
voormiddags van 9 tot 12 uren ter Secretarie
kunnen worden afgehaald de voljaars patenten
voor bet dienstjtar 1875(78.
Wordende de patentpligtigen herinnerd dit de
afhaling der patenten persoonlijk tnoet gescheiden.
Schagen 21 Augustus 1875.
De Burgemeester voornoemd,
G. J. MULLER.
De portugesch Israëlische gemeente te Auister
dam herdacht onlangs het tweehonderdjarig be
staan harer synagoge. Het Israëlitische kerkbestuur
rigtte aan alle autoriteiten, met welke het in be
trekking stond en kerkgenootschappen van il<-
hoofdstad eette uitnoodiging om deel te nemen aan
de feestviering ter dier zake. De algemeene ketke-
raad van de nederduitsch hervormde gemeente,
gaf hierop ten antwoord, dat het hein onmogelijk
was deel te nemen aan eene feestviering, die van hel
stand punt zijner belijdenis voor hem veeleer een oorzaak
van smart dan van vreugde geacht moet worden.
Kan men een treuriger teeken van achteruitgang
in godsdienstige verdraagzaamheid denken dan zulk
een smadend antwoord, uitgaande van de vertegen,
woordiging der grootste godsdienstige gemeente in
ons vaderland? Sinds eeuwen is het een der
schoonste eeretitelen van de nederlandsche natie
geweest, dat zij verdraagzaamheid betoonde jegens
de afstammelingen van het eens uitverkoren volk.
Ieder Nederlander moest ze buiten kennen de even
schoone als ware regels, waar Helmers, voor meer
dan 60 jaren, deze deugd der Nederlanders prees:
Het kroost van Abram, vlugt van Taag en
Iberboorden.
Ontmenschte Christenen I durft gij dus uw vadren
moorden
Iloe is uw godsdienst niet ontloken op hun
grond
Heeft de achtbre Leeraar van de volken niet
den niond
Gekustde borst gezoogd, niet aan de
knie gedarteld
Van een Jodinne? en gij knevelt, vloekt en
martelt
Het schuldloos overschot van 't eerst verkoren
volk
En geeft het over als een prooi van vuur en
dolk I
Waarheen, o Jacobs kroost, waarheen zult gij
thans vlugten?
Heel de aarde spuwt u uit! Neen! Neerlands
vrije luchten
Ontvangen u met vreugd, hier dreigt u geen
schavot
Volg hier der oudren wet, dien heer der vadren
God.
Zoo sprak de vrijzinnige Helmers, en de regtzin-
nige Bilderdijk hoe onverdraagzaam ook tegenover
alle anderen, was den Joden toch goedgunstig,
zong hij hun niet toe:
Tc Bemin, ik acht n, ja geslacht van Abraham
Dat uw verlosser wacht, uit Koning Davids
stam.
En onze Staring, de degelijke Nederlander van
deu ouden stempel, roept hij niet uit bij het zien
van eene Israëlitische looverbut
Wie smalend tot uw butje kwam
Niet ik, gij kind van Abraham,
Ik schenk, uit een opregt gemoed
Den drempel mijnen vredc-groet.
Vijftig of zestig jaren nadat door de tolken der
verschillende rigtingen in onze natie, zulke vrede—
woorden zijn gesproken, denkt er de kerkeraad van
Amsterdam geheel anders over; hij wil niet mede
feestvieren, want voor hem is bel geen feestvreugde
d:e herdenking aan de vestiging eener gemeente,
die aan de boorden des Amstels eindelijk ruste vond,
na een eeuwenlange vervolging, hem schijnt bet
beter dat die arme vlugieliitgen in de kerkerholen
en de vlammen der tnquisie van Spanje waren
omgekomen
Niet. als Rilderdijk, betuigt de kerkeraad der
Joodsche natie zij ito achting; neen hij durft uit
vreeze van ontreiniging dc hein toegestoken hand
niet aanraken. Niet als Siating roept de kerkeraad
der joodsche gemeente zijn vreugde-groet toe, neetil
luidkeels spreekt hij: met u, o onreine»! wil ik
niets te maken hebben.
