Gemengde berichten.
De erfgenaam van Hornegg.
bad een zoodanig vermoeden en geene ergere
gedachten rezen in zijne ziel op.
Bij de jlWoensdag gehoudene aanbeste
ding te Schagen, voor het bouwen eener boe
renplaats niet aanhoorigheden op lloogebiere, is
aannemer geworden de heer K. Blom ad ƒ6736.
Eerlijk duurt het langst, ook iu handel
en industrie. Als de betrokken personen '1 maar
begrepen, dan zou er vrij wat minder vcrvalscbte
waar inden handel worden gebracht Verscheidene
onzer producten, vooral van landbouw staan in
den vreemde vrij wat minder goed aangeschreven
dan vroeger, de goede waar bedingt daardoor
niet de piijzen die anders zouden gemaakt wor
den. Een voorbeeld uil bet verre Klein Azië
levert weder 't bewijs van bovenstaande stelling.
Adana, in Klein Azië, leverde katoeu die voor
eenige jaren met 20 a 3o pCt minder werd
betaald dan de Smirnasche; thans wordt bij op
de Engelscbe markt even duur betaald en stijgt
de productie, ten gevolge van die meerdere winst.
Deze gunstige verandering is ontstaan omdat
de Begeering de verbouwers gedwongen beeft
eerlijk te bandelen. De behandeling en persing
der katoen wordt n.1 bewaakt door eene spe
ciale commissie, die gemachtigd is alle natte
vervalschte of bedorven katoen verbeurd te ver*
klaren, terwijl daarenboven de eigenaar gestraft
wordt met eene boete van 110 piasters per baal
Sedert zijn de prijzen gestegen en staan de ver
bouwers er beter bij dan toen zij nog inocli
ten knoeien.
Op de barddraverij te Wolvega is de prijs,
f 100, gewonnen door het paard van den Heer
Woudsma, van Jubbega Scliurega en de premie,
f 20, door dat van den Heer R. II. v. d. Veen,
te Wolvega. Een groote menigte woonde dit
Friesche volksfeest bij.
Uit Hazerswoude meldt men aan de N.
B. Ct: Een meisje te A. was aan 't grassnij
den in een boomgaard aan den weg, waartoe
zij van den eigenaar verlof bad. Een kennisje
passeerde daar en vroeg 0111 een paar peren
voor haar te plukken, betgeen werd geweigerd.
Hierop volgde een steenworp, die juist bet gras
snijdend kind bovenop bet hoofd trof. Het kind
zonk neer en weinige dagen daarna stierf het
aan de gevolgen.
Naar aanleiding van verschillende inbe
slagnemingen van wild te Parijs, verhaalt de
Bappel de volgende anekdote. Een vrouw, in
de gewone dracht eener minne, ging dezer da
gen de barriere van Neuilly door en werd dooi
den kommies aangelioudeu. «Laat uw kleine
eens zien!" zeide hij. liet arme ding slaapt
antwoordde de vrouw. Doch de kommies
bleet op zijn stuk staan en vond in de wind
selen een haas, drie patrijzen en een konijn.
De smokkelaarsler was verraden geworden door
iemand, die haar een briefje op den rug had
gespeld met de woorden: «liet kind is verbo
den waar."
Men schrijft ons uit Heiuenoord van 23
September:
Twee oude luidjes uit den mingegoeden stand,
I.XXVII.
Dat was op stuk van zaken zeer logisch; al was
er voor eene dergelijke logische gevolgtrekking ook
geene plaats in het hoofd van Anton te vinden.
Twee dagen later, des avonds, toen Max jnist was
teruggekeerd van een zijner vergeefsche reizen,
deze maal had zijn bezoek de dochter van een vroe-
geren koetsier van graaf Richard Bernswald gegolden
werd dokter Sprngler bij hem aangediend cn trad
deze terstond achter juffrouw Miller bij hem binnen.
Hij zag er vreemd en in het oog loopend uit, dio
dokter Spenglcr. In de kamer van Max heerschto
een schemerend halfduister, omdat de bewoner juist
zijn chambercloak had aangetrokken en de op zijne
schryttafel gereed staande lamp nog niet had aange
stoken Toch had Max den indruk gekregen, dat de
dokter er bleek en ontdaan uitzag. Zijn gelaat was
eigenaardig lang gewordenhij moest niettegenstaande
den buiten zachtjes nederdruppelenden regen, waar
schijnlijk zonder parapluie gekomen zijn, want van
zijn overjas en hoed dropen dunne droppels op den
grond en juffrouw Miller, die bang werd voor haar
vloerkleed, nam hem met haastige gedienstigheid den
hoed en don overjas af, om die op don gang tc bren
gen, terwijl Max zich haastte om de lamp aan to
steken.
