BöfBERBM
9 MAART.
Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad.
Gemengde berichten.
Ao. 1876.
20e Jaargang.
No. 963
I)c val van het huis Alha.
SCHAKER COURANT.
Dit blad verschijnt op Woensdag avonddoch wordt
met een bijvoegselbevattende het jongste Schager
marktberigtden volgenden avond verzonden aan hen
die znlks verlangen. Brieven franco aan den uitgeefster
Abonnementen op dit blad worden door alle
Phijs per jaar 3.Franco per post 8.60,
Afzonderlijke nnmmers 0.07}
AnvKRTBNTiëx van een tot vijf regels f 0,75; iedere
regel meerder f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Naar volksheil zonder deugd te
Is arbeid aan een rots te biên.
dingen.
Postdirecteuren en Roekhandelaren aangenomen.
Wij hadden groote verwachting van het treur
spel onder dezen titel, «naar verduitscht, voor 't
eerst bekend gemaakt door den hoogleeraar Op-
zoomer. Wel hinderde ons het uith'-einsch gewaad,
waarin dit Nederlandsche treurspel gestoken was,
maar wij meenden aan bekrompen nntionaliteitsge.
voel niet te mogen toegeven, zoo wij in de hoofd,
zaak werden te vreden gesteld. Wij waren er hoog
mede ingenomen dat onze rijke geschiedenis de
bron zou worden waaruit een talent zijn kunststuk
zou aflriden. Hoe dikwijls hadden wij het niet
reeds betreurd bij de lezing en herlezing der his
torische drama's van Shakespere, dat onze geschie
denis voor goed begraven lag, terwijl wij uit die
heerlijke werken konden opmaken, welk een bezield
en heerlijk tafereel uit onze heldengeschiedenis zou
te scheppen zijn. Voor de bloedige familie twisten
tusschen de verschillende koningshuizen had de
dichter hier te teekenen, hoe de eene daad,
toewijding aan een groot beginsel, telkens even
schoon, maar telkens verschillend, door de reeks
Oranje vorsten werd opgevat.
Prins Willem I en diens geestelijke betrekking
op zijne beide zonen Maurits en Fie Ier ik Hendrik,
welk dichter acht de ontwikkeling dezer ge
schiedkundige peisoonlijkheid niet bezielender slof
dan die welke Shakespere verwerkte, toen hij ons uil
Hendrik IV, Hendrik den V en VI verklaarde? Hoe
schoon werkt dat karakter voort in de geschiedenis
in perroonlijkheden als de stadhouders illem II
en Willem III en hoe noödigen deze helden ge
stalten uit tot eene dichterlijke behandeling. En
terwijl Shakespere slechts ter loops in het F.ngelsche
volk een factor kou vinden voor zijnr stukken,
welk een breede stroom van feilen en gedachten
biedt den nationalen dichter het HollanJschr volk
aan Wij kunnen de waarde gevoelen die elk Ki>-
gclschman hecht aan de geschiedkundige drama's
van Shakespere; zij voeren htm als overwinnaar
tot het bart van Frankrijk en winnen voor hem
wanneer alles verloren schijnt, de burgerlijke vrijheid.
Maar wat wd dat alles zeggen bij het tooneel dal
zich voor den geest des dichters opent, waar hij
onze geschiedenis beschrijven wil. Hier, een tijdperk
van lijden en van onderdrukkig, van geloofsvervol
ging en soldati-n tiraimij; van wanhoop er. opstand;
jaren van spanning en twijfel; krachtgewassen in ne
derlagen, een overwinning bevechten door stalen
ijver en ijzeren moedeen vredefeest, waarbij de
horen des overvloeds uitgestort wordt over de vroe
gere martelaren en een geestelijke rijkdom openbaar
wordt, zoo als misschien enkel in Athene een enkele
maal is te zien geweestWie uit d:e tijden de
personei) weet op te wekken; wie ons verplaatsen
kan in de legers van Maurits; wie ons deelgenoot
maakt van de reuzenplannen der kooplieden van
die dagenwie ons aetuige maakt van de werking
van bet geloof, broeders tegen broeders opzettende
maar zich zelve eindelijk zich zuiverende tot zij
het merg wordt der grootheid en welvaart vaneen
volk die zou een heerlijk gebruik maken van
zijne gave als dichter, die zou een dienst btwijzen
aan zijn vaderland
En zoo iets dachten wij hier te vinden. De
ophef, waarmede een man als Opzoomer dit stuk
aankondigdezijne betrekking tot de schrijfster,
welke verwachten deed dat zijne goedkeurirg hier
niet gemakkelijk te winnen was geweest, gaven ons
aanleiding tot die verwachting. Wij zijn te leur
gesteld. In het boekje komen verscheiden goed ge
schreven bladzijden voor, zelfs laat het zich over
het geheel niet onaangenaam lezen, maar het is
noch een drama, noch een historisch stuk.
