m september.
Algemeen Nieuws-, Advertentie Landbouwblad.
Ao. 1879.
23ste Jaargang.
No. 1226
Bekend 111 akinge n.
De GIFTDRANK,
Aangiite van verhuizing.
I11 Broadwaij te New York bad, cenigejarcn
de apotheker Phineas Krokus, zijn winkel die
gewoonlijk de Pelikaan apotheek genoemd werd.
Boven de ingangsdeur bevond zich namentlijk
een reusachtig uithangbord, waarop een pelikaan
was geschilderd, die zich met zijnen snavel de
horst openrijt, om met zijn eigen warm bloed
zijne, door den giftigen beet eener slang gewonde
jongen te genezen. Een roerend tafereel uit de
fabelgeschiedenis der oude Egyptenaren, wat als
uithangbord eener Amerikaanscbe apotheek aan
het gewenschte kwakzalvers doel niet kon inan-
keeren.
IAGER
Dit blad verschijnt twet maal per week. Woens
dag- en Zaturdag avond. Bij inzending tot 's mid
dags 12 ure worden advertentiën in liet eerstuitkomend
No. geplaatst, ingezonden stukken een dag vroeger.
Abonnementen op dit blad worden door alle
Prijs per jaar 3.Franco per post f 3.6o.
Afzonderlijke nummers J 0.07J.
Advertentiën van een tot vijf regels f O 75; ieder
regel meer f o. i5. Groote letters naar plaatsruimte.
Naar volksheil zonder deugd te dingen
Is arbeid aan een rots te biên.
Postdirecteuren en Bockhandelaren aangenomen.
m
POLITIE.
VERMIST:
op de markt te Schagcn, den 25 September «879,
een WIT SCHA&P. inet een rood merk op
het schoft.
Zij, die hieromtrent inlichtingen kunnen geren,
worden verzocht zich te vervoegen ter gemeente
secretarie aldaar
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Schagenvestigen hij deze de aandacht van
belanghebbendenop eene bekendmaking van
den Heer Minister van Waterstaat. Handel en
Nijverheid geplaatst in de Staats Courant van
22 Augustus II., no. 194, van den volgenden
inhout
In de instructie, gegrond op art. 9 van het
reglement betreffende de zamenstellinghet
onderzoek van den ijk der GAS ME 1 EBS, vast
gesteld bij Koninklijk Besluit van 12 September
1874 Staatsblad no. 128), is onder anderen be
paald
mhtj de aangifte van eiken gcijklen natten
gasmeter, wordt eene aanwijzing met schets
afgegeven, waaruit blijkt, op welke wijze de
gebruiker den waterstand in den meter kan
houden op het peil, waarbij de meter juist
aanwijst. Deze aanwijzing is bestemd voorden
gebruiker van den meter, terwijl door den ijker
eene dergelijke aanwijzing op het deurtje van
de wijzerinrichting geplakt, en de aandacht
der gebruikers steeds, zooveel mogelijkdaarop
gevestigd wordt."
Aangezien het gebleken is, dat deze aanwijzing
en schetsteekening niet altijd in handen komen
van de gebruikers der gasmeters, en niet zelden,
door overplakking of op andere wijze, onkenbaar
worden gemaakt, worden belanghebbenden od
het vorenstaande opmerkzaam gemaakt, en wordt
hunne pandacht er op gevestigd, dat, ingeval
van verlies van bedoelde aanwijzingen, exem
plaren daarvan, aan de voor den ijk van
gasmeters opengestelde ijkkantoren, kosteloos
verkrijgbaar zijn
Schagen 23 September 1879.
Burqemeester en Wethouders voornoemd,
G. LANGENBERG Burgemeester.
DENIJSSecreta ris.
Burgemeester en Wethouders van Schagen,
brengen, voor zooveel noodig, met het oog op
het verzuim betrekkelijk hel doen van aangifte
tei secretarie, bij verhuizing binnen de gemeente,
der ingezetenen in herinnering, de volgende
artikelen van het politie reglement dezer ge
meente, als:
Art. 11.
Ingeval van verhuizing binnen de gemeente,
zal daarvan, binnen acht dagen, behooren te
worden kennis gegeven ter secretarie dezer ge
meente, op den voet als hierna is bepaaldte
weten
Voor een geheel gezin, inwonende dienst- en
werkboden daaronder begrepen, door bet hoofd
van dat gezin;
Voor afzonderlyk levende personen door ben
zeiven.
Art. 12.
Overtreding van het vorig artikel wordt ge
straft met eene boete van één gulden.
Schagen, 26 September 1879.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
G. LANGENBERG.
De Secretaris,
DENIJS.
1.