Op uitnoodiging van Max, om plaats te nemen,
ging dokter Spengler in een donkeren hoek der canapé,
zitten en sprak op een eigenaardig gedempten toon,
als ware zijne stem een instrument, dat door een of
anderen stoot, of ander onheil, ontstemd was.
„Ik kom bij u," zeide hij, „om met u eene zaak
te bespreken, dio mij niet langer met rust laat en
waarvan ik de verantwoordelijkheid niet langer wil
dragen, nadat ik er reeds verscheidene dagen over
getobd heb. Ik kom bij u, omdat het juist over die
zaak is, waarom ge bij mjj zijt geweest en omdat
ik weet, dat gij een vriend zijt van Leonhard Korn,
tot wien ik mij het eerst zon hebben gewend, indien
Arie Dekker en Kniertje Verschoor, vierden
hier beden, omringd door kinderen en klein
kinderen, bun gouden bruiloft. Een paar inge
zetenen hadden eenige dagen te voren eene in
zameling ten behoeve dezer brave oudjes gedaan,
die t 128 bad opgebracht, waarvan hun nu
's wekelijks eene toelage bij hunne bedeeling
zal worden uitgereikt. Bovendieu was door tal
van gemeentenaren gezA-gd voor brood, vleesch,
boter, koffie, tbee.melk, wijn en andere versna
peringen, ten einde hel de jubilarissen zoo aan-
S;enaam mogelijk te maheu. Eigenaardig was
iet te zien, boe bijna ieder bier zich beijverde
om iets tot de vreugde van den dag bij te dra-
gen.
lleeds vroeg in den morgen had de oudste
ingezetene onzer gemeente de driekleur voor
de nederige woning van het grijze echtpaar doen
planten. Onderscheidene bezoekers brachten één
of meer flesschen wijn mede. 's Avonds te 7 ure
gingen Burgemeester en Wethouders en andere
leden van den Baad, eenige kerkeraadsleden,
enkele kerkvoogden en anderen hunne geluk-
wenschen aanbieden. Door den Burgemeester
werd met een warm en hartelijk woord hulde
gebracht aan de vele goede eigenschappen van
liet paar. Vooral ook deel bij uitkomen de
trouwe, zelfverloochenende plichtsbetrachting
der bruid en de liefde, waarmede zij nu op
76-jarigeu leeftijd nog steeds ieder oogenblik
vaak belangeloos, ter hulp van anderen gereed
stond, waardoor zij zich dan ook getuige
deze dag onwillekeurig de achting en sym
pathie der burgerij had verworven.
De lieer J. II- Krelage, hoofd der firma E.
H. Krelage en Zoon, te Haarlem, is, naar een
buitenlandsch blad meldt, in het bezit gekomen
van den lierinnerings-gevelsteen der ten vorige
jare geamoveerde twee huizeu te Hoorn, die in
1635 voor eeu drietal tulpenbollen verkocht
werden.
De minister van oorlog in Frankrijk beeft
aan de soldaten toegestaan in dienst een bril te
dragen, wanneer zulks door een geneeskundige
noodig wordt geacht.
Jl. Maandag heeft te Marseille een zoo
lievig onnveder gewoed, dat de oudste lieden
zich niet konden herinneren een dergelijk te
hebben beleefd, en welligt is nimmer het feit
geconstateerd, thans waargenomen, dat, in ééne
bui de bliksem twintig malen is ingeslagen.
Nooit gedacht en toch gekregen, mag het
berlijnsch paar wel zeggen, dat voor 8 jaar in
het huwelijk trad en zich nu in een vijftal
kinderen verheugt, nadat hun echt zeven jaren
kinderloos bleef. Verleden jaar in het begin van
October beviel het vrouwtje van twee meisjes
en de vorige week weder van drie. Er is niets
liefelijker, zegt de bescheiden berigtgever, dan
die vijf aardige meisjes, waarvan het oudste
nog geen jaar oud is. De ouders zullen intusscben
wel niet wenschen, dat de kinderzegen hun in
zoo toenemende mate blijft te beurt vallen.
