Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad.
28 M
M 944
Negentiende Jaargang.
Ao. 1875
Bekendmakingen.
BEVELSCHRIFT.
Gemengde berichten.
Dit blad verschijnt op Woensdagavond; doch wordt
met een bijvoegsel bevattende het jongste Schager
marktberigtden volgenden avond verzondenaan hen
die zulks verlangen.
Brieven franco aan de uitgeefster.
Abonnementen op dit blad worden door alle
Paus per jaar 3.Franco per post 3.G0,
Afzonderlijke nummers f 0.0 7$
ADVERTRjmëx van een tot vijf regels f 0,75; iedere
regel meerder ƒ0,15. Groote letters naar de ruimte die
zij beslaan.
Naar volksheil zonder deugd te dingen
Is arbeid aan etn rots te bièn.
Boekbandelaren en Postdirecteuren aangenomen.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Schagen;
Gelet hebbende op art. 264 der Wet van 29
Junij 1851 (Staatsblad No. 85);
Brengen ter openbare kennis, dat het door hen
voorloopig vastgestelde suppletoir kohier van den
hoofdelijken omslag en dat voor de belasting op
de honden, voor het loopende dienstjaar, gedurende
veertien dagen, en wel van Zaturdag den 23 Octo-
ber tot en met Vrijdag den 5 Novb. aanstaande,
ter Secretarie dezer Gemeente, voor eeu ieder ter
lezing zal nederliggen.
Eu is deze afgekondigd en aangeplakt, waar
zulks te doen gebruikelijk is.
Schagen den 28 October 1875.
Burgemeester en Wethouders voorn"
G. J. MULLER.
De Secretaris,
DENIJS.
De Burgemeester van Schaden;
In kennis gesteld z\jnde dat zich in
de naburige gemeente Barsingerborn
een geval van hondsdolheid heeft voor
gedaan;
Gelet op art. 3 der wet van 5 Juny
1875 (Staatsblad No. 105)
Beveelt dat van af heden gedurende
4 maanden alle honden die zich buiten
woningen of vaartuigen (geene open
bare middelen van vervoer zijnde)
in deze gemeente bevinden en niet
binnen een «afgesloten erf aan een ket
ting liggen, moeten voorzien zijn van
een muilkorf, overeenkomstig het ter
gemeente Secretarie alhier ter bezig-
tigiug gesteld model.
Schagen den 26 October 1875.
De Burgemeester voornoemd,
G J. MULLER.
Burgemeester en Wethouders van Schagen
Gelet op art. 8 der wet van 2 Juinj 1875,
Staatsblad No. 95
Brengen ter algemeene kennis dat door den
Raad dezer gemeente, in diens vergadering van he
den aan Theunis Smit, ingezetene dezer gemeente
vergunning is verleend om tot grof en hoeLmederij
iuterigten de perceclen alhier bekend in IV ijk C.
no. 83(84.
Schagen 24 October 1875.
Burgemeester en Wethouders voorn.
G. J. MULLER,
De Secretaris.
DENIJS.
II.
In het vorige nummer dezer courant werd te
ruggekomen op bet onderwerp onder bovenvermelden
titel, voor een paar weken in dit blad behandeld.
Onder zeer verplichtende bewoordingeu werden wij
daarbij uitgenoodigd omtrent de oorzaken en ge
volgen van de door ons aangegeveu zwakke zijde
van het Gemeentewezen, onze meening te ontwik
kelen. Volgaarne willen wij trachten daaraan te
voldoen.
De oorzaken en gevolgen, die in noodzakelijk
verband staan met de fouten in het gemeentewezen
staan niet op zich zelve. Ook de lands en provin
ciale vertegenwoordiging is van die kwalen niet
bevrijd, maar zij worden daarbij opgewogen door
andere omstandigheden, welke in den regel gemist
worden bij gemeente verlegenwoordigingeu.
Een der eerste oorzaken ligt naar ons voorkomt
in de vrij algemeene onbekendheid der burgerij
met onze organieke wetten.