Het was een hoog, smal. donker liuis uit
rooden baksteen opgetrokken, zoo als vele huizen
in Broadwaij, waarin Krokus inet zijn poeijertjes,
pillen en andere geneesmiddelen woonde. De
apotheek had een goeden naam en talrijke
klanten, ofschoon eenige duitsohe apothekers met
grondige pharmacetische kennis reeds lang groote
concurrenten van den Yankee collega waren ge-
woiden De oude slimme Phineas, begreep, dat
ook werkelijk de duitschc bekwaamheid en
wetenschappelijke vorming de voorkeur ver-*
dienden boven de Amerikaanscbe medicijn brod-
delarij. eu had daarom een jongen duitschen
apotheker, <1 ie zonder middelen naar New York
kwam oin fortuin te zoeken, als provisor ge
engngeerd
Georg Walter zoo heette de tweeentwintig
jarige knappe en flinke jongeling was in der
daad blijde zoo spoedig een voorloopig goede
betrekking te krijgen. Twaalf honderd dol
lars in het jaar werden hem toegezegd en
hiervan kon hij gemakkelijk in eenige jaren
een aardig sommetje over sparen en zelf eene
apotheek oprichten. Dit was zijn wensch en
zijne eenige gedachte, want het wezen en voor
komen van zijn principaal bevielen hem niet zoo
goed, dat hij zich gaarne voor het gausche leven
met hem zou hebben willen associéren.
Wel was Krokus ten opzichte van den jongen
man, dien hij weldra in zijne volle waarde
leerde schatten, de vriendelijkheid en bemin
nenswaardigheid zelve, maar er was iels vleijends
en onaangenaams in zijne vriendelijkheid, iets
valsch in den onrustigen glurende» blik van
zijne katten oogen. Ook zijne uiterlijke leelijkheid
kon er niet toe bijdragen den dagelijkschen
omgang met hem aangenaam te maken. Hij had
een geel rimpelig gelaat, een kaal hoofd en een
groote kromme neus.
Met de familie van den apotheker die boven
in huis woonde kwam Walter geheel niet
nadere aanraking. Des avonds om zeven uur
was zijn dagwerk afgeloopen, dan zocht bij zijne
woning op, een paar gemeubeleerde kamers in
een nabij gelegene dwarsstraat. Hij vond zijne
voornaamste bezigheid in het voorste gedeelte
van den winkel en bediende de klanten. Hem
werd de bereiding toevertrouwd van al die
heilzame geneesmiddelen, die door de rondom
wonende geneesheeren voor hunne kranken wer
den voorgeschreven. De grovere werkzaamheden
h. v. aan den vijzel, werden door een ouden
somberen Schot verricht, die reeds sedert on
heugelijke lijden zijn brood in de Pelikaan
apotheek had verdiend en het volle vertrouwen
van zijn principaal scheen te genieten. Hij heette
Itamsaij en was zoo stil en gesloten dat bij dik
wijls in drie dagen geen mond open deed, wan
neer hem niets gevraagd werd waarop hij moest
antwoorden. In de achterste afdceling van den
winkel werden de talrijke algeineene middelen
verkocht in de gedaanten van pillen, poeders en
gezondheidsdranken. Dit gedeelte van de zaak
vercisehte geen buitergewone kennis en werd
door Ramsaij verricht, alleen wanneer er veel
te doen was, moest Walter wel eens inedc helpen
en hij verkocht dan legen zijn zin, allerlei kwak
zalversmiddelen, waarvan hij overtuigd was dat
de ligtgeloovige koopers, iu de meeste gevallen
hun geld wegwierpen. Zoo iets komt echter in
alle Amcrikaanschc apotheken voor en is niet
te vermijden. Hij troostte zich met de gedachte
dat die middelen althans onschadelijk waren
voor de gezondheid, waarvan hij zich door
naauwkeurig onderzoek van sommigen over
tuigde.
Van den winkel voerde eene deur in het
kantoor van den apotheker en daarachter be
vond zich een klein, doorgaans gesloten labora
torium, waar de oude Phineas zelf werkte en
waarin Walter slechts zelden werd toegelaten.
Er stond een groote geslotene kast in, waarin
alle soorten van giftige zelfstandigheden werden
bewaard, even als in alle grootere apotheken
die hunne zorgvuldig bewaakte vergift kamers
hebben. Op een plank lagen eenige boeken,
belangrijke werken van den beroemden franscben
chemist Osfila en van andere Toxikologen die
van de studie der vergiften hun levensdoel
maakten.
Tusschen beide kwamen er lieden bij Phineas
Krokus, die vermeden in de eigentlijke apotheek
te gaan om hunne aangelegenheden mee te
deelen. Ze slopen door den donkeren gang, door
een achterdeur in het laboratorium van den
Yankee, waar deze zich met hen opsloot, me
nigmaal slechts eenige minuten, maar soms
uren lang. Welke geheimzinnige zaken daar
afgehandeld werden, kwam Walter niet te weten
en in zijne argeloosheid zocht hij er niets kwaads
achter. Hij leerde de lieden, die zijn patroon op
zulk een geheimzinnige wijze opzochten, nooit
kennen. Toch scheen het dat Krokus veel geld
van hen trok, want bijna na elk bezoek van
dien aard, zond bij Ramsaij met wissels van
beduidend bedrag naar zijn bankier en die
sommen werden niet in de eigentl ij ke apotheek
verdiend. Toen de jonge man zich eens bij den
somberen Schot naar die zaak informeerde, kreeg
bij tot antwoord dat dit geld zeker de opbrengst
van andere speculaties was, die met de apotheek
niets te maken hadden. Het kon ook wel zijn,
dat Krokus zich in het geheim met woeker of
iels dergelijks bezighield. Althans zijn provisor