De dichter zal ons schetsen den val van Alva
huis. Dadelijk denken wij ons dien man op het
oogenblik, dat het werk, waarin hij geloofde, hem
uit de handen valt. Wij zien in Alva niet den vader
zijner kinderen, maar enkel den trouwen dienaar
van zijn vorst, den bekwaamsten veldheer zijner
dagen; den man, die met innige overtuiging de
ketterij verafschuwt en zijne ziel verkocht heeft aan
zijne zaak. Die zelfde man ziet zich door zijn
koning verstoolen, ziet als veldheer zijne plannen
mislukken, en wordt gedoemd een tnachtelooze toe
schouwer te zijn van de overwinning der ketterij
op de kerk. Dit was de val van Alva, dit brak
hem, zijn hoop, zijn leven, zijn kracht. De dichter
heeft echter niet hierin den val van Alva geteekend
maar volgens hem valt Alva's huis, omdat zijne
dochter zich vergiftigt, zijn zoon zich doorsteekt
en hij zelf naar Spanje teruggeroepen wordt. Deze
vinding, heeft niets tragisch, liet moge zelfs voor
zulk een vader hard zijn zijne kinderen te verliezen
en zulks door eigen schuldde waardigheid der
geschiedenis wil dat de zuilen van zulk een huis
niet zoo gemakkelijk vallen. De val van Alva's huis
kan dan alleen het onderwerp van een uationaaj
treurspel zijn, wanneer de dichter on's de verplet,
tering laat gevoelen, die een eerzuchtige, geestdrij
vende, talentvolle geest als Alva ondergaat, wanneer
al zijne verwachtingen den bodem worden ingeslagen.
Geen enkel lezer zal deernis gevoelen met den Alva
die ons hirr geteeker.d wordt en daarom alleen is
het drama mislukt.
Maar is dan wellicht slechts de titel verkeerd
en moet het dramatische gezocht worden, hetzij in
Haarlein's onverdienden val of in de ongelukkige
avonturen van Don Frederik en Dona Elvira?
Is het treurspel soms bestemd Annetta te hecten?
Er is niets in de karakteis of toestanden dier
personen, hetwelk hun recht geeft op dien rang.
Ter»ijl Haarlem belegerd wordt, ingesloten door
Don Frederik, verlicft deze op een meisje, dat
hij op de wallen der belegerde stad ziet. Dit meis
je laat na een vluchtig tête tête haren ver
looide voor hem varen; deze zoekt, niet voor de
heilige zaak van vaderland, vrijheid of godsdienst,
maar als afgewezen minnaar den dood en hiervan
wordt Anuetle zoo akelig, dat zij verbrand wordt,
welk treurig einde Don Frederik den dood doet
zoeken. EDira, de dochter van den Hertog is ver
liefd op een protestant, een vriend en pleegbroeder
van Don Frederik, die den biechtvader des Her
togs behandelt als een schelm en dit natuurlijk
ken dan van eene banale liefdesgeschiedenis dat
de ellende in Haarlem geleden en de noodlottige
I afl-»op eener heldhaftige verdediging haar dichttoon
{niet bezi -I I heeft; dat zij eene der kritiekste
oogenh'ikken uit dat bange tijdperk belachelijk heeft
gemankt. Liefde voor haar land, voor hare taal,
voor de geschiedenis brenge haar er toe deze zonde
te boete en heeft zij in een tweede stuk, hetwelk
wij niet kennen, maar waarvan wij eene ongunstige
beoorderliug lazen, opnieuw een tijdperk le'iandcld
uit onze geschiedenis, wanneer zij opnieuw als
schrijfster optreedt, zij het in hollandsche taal, de
taal van Vondel, over Hollands geschiedenis, het on
derwerp vsn Motleij. Deze verdient liet ten volle. Dan
zal zij aan de geschiedenis van haar land een dienst
bewijzen en een dankbaarder stof vinden voor haar
talent. Dan zal zij een plicht kwijten die het va
derland te lang reeds gewacht heeft van zijn zonen
en zal haar werk een weldaad zijn I
Aan den Postbode van Haringcarspel (P.
Grootewal) is op verzoek eervol ontslag uit genoem
de betrekking, verleend met ingang van l Januarij
1S76, onder toekenning van pens oen ten bedrage van
169.'s jaars.
De bisschop van Haarlem heeft benoemd tot
kapelaan te Oudckerk aan den Amstel den heer
II. F. Coenen, kapelaan te Schagen.
Zondag avond besloot de heer dr. J. C.
