0OBBKBBAG
4 QGTOBHB.
Algemeen Nieuws-, Advertentie- Landbouwblad.
Ao 1877.
2isfc Jaargang.
l\io. 1015.
Bekendmakingen.
Het misbruik van
slerken drank.
De oorlog-
scuas ek mum.
Dit blad verschijnt op Woensdagavond; doch wordt
met een bijvoegsel bevattende het jongste Schager
marktberigtden volgenden avond verzondenaan hen
die zulks verlangen. Brieven franco aan de uitgeefster
Abonnementen op dit blad worden door alle
Prijs per jaar 3.—. Franco per post f 3.60,
Afzonderlijke nummers f 0.0 7$
ADVEBTwmëN van een tot vijf regels 0,75; iedere
regel meerder f 0,15. Groote letters naar plaatsruimte.
Naar volksheil zonder deugd te dingen
Is arbeid aau een rots te biên.
Postdirecteuren en Boekhandelaren aangenomen.
I
POLITIE.
Ter secretarie van Schatten zijn inlichtingen t*
bekomen betrekkelijk vijf melkschapen, met
touwtjes om den nek, gemerkt1 met een hakkel
en 1 met een gaalje in het linkeroor, sedett 4
weken in deze gemeente verblijvende.
VERMIST
een vet schaap, gemerkt met een groene stip
op de schoft en ren teerstip op den kop.
Zij, die hetrekkelijk dit schaap inlichtingen kun
nen verschaffen, worden vetzucht zich te vervoegen
ter secretarie van Schagen.
GEVONDEN:
een witte vrouwenzak, waarinzakdoek, mesje
en porlemnnnaie.
Eene nieuwe Engelsche straatbezem.
De eigenaars kunnen zich ter terugbekoining
vervoegen ter secr etarie van Schagen.
Burgemeester en Wethouders der Gemeente Scha
gen.
Brengen naar aanleiding van art. 203, alinea 8
der Wet van 29 Junij 1811, (staatsblad No. 85,
ter openbare kennis, dat de Begrooting der plaatse
lijke inkomsten en uitgaven voor 1878, zoo als zij
aan den Raad der gemeente is aangeboden, op de
Secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing
is nedergelegd en dat een ieder daarvan, tegen be
taling der kosten, een afschrift zal kunnen bekomen
Schagen den 22 September 1877.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
De Burgemeester
G. J. MULLER
De Secretaris.
DENIJS.
INKWARTIERING.
Burgemeester en Wethouders der Gemeente Scha
geu, brengen ter k<-nnis van de Ingezetenen dat de
Lijst betrekkelijk de inkwartiering, bedoeld hij Art.
17 der Wet van 14 September 1866 [Staatsblad no.
138), is herzien en ter voldoening aa< art. 18 der
ct gedurende 14 dagen voor een elk Ier inzage
aan liet Raadhuis is nedergelegd, en op beden aan
geplakt.
Wordende tevens ter kennis gebragt dat zij die
tegen gemelde Lijst bezwaren bebben in te brengen,
zulks schriftelijk brhooren te doen aan Burgemeester
en Wethouders, binnen 14 dagen na het eirde der
ter visie liggingen alzoo voor den 26 October 1877.
Schagen den 28 September 1877.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. J. MULLER.
De Secretaris,
DENIJS.
Hopeloos onderwerp ter overdenking I Het te
weten en het te zien dat trots de traktaatjes der
afschaffingsgenootscbappen, trots verbeterd onderwijs
in toenemende welvaart een verterend vuur in
bet hart des volks brandt, dat onze beste schatten
vernielt! In welk gedeelte ook van ons vaderland,
wij znllen er de slachtoffers aantreffen van de
ontzettende ziekte, in steeds nieuwe maar altijd
ontzetlende vormen. Het zegt weinig dat millioenen
schats in dien afgrond worden weggeworpen, een
klein gedeelte slechts van betgeen wij aan pro
ductie van arbeid missen door den ontzenuwenden
invloed van den prikkelde zedelijke ellende die
zij om en naast ons brengt is hare donkerste zijde.