Men gevoelt niet algemeen genoeg de tegen
woordigheid van dien machtigen factor in onze
maatschappij, haar invloed rekent men beperkt tot
uvordering van belastingen, inmenging in enkele
burgerlijke verbindtenissen en handhaving van straf
bepalingen. De staat en de gemeente zijn in veler
oog niet meer dan algemeene betaalmeesters en
politie agenten. Dat door die organieke wetten
een staatsleven is in het leven geroepen dat wij
als burgers georganiseerd zijn tot een zedelijk
lichaam, dat zich de bescherming van ieders recht
tegen allen ten doel stelt; dat in dat zedelijk
lichaam gerekend wordt op onze medewerking;
van dat alles hebben wij dikwijls te weinig bewust
heid. Daaraan wordt door ons ook toegeschreven
de zoo algemeene onverschilligheid bij verkiezingen,
de niet minder algemeene zucht tot ontduiking
van belastingeneindelijk de verwaarloozing der
gemeente belangen; verder oefenen hierop een nood-
otligen invloed de kiesvereenigingen.
Het is van bekendheid hoe zeer de kiesvereeni
gingen, dikwijls uit een zeer beperkt gelal kiezers
bestaande eu vaak met enkele tegenwoordige leden
eene candidatuur stellen en eene verkiezing door
drijven. Deze tijrannie is doodetid voor alle ware
belangstelling in gemeentezaken. Zij herleidt de
verkiezingen tot het bedrijf van enkelen en ontneemt
aan het mandaat der leden de wijding, die het al
gemeen vertrouwen er aangeven moet. De gemeente
belangen komen niet in aanmerkinghet is een
personenstrijd, dikwijls een familiestrijd en het is
deze, die bij de verkiezingen wordt uitgemaakt
verdere strekking hebben ze niet. Kan het anders
of deze gang van zaken moet noodlottig werken op
de zaïneustelling en de werkzaamheid van den
gemeenteraad.
Eindelijk rekenen wij onder de oorzaken der
verslapping van deze functie in ons staatswezen de
weinige aanmoediging, die de goede raadsleden on
dervinden. Komt ook al eens een nieuw lid met
jeugdigen ijver in den gemeenteraad, zoo spoedig
wordt hij een oud gast omdat, niet tegenstaande
door de gemeentewet zoo wel de beraadslagingen als
de handelingen van bet bestuur der gemeente on
der bet oog en het oor der gemeentenaren zijn gesteld,
publiciteit nergens minder op prijs wordt gesteld
dan hier. Het is in vele gemeenten als of deze
heilzame openbaarheid niet verkregen is sinds 1848.
Indien het publiek zich meer gelegen liet liggen
aan de publieke zaak, indien dit de aandacht van
den raad vestigde op publieke belangen, waartoe
ieder bet recht heeftindien de voorstellen van
eene goed gezinde minderheid onder de gemeente
raadsleden door de belanghebbenden, dat zijn, de
burgers; werden besproken, gewaardeerd en aan
bevolen dan zou daarin meer eene herinneriug
liggen aan den plicht, welke, omdat hij door de
belanghebbenden vergeten wordt, dikwijls niet ia
zijn volle waarde wordt gevoeld.
Deze reeks van oorzaken is gemakkelijk verder
voort te zetten; in bet algemeen werken tot een
slechten toestand een groot aantal oorzaken mede.
Ieder gemeentebestuur heeft bovendien zijn eigpu
aardige ziekte; het algemeen recept voor deze
ziekte is beweging en friache lucht.
Van de oorzaken nu echter genoeg, nog
een enkel woord, over de gevolgen der on
verschilligheid en lamheid van de gemeentebesturen.
Door den sleur die niet zelden aan deze ver
gsderingen is eigen geworden blijven allerlei slechte
maatregelen in stand en worden langzamerhand,
een noodzakelijk kwaad. Zoo worden in menige
gemeente door buurtplichten en verordeningen
omtrent wegen, de grootst mogelijke wetsverkrach
tingen gehandhaafd, bizondere personen bevoorrecht
een dwaas belastingstelsel onderbonden en bespot
telijke, kwellende keuren in wezen gehouden. Terwijl
de maatschappij «net reuzen schreden zich ontwik
kelt, raakt het bestuur dal stil blijft staan, zoo
zeer bij haar ten achter, dat het op enkele plaatsen
voor eene antiquiteit kan doorgaan. Alleen door
zich regelmatig voorwaarts te bewegen kan een
gemeentebestuur op de hoogte blijven van zijn laak,
maar opgesloten binnen de wanden van het raads
gebouw en buiten aanraking met de levende
belangen om zich, wordt door de gemeentebesturen
thans in den regel slechts een voorbijgegane
toestand gehandhaafd
Een tweede en hoogst noodlottig gevolg der
gemeenteraadszickte is de weinige energie, die de
onderneming vun publieke werken tegenhoudt.
Geruirnen tijd geleden wezen wij op het verschil
dal in dit opzicht de staatsbegrooting onderscheidt
an de gcineentebcgrootingen. Op die staalshcgrootln-
gen komen niet enkel voor de nnodige gelden voor
de dienst; met ruimen blik worden de behoeften
van het land gewogen, onderzocht en behartigd
vaak is daarbij de Minister de toekomst jaren
vooruit en het loon van zijn werk is de bereiking
van bet schier onmogelijke. Angstvallig houdt het
bestuur eener gemeente de hand op den zak en
paart zijn ingezetenen het geld eu zich zei ven arbeid,
lntusschen gaat de tijd verloren; gunstige omslau-
ligheden worden ongunstige en menige gemeente,
wier beeld het seliip wis, goel bevracht, goed
bemand eu door gunstigen wind naar do haven
voortgedreven, vaart, terwijl de stuurlieden slapen
op het drooge en kan verloren worden gerekend
voor de toekomst van het land.
Dit is natuurlijk in onze gemeente niet het geval
hier houdt een wakker gemeentebestuur het oog
in het zeilgeeft zich niet enkel de moeite om
door de regeering ingediende ontwerpen van Wet
met adressen tc ondersteunen, maar zelf tot wet
gevers geroepeu, kwijten zij zich van hun plicht
door noeste ontginning van al de voordeelen, dia
de natuur aan onze gemeente geschonken heeft. Alles
wordt ondernomen havens, kanalen, ja spoorwegen
soms zouden wij willen roepen als Tollens in zijn
ied
Voerman, houd eens even op
Dat kan zoo niet langer I
Maar dat zeggen wij niet, omdat wij nog uiet
voldaan zijn.
Op de voordracht voor kantonrechter te
Tholen zijn geplaatst de hh. mrs \V\A.Dolleman,
grifiïer bij het kantongerecht te Schagen. J.Vosmaer,
id, te IJsselstein, en J. V. C. de Jonge van Elle-
meet, id. te Woerden.
De Arronds-Rechtbank te Heerenveen, heeft
den heer S, raadslid te Engwinden, wegens het
stuk slaan van het been van den hoofdonderwijzer
R. tot één jaar eenzame opsluiting,ƒ150 schade
vergoeding en in de kosten veroordeeld.
Het Kantongerecht te Zwolle heeft een
jongen, krachtens de nieuwe wet tegen hondsdolheid
veroordeeld wegens het mishandelen van zijn hond.
Onder de conditiën voor eene dezer dagen te
Wommols verhuurde boerenplaats vond men ook
deze, zeker tot uog toe geheel vreemde, dat de
de huurder geen petroleum mag branden. Men
verneemt dat de anderen boeren van denzelfden
eigenaar een beleefd verzoek hebben ontvangen,
om i.i de nog loopende huuijaren het gebrnik van
petroleum na te laten. Bij het einde van den
huuriijd wordt het dan ook als conditie gesteld,
Te Breda wordt een gerechtelijk onderzoek
ingesteld terzake van het overlijden van een
6jang knaapje, wiens dood in verband wordt
gebracht met een slag op het hoofd, hem door
een kweekeling op de school toegebracht.