Zaalberg Pz. de reeks zijner te Schagen gehoudene
voordragten over Darwinisme en Godsdienst. Dit
maal beschouwde spreker den meiisch, zijn rang en
bestemming, in het licht der steeds vcorschrijdcndc
natuurwetenschap, en meer bepaald in dat, door
het Darwinisme outsluijcrd. Op de hem eigene,
welsprekende wijze gaf spreker een overzigt van het
behandelde in de voorgaande lezing eu wees hij
daarna aan, hoe, ondanks de leer van Darwiii, het
verheven standpunt, dat de tnenscb volgens de oudere
overtuiging had, behouden blijft, ja eeider nog,
veiheven wordt. Hij
ineer veiheven wordt. Hij schetste den ontwikke-
mêt den dood bekoopt. Vergif redt Elvira van het I üngjgang van den menschelijken geest, waarbij de
i-- roem op een geërfden adel wegvalt, maar vervangen
leven. Indien er eenige mogelijkheid voor dat ra-
mannetje had bestaan indieu de dichteres de liefde
had geteekend als in den Romeo en Julia van
Shakespere, als in den Wertber van Gothr, zou ons
kunstgevoel bevredigd zijn al bleef ons vaderlamlsch
gevoel ook onaangedaan, maar de gansche liefdes
historie is een malle, ondenkbare, onmogelijke zaak
niet naar de geschiedenis, maar naar wat de schrijfster
er zelve van verhaalt. Doch hoe ook, een historiestuk
is het niet; het spreekt, ja! ter loops van de
dappere Haarlemmers, het brengt ons vluchtig voor
oogen een leger en eene belegerde stad, maar het
handelt over de ongelukkige liefde van Frederik
en Anuetle, van Elvira en haren Don.
ij hadden het ongeluk dit stuk te gelijk met
den Othello van Shakespere te lezen. Hier door
kwamen de gebreken van het stuk der Hollandsche
schrijfster nog meer uit. Terwijl het mogelijk is
zich alle personen uit Shakespere's stuk voor te
stellen, vormt zich geen enkel persoon uit den val
van het huis vau Alva tct eene persoonlijkheid,
die de verbeelding vatten kan. Van daar ook zijn
alle handelingen volkomen ongemotiveerd en laat
alles ons even koel. Hce gebeel anders zou het
stuk ziju, zoo wij iets van het medelijden, dat
Othello ons inboezemt, voor Alva konden gevoelen;
zoo we in Elvira eu Don Frederik het medelijden
konden plaatsen dat Desdemina ons inboezemt?
Wij mogen het der schrijfster niet ten kwade
duiden, dat zij heneden Shakespere is gebleven,
woidt door ren adeldom, die uit eigene verheffing
ontstaat. Tot staving van dit gevoelen, wees spreker
op de aanwezigheid, zij het dan ook in minderen
graad, vau verstand, spraak en zedelijk gevoel bij
onderseheidene diersoorten en op den afstand tus
schen de meest- en de ininstoniwikkclden van ons
geslacht. Aan het slot zijner rede beschouwde spreker
het Darwinisme tegenover de Onsterfelijkheid en het
Christendom, en in stede dat deze beiden daarin geen
plaats konden vinden, toonde hij op overtuigende
wijze aan, hoe het geloof in een voortbestaan juist
door Darwin's leer wordt bevestigd en hoe Jezus van
Nazareth de uitnemendste persoon is geweest van
het geslacht, dat tot op zijne komst iD de wereld
reeds brlansrijke schreden had gezet op de bian
der ontwikkeling, en dat door hem op het ideaal
van volkomenheid is gewezen.
De echtscheiding ouder de Birmanen is een
voudig. Wanneer man en vrouw elkander vervelen
ontbinden zij den huwelijksband, door welken zij
verbonden zijn, op de volgende wijze:
Zij steken twee lichten aan, sluiten zich op in
hunne hut, zetten zich neder, en wachten bedaard
totdat het licht is uitgebrand. Wiens licht het
eerst uitbrandt staat terstond op ea verlaat het
huis, om er nooit weder in terug te keeren.
Een waggon 8e klasse zat propvol en het
zelfs niet dat het werk de sporen draagt harer jeugd was er erg benaauwd; een reiziger dampte geducht,
daardoor is haar eene toekomst gewaarborgd. Maar Een boer, die naast hem zat, gaf allerlei teekenen
dit nemen wij haar wel kwalijk dat zij de gelegen- van onrust, vooral wanneer de rooker de asch van
heid niet gegrepeD betft haar vaderland een dienst zijn sigaar klopte. Eindelijk zeide de boer tot den
ie doen en uit die dagen van niets wist te spie- rookenden reiziger„Meneer, zou 't rooken niet