Zij vernietigt het huisgezin, kweekt twist, voedt
drift; zij slaat alle dammen weg, die zedelijkheid,
belang, maatschappelijke toestand ter onzer beschut
ting gelegd hebben. Wie telt de tranen, die
zij eiken dag doet schreijen het ongeluk dat zij
dadelijks kweekt om in zijn gevolgen immer voort
te leven; de schatten van deugd, kennis en be
kwaamheid, die zij doel te loor gaan. Maar ook
daar waar schijnbaar niets verloren is aan den
dronkaard, wie kan hem scheiden van betrekkingen,
wier ongeluk hij bereidt Toch is het een wel
daad, dat de uitersten van deze razernij zoo walge
lijk zijn en wellicht i9 het eeuig geneesmiddel
tegen de algemeen verspreide ziekte de openbare
schande, waaraan hare slachtoffers zich bloot stellen.
Maar toch, hoe afzichtelijk de gevolgen van het
misbruik van den slerkcn drank zich ook voor ieders
blikken vertonnen, de prikkel schijnt te heftig te
zijn en dc afschrik wordt overwonnen. Het is de
vloek van deze kwaal dat zij alle kracht tot zelfbe-
heerschiug ontneemt, met de heiligste voornemens spot
en de bitterste tranen van berouw laat opvolgen
door de waanzinnige dolheid der dronkenschap.
Velerlei middelen heeft men beproefd. Eere zij
vooral het genootschap dat tol volstrekte afschaf
fing aanspoort en door een radicaal middel genezen
wil. Tegen dezen vijand baten geene andere dan
radicale middelen. Maar gelijk alle goed, kan ook
van deze vereeniging kwaad worden gezegd. Niet
dat wij die bezwaren erkennen' willen maar toch de
band, dien tnen zich oplegt, is een afstand van
de deugd der zelfbeheerse.hing en waar wij met die
band vallen loopen wij nog meer gevaar dan wan
neer wij enkel op onze kracht hadden vertrouwd.
Iutusschen kan naar onze meening niet genoeg aan
jongelieden de toetreding tot het afscbaffingsge
nootschap worden aanbevolen; wij kunnen hun de
verzekering geven dat het in menig gevaarlijk oo-
genblik aanminnelijke kracht geeft, waar auderen
reddeloos verloren gasn. Ik heb mij nooit goed
kunnen begrijpen, waarom de deelneming bij fat
soenlijke jongelui zoo vaak als iets bekrompens
wordt geacht. Miskennen zij daardoor niet de groote
kracht van het eenvoudigste middel tegen de ver
leiding, waarin anderen, veel sterker dan zij, ge
vallen zijn Niet dat ik eenige waarde hecht aan
deze matigheidsdeugd, want onmatigheid is overal
eene onmenschclijke zonde, maar is het zoo ver
keerd, wanneer ik uit de toetreding als lid besluit,
dat men ernstig heeft nagedacht over het groote
maatschappelijke kwaad onzer dagen dat men partij
heeft gekozen, niet alleen tegen de dronkenschap,
maar ook tegen de onverschilligen, die gerust de
wereld laten vergaan, maar daarom hun bittertje f
niet laten willen. De reden die velen weerhoudt is I
geene andere dan deze men is bevreesd aanstoot
te geten bij lieden, die een bittertje beschouwen
als een recht dat den mensch toekomt. Het is niet
onze kracht, het is onze zwakbeid die ons weer
houdt.
Vrucuteloos heeft men tot nu getracht recht-
streeksche maatregelen van Staatswege te nemen
tegen de dronkenschap. Tot nu bepaalt de Staat
zich tot het telkens verhoogen van den accijns,
een maatregel, waarbij de schatkist zich goed be
vindt, doch die den jenever slechter en het volk
ellendiger maakt, lntusschen heeft het niet ontbro
ken aan plannen om tegen deze volksvijandin, de
verslaafdheid aan den sterken drank, de strafwet
ter hnlp te roepen. In America, het land der
proefnemingen, is op onderscheiden wijze de tus-
echenkomst van de wet als redmiddel gebezigd, maar
zonder noemenswaardig gevolg. Ook hier te lande
dringt men aan op eene wet, die het gebruik zal
temperen en het misbruik zal straffen. Het een
noch bet ander zal baten. Geene wetten maken de
menschen goed zij straffen slechts de hoozen, doch
i volksverbetering is van eene wet niet te wachten.
De wet toch is de weerspiegeling van den zedrlijken
toestand des volks, doch niet omgekeerd wordt het
volk door de wet gevormd.
De verbetering meet nitgaan van den zieke- De
kwaal is enkel het gemis aan zelfbeheersching,
gevoed door de ongedurige gejaagdheid, waarmede
(het leven deze eeuw door de adrren stroomt. Niet
alleen vernielt het misbruik de rust der huisge
zinnen, maar ook de vcrdeeldlu id in menig huis-
gez:n is de voedster vau de dronkenschap. Zich
zelf te kennen, zich zelf te binden aan het goede,
rustig tegenover de bewegelijkheid van den bijen
korf der maatschappij den weg te gaan, c'oor pligt
en gezond verstand voorgeschreven, dit zijn de
eenige middelen om ons land te verlossen, van de
zware hand, die op onze natje drukt.
in den staat van zaken op 't oorlogstooneel is
in de afgeloopen week eeni ,e verandering gekomen
De Russiesche linkervleugel, staande onder't bevel
van den Kroonprins, wier toestand aller hachelijkst
was geworden door 't zegenvierende voortdringen
van Mehemed Ali's legermacht en die zich op Bjela
had teruggetrokken, werd den 21e over hare gan-
schc linie van bataille door de Turken aangevallen
en reeds den 23ste verkondigde de telegraaf aan
Europa, dat de Turken een volkomen overwinning
hadden bevochten en dat meer dan 12000 Russen
in den slag waren gebleven. lntusschen kwamen
daags daarop de eerste berichten uit 't Russiesche
hoofdkwartier en deze behelsden een geheel tegen-
overgestelden inhoud. De Turken hadden wel den
aanval ondernomen, maar waren over de gansche Jinie
teruggeslagen. Welke der twee partijen te gelooven
't Kwam ons voor, in aanmerking genomen 't wel
gering maar standvastig succes der Turken in de
dagen die vooraf waren gegaan, dat, mocht er ook
overdrijving zijn in de Turksche berichten, voonleel
aan die zijde 't meest waarschijnlijk was. En iu dien
zin lieten wij ons dan ook uit in ons vorig over
zicht. Maar de tijdingen, sedert ontvangen, zoowel
uit particuliere als uit officieele bron, alsmede de
terugtocht van Mehemeds legermacht, verheffen de
waarheid van 't Russiesche bericht boven allen twij
fel. De Turken werden inderdaad teruggeslagen en
al hebben de Russen van hunne overwinning niet
dat gebruik gemaakt of misschien niet kunnen ma
ken, dat zij 't echec in een forraeelen nederlaag
deden verkeeren, toch schijnen de Turken zoo ge
voelig getroffen te zijn, dat 't hun onmogelijk werd
de ingenomen posities te blijven bezetten. j trok
ken achter de Zwarte Lom terug <n staan dus
thans weder in dezelfde stellingen, die door hen
voor drie weken werden ingenomen.
Vreemd klinkt zeker een bericht als zouden de
Russen hunne overwinning bij Czerkofns, behalve
aan de dapperheid vau een escadron cavalierie, dat
van de paarden afsteeg en geruimen tijd een in
fanterie gevecht leverde, totdat werkelijk infanterie
kwam opdagen voornamelijk aan de uitstekende
geweeren te danken hebben, waarmrde de infanterie
in dit gevecht gewapend was. Iuimers wat in dit
bericht tevens ligt opgesloten is niet vleiend voor
't Russiesche legerbestuur en levert een nieuwe bij
drage voor de bijtende ironie waarmede de corres
pondent van Dailij News in zijn laatste artikelen
dat legerbestuur geeselde. Want onwillekeurig vraagt
men dit lezende: met hoedanige geweren was de
infanterie dan in de vroegere gevechten gewapend
Met voorladers, gelijk twee maanden geleden me
de uit Klein-Azie werd bericht En kwamen de
achterladers eerst met de garde in Bulgarije Maar
dan zullen de troepen voor Plewna er niet beter
aan toe zijn geweest. Want met de bekende zucht
van de Russiesche generale staf om alle legercorp
sen aan flarden te scheuren, zoodat 't eene brok
hier en 't andere wederom elders gevonden wordt,
geeft een bericht, van de slechte bewapening van
een deel der troepen ons 't recht om tot de slechte
bewapening van 'l geheel te besluiten. Das alleen
de garde—infanterie van achterladers voorzien. Waar
lijk 't had nood, dat men voor 't uitbreken van
den corlog de uitrusting van 't Russiesche leger
tot wolkenhoogte opvijzelde, 't Getal overwinnings
berichten, dat ons nu te wachten staat, zal zeker
legio zijn. Want ontegenzeggelijk ontvingen de Rus
sen meer tot versterking dan zij verwachtten. Op de