De joodsche natie heeft aan Nederland met
woeker betaald, voor de gastvrijheid, die zij hier
mogt genieten wat al welvaart, wat al rijkdom,
heeft zij op onzen bodem verspreid, en welke groote
mannen danken wij haar niet, men denke slechts
aan Spino/.t, Meijer en da Costa. Maar wat geeft
de Amstcrdainsclte kerkeraad om dat alles? Voor
Item toch is liet eeue droefheid dat er nog een
israëlische gemeente bestaat, dat Israéi is een gruwel
in zijne oogen in die Jodelt ziet hij immers eenig
en alleen de moordenaars en verlooclienaars van
Christus.
Voor dien kerkeraad heeft Lessing zijn vNathan
de wijze* niet geschreven; ja men moet 4 of 5
eeuwen teruggaan in de geschiedenis om op het
standpunt te belanden, waarop die kerkeraad zich
heeft gesteld, de duisternis der midden eeuwen
schijnt hem te omringen, al wat Spindler in
zijn aangrijpensten roman *de Jood* daarover ge-
"schreveit heeft, kan nog aan zijn adres gerigt
worden.
Zoo is in de aanzienlijkste gemeente van ons
vaderland het licht op den kandelaar uitgedoofd,
zoo schijnt er de duisternis hand over hand toe
te nemen. Naar men zegt, was dit besluit van den
kerkeraad tegen het advies van den heer Dr. Kuijper
genomen. Zoo draven de volgelingen den meester
vooruit; even als altijd worden de ultra's door
nog grooter ultra's gevolgd. De handelwijze van den
Kerkeraad is een vingerwijzing van datgene wat
de kerkelijke reactie bij ous op het oog heeft, die
kerkelijke reactie wil den oorlog verklaren aan de
beginsels in artt. 164. 165 en 166 onzer grond,
wet uitgedrukt, daarom hebben allen er belang bij
tegen zulk een streven protest aan te teekenen.
De op 18 dezer aangekondigde feestdag
heeft te Schagen, onder het genot van prachtig
weder en liefelijke muziek ongestoord plaats ge
vonden, (ondanks herhaalde pogingen om enkele
deelen uit de historie der 15e eeuw te doen mis
lukken of onmogelijk te maken,) 's morgens zeer
vroeg wapperde de Ned. driekleur vau bijna alle
gebouwen zonder onderscheid, van alle kanten kwa
men rijtuigen met menschen gevuld en voetgangers
toestroouien en elke aankomende spoortrein bracht
massa's menschen aan van beide kanten, zoodat
kwart voor tien ure de gemeente als't ware reeds
met menschen gevuld was, toen de groote klok begon
te luiden, als teekeu dat het feest aanving.
Ten tien ure bracht een courier het bericht
dat de Heer van Schagen met zijn gevolg in aan.
tocht was en zette zich de stoet in beweging van
af het slotplein, oor de hooge gasten feestelijk in
te halen.
Aan den Loeterdijk gekomen ontmoette de Schagers
bestaande uit Schout, Rurgemeesteren, Schepenen,
Geestelijkheid, Schuttersgild, enz. de Hooge familie
met gevolg, die door den Schoot een hartelijk welkom
werd toegewenscht, namens de stede van Schagen,
welke hartelijke toespraak door den Heer van Scha
gen beantwoord werd door een schriftelijk document
te overhandigen.
Nadat de muziek het rWiea Neêrlands bloed*
bad aangeheven en afgespeeld en de optocht ge
organiseerd was, zette zich de geheele trein in be
weging in de volgende richting Loet, Rensgaz,
Noord tot op het erf van den Heer J. Htddes,
terug de N. zijde der Markt. Hoogezijdc, dc T,a...