Dat iemand bestraft wordt als bij buren
gerucht maakt is billijk, maar dat een veefokker
beboet kan worden, omdat bet geloei zijner
koeijen zijn buurman hindert, is toch wel wat
erg. Een boer in Sinzig, bij Coblenz, had een
jong rund, dat élken middag door luid geloei
hij in de stad was. Maar eerst eene vraag: hoe
gaat hot met Martin Korn?"
„Niet zeer gunstig," antwoordde Max; „hij zou
vrol spoediger bijkomen on oer hot gebruik zijner
lichaaras- en gcostonkrachton terug erlangen, indien
hij niet verteerd word door ongorustheid omtrent
Leonhard. Ilij wcnscht en verlangt met smart
diens terugkomst, ik zelf hob in dien geest dringend
aan Leonhard geschreven maar Leonhard komt
niet, hij schrijft niet eens!"
„Dat hob ik gehoord van dokter Lohberg, die don
ouden heer behandelt zeide Spengler; „ik wachtte
daarom van dag tot dag..'."
„Gij wachttot waarop?" vroeg Max verrast.
„Op het oogenblik, dat Leonhard zou zijn terugge
komen. of dat men met mijnbeer Korn weder behoor
lijk zou kunnen spreken."
„Oat is reeds nu het geval."
„Niet in voldoende mato voor een gesprek, als ik
thans reeds zoo langen tijd met hem wensch te kun
nen voereneen gesprek van zoo gewichtigen inhoud
en daarom voor een zieke van zoo aangrijpenden
aardMaar omdat ik dat gesprek niet meer kan en
wil uitstellen en bedank voor een langer durende
verantwoordelijkheid in deze zaak, die mij volstrekt
niet aangaat, die echter voor u van het hoogste
belang is te oordeelan naar de door n in het werk
gestelde onderzoekingen, heb ik besloten mij tot u
te wenden en de verantwoordelijkheid van mijne
schouders op de uwe te wentelen. Toen gij onlangs
bij mij waart en de papieren van dokter Hagen on
derzocht, werd ik ongelukkig juist bij een patiënt ge
roepen bad ik n toen voor uw vertrek nog gezien,
ik zon n reeds toen aanwijzingen hebben gedaan, die
maar laat ons overgaan tot de zaak zelve
„Ik moet u inderdaad bekennen, dat gij mij ten
hcogsle nieuwsgierig maakt!" viel Max hem in de
rede.
„Gij zult terstond weten, waarover het loopt. Ik
weet niet, of men u gezegd heeft, dat ik in dien
nacht, teen Martin Korn die beroerte kreeg, de eerste
dokter was, die bij hem was geroepen en die hem de
zijn blijdschap te kennen gal over bet naderen
van bet etensklokje. Een buurman verdroot dit,
en bij verzocht den boer dus bet dier te ver-
koopen, wat deze gaarne wilde, mits men hem
er 75 Marken voor gaf. Die koopsom was den
buurman te hoog, bij weigerde, maar diende
tevens een klagt in tegen den boer wegens het
veroorzaken van burengerucht. Dezer dagen
kwam die zaak voor de regtbank en de boer
werd inderdaad veroordeeld tot eene boete van
9 Marken. De man is tegen deze zonderlinge
veroordeeling in appèl gekomen.
Jl Dingsdag morgen, omstreeks half zes
ure, is afgebrand een der grootste boerderijen in
de Haarlemmermeer, gelegen aan den IJweg bij
den Spaarnwouderweg, toebehoorende aan den
beer J. W. Viehoff te Amsterdam, en bewoond
door Jan Commandeur. Van verzekering is tot
nog toe alleen bekend, dat de granen en inboedel
verzekerd zijn. Tevens zijn verbrand 2 vette
varkens, eenige kippen en eene hoeveelheid graan
en hooi. Het grootste gedeelte van den inboedel
en van het goud en zilver is gered. Men ver
moedt, dat de brand was ontstaan door het
broeijen van hooi. De verbrande woning met
inventatis, granen enz wordt op eene waarde
van f 40,000 geschat.
Er worden te Gorinchem door eenige
ondernemende burgers pogingen in 't werk ge
steld om een coöperatieve slachterij op te
richten. Even als elders, eiscbcn ook daar de
slachters hooge vleescliprijzen, niettegenstaande
liet vee veel goedkooper is dan voor eenige
maanden.
De klachten voor de bovenmatige winsten
die de slagers tegenwoordig maken, zijn algemeen.
Zoo wordt ons uit Groningen geschreven, dat
aldaar de slagers bet vleesch inkoopen tegen 3o
ct. bet halve kilo en het verkoopen voor 46
ct. Te Scbageu voor 5o cents.
Ook in bet Noorden des lands worden
tegenwoordig veel aardappelen uit Duitschland
ingevoerd, waardoor natuurlijk bij den ongun-
stigen oogst van dit product hier te lande,
buitensporige stijging van prijzen wordt tegen
gegaan. Dit is niet naar den zin van hen, die
bij hooge prijzen hunne rekening hoopten te
maken, en nu wordt alles beproefd om den
invoer van aardappelen uit bet buitenland zoo,
mogelijk, tegen te gaan. Zoo wordt ons uit
Dokkum medegedeeld, dat daar het praatje
uitgestrooid wordt, dat de ingevoerde 1'ruische
aardappelen verbouwd zijn op de slagvelden
van den FranschDuitscben oorlog"," waar
duizenden soldaten zijn begraven, zoodat die
landen nu bemest zijn met de overblijfselen der
gesneuvelden. Natuurlijk wordt nu de gevolg
trekking gemaakt, dat inen met die aardappelen
overblijfselen van menschen lijken eet. en dit is
voldoende om de gemoederen der Iiehtgeloovige
menigte tegen de Duitscbe aardappelen op te
zetten.
Den 20sten dezer had met gunstig gevolg
de proefmaling en oplevering plaats van een
nieuw stoomwatergemaal, hetwelk in de Boeke-
lermeer (N. Holland) is opgericht ter vervanging
van en gebouwd op de fundeeringen van den
geslechtcn windwatermolen Na afloop werden
alle belanghebbende landbouwers uit dien polder
door den heer Jhr. Mr. P. van Foreest aan een
eerste hulp verstrekte
„Ik herinner mij dat mijne hospita, juffrouw Miller
daarover gesproken heeft
„Nu good ik had spoedig gezien, wat hot geval
was en wat in hot eerste oogenblik het noodzakelijkst
was voor don patiënt en ging toen in de woonkamer
van mijnheer Kom, om aan zijne schrijftafel een
recept voor hem te schrijven. Juist toen ik van plan
hen dat to doen, valt mijn oog op een vei sch geschre
ven langen brief en een daarbij gelegd stuk papier
van eene vreemde hand ik las een paar regels
van den eersten toen van het andere - daarna
beide brieven, wier geweldig verrnssondo inhoud mij
overtuigt dat het zaken zijn van buitengewoon be
lang, dio onmogelijk open op do schrijftafel mochten
blijven liggen. Kom, dia tengevolge van zijne beroerte
buiten bewustzijn lag, kon ze niet wegnemen en
bewaren; om ze toe te vertrouwen aan eene gewone
vrouw als de hospita, zou in den hoogs ten graad
onvoorzichtig zijn geweest; ik wist dat er menschen
waren, die groote schatten zouden hebben gegeven
voor deze papieren, die vermoedelijk do omgeving van
Korn, reeds langen tijd in hnnne dienst hadden ge
nomen daarom scheen hot mij de beste, veiligste
en meest eerlijke weg, dat ik deze stukken medenam
en ze zorgvuldig verborg voor ieders oog, tot ik ze
den heer Korn, wanneer hij voldoende genezen was,
weder kon ter hand stellen. Maar die genezing laat
mij te lang wachten ik wil de verantwoordelijkheid
niet Janger dragen En daarom kom ik bij u. Wilt
gij de papieren tot u nemen, den heer Leonhard
Korn ran hun bestaan kennis geven en zoodra bij
komt, ze aan hem. voor wien zo toch bestemd zijn,
ter hand stellen Ik zal u dan zeer verplicht zijn,
aangezien gij mij ontheft van den last, om de bewaarder
te zijn van zulke geheimen in eene zaak, die mij niet
aangaat*
Nadat Spengler deze voorstelling van de zaak had
gegeven, die zjjne handelwijze, gelijk hij meende te
moeten geloovenj volkomen rechtvaardigde, haalde hij
een groot couvert uit zijnen borstzak en legde het
voor Max op